IIPLOMATEIj
N0 A
Woensdag 8 Januari 1950
Ü7 Jaargang.
Politieke Notarissen
LINTVELT's BAZAR
Binnenland
Winterteenen
KLOOSTERBALSEM
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal in Goes f 2,
buiten Goes f2,
Afzonderlijke summers 5 cent.
Verschijnt Maandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
GOESCHE 1 COURANT
UitgaveNaamlooze Vennootschap Goesche Courant gjEaalllSlI en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
T.,1 f71 n rtf\ VT~ OA A 4-a. n^ar.
Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244
gevestigd te Goes.
ADVERTENTIËN
van 1—5 regels fl,20, elke regel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt 2 maal berekend. Dienst
aanbiedingen en aanvragen 15 et.
per regel. Advertentiën worden
aangenomen tot 12 uur voorm.
In de „Zeeuw" van Maandag j.l.
wordt de aandacht gevestigd op een
uitlating van den Zeeuwschen brief
schrijver van de „Standaard", welke
uitlating men kan beschouwen als een
vingerwijzing voor de Kroon om in
de huidige notaris-vacature te Goes
geen liberaal te benoemen, doch een
anti-revolutionair of een man van
christelïjk-historische beginselen. De
„Zeeuw" onderschrijft het betoog van
den briefschrijver van de „Standaard",
temeer daar in Heinkenszand pas weer
iemand van vrijzinnige richting tot
notaris is benoemd, en het blad ein
digt zijn pleidooi met de woorden:
„De billijkheid hiervan behoeft niet
te worden betoogd, en zal ook door
alle vrijzinnigen zonder onderscheid
worden gevoeld.
De verhoudingen in dit gedeelte van
Zeeland zijn van dien aard, dat de be
noeming van een vrijzinnige candi-
daat althans wanneer er ook ernstige
candidaten voor andere richtingen zijn,
naar het ons voorkomt, niet is te ver
wachten".
Nog niet lang geleden heeft de
„Zeeuw" een soort gelijk betoog ge
voerd in verband met de benoeming
van een burgemeester te Veere, en
met de „Middelburgsche Courant"
over het onderhavige van gedachten
gewisseld. In die gedachtenwisseling
hebben we ons toen niet gemengd.
O.a. niet omdat we de zienswijze van
het A.-R.-blad, hoewel niet geheel bil
lijkten, toch konden begrijpen. De
politieke richting van een burgemees
ter behoeft weliswaar niet op een goud
schaaltje te worden afgewogen tegen
de richting der sterkste politieke par
tij in zijn gemeente, doch het ïs niet
onredelijk, dat men de richting van
het hoofd der gemeente op het in
zicht van de meerderheid der inwo
ners afgestemd verlangt.
We vonden het destijds dus niet
vreemd, dat de „Zeeuw" voor een
A.-R. burgemeester in Veere ijverde
(de wijze waarop het blad zulks deed
kwam ons minder fraai voor), en we
hielden ons buiten den pennestrijd.
Nu evenwel van A.-R. zijde, wel
licht onder invloed van het succes
dat te Veere behaald werd, stemming
gemaakt wordt ten behoeve van A.-R.,
en Chr. Hist, sollicitanten naar hef
vrijgekomen Goesche notariaat, nu
wordt gezegd: „De billijkheid van de
benoeming van iemand uit A.-R. of
Chr. Hïsf. kringen behoeft niet te wor-
SE
loek Koningstraat - Magdalenastraat.
SPECIAAL ADRES IN: GLAS.
PORSELEIN EN AARDEWERK.
FEUILLETON
DOR E PHILLIPS OPPENHEIM.
Geautoriseerde vertaling van
M. HELLEMA.
UEen van die gasten van den patroon,
i dol geworden is," was het antwoord,
ïad te veel gedronken en wilde hier
(men en het schip besturen. Ga terug
=ur je post. Burgess."
De man zag bezorgd omlaag. Hij was
strekt niet gerustgesteld.
i'Het schijnt, dat ze hem wat ruw be-
ïdeld hebben, meneer," zei hij.
„(Dat is onze zaak niet."
„Is het niet beter, dat ik naar bene-
•n ga en naar hem kijk?" hield hij vol.
.JBlijf waar je bent, voor den duivel!"
as het nijdige antwoord. „Wij loopen zes
i twintig knoopen met een regenwolk
oor ons, en wel dertig visschcrsboolen
de buurt. Let op je werk."
1
Susan's verschijning op het achterdok
/erd eenigszins ironisch begroet. Grant's
■luziekkwartet, waarop hij zoo trotsch
'as, was begonnen zachte melodieën te
pelen. Fundexstrom had zich bij het
,roepje gevoegd en zat daar eenigszins
afgezonderd, koud en stil als altijd Ger
unde en Rosa luisterden naar de muziek,
maar de laatste was blijkbaar niet op
den betoogd, en zal ook door alle
vrijzinnigen zonder onderscheid wor
den gevoeld", numogen we niet
langer als veel begrijpend, d.ï. veel
vergevend toeschouwer staan tegen
over de steeds feller wordende pogin
gen der A.-R. om overal haantje de
voorste te worden, voornamelijk op
grond van godsdienstige en politieke
belijdenis.
Laten we beginnen met dezelfde fout
te maken als de „Zeeuw", en dus aan
nemen dat de politieke opvatting van
den bekleeder eener niet-politieke
functie iets met deze functie uitstaan
de heeft. Dan mogen we zeggen
„Het is niet billijk, dat het i notariaat-
Pilaar, door liberalen groot gemaakt,
overgaat in handen ven A.-R., die aan
deze groot-wording totaa/ geen deel
had, doch het behoort als erfenis over
te gaan aan de familie der pioniers,
dat is aan de liberalen". Vooral om
dat het notariaat een zeer eigen plaats
in de rijks-betrekkingen hier ter stede
vervult, en omdat het nauw verwant
schap vertoont met een particuliere
instelling.
Op redelijke gronden had de „Zeeuw"
toen het blad de politiek in het nota
riaat haalde, de verovering van een
door liberalen gestichte zaak dooreen
A.-R. niet mogen verdedigen.
Deze verdediging was o.i. foutief.
Foutiever was Tiet evenwel nog uit
te gaan van de veronderstelling dat
de politieke opvatting van een nota
ris gewicht in de schaal zou mogen
leggen bij een benoeming. Nog eens:
bij de benoeming van een burgemees
ter kan het gewenscht zijn dat de
politiek een woordje meespreekt, om
dat een burgemeester leiding geeft
aan politieke groepeerïngen. Een no
taris heeft echter met die politiek
niets uitstaande, evenmin als een bak
ker, een kruidenier, een ingenieur, een
dokterWie rekening houdt met
de politieke richting van vervuilers
van niet-politieke functies, die maakt
zich schuldig aan een uiting van
machts-wellust.
We weten wel: deze machts-wellust
is niet van vandaag of gisteren, hef
zijn niet alleen de A.-R. die er zich
momenteel aan te buiten gaan, (de
liberalen maakten zich er destijds
zeer zeker aan schuldig) doch dit Is
geen reden om dezen wellust goed
te keuren, laat staan stilzwijgend eigen
lijk iiog aan te wakkeren.
We kunnen niet inzien dat het al
dan niet goed bekleeden van het vrij
gekomen Goesche notariaat iets met
de godsdienstige of politieke opvat
ting van den bekleeder uit te staan zal
hebben, en daarom interesseert het
ons niet of de benoemde A.-R., C.-H.
R.-K., liberaal, S.-D., Jood of Moham
medaan zal zijn.
Maarhij moet een goed nota
ris zijn!
En juist daarover heeft de „Zeeuw"
haar gemak. Zij verwelkomde Susan le
vendig.
,JWaa,r is iedereen toch?" riep zij uit.
„Jk heb nog nooit zoo'n geheimzinnige
geschiedenis gehoord. Meneer Slattery is
nog altijd niet terug. Prins Von Diss is
verdwenen en nu heeft zelfs Meneer
Blun ons verlaten."
„Ik veronderstel, dat het dat defect
aan de machine is," mierkte. Susan op. „Ik
geloof echter niet, dat wij bang behoeven
te zijn. De zee is heel kalm, 't is dus niet
erg, als wij hier blijven liggen."
Meneer Cornelius Blunn kwam plot
seling voor den dag. Hij kwam de kajuits
trap op met het voorkomen van iemand,
die iets te zeggen heeft.
,JEr is gieen reden tot ongerustheid,"
'erzekerde hij hun; het geheel© geval he-
teekent niets, maar Meneer Slattery heeft
een klein ongeluk gekregen. Hij schijnt
te zijn gestruikeld, toen hij de trap naar
de brug afkwam. Wij hebben hem naar
de groote kajuit gebracht. Indien een der
dames, die verstand heeft van verbin
den
Gertrude en Susan stonden beiden op.
Susan was echter reeds halverwege de
trap, voor de anderen waren opgestaan.
Grant lag op een sofa, en een hofmeester
was bezig zijn voorhoofd te betten. Hij
keek op, toen Susan binnentrad. Zij
snelde naar hem toe en wenkte den hof
meester weg te gaan.
„Heb je je erg bezeerd, Grant?"
fluisterde zij haastig.
jWelneen!" antwoordde hij. „Nu doet
het nog pijn, maar over een half uur hen
ik weer de oude. Het is een eerlijk ge-
slechts met een enkel woord, geheel
aan het einde van het betoog gerept.
In een van onze raadsfilmen voor
spelden we destijds eenigszins spot
tend dat men hier te lande op den
duur naast de huisdeuren het navol
gende zal kunnen lezen: J. Pil, arts,
r.-.k.; C. Meel, bakker, A.-R.; A.
Geld, notaris, Chr.-Hist.
Als we ons wel herinneren noemde
de „Zeeuw" deze spotternij heel erg
onfatsoenlijk.
Maaris het niet de „Zeeuw"
die thans voor iets dergelijks ijvert.
Misschien wel niet onmiddellijk voor
de naambordjes ('t zou te veel in 'f
oog loopen) doch voor de zieltjes
achter de bordjes?
Een verdwenen bestelling.
Een paar honderd bewoners van
Oost-Arnhem (Geitenkamp), misten se
dert eenige dagen de Nieuwjaarspost
bestelling.
Bij onderzoek is gebleken, dat een
hulpbesteller, die speciaal in dienst
was genomen voor het bezorgen van
de Nieuwjaarsgelukwenschen enkaart
jes in deze wijk, Zaterdag aan hef
werk is gegaan, doch tegen den avond
zwaar vermoeid geworden, het restant
van den inhoud van zijn tasch aan
de grens van de Geitenkamp overeen
heining heeft gedeponeerd. De man ïs
wegens dit verzuim ontslagen en de
zaak is in onderzoek bij de recherche.
Een meisje aangerand.
Zondagavond ongeveer kwart vóór 6
is op de Meerburgkade te Katwijk aan
Zee een meisje aangerand. Een man
van 25 a 28 jaar kwam op een fiets
zonder licht op het meisje af en vroeg
haar om geld. Op haar antwoord, geen
geld bij zich te hebben, zeide de man:
„dan moet ik een van je vlechten heb
ben". Hij haalde een groot knipmes
uit zijn zak en sneed daax-mee een der
lange haarvlechten van het meisje af.
Toen het meisje begon te gillen, 'legde
de man haar hef zwijgen op met de
bedreiging, haar „door het hart te
zullen schieten of haar te zullen neer
slaan". Toen er in de verte eenige
menschen aankwamen, gaf de man hef
meisje een harden vuistslag op hef
hoofd, tengevolge waarvan het een
ernstige bloeding kreeg. De man nanx
daarop de vlucht.
Volkstelling in 1930.
Dit jaar zal weder een volkstelling
worden gehouden en wel van allen,
die te middernacht tusschen 31 De
cember 1930 en 1 Januari 1931 hun
werkelijke woonplaats binnen Neder
land hebben, onverschillig, of zij op
dat tijdstip ïn de gemeente hunner
werkelijke woonplaats al dan niet aan
vecht, Susan, maar het is die kerels ernst,
vooral Blunn. Hoor eens, Nicholson en
Martin moeten opgesloten zijn in de hut
van den eersten machinist. AU© hellen
zijn afgesneden, maar de kajuitsjongen
zal hen zeker in een half uur wel vinden.
Het ergste is, dat wij over ©en uur of zoo
in het gezicht van Monaco zullen zij'ni
als ze met deze vaart blijven doors toornen."
„Dat zullen ze niet)" verklaarde zij.
„Zeg mij, wat ik moet doen? Waarheen
zal ik gaan, naar de machinekamer of
naar de brug?"
Susan richtte zich op met een rilling
van opgewondenheid. Gertrude, die juist
naar binnen was gesneld, knielde naast
Grant neer en riep den hofmeester.
„Meer heet water en windsels," beval
zij. „Een of ander ontsmettingsmiddel
als ge het hebt en een spons. Laat dit
als 't u blieft aan mij' over. Ik ben gewoon
aan verbinden, maar ik heb niet gaarne
zooveel menschen om mij heen,
Susan verliet de kajuit onbemerkt en
sloop terug naar het dek, Zij liep Langs
de lijzijde en beklom de trap, van welke
Grant was geworpen. De eerste stuurman
stond te staren naar een lichit in de verte.
Hij voelde plotseling zijn arm aanraken
en toen hij zich verschrikt omwendde,
stond Susan naast hem.
„Laat mij een ©ogenblik met u spie
ken," fluisterde zij. „Wij zijn allen zoo
bang zoo bevreesd, dat wij schipbreuk
zullen lijden."
„Alles is in orde," verklaarde de jong©
man met eenigszins onduidelijke stem.
„Zullen wij hedenavond nog te Monaco
komen?'
wezig zijn of zich tijdelijk buiten liet
rijk in Europa bevinden, alsmede van
hen, die, zonder werkelijke woon
plaats in Nederland te hebben, op
genoemd tijdstip aldaar tijdelijk aan
wezig zijn. Deze telling is de elfde
welke gehouden wordt.
Een topaas, die een diamant
b 1 ij k t te z ij n
Een zeer merkwaardige gebeurtenis
vox-mt op het oogenblik het gesprek
van den dag op de Amsterdamsche
diamantbeurs. Eenige dagen geleden
werd door een juwelier uit Rotterdam
een reusachtige diamant die wat grootte
en vorm betreft veel geleek op een
half duivenei, op de ^diamantbeurs
aangeboden. Het betreft hier een 1500
karaats ongeveer 300 gram zware bij
na volmaakt zuivere steen, met een
prachtige, zoogenaamde „kanari" of
„cognac" kleur. De waarde van den
steen is niet te schatten. Naar derge-
J De gruwelijke jeuk ver
dwijnt onmiddellijk met
AKKER's
zuivert - verzacht
geneest
.Geen goud
zoo goed."
lijke zeer bijzondere steenen bestaat,
zooals vanzelf spreekt, geringe vraag.
Overigens moet men hierbij rekening
houden dat het voor een eventueelen
koop benoodigde kapitaal niet gemak
kelijk is los te maken, zoodat een
spoedige verkoop van dezen zeldza-
men steen niet waarschijnlijk is.
De geschiedenis van dezen diamant
is zeer merkwaardig. Hij vormde het
middenstuk van een, uit een boeren
dorp aan den linkeroever van den
Neder-Rijn in de nabijheid van Gelder
land stammende gesp, een boerensïe-
raad uit de 17e of 18e eeuw. Deze
gesp met den halfgeslepen steen is
eenigen tijd geleden aan een opkooper
van edelmetaal in Duisburg verkocht.
De zeer mooie gesp werd naar Rot
terdam meegenomen, waar een anti
quair haar voor ongeveer 20 gulden
kocht. Ze lag eenigen tijd in het uit
stalraam van dezen antiquair, totdat
zij de aandacht trok van een juwelier,
die het boerensieraad met den mooien
steen, die tot dusver voor een half
edelsteen, met name voor een topaas
van betrekkelijk geringe waarde ge
houden werd, voor ongeveer veertig
gulden in zijn bezit kreeg.
Gekleurde diamanten, zoogenaamde
fantasxesteenen, worden wegens hun
„Over ongeveer twee uur. Wij zullen
de lichten weldra zien."
„Welken koers hebben wij dan nu?"
vrceg zij
Bijna vlak noordelijk," antwoordde hij.
„Een beetje naar het oosten. U deed
beter naar beneden te gaan, mylady. Me
neer Slattery staat niemand toe op de
brug te komen, tenzij hij hem zelf hier
brengt."
Zij schoof een eindje van hem af.
„(Waar geeft u uw bevelen aan de ma
chinekamer?" vroeg zij.
Hij wees naar de kaartenkamer achter
hem. Zij knikte.
„Ik ben hier gekomen om u een bood
schap van Meneer Slattery te biOngen,
zeide zij.
Hij zag haar wantrouwend aan. Er was
iets geheimzinnigs en vastbeslotens in haar
houding. De wind blies het blond© haar
van haar gelaat. Het was een flink, ver-
itandxg gelaat een flinker gelaat dan
het zijne. Haar oogen ook zacht
bruin, maar gebiedend schenen
hem in bedwang te houden.
,,M<sneer Slattery's boodschap,,' ging
zij voort, „is, dat u den koers veranderen
moet in vlak zuidelijk. Hij wensebt niet
dichter bij Monaco te komen. Wilt u
als 't u blieft bevelen geven aan de
machinekamer en uw koers veranderen?"
„D,at kan ik niet doen, mylady," wei
gerde hij. „Ik heb mijn bevelen. Daaraan
moet ik mij houden.'
,(En ik heb de mijne,f zeide zij,
„van Meneer Slattery. Ik heb nog nooit
in mijn leven mijn woord gebroken en
dat moet u onthouden, juist alsof ik een
zeldzaamheid vaak veel duurder dan
de kleurlooze, glasheldere steenen,
zelfs die van de beste kwaliteit, be
taald. Beroemd waren de groenachti
ge, roode en blauwe („pétrole"), de
rose en citroengele steenen van Abdul
Hamïd, die eenige jaren geleden te
Parijs verkocht werden en ïn het be
zit van Indische vorsten en Ameri-
kaansche millionnaïrs overgingen. De
schoonste citroengele diamanten be
zitten de Nizam van Hyderabad en de
Gaekwar van Baroda, die voor eenige
jaren in Amsterdam voor een recht
hoekig geslepen diamant van 88 ka
raat ongeveer f 372.000 betaalde.
De gele diamant van den Neder-
Rijn zal waarschijnlijk bij de beroem
de firma J. J. Asscher te Amsterdam
versneden en verslepen worden.
De gele diamant van den Neder-
Rijn is, naar uit bevoegde bron wordt
vernomen, afkomstig uit Brazilië of
Nederlandsch-Indië. Hij zou .in het
begin van de 18e eeuw naar Neder
land zijn gekomen. De echtheid van
den steen staat absoluut vast. Deze is
door de bepaalde stralenbrekïng ge
makkelijk aan te toonen. Terwijl in
dit geval een diamant eeuwenlang voor
een topaas gehouden is, is ook wel
eens het tegenovergestelde gebeurd.
De markies Dupoisaf bezat ïn de vijf
tiger jaren van de vorige eeuw een
zeldzamen steen die een grootte had
van een kippenei en over de geheele
wereld beroemd was als de grootste
diamant der aarde, totdat hij door
het vaststellen van haar dubbele stra-
lenbreking een diamant breekt de
hem treffende lichtstralen slechts
eenmaal als een topaas herkend
werd. Ook de uit Brazilië afkomstige
1700 karaat zware, „Braganza" genoem
de steen, die vroeger behoorde tot de
Portugeesche kroonjuweelen, en voor
een diamant gehouden werd, bleek
naar het oordeel der deskundigen, die
hem in opdracht van een Londensche
bank, aan wie hij verpand zou worden,
onderzochten, een topaas te zijn.
De verhalen over zeldzame edel-
steenen en hun wonderlijke geschiede
nissen is door de gele diamant van
den Neder-Rijn weer met één sensa
tioneel geval vermeerderd.
De brandweercirculaire.
In aansluiting aan de circulaire van
den minister van binnenlandsche za
ken en landbouw aan de gemeentebe
sturen betreffende de brandweer heeft
deze minister tevens de medewerking
ingeroepen van Ged. Staten der ver
schillende provinciën om te willen
toezien, dat de gemeentebesturen hun
taak ten aanzien van de brandweer
niet vei-waarloozen, onder opmerking,
dat art. 205 letter n der gemeentewet
Ged. Staten een krachtig middel biedt,
om ten deze, waar onverhoopt noo-
dig, pressie op de gemeentebesturen
uit te oefenen.
nuaix was. Ik wil de kans niet loopen
u te diooden, maar ik zal u eerst door
het eenie been en dam door het andere
schieten, als u niet doet, wat ik u heb
bevolen"
,fcOnzin! Wees niet dwaas," riep hij
ui.t, naar haar toe gaande. „Ik ben twee
maal zoo vlug als u en veel meer ge
wend aan vuurwapenen."
iVlug,, zeg ik!"
De loop van een pistool glinsterde
onheilspellend in het licht, dat uit de
kaartenkamer scheen. De jonge man stond
jvanlhopig voor zich uit te staren.
„Wat een nacht!" kermde hij.
„Ik kan niet wachten," verklaard© zij.
„Men mocht ons komen storen. Ga in
die kamer en geeft terstond uw bevelen.
Zoo niet, dan zweer ik u mijn woord
te zullen houden. Ik zal het houden,
nadat ik tot vijf heb geteld. Een, §wee,
drie
„Houd op!" smeekte hij. „Ik heb ge
noeg van deze zaak. Ik geloof ook niet,
dat wij de vijf duizend1 ooit zouden hebben
gekregen."
Hij draaide zich om en ging de kaarten
kamer binnen. Zij luisterde naar de be
velen, welke hij naar beneden riep., tex--
wijl zij het pistool op hem gericht hield.
Weldra maakte het jacht een groot©
wending. Het licht bij hun boeg ver
dween. Nu was het naast hen. Weldra
was het bij het achterdek. De eerste
stuurman gaf zijn laatste aanwijzingen
en kwam uit de kaartenkamer.
i
(Wordt vervolgd.)