Purol bij doorzitten en stukloopen der Huid. 60ESCHE COURANT BIJVOEGSEL Medische Rubriek. Voor de VrouW Binnenland VAN DE VAN VRIJDAG 16 AUGUSTUS 1929 Vloeibare spijzen voor zieken. Vleeschbouiilon geldt inog steeds voor zeer voedzaam en versterkend, terwijl de voedingswaarde er van gelijk nul is, wan neer ze iniet door bijvoeging van eiennn (geel en wit) of sago, ieguminose, arrow foot wat verhoogd wordt. Vele zieken ge bruiken gaarne bouillon en voelen zich daarna opgewekt en gesterkt, anderen wei- gei en ze. Voedzamer dan bouillon is de beef-tea en het uitgeperste vleeschsap. Toch wordt ook dit overschat. Uitgeperst vleeschsap bevat weinig' eiwit. Ook de tcevoeging \an 'vleeschextract en peptoin is van geen groo- te voedingswaarde. De pikante soepen (ox- tail-, schildpadisoep, enz.) hebben een est- lustopwekkende werking. De melk moet in de eerste plaats ge noemd worden, want zij is bij acute en bij chronische ziekten onontbeerlijk. Er is geen ander vloeibaar wedingsmididel, dat zoovele en zoo doelmatig samengesteld stoffen bevat, en dat over het algemeen (er zijn uitzonderingen) zoo gaarne geno men en zoo goed verteerd wordt. De toediening! van melk kan koud lauwwarm en warm geschieden, rauw of gekookt of gesteriliseerd, (ze (kan met koffie, thee, chocolade vermengd, of als melksoep enz. gebruikt worden. Gewoonlijk wordt kceme'k zelden scha pen-, gpiten^ of ezelinnenmelk gebruikt. Melkproducten zijn: wei, karnemelk, zune room, zuire melk, volle melk, dikke melk.. Gekookte melk is voor zieken over het algemeen te verkiezen, omdat de gisting: kiemen onwerkzaam gemaakt zijn. Vele zieken geven echter aan ongekookte melk de voorkeur; deze moet vooral versch zijn. i Toevoeging van cacao bij melk of van cognac (12 theelepels op V* liter) is den smaak en de verteerbaarheid van melk gunstig. Koffie, thee, chocolade kunnen alle zie ken naar wensch toegereikt worden. De vroeger gebruikelijke en ook heden nog V-el gevolgde gewoonte om zieken 's mor gens meelspijs te geven, heeft ten doel, de patiënten meer voedsel toe te dienen. De meeste zieken zul'en echter koffie of thee met suiker en brood of beschuit ver kiezen en daardoor evenveel voedsel opne men. 7 j Wijn wordt vaak voor opwekking aan alle zieken gegeven, meestal lichte roode en witte wijn. Zwaardere wijn en cognac mogen slechts op bepaalde voorschriften gegeven worden, toch kunnen wij ze bij vele zwaktetoestanden niet ontberen. Bij hevig© zwakt^ aanvallen en in ner- yeuze angst toes tanden zijn ze de werkzaam ste middelen. Van moeders en kinderen. Als de knoppen open breken. Wat de moede.' het diepst doortrilt, warneer ze het kléine, teere wezentje, dat ze liet-leven gaf, in de armen houdt, dat is het gevoel van onmisbaar te zijn, het weten, dat het kleine wichtje van haar zor gen afhankelijk is; tegelijkertijd het open- bloeien van den drang om het te geven alle liefde, teedevheid', kracht en zorgzaam heid, die zich in haar bevinden en, het kindje tot mensch zullen vormen. Dag aan dag worden al die liefde en kradht en zorg zaamheid mild gegeven en uur aan uur geeft het kindje blijk, hoe noodig het die zorgen heeft. Tot de tijd komt, dat het kind is mensch gteworden en geen zorgen meer vraagt. De knop van twee eengpwordem levens, 6reekt dan open en wordt bloem. „Maar lieve tijd, moeder, ik ben toch geen kind meer!" De eerste uiting van het menschzijn, luchtig uitgesproken. Voor de moeder is het een „eervol ontslag". Ze kan er zich niet direct in verplaatsen, toont nog ieder uur haar liefde en is nog vol zorg, tot ze bemerkt, dat deze het kind1 wrevelig ma ken, omdat ze iden indruk geven den mensch in hem niet te erkennen. Dan weet ze fiSbr taak volbracht. Maar in veién ze telt zien dan onvoldaanheid, droefheid, vaak ook gekrenktheid. Een natuurwet, die alle eeuwen door zaf heerschen en waaraan gpen enkele moe der ontkomt. Die wet is hard en die wet is wreed, maar ze is er om het moeder schap te rijpen en te vergeestelijken. Want na de eerste, volbrachte taak opent zich een tweede: Klaar staan op ieder uur met een onveranderd1 hart vol liefde voor het mensch geworden kind, wanneer dit eens door het leed geslagen, hulp en bijstand Van kracht noodig heeft. Het leed doet de menschen tot kinderen wonden in verlangien naar troost en mede- Jeelzaamnekl, naar een zachte, liefdevolle band, die te stillen weet en naar een hart, dat alles ook bet slechte cm leelijlee begrijpen kaïn. Als de moeder dain bet door leed geslagen kind, dat tot baar kwam om troost en stemn, in de armen houdt, dan zal net haar zijn, als' op den dag,, dat ze het voor de eerste maal als klein, hulpeloo: wezentje tégen zich aan hield. Geen moeder blijft eenzaam achter als !e kinderen, gelijk jonge vogels, die bet vliegjen geleend hebben, het oude nest ver laten. Haar leven blijft nog even vol en rijk van inhoud, want al behoeven de kin- deen niet meer baar daadwerkelijke zor- gjen, als ze ook eens „bet bittere water van de giroote levenszee smaken", zooais Gui do Gezelie bet zegt, dan zullen ze niet tevergeefs zoeken naar een band, die ze tot hulp en steun reikt. AI bi eken de knoppen tot bloem, vast geworteld blijven ze in de moederaard^ en als de kracht ze begeeft, zullen ze zich naar baar toebuigen. Kinderschortjes. Elke practische moeder, die baar kind vrijheid van bewegen gunt, zal voor haar kleuters een schortje een noodzakelijk iets vinden. Maar tussdhen schorten en schor ben bestaat verschil. Herinnert ge u nog, boe wij vroeger met een boezelaar liepen, die kraakte van de stijfsel en waarin je er uitzag ais een pierrotje met al die harde, wijduit staande strookjes Gelukkig, die marteling is doior de meeste moeders opgeheven. Want een mar teling was bet zoo'n kraakharde jurk, waarin je je bijna niet durfde te bewegen. Thans zijn de kinderschortjes leuke, ge zellige niemendalletjes, die toch aan hun doel: de jurk te beschermen, beantwoor den. We zien nog; maar zelden van bet spierwitte katoen, dat vroeger menig bleek kindersnuitje nog, bleeker maakte. Fleu rig bedrukt katoen of vroolijk gekleurd linnen zien we nu dragjen. En de modelle tjes? Ach ze zijn zoo eenvoudig en vlug te vervaardigen. Tien van de hedeindaag- sche tegpn een van 'de vroegere model- kan moeder er nu maken. Wilt gje een modelletje? Het is gedacht van zeegroen linnen met Kelderroo'de katoenen biezen afgezet. Het bestaat uit een voor- en achterstuk, op de schouders en op de heupjes met knoop jes vastgemaakt. Op bet zakje zijn in rood, waschbaar katoen twee grappige beestjes geborduurd, die ook vervangen kunnen worden door den naam van de kleine draagster, opge bracht in merkletters. Een toilet-geheimpje. Wie veel in de buitenlucht vertoeft, zon, wind, regen en hagel moet trotseeren en toch prijs stelt op een gped verzorgde huid, moet eens een toilet-watertje gjebrui- ken, bestaande uit één eetlepel honing op zes eetlepels melk. Of wie inplaats van water crème prefereert, drie eetlepels melk op één eetlepel honing. Het toilet-middeltje wordt op de vol gende wijze beneid: Vul een pannetje met kokend water en laat dat er eenige oogen- blikken in staan. Is het pannetje of potje door en door heet geworden, giet dan het water weg en doe de honing in het panne tje, dat door zijn warmt© den inhoud smel ten doet. Voeg dan heel langzaam onder goed roeren de melk bij tot alles goed is opgelost. Waschvoorschrift voor stoffen van kunstzijde. Waar toe nu toe de wijze, waarop het wasschen van de verschillende stoffen (ka toen, wol, zijd©, enz.) moet geschieden,, als bekend verondersteld mag worden, dienen echter bij stoffen, welke kunstzijde bevatten, de volgende regels streng in acht genomen te worden: a. gebruik slechts goede kwaliteit zeep; b. de zeep moet in kokend water opge lost worden en vervolgens zooveel koud water bijgevoegd, tot de temperatuur tot lauwwarm is teruggebracht c. het wasschen moet door afwisselend uitdrukken en onderdompelen geschieden. De stof mag in natten toestand niet uit elkaar gehaald wonden, doch moet goed worden uitgedrukt, daar anders de kunst zijde oplost en stuk gaat; d. de kleedingstukken mogen in geen gjeval in het water blijven liggen, boven dien moet de zeep grondig uitgespoeld worden; e. om te drogen moeten de kleeding- stukken uitgespreid worden en mogen niet worden opgehangen; evenmin mogen zij op elkander blijven liggen. fNa drogen, met een warm ijzer strij ken met gebruikmaking van een drogen doek; in geen geval mag een heet strijk ijzer gebruikt worden. Nuttige wenken, Met olieverf geschilderd houtwerk reinigt men het beste met een mengsel van salmiak en water. Op 5 liter water ge bruikt men twee wijnglazen salmiak. Met wollen lappen worden de voorwerpen hier mede afgewreven, met schoon water nage spoeld en daarna met zachte doeken af gedroogd. Men kan volstaian met koperen kranen ééns per week te poetsen, mits men ze eiken dag afdoet met een in slaolie ge doopt lapje. Behangsels kan men schoon maken door ze af te wrijven met een raagbezem, dien men omwikkelt met een schoenen linnen doek. Heihaaldelijk den doek uitkloppen. Stroiomatten maakt men schoon door ze te borstelen, met warm zoutwater; cocos- matten door ze te borstelen met zeepwa ter en later met azijn. De wereldvrede met een vlagen een F o rd j e. De „N. R. R." schrijft: Het was een paar jiïinuten voor elven. Voor het Vredespaleis was het gewone in- en uitgaan van vreemdelingen op een mooien zomerochtend. De portier stond buiten een praatje te maken met een gids. Heeiemaai onbewust van wat komen zou. Toen kwam er een beer en die vroeg den sober gegalonneerde!! portier of „die meneer" er nog niet was. Of dat-ie misschien ai binnen was gehaaid. De portier wist niets van een meneer, die om elf uur zou komen. Hij had het te druk gehad en gisteren geen krant gelezen. Een dame in een donker zijden mantel wendde zich toen tot den portier. En ze vertelde hem van den ouden vredesapostel, die in een woonwagen volgens de krant om elf uur hier voor het Vredespaleis zou aankomen en de vredesvlag, door hem ontworpen, er zou ontplooien. „Ik heb het in de krant gelezen," ver telde ze. „Als het er in staat, dain is het ook waar!" Het was waar. Wiant nauwelijks had de dame gespro ken of daar draaide een oud Fordje den hoek om en bleef met een nijdig,en ruk staan, vlak voor een der poorten van het Vredespaleis. Het Fordje was niet alleen oud. Het was veel meer dan dat. Het was oud en goedig. Het zag er heelemaial onverzorgd en toch gewillig, ja vol idealisme uit. Het was van boven tot beneden bedekt met grauw opgedroogdca modder. Elke band zoo dun als die van een Jicht motorfietsje was anders dan zijn col lega. De linker vooras had een zwarte dopsdhvoef, die aan het rechterwiet gjom als zilver. Een heel klein uitgezeten kus sentje lag op de chauffeursplaats. Spi- raalveeren staken door de bank heen. Het was een two-seatertje, dat op "dé plaats van de dicky-sit een vierkante, zwart geverfde bak droeg, dis aan de achterzijde twee openslaande deuren had, net als een bakkersbestcl-autotje. Op do rechterzijde van den achterbak stond 'in grroote witte letters geschilderd This car, Friend of man Rev. J. W. van Kirk, Citizen of the world. Peace cruusaders around the world. Aan de andere zijde was te lezen Outlaw war. On to Geneva to make peace. Let us brothers not barbardous. De man, die aan het stuur zat, was iemand met een gladgeschoren Ameri- kaansch gpzicht, met vriendelijke, ernsti ge oogen. Vermoeid zag de reeds oude man eruit in zijn s'Iordig zwart pak, en moeizaam stapte hij uit zijn car, waar mede hij nu de derde wereldreis maakt. Wat zijn vorig|e wereldreizen waren, dat wil ook deze zijn, een kruistocht voor den vrede. i Het is dus een heef vreedzame kruis- kruistocht. Hoe kan het ook anders En een bijna onopgemerkte. Het heele kruisleger is een oud, gammel Fordje.... Dadelijk, toen de oude heer uitstapte, stonden er menschen om hem heen. Hij haalde drie stokken uit zijln wagen, die hij aan elkaar bevestigde en daaraan werd zijn vlag, de „wereldvredesvlag" vastgemaakt. Toen zestien jaar g,eleden het Vredes paleis geopend werd, was hij ook in Den Haag. Toen reed hij door de stad en met behulp van een bel, zooais men ons ver telde, trommelde hij dan menschen bij el kaar en sprak hij over den wereldvrede. Een zelfde vlag, als hij nu ontplooide, gaf hij toen aan jhr. mr. Van Karnebeek voor het Vredespaleis, na hem eerst op het pleintje voor het paleis bij een van de hooge, groene electriciteitspalen den volke getoond te hebben. En nu, na zestien jaar, stond de idealist er weer. Al die jaren hadden zijn gemoed niet veranderd. Hij stond er nu weer vol vuur te spreken over zijn idealen. Over de verbroedering, die komen moest, over het gr00te wercldvrcderijk, dat niet meer ver af kan zijn, als we maar alleen naar het eeuwige Evangelie van Jezus; hebt elkander lief, willen handelen. Hij sprak van de plaatsen, die hij al bezocht had, overal op de wereld had hij zijn wereldvlag ontplooid en zijn idealen verkondigd. zToowef in Bethlehem, in Geneve en in Den Haag als in de ge boorteplaats van Columbus. Terwijl hij sprak hij had voor deze vlak voor het vredespaleis een extra redevoering opgeschreven, hield een jongen zin vlag vast, die zeven banen be vatte in de kleuren van den regenboog, omringd door eea rand met witte sterren en die voorts een wereldglobe had, mat witten band daaromheen. Toen hij geëindigd had, kwam uit den kring var toehoorders mr. Elink Schuur man, van de Ncoit ir.ecr Oorlog Federatie, naar vorei e.r hij zeide tot hem dat zijn vereeniging hetzelfde doe! nastreefde. En daarna ging hij krantjes verkoopen van Kerk en Vrede.... Nog vertelde de oude man over zijn zwerven cin idealen en toon stapte hij met vee! moeite op z'n oude ka;t en gjng het weer verder. De wereld rond. Met z'n vlag en z'n F ordje Voor "den vrede. Zielig? Och neen. Zestien jaar er voor werken, dan is de arbeid een roeping ge worden. Gelukkig en ongevaarlijk, dat is de vre desapostel uit Youngtown (Ohio). De luchtdienst naar Indië. Op 12 September a.s. opent de Kon, Ned. Luchtvaartmaatschappij haar gere- gelden vüegdienst op Nederlandsch-Indië. Het is een veertiendaagsche dienst, alleen de beide eerste vliegtuigen vertrekken met een week tusscheWuimte. Ziehier het programma met de namen der piloten, die de vluchten zullen onder nemen: 12 September: Smirnoff en Beekman. 19 September: Duimelaar en Tepas. 3 October: Frijns en Soer. 17 October-: Aler en Jongbloed. 31 October: Beekman en Van Dijk. 14 November: Tepas en Hondong. 28 November: Soer en Wiersma. 12 December: Smirnoff en Sillevis. 28 December: Van Dijk en Pellius. 9 Januari: Hondong en Van Mossel. De eerste vier vluchten zullen derhalve worden ondernomen door de vier bekende Indië-vliegers met een tweede piloot, welke piloten daarna, ook met een "helper de vol gende vfuchten uitvoeren. Oud-minister Lambooy. Men schrijft aan de liberale „Bredaschc Grt.' uit Den Haag: „Het heeft eenige verwondering ge wekt, dat tot minister van Defensie be noemd is een burger in den persoon van clri L. Deckers en dat de heer Lambooy niet herbenoemd werd tot minister van Defensie. De reden hiervan moet gezocht worden in een hoogloopend meeningsver- schil tusschen den kabinetsformateur, den heer Ruys, en den heer Lambooy, welke laatste tijdens zijin. ministerschap in een zaak, die wij vooralsnog niet bij name zul len noemen, naar de meening van den heer Ruys (e zelfstandig, zonder daarin de R.K. Staatspartij te kennen, zou zijn op getreden." Naar „Het Volk" vernam, zou de „hiet met name te noemen zaak", door het Bre- dasche blad aangeduid, deze zijn, dat de heer Lambooy den katholieken aalmoeze nier Huijs een berisping gaf wegens diens hofding tegenover de vrijmetselaars. Dit moet hein van de zijde der R.K. Staats- paftij buitengewoon euvef geduid zijn en hSffi zijn ministerzetel gekost hebben. Treinohgeluk. Gistermorgen te "9 uur is het achterste deel *an trein 302 uit 'Den Bosch, toen deze het Centraal-station te Utrecht bin nenreed, doordat de wissel te snel weid overgehaald, op verkeerd spoor geloopen. Een postwagen vernielde o.a. het eind punt van het eerste perron en kantelde daarna om, zoodat twee sporen werden versperd .De postconducteur, die zich in den wagen bevond, kon zich in veilig heid stellen. Een rijtuig 3e fel. ontspoorde. De reizigers konden zich zelf echter alls bevrijden. Een goederenwagen richtte eenige materieele schade aan. Terstond werd met het opruimingswerk begonnen. De treindienst ondervond eeni ge vertraging. Nederland en Zuid-Afrika. Naar de „Tel." uit Londen verneemt, is de nieuw benoemde gezant van de Unie van Z.-Afrika bij het Nederlandsche Hof de heer De Villiers, voornemens zijn post in den loop van October a.s. reeds te aanvaarden. De heer De Villiers maakt deel uit van de Zuid-Afrikaansche Vol kenbondsdelegatie, die de aanstaande Vol kenbondszitting te Genève zal bijwonen en na af[oop hiervan zal hij de voorbe reidselen treffen voor zijn vertrek naar Nederland. Binnenkort zou voorts het bericht wor den tegemoet gezien omtrent de benoe ming van een Nederlandschen gezant te Pretoria, Op het departement van Buitenland- sche Zaken werd bevestigd, dat eerlang 'e heer Dan J. de Villiers hier te landb zal weiden geaccrediteerd als buitenge woon gezant en gevolmachtigd ministei- van de Unie van Zuid-Afrika. Men deelde tevems mede, dat de Regee ring inderdaad de nocdige maatregelen overweegt om het consulaat-generaal der Nederlanden te Pretoria te verheffen tot een gezantschap. J Alastrim en inenting. Naar aanleiding van de nieuwe alastrim- gevaflen te Rotterdam is een redacteur van „Het Volk" eens gaan praten met Jr. Bi enkman, den waarnemenden direc teur van den gemeentelijken geneeskundi gen dienst te Amsterdam. Mijn indruk is, zoo zeide de heer Brenk man, dat het aantal menschen, dat ingeënt of heringeüil wordt, toeneemt en dat spontaan meer en meer van de gelegenheid gebruik wordt gemaakt. Maar. zei de heer Brenkmain verder met nadruk, aan allen, die builen de stad gaan, die hun kinderen naar buiten sturen of die logees krijgen, zou ik den raad willen geven, iaat uzelf en uw kinderen eerst In- of herinenten. Eigenlijk is dat van den aanvang af ons standpunt geweest, wij hebben steeds een in- of hcrinenting aangeraden. Deze maatregel van voorzorg is ook ernstig aan te bevelen, voor allen, die op reis gaan ein dus noodgedwongen in nauwe aanraking met medepassagiers in de kleine ruimte, die een spoorwegcoupé biedt, korteren of langeren tijd moeten doorbrengen. Wij kunnen onmogelijk weten, met wie wij daarbij in aanraking komen, en daarin schuilt een gevaar. Allen dus, die regel matig of voor één keer onderweg moeten zijn, zou ik thans willen raden: laat" u herintenten. Er zijn eenige bezwaren aan verbonden, dat geef ik toe, zei de heer Brenkman. Gevaren zijn er echter niet, men kan en kel éen dikken arm met eenige vethoo- ging krijgen, maar daar is men in een paar dagen weer af. Een algemeemen raad om alle kinderen die nog niet ingeënt zijn, te laten inenten, wil ik nog niet geven. De haoordeeiing, of een kind al of niet zal worden ingeënt, moet voorloop ig nog bij den huisdokter blijven. Omdat hij moet oordecLn over den algemeanen gezondheidstoestand van het kind. Bepaalde aandoeningen kunnen inenting onwenschelijfe maken en "boven dien bestaat nog altijd de kleine kans op encephalitis (aandoening van het centrale zenuwstelsel). Op die gronden moeten huisdokters en ouders in gemeenschap pelijk overleg thans nog beslissen, of bet kind ai dan niet zal worden gevaccineerd. Men moet de verschillende zaken tegen elkander afwegen. Maar zoodra zich hier ter stede een geval van alastrim voor zou doen, zou ifc dit standpunt herzien en aanraden, alge meen tot vaccinatie en re-vaccinatie over te gaan. Het gevaar van encephalitis zou dan bij mij minder zwaar wegen, dan het andere gevaar, dat van de alastrim. Bo vendien, aandoening van het centrale ze nuwstelsel kan ook door andere infectie ziekten ontstaan, en waar prooentsgewijze de kans betrekkelijk gering is, zou ik niet schromen, algemeen tot inenting en her- inenting over te gaan. Ik ben voorstander van de verplichte vaccinatie en het spijt mïj, dat de vroegere regeling dienaangaande is ingetrokken. In verschillende kranten is er op gewezen, dat deze epidemie een zoo' onschuldig karakter draagt en dat de patiënten, die door alastrim worden aangetast, zich bij na niet ziek voelen. Dat is onjuist. De patiënten, die wij' in Rotterdam hebben gezien, voelden zich stevig ziek, zelfs de z.g. lichte gevallen. Dat men zich dus van alastrim niet ziek' zou voelen, is een verhaaltje, meer niet. De alastrim blijft altijd een soort pok ziekte, die de patiënten ieelijk aanpakt, en al zijn er tot dusverre op de in Rotter dam voorgekomen gevallen nog slechts twee dooden te betreuren, men 'dient met het stevig ziek zijn voldoende rekening te houden. Wanneer zich dan ook onverhoopt alas- trimgevallen in Amsterdam zouden voor doen, zouden wij niet aarzelen dlgemeene vaccinatie aan te raden. Dit standpunt stemt volledig overeen met dat, hetwelk wij van den aanvang af hier hebben inge nomen.- Wij willen liefst den geleidelijken weg bewandelen, een run op de vaccinatie lokalen voorkomen. Maar als wij er daar mee niet komen, schromen wij niet stevige maatregelen te nemen. Daar voelen wij ons het veiligst bij. Maar op het oogenblik is er nog geen aanleiding de alarmklok te luiden. Aan den anderen kant laten wij ons echter ook niet in slaap sussen en wij blijven het standpunt innemen, dat inenting SR her-inenting tegen alastrim beschermt. Hollanders gemolestreerd. Gisternamiddag reed de heer H. B„ directeur van de Brouwerij De Kroon te Wijlre, met zijn zoon per auto naar Aken. Op den Vaalser weg, vlak bij Aken, ging een communistische bende hem vooruit. De zoon, die aan het stuur zat, reed zeer langzaam langs den stoet op, toen de ben de plotseling den auto overviel. Zij trokken den zoon uit den wagen en

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1929 | | pagina bijlage 1