In dienst van allen.
N° 69
Woensdag 15 Juni 1.929
A£6 Jaargang.
Buitenland
Rechtszaken.
LINTVELT's BAZAR
Zomersproeten
Sport.
Koloniën
FroVincienieaWs
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal, in Goes f 2,
buiten Goes f2,—.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
GOESCHE
Verschijnt: Maandag-,Woensdag- UitgaveNaamlooza Vennootschap Goesche Cowant
en Vrijdagavond. Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244
COURANT
Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
gevestigd te Goes.
ADVERTENTIËN
van 1—5 regels f 1,20, elke regel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt 2 maal berekend. Dienst
aanbiedingen en aanvragen 15 ct.
per regel. Advertentiën worden
aangenomen tot 12 uur voorm.
OVERZICHT.
Engeland en Amerika.
De officieele „Herald" bericht.dat
president Hoover besloten heeft Mac
Donald persoonlijk tot een bezoek uit
te noodigen in den a.s. zomer. De
Amerikaansche ambassadeur te Lon
den, generaal Dawes, zal bij zijn ambts
aanvaarding de uïtnoodiging aanvaar
den. Ook de Canadeesche minister
president zal waarschijnlijk worden
uitgenoodïgd. Mac Donald heeft ook
aan Senator Borah, den voorzitter van
de commissie voor buitenlandsche za
ken, medegedeeld, dat hij den wensch
koesterde zelf naar Amerika te ko
men. De geheele Amerikaansche pers
hecht aan het bezoek van den Brit-
schen minister-president een zeer bij
zondere waarde met het oog op de op
lossing van bet vlootvraagstuk.
Politierechter te Middelburg.
Beleediging.
S. J. v. H., 34 jaar, veekoopman te
Goes, werd ten laste gelegd dat hij op
14 Mei j.l. te Goes C. B. heeft be
leedïgd.
Eisch: f10 boete of 10 dagen hech
tenis. Uitspraak f 10 boete of 10 da
gen hechtenis.
In het gezicht.
G. J. L., 33 jaar, herbergier te Ter-
neuzen, werd verdacht dat hij op 30
April te Goes J. V. in zijn gezicht heeft
geslagen.
Eisch: f10 boete of 10 dagen hech
tenis. Uitspraak f10 boete of 10 da
gen hechtenis.
De moord op den heer Lans.
De belangstelling voor deze recht
zaak was zeer groot. Reeds om half 9
stonden te Rotterdam lange filé's be
langstellenden, w.o. veel vrouwen, op
de binnenplaats van het gerechtsge
bouw opgesteld, zoodat speciale po
litiemaatregelen noodig waren. Een
uurtje later werden er afzonderlijke
rijen geformeerd voor mannen en vrou
wen en toen het uur van de terecht
zitting naderde, werd de deur van de
publieke tribune het eerst voor de
vrouwen geopend, waarna de mannen
gelegenheid kregen de overblijvende
plaatsen te bezetten. Er konden onge
veer 300 belangstellenden worden toe
gelaten. Zeker moesten er evenveel
Hoek Koningstraat - Magdalenastraat.
SPECIAAL ADRES IN: GLAS.
PORSELEIN EN AARDEWERK.
101
FEUILLETON
Naar het Engelsch van
ETHEL M. DELL.
Geautoriseerde vertaling van
DICKy WAFELBAKKER
Bill nam plaats en veegde zijn voor
hoofd af. Hij had hard gereden. „Ik
denk niet, dat het ditmaal gebeuren
zal, generaal", zei hij. „Het spijt me
heel erg, dat u ziek is. Kan ik mis
schien iets voor u doen?"
„Had ik je laten roepen, als dat
niet het geval was?" bromde de gene
raal. „Al heb ik voor het oogenblik
de kracht over mijn onderdanen ver
loren, mijn verstand werkt nog uit
stekend hoor. Luister nu eens goed,
Bill. Ik moet je een bekentenis doen.
Ben je bereid me aan te hooren?"
„Natuurlijk, generaal". Bill betrapte
zichzelf er op er naar te verlangen,
dat het onderhoud gauw afgeloopen
zou wezen.
„Nu, dan zal ik beginnen. Ik heb
eens met Stafford gesproken en ik
ben tot de ontdekking geraakt, dat
jij niets met die heele weglooprge-
schiedenis te maken hebt gehad. Hij
beweert, dat jij er allerminst bij be
trokken was en xk heb geenerlei re
denen aan zijn woorden te twijfelen.
Ik maak je dus mijn excuses. Boven
worden teleurgesteld. Ook de ruimte
in de rechtzaal was geheel bezet. Toen
de rechtbank binnenkwam, bleek het
dat dr. Surringa als assisteerend rech
ter fungeerde. Kort daarop werd de
verdachte tusschen twee veldwachters
binnengeleid.
Nadat de dagvaarding was voorge
lezen, werd begonnen met de vermo
gensdelicten.
Verdachte erkende de verduisterin
gen te hebben gepleegd, die in een
jaar of drie f12.000 beliepen. Over
het gebruik van het verduisterde geld
liet hij zich slechts vaag uit. O.a.
stuurde hij geregeld geld aan zijn
schoonzuster, me|Vr. W. Bij het ver
hoor van mevr. W. werd haar door
den president toegevoegd dat zij eigen
lijk als medeplichtige had moeten te
rechtstaan.
Vervolgens komt de moord in be
handeling en al spoedig worden eeni-
ge nieuwe elementen genoemd, waar
van tot dusver nog niets naar buiten
was gebleken.
Dr. E. C. van Rijssel verklaarde
als getuige dat het slachtoffer over
leden is tengevolge van een groot aan
tal slagen aan den rechterkant van
den schedel en steekwonden aan den
hals. De wonden aan het hoofd zijn
met een zwaar voorwerp toegebracht.
De steekwonden aan den hals zijn met
een mes toegebracht.
Ter terechtzitting wordt een klein
tafelmes vertoond.
Getuige meent dat daar de moord
mede kan gepleegd zijn.
Dr. Gerhard, scheikundige te Rot
terdam, heeft de vlekken op ver-
dachte's kleeren en pak onderzocht.
Hij heeft niet kunnen constateeren of
dat menschenbloed was en of de
plekken oud of versch waren. Er zijn
geen bloedsporen op het mes ge
vonden.
Dan begint het verhoor van den ver
dachte. Deze verklaart onschuldig te
zijn en er in het geheel niet bij be
trokken te zijn. Hij geeft toe dat er
redenen voor verdenking zijn.
Daarna werd gehoord mej. Lans, de
dochter van het slachtoffer. Daarna
wordt gehoord mevr. Lans. Zij her
innert er aan dat van O. eens tegen
hem gezegd heeft dat er meer dan
één dader moet zijn geweest. Daarna
wordt gepauzeerd. Na de pauze wordt
allereerst gehoord de inspecteur van
politie, Hermans, die een omstandig
verhoor doet van het eerste onder
zoek dat hij heeft ingesteld.
Mej. Lans verklaart dat zich in de
tweede brandkast nagenoeg geen geld
heeft bevonden. Alleen de kast met
geld is opengebroken.
De president: Is het niet vreemd,
dat alleen de brandkast is openge
maakt, die het geld bevatte? Iemand,
die op het kantoor onbekend was,
zou toch beide kasten open gemaakt
hebben.
Verdachte geeft op desbetreffende
dien heb ik je heel gemeen behandeld
in die Verlines-kwestie. Hpt spijt me
meer dan ik zeggen kan, dat ik op
zulk een vervloekt schunnige manier
te werk ben gegaan. Het hindert me
ontzettend".
„Het is in orde, generaal", zei Bill
kalm. Hij stak zijn hand uit en toen
de generaal die drukte, zag de jonge
dominee tot zijn verbazingg dat er
tranen in de oude oogen stonden.
„Jij bent een beste kerel", ging hij
voort. „Dat heb ik altijd beweerd.
Een van de beste mannen, die ik in
mijn leven ontmoet heb. Waarom ben
je toch eigenlijk niet in dienst gegaan?
Ik heb dat couranten-bericht van A
tof Z gelezen en ik moet toegeven,
dat je je kranig hebt gedragen. Maar
toch heb je aan één kant geboft, Bill.
Het was een zegen, dat die bewuste
man het tijdelijke met het eeuwige
verwisselde. Is het waar, of niet?"
„Volkomen waar".
„Ik veronderstel, dat ze je nu wel
nemen zal?" klonk de volgende vraag.
„Ik hoop hef van harte, generaal".
De oude man grinnikte. „Nu, je
hebt mijn zegen. Ik hoop dat je ge
lukkig moogt worden, want dat ver
dien je in alle opzichten. Ik veronder
stel ook wel, dat zij daarvoor zorgen
zal. Ik heb altijd beweerd, dat ze een
allemachtig knappe vrouw was en ik
denk, dat ze haar wilde haren nu
zoetjesaan verloren heeft. Maar nu
krijg je natuurlijk ook voor den jongen
te zorgen?"
ver-
dwijnen spoedig door een pot
Sprutol. Bij alle Drogisten.
vragen toe, dat er in den tijd, dat hij
bij de N.V. werkzaam was, er drie
maal is ingebroken, telkens in den
nacht.
De president vindt het merkwaardig,
dat in het halve uur, dat verloopen
is sedert verdachte is weggegaan, vol
gens zijn opgave en het vinden van hef
lijk, iemand op het kantoor is ge
komen, die blijkbaar met de situatie
goed op de hoogte was.
Mevr. Lans zegt, dat haar man ver
dachte niet wilde ontslaan, doch dat
deze niet zeer geschikt was voor z'n
werk.
Getuige G. de Jong, agent van po
litie, heeft een politiehond lucht ge
geven aan een handdoek, en het door
den hond gevolgde spoor wees uit,
dat de dader via het achterhek was
vertrokken.
Verdachte had een sleutel van hef
achterhek, deze lag in zijn lessenaar,
een andere sleutel hing op de expe
ditie. Slechts Zaterdagsmiddags ge-
bruikfe verdachte dien sleutel. Den
avond van den moord was hij door
het vóórhek vertrokken.
Getuige L. H. H. J. Vermaas, chef
bij de N.V. Adr. de Haas, verklaarde,
dat van O. hem meermalen gezegd
had: sluit het vóórhek maar, ik ga
wel achteruit.
Verdachte merkte op, dit gezegd te
hebben, om dan zeker te zijn, dat het
voorhek gesloten werd. Verdachte ging
dan toch door het voorhek weg.
Getuige Bruinaarts heeft verdachte
wel op Zaterdagmiddag door het ach
terhek zien vertrekken.
De president vraagt verdachte, waar
om hij altijd ontkend had, den sleu
tel gehad te hebben.
Verdachte heeft er niet zoo aan ge
dacht. Zoo dikwijls is het niet voorge
komen, dat verdachte Zaterdagsmid
dags door hef achterhek wegging. Hij
nam dan den sleutel van dit hek uit
aijn lessenaar en 's Maandags borg
hij hem daar weer op.
Getuige L. Hermans verklaart, dat
verdachte steeds pertinent ontkend
heeft een sleutel van het achterhek
te hebben gehad. Als een vreemde de
moordenaar was geweest, dan zou
deze niet de moeite genomen hebben
na zijn daad het hek weer zorgvuldig
te sluiten. En getuige heeft geconsta
teerd, dat het hek gesloten was.
Verdachte, door den president om
trent den sleutel nader ondervraagd,
geeft toe, Maandags na den moord
een sleutel aan zijn schoonzuster in
bewaring te hebben gegeven.
Verdachte vermoedde, dat dit de
sleutel van het achterhek was ge
weest. Dien sleutel moet hij dan van
„Hij zal volstrekt niet in den weg
zijn, want we zijn vrienden gewor
den", zei Bill.
„Ha, ha, ha, zoo is het met mij ook
gegaan. Ik heb vrede moeten sluiten
met Stafford om mijn mooie Molly in
de buurt te kunnen houden". Weer
liet hij een schor lachje hooren. „Maar
toch zal ik mijn zin doordrijven. Dat
is altijd gebeurd. Ik heb vanmorgen
mijn testament gemaakt, en zijn naam
komt er niet in voor. Ik heb alles
aan Molly nagelaten. Zij zal hem nu
volkomen naar haar pijpen kunnen
laten dansen".
Bill keek hem aan. „Gelooft u wer
kelijk, dat u zich door deze daad ge
lukkig zult voelen?" vroeg hij.
De oude man viel in zijn kussens
achterover en er verschenen diepe rim
pels in zijn voorhoofd. „Och, klets
toch niet! Jij hebt totaal geen gevoel
voor humor. Dan bezitten menschen
die verliefd zijn, eigenlijk niet. Ga jij
nu maar zoo gauw mogelijk met je
Madame Verlines trouwen en dan
spreken we elkaar nog wel eens, wan
neer je weer volkomen normaal bent".
Het was duidelijk merkbaar, dat
hij in een stemming verkeerde, waarin
er bitter weinig met hem te beginnen
was en nu hij eenmaal weer vrede met
Bill had gesloten, scheen hij het het
beste te vinden, dat hij maar zoo
gauw mogelijk weer verdween.
Bill kon een zucht van opluchting
niet weerhouden, toen hij weer goed
en wel buiten stond. Het was hem een
den Zaterdag af in zijn zak gehouden
hebben. Ook kan het geweest zijn,
dat verdachte den sleutel van het ar
chief, waarnaar de politie gevraagd
heeft, verwisseld heeft met dien van
het achterhek. Verdachte had zelf de
mogelijkheid onder het oog gezien,
dat er verband gelegd zou worden
tusschen dengene, die fraude gepleegd
had, en dengene, die den moord ge
pleegd heeft. Vandaar dat verdachte
bang is geworden en gedacht heeft:
Men moet bij mij geen sleutel van het
achterhek vinden.
De president: Dit zou alleen moge
lijk zijn, als U wist, dat de moorde-
xijaar door het achterhek was gegaan.
Mevr. H. Logger, violiste, was vrien
din van mevr. van O. Zij gaf verdach
te Donderdagsavonds vioolles. Hetbe-
ginuur kwam er niet zoo erg op aan,
maar in den regel kwam getuige om
8 uur, en dan was verdachte altijd
thuis. Hij was dan altijd klaar of bij
na klaar met eten.
Den avfond waarop de moord ge
pleegd is, was getuige wat later geko
men, doordat getuige een ziek kind
had. Zij was toen omstreeks half ne
gen gekomen. Dadelijk was het haar
opgevallen, dat het haar vreemd was,
dat verdachte zijn vrouw, die getuige
van haar woning had afgehaald, en nu
samen met haar binnen kwam, een
hand gaf; dat deed hij anders nooit.
's Avonds was een politie-agent ge
komen, die verdachte de boodschap
bracht, dat hij in Rotterdam bij de
politie ontboden was. Verdachte was
toen zenuwachtig geworden en had
zich verkleed, omdat er in de broek
van dit cosfuum een gat zou zijn. Ge
tuige had dit niet gezien, en later heeft
de echtgenoote van verdachte getuige
nog willen suggereeren, dat zij dit
gebrek gezien had, maar getuige hield
vol, dat zij er niets van gezien had.
Een paar dagen later was mevr. van
O. bij getuige gekomen en had ver
teld, dat haar man haar gewezen had
op de noodzakelijkheid vooral het uur
te onthouden, waarop verdachte was
thuis gekomen. Op een nacht was ver'
dachte's vrouw bij getuige gekomen.
Zij was toen radeloos en riep: „Nou
heb ik het toch gedaan!" Het duurde
geruimen tijd eer dat getuige uit haar
kon krijgen, wat zij bedoelde. Toen
zei ze een pakje in het water te heb
ben gegooid. Getuige ontkent degene
te zijn, die anoniem inlichtingen had
verschaft over verdachte.
Nadat nog enkele andere getuigen
zijn gehoord, is de zaak geschorst tot
hedenmorgen.
LUCHTVAART.
De nieuwe Oceaan-vlucht.
Het Zweedsche Oceaan-vliegtuig, dat
Zondagmiddag uit Bergen in Noorwe
onmogelïjkheid aan iemand anders
dan aan Eve te denken.
Maar hoe moest hij haar vinden?
Zes dagen geleden was zij reeds ver'
trokken en behalve de boodschap wel
ke zij Ellen Barnet had opgedragen,
had hij taal noch teeken van haar
vernomen.
Het leek, alsof hun liefde opge
houden had te bestaan, hoewel zijn
geheele ziel naar haar verlangde. Was
alles dan toch een droom geweest?
Had hij haar ooit werkelijk in zijn ar
men gehouden?
„Gode moge me helpen haar te vin
den", mompelde hij.
Toen hij het hek van de pastorie
bereikte, scheen de zon juist vlak
in zijn oogen, zoodat hij niet bemerk
te, dat er iemand op hem toekwam.
Nadat hij van zijn paard was ge
sprongen, zag hij haar evenwel. Hef
was Ellen Barnet. Dit was de eerste
maal, dat hij haar weer ontmoette na
dien bewusten avond in het kerkje.
„Ik ben even gekomen om u te
zien", zei ze blozend. „Mevrouw
Winch was zoo vriendelijk me verlof
te geven. Ze ligt met een zware ver
koudheid te bed".
„Oh, wat spijt me dat. Kan ik soms
iets voor haar doen?"
„Oh, nee, dank u wel", zei Ellen.
„Haar toestand is niet ernstig, geluk
kig. Maar ik dacht zij dacht ook
dat u het prettig zou vinden te hoo
ren, dat de bus van Hatchstead zoo
juist is binnen gekomen en dat dat zij
gen is vertrokken voor het volbren
gen van de tweede etappe van zijn
Oceaan-vlucht heeft tegen middernacht
tengevolge van een breuk van de ben
zineleiding op ongeveer 200 K.M. ten
Oosten van Reykjavik nabij Skaptaros
aan de Zuidkust van IJsland een nood
landing moest maken.
Het Zweedsche watervliegtuig „Sve-
rïge" is gisterochtend om 4.10 na
zorgvuldige bestudeering der weerbe
richten vertrokken naar Ivigtut op
Groenland. Na drie kwartier kwam
hef vliegtuig terug, waarschijnlijk om
dat de vlieger oordeelde, dat de ma
chine te zwaar belast was.
Om 6.35 steeg het vliegtuig weder
om op en verdween in de richting
Ivigtut.
Van Lear Black's toestel vernield.
De groote Fokker-machine van Van
Lear Black is bij Calcutta na een
vlucht van Allahabad neergestort. Het
toestel werd geheel vernield. Alle vijf
inzittenden bleven ongedeerd. De reis
naar het uiterste Oosten moet dus op
gegeven worden.
Ernstig spoorweg-ongeluk.
Van den middagtrein van Soerabaja
naar Malang is nabij Soekoredjo de
achterste wagen door het verkeerd om
trekken van een wissel op een ver
keerd spoor geloopen. De gederail
leerde wagon trok nog twee wagens
mee. Twee inlanders, die uit den trein
wilden springen, werden onder den
vallenden wagen verbrijzeld. Voorta
zijn er vijf personen zwaar gewond,
waaronder een Chinees, die den ver
splinterden zijwand van den wagen
tegen het lichaam kreeg.
Wildschade-commissies.
De minister benoemde de leden en
plaatsvervangende leden der wildscha
de-commissies. In het gedeelte van
Zeeland ten Westen van Walcheren en
Noord- en Zuid-Beveland (voorzitter
is C. Stevens te Goes) werden be
noemd tot leden: J. Louwerse te Ga-
pinge; P. J. Elout te Domburg; tof
plaatsvervangende leden: P. de Putter
's Heer Hendrikskinderen en A. J. P.
Kakebeeke te Krabbesndijke.
De Zeeuwsch-Vlaamsche Waterleiding-
Maatschappij.
De heer A. Th. 't Gilde, lid van
den gemeenteraad van Axel, tevens
lid der commissie van onderzoek van
de Zeeuwsch-Vlaamsche Waterleiding-
Maatschappij, heeft in een adres aan
den minister van Arbeid de volgende
vragen gedaan:
le. Wil uwe Excellentie kennis ne
er in zat. Ik heb haar duidelijk gezien",
Voor een kort oogenblik stond Bill
als aan den grond genageld. „Weet je
het heel zeker", vroeg hij heesch.
„Ja, heel zeker. En ik hoop niet,
dat het u hinderen zal, maar Me
vrouw Winch heeft uw geheim gera
den. Ze beweert, dat zij het dien mid
dag van het kinderfeest aan de uit
drukking van uw gezicht had gezien.
En ofschoon zij het natuurlijk van
haar standpunt bekeken niet prettig
vindt, dat er zooveel over haar ge
sproken is, begrijpt ze toch heel goed,
dat mevrouw Rivers een lieve, goede
vrouw is. En.,., ze hoopt van harte,
dat u gelukkig moogt worden".
„Jij hebt haar zoover gekregen om
dit te zeggen", zei Bill vol overtuiging.
„Oh, nee, nee", .protesteerde ze
haastig. „Laat mij u nu niet langer op
houden. Ik weet zeker, dat u het erg
druk heeft en ik moet naar mijn zieke.
Vaarwel."
Ze strekte haar hand uit en Bill
hield die enkele seconden stevig in
de zijne geklemd. „Ellen", zei hij fee
der, „ik weet op het oogenblik waar
lijk niet, wat ik zeggen moet.... Hoe
zal ik ooit in staat wezen je al die
goedheid te vergelden..,."
„Ik heb werkelijk niets bijzonders
gedaan", zei ze verlegen. „Gelooft u
niet, dat het beter is als u nu weg
gaat?"
Er lag een dringende, smeekende
klank in haar stem. Hij glimlachte
en verdween. (Slot volgt).