m personen welke de bijzondere bewaar scholen in het leven riepen nu een beroep doen op de openbare kas. De heer Simons gelooft niet dat het onderwijs in Goes goedkooper zou zijn als alle leerlingen van bijzondere be waarscholen openbare inrichtingen bezochten. Spreker verwondert zich ten zeerste over het stand punt van den heer van Bommel van Vloten t.o. van het bijzonder onder wijs. Deze heer verkondigt een theorie die wellicht 25 jaar geleden nog op geld deed, doch nu niet meer. De vorige spr. ontkende de moreele plicht van de ouders om hun kinderen te laten leeren in een omgeving die aan sluit op hun godsdienstige overtuiging. Hetgeen de meerderheid der finan- tieele commissie voorstelde is boven dien goedkooper dan het voorstel van B. en W. De heer Crucg kan zich niet in denken dat de chr. schoolbesturen te gen het voorstel van B. en W. zijn. Spr. zal voor het voorstel stemmen. De heer Eckhatdt wil het voorstel der schoolbesturen in stemming bren gen. Wethouder Goedbloed zegt van links een geluid te hebben gehoord, dat 50 jaren oud is. De wet verplicht de ge meenten niet tot het oprichten van bewaarscholen, dus als Goes geen openbare bewaarschool over houdt, dan handelt men niet tegen de wet. Spr. zegt verder dat bewaarscholen eigen lijk nooit een openbaar doch een bij zonder karakter hebben. Als de ouders de kinderen volgens hun godsdienstige overtuiging willen doen opvoeden, dan is daar alles voor. In 1927 heeft het openbaar bewaar- schoolonderwijs f 56 per leerling ge kost. De bijzondere bewaarscholen vra gen daarentegen aan de gemeente slechts f 55 per leerling. Ook uit fi- nantieel oogpunt verdienen de bijzon dere bewaarscholen dus de voorkeur boven openbare bewaarscholen. Wethouder van Melle vindt ook dat de openbare bewaarschool niets an ders is dan een bijzondere school, die door de gemeente wordt bekostigd. Het zou wenschelijk zijn als er één bewaarschool was in Goes, maar dan moest de meerderheid der ouders uit maken in welke richting het onderwijs gegeven zou worden. Spr. was eerst voor het voorstel van B. en W., nu echter gaat hij met de bijzondere schoolbesturen mede. Het voorstel van B. en W. wordt verworpen met 11 tegen 2 stemmen. Voor stemden de soc. dem.-raads leden. De heer Crucg zegt het zeer vreemd te vinden dat de wethouders tegen hun eigen voorstel stemmen. Wethouder Goedbloed: „Dat komt toch heusch meer voor". Het verzoek der bijzondere school besturen wordt aangenomen. Eveneens het voorstel inzake reorganisatie der bijzondere bewaarscholen. It. van Poelgeest keurt hef af dat de rechtsche raadsfracties overleg heb ben gepleegd met de schoolbesturen. De kwestie was daardoor al beslist, voordat de raadsvergadering plaats vond. De heer CruCq zegt, dat het voorstel is aangenomen omdat de chr. school besturen zijn gehoord. Hij laakt het veranderde inzicht der wethouders. De heer Simons meent, dat deze hun houding volkomen hebben verdedigd, ilftr. Voorloopige vaststelling der gemeen terekening over 1927. De gemeenterekening wordt vastge steld met algemeene stemmen. Voor den gewonen dienst bedragen de in komsten f 689.911,92, de uitgaven f 648.554,371/2» het batig slot alzoo f 41.357,54i/2. Voor den kapitaaldienst bedragen de ontvangsten f 315.363,18, de uitga ven f 318.864,731/3, het nadeelig slof f 3501,55%- Georganiseerd overleg. Voorstel tot vaststelling eener ver ordening, regelende het georganiseerd overleg voor ambtenaren en wsrklie den in dienst der gemeente. De heer Crucg heeft zich verheugd over dit voorstel van B. en W. Spr. voelt ook voor het advies om de po litie niet in het georganiseerd over leg op te nemen in verband met het feit dat de burgemeester hoofd der politie is. Voor de politie-zaken wenscht spr. een dienstcommissie. De voorzitter is het daarmede niet eens. Spr. legt uit dat zijn politio- neele functie te dezer zake van geen gewicht is. Ir. van Poelgeest wil de commissie met twee leden uitbreiden en wel zoo dat de meerderheid van den raad er door verkregen wordt. Als er dan uit spraken gedaan worden, weet men vooruit dat de raad ze goedkeurt. De heeren Koning en van Bommel van Vloten gaan hiermede niet ac- coord. De commissie mag de opinie van den raad niet vast leggen. De voorzitter stelt voor de verorde ning op 20 Nov. in werking te doen treden. Aldus wordt besloten. Tot leden der commissie worden benoemd de heeren Buijs, v. d. Does Koning. De kermis. Voorstel tot afschaffing van de ker mis en de toondagen. De voorzitter deelt mede, dat het voorstel is uitgegaan van de twee wet houders. Spr. zelve neemt nog het zelfde standpunt in als in 1920, en hij is niet tegen de kermis. Wethouder van Melle zegt, dat de toelichting van het voorstel op de agenda zeer sober is. Hij wil dus hier meer uitvoerig zijn. Spr. zegt dan dat hij zich om practische redenen vroeger niet tegen de kermis gekant heeft. Bij de oude samenstelling van den raad had spr. met een voorstel toch geen succes geboekt. Nu er een recht sche meerderheid in Goes zetelt, is de zaak veranderd. Spr. zal in zijn toelichting niet den nadruk leggen op motieven van godsdienstigen aard. Er zijn genoeg andere redenen om afkee- rig te zijn van de kermisfeesten. De kermis haalt z.i. het zedelijkheidsbesef naar beneden. Zeker aan de kermis zijn ook onschuldige kanten, zooals het verblijven in de inrichtingen van vermaak op het kermisterrein, doch deze inrichtingen vormen voor de groote massa de kermis niet. De eigen lijke kermis bestaat voor de meerder heid der bezoekers in het buiten zet ten van de bloemetjes, in het brul len en schreeuwen in de straten, in het zingen van gemeene liedjes, in het verkeer tusschen de beide sexes, in het gebruik van sterken drank en in het dansen. Om dan nog maar niet te spreken over hetgeen na afloop der kermis in het donker geschiedt. De kermis is volgens spr. een volkneerhalend ver maak. Toegegeven wordt dat de kermis de gemeentekas voordeelen oplevert,maar deze mogen toch niet opwegen tegen het zedelijk nadeel. Ook wordt er zooveel geld verkeerd besteed tijdens de kermis. Het vermaak onttrekt veel geld aan stad en land, de exploitanten gaan er met de Zeeuwsche guldens van door. Het „finantieele voordeel" voor de inwoners van Goes is dus maar erg twijfelachtig. Het is spr. onmogelijk iets goed in de kermis te ontdekken. Men zegt dat men door afschaffing het volk alle vermaak ontneemt, doch dat is niet waar. Vermaak is er te genwoordig overal genoeg. De ker mis te doen vervangen door een an ders volksfeest kan spr. niet aanbe velen. O.a. niet omdat men het woord feest steeds misbruikt. Als men waar lijk feest wil vieren, zegt spr., dan kan men dit doen op de nationale gedenkdagen. Dan is er tenminste re den tof feestvieren. Betreffende de toondagen zegt spr., dat er vroeger op die dagen veel men- schen in de stad kwamen, hoewel er toen maar een paar kleine kramen stonden. In de laatste jaren heeft men het evenwel noodig gevonden de toondagen geleidelijk het karakter van een kermis te doen aannemen. Toon dagen zijn nu een najaars-kermis ge worden en daardoor verdwijnt veel meer geld uit Goes dan vroeger hef geval was. De winkeliers hebben er een strop aan, daar voor St. Nicolaas geen geld meer bewaard wordt. De 2 kermissen in deze overwegend pro- tesfantsche streek eischen al hef geld op. Spr. zegt tenslotte nog dat hij onlangs op de mededeeling van de af schaffing der kermis te 's Heerenhoek niet uit politieke overweging zijn in stemming schreef. Deze kwam hem uit het hart, omdat een kleine gemeente de stad Goes zoover vooruit was op dit punt. De voorzitter merkt op, dat te 's Heerenhoek de kermis werd afge schaft omdat er toch altijd maar 1 kraam kwam. De afschaffing had dus niet zooveel om het lijf als wethouder van Melle het doet voorkomen. (Ge lach op de publieke tribune). De heer van Bommel van Vloten verwondert 'er zich over dat de recht sche raad zoo lang dit voorstel in petto heeft gehouden. Spr. noemt de toelichting op het voorstel zeer op pervlakkig en ook wethouder van Mel le heeft hem niet kunnen overtuigen. Het spijt spr. dat de heer van Melle niet gewezen heeft op de lichtpunten die de kermis toch ook heeft. De ker mis van Goes is een volks-traditie, zoowel voor de menschen uit Goes als uit de omstreken. De oude Goes- sche markt leeft onder de bevolking van het eiland nog echt voort, en het gaat niet aan om te zeggen dat allen die naar hier komen op die dagen zulks doen om zich slecht en onzede lijk te gedragen. Men vermaakt er zich over het algemeen onschuldig en slechts enkelen gaan zich te buiten. Om die enkelen te straffen gaat het niet aan zoovelen een Onschuldig ver maak te ontnemen. Spr. ontkent vogtfg het recht van den heer van Melle om te bepalen hoe anderen zich moeten vermaken. De vorige spr. stapte ook lichtvaardig over de f 44Q0rdie ibinnen komen aan staangelden, hoewel het toch een beduidend bedrag is. Daar de uitgaven in Goes steeds stijgende zijn, mag men een post van f4400 niet lichtvaardig prijs geven. Spr. spreekt dan de opvatting dat de ker mis nadeelig voor den middenstand zou zijn, tegen. Hij zegt: „In dezen raad wordt zoo dikwijls voor de be langen van den middenstand gepleit, en als ik nu den middenstand ook een dienst wil bewijzen, dan stem ik tegen het voorstel van B. en W." (Applaus op de publieke tribune). De voorzitter adviseert het publiek zich rustig te gedragen. Als hij nog maals op dergelijke wijze instemming wordt betoond, zal hij de zaal doen ontruimen. De heer Simons betoogt dat het voorstel van B. en W. hem bevreemd heeft. Als de voorstellers geen kwaad zien in de kermis zelve, doch in het geen op de kermis volgt, dan moeten ze ook kwaad zien in ieder ander volksfeest. Een noodzaak tot afschaf fing ontdekt spr. niet. De vergelijking van den heer van Melle tusschen Goes en 's Heerenhoek noemt spr. erg vreemd. Een stad is nu eenmaal geen dorp. Spr. zegt dan dat menig volks feest voor de zeden nadeeliger is dan de kermis te Goes. Op de kermis is er licht en controle, andere feesten worden vooral in het donker gehou den. Wat er na de kermis voorvalt, komt niet op rekening van de ker mis. Want na iedere bioscoopvoorstel ling en na iedere danspartij is er ook gelegenheid tot uitspattingen. Eén bioscoopvoorstelling kan meer verval van zeden bewerkstelligen dan een heele kermis. Als er iets afgeschaft moet worden, dan komt volgens spr. het dansen daarvoor eerder in aan merking dan de kermis. Spr. ontkent tenslotte dat de kermis den midden stand schade zou berokkenen. De heer Crucg is van oordeel dat de heer van Melle in zijn verdediging van het voorstel zeer zwak was. Spr. beschouwt de kermis als een mooie vrije dag voor de hard werkende men schen uit het land. Deze kunnen zich geen groote reizen naar Knokke per- mifteeren (gelach) en ze hebben ook ontspanning noodig. Wethouder van Melle heeft gesproken over hef zin gen en dansen bij allerlei feesten. Op de jubileumfeesten heeft spr. den heer van Melle toch ook zien dansen en springen. Spr. vierde dat feest natuur lijk zelf niet mee, maar hij heeft het toch opgemerkt. Welnu zegt spr. tof Wethouder van Melle, laat anderen zich ook vermaken. Spr. stelt dan nog voor om het wapen van Goes maar te veranderen. De ganzen moe ten maar plaats maken voor een vijge blad. De heer van der Does is tegen af schaffing van de kermis, want het kwaad dat in de uren na de kermis misschien wel eens plaats vindt, is niet anders dan de dingen die na alle feesten gebeuren. Spr. vreest ook dat de Middelburgsche kermis erg zou profiteeren van de Goesche afschaf fing. Voor inkrimping van de kermis zou spr. nog kunnen voelen, evenals voor een vroeger sluitingsuur. De voorzitter merkt op, dat het slui tingsuur door hem geleidelijk al ver- vervroegd is. Vroeger sloot de kermis op drukke dagen pas te 4 uur des nachts. Nu op gewone dagen om 12 uur, op den laatsten Maandag om 1 uur en op den laatsten Dinsdag om 2 uur. Verkorting van den duur der kermis ontraadt spr. omdat dat het zelfde is als afschaffing. De exploi tanten zouden Goes, als de kermis korter duurde, vermijden, omdat de Goesche kermis aansluit op kermis sen elders. Dat grijpt allemaal in el kaar. Wethouder Goedbloed meent van en kele heeren den wensch gehoord te hebben de gevolgen van de kermis te verminderen. Spr. raadt deze heeren aan met voorstellen hiertoe te komen. De voorzitter zegt, dat de gevolgen van de kermis niet zoo verschrikke lijk zijn als wel wordt voorgesteld. Openbare dronkenschap komt b.v. zel den voor. Over de laatste 6 jaren wer den gemiddeld gedurende de kermis slechts drie beschonken personen ge arresteerd. De heer Vermaire onderschrijft het betoog van wethouder van Melle. Vol gens spr. zal afschaffing van de ker mis voor den Goeschen middenstand geen schade beteekenen. Ook zonder kermis komen de menschen uit het land naar Goes. Dit ziet men Q.a. op tweeden Paaschdag. De heer Simons verklaart dat de r.k. fractie in den raad niet zal ko men met een voorstel tot beperking van de kermis. De heer Eckhardt zal uit beginsel voor het voorstel van B, en W. stem men. Spr. verwijst verder nog inzake de kermis naar een brochure van een neutraal journalist uit Enschedé. Deze schrijft over het kwaad dat z.i. de kermis oplevert. De heer van Poelgeest zegt, dat men een kermis in Enschedé niet moet vergelijken met de Goesche kermis. Hier wordt de kermis ingetogen ge vierd, en een behoorlijk man kan er zich gerust vertoonen. Het voorstel van B. en W. wordt hierna in stemming gebracht en ver worpen met 7 tegen 6 stemmen. Tegen stemmen de heeren van Melle, Goed bloed, Potter, Eckhardt, Vermaire en Hollestelle. Na de stemming verdwijnen de meeste bezoekers van de overvolle publieke tribune. Voorstel tot stichting van een Re servefonds voor bijzondere doeleinden Het voorstel wordt aangenomen. Vastgesteld wordt het 2e suppletoir kohier der hondenbelasting, dienst 1928. i De rekening van het burgerlijk arm bestuur over 1927 wordt goedgekeurd. De inkomsten bedragen f 138.421,98% de uitgaven f 99.395,68. Er is dus een goed slot ad f 3926,30 De heer Crucg vraagt of het wel noodig was een assistent van den se cretaris-penningmeester aan te stellen. De voorzitter antwoordt dat het werk van den secretaris-penningmees ter zeer omvangrijk is. De heer van Bommel van Vloten zegt, dat de aanstelling in hoofdzaak geschiedde, teneinde bij ziekte enz. te kunnen vervangen. Een niet-ingewerk- te kan dat niet. Verzoek van de heeren J. M. van Riet en A. de Bruijne in verband met de bebouwing van den Oostwal. Ir. van Poelgeest zegt: „De geschie denis van het voorstel bewijst dat er heel wat misverstanden zijn geweest. Ook in dit voorstel zitten nog eenige onzekerheden, vooral wat de hoogte der woningen betreft". Spr. wijst er dan op dat de Oostwal niet overal even hoog is, en vraagt of een en an der nu gecontroleerd is geworden. De voorzitter antwoordt, dat met de verschillende hoogten rekening is ge- gehouden. Het voorstel wordt aangenomen. Aangenomen worden nog zonder dis cussie en hoofdelijke stemming: Het voorstel tot wijziging der ge- meentebegrooting voor 1928. Het voorstel tof wijziging der be grooting van het Grondbedrijf voor 1928. Het voorstel tot wijziging der be grooting van het Gasbedrijf voor 1928. Het voorstel tot wijziging der be grooting van den Keuringsdienst van Waren voor 1928. Het voorstel tot wijziging der be grooting van het Slachthuis voor 1928 Voorstel om met gedeeltelijke in trekking der Raadsbesluiten van 24 Mei 1928 no's 12a, 12b en 13, over te gaan tot het sluiten eener geldleening ad f428.845,82. Het voorstel wordt aangenomen. Rondvraag. Bij de rondvraag vestigt een der raadsleden nog de aandacht van B. en W. op een ijzer deksel van een riool dat niet goed sluit. De voorzitter raadt het lid aan zul ke kwesties voortaan met den direc teur van gemeente-werken te bespre ken. Hierna wordt de vergadering door den voorzitter gesloten. Geslaagd De heer W. J. Braam alhier slaagde te Den Haag voor het machinisten examen. Voor het coupeurs-diploma naar „The Climax System" van Minister en Co. te Londen, slaagde de heer Jac. van Zee Jr. alhier. Promotie Aan de Universiteit te Amsterdam is bevorderd tot doctor in de wis- en natuurkunde op het proefschrift: Bijdrage tot de kennis van het buffer mengsel en het cryolacgetal in melk, de heer P. Post, vroeger onderdirect- teur van den provincialen keurings dienst in Friesland, thans onderdirec teur van den keuringsdienst van wa ren voor het keuringsgebied Goes. Het manhuis. De restauratie van het Manhuis hier ter stede is gereed gekomen. De vol gende week zullen we een en ander over deze restauratie mededeelen. Ongeval. Een van de mannen belast met den aanleg van den rijkstelefoonkabel tus schen Roosendaal en Middelburg kreeg gisteren onder 's Heer Hendrïkskin- deren een klap van een lier tegen hef hoofd. Zijn neus werd verbrijzeld en ook het overige gedeelte van het ge laat werd zwaar gewond. De getroffene is naar het ziekenhuis hier ter stede overgebracht. Bioscopen. In het „Slot Ostende" gaat deze week het machtige filmwerk „Faust". De groote Jannings vervult de hoofd rol in deez film. Tijdens vertooning van de film wordt door het versterkte orkest de opera „Faust" ten gehoore gebracht. De „Landbouw-Bioscoop" brengt deze week eveneens een rolprent die de aandacht zal hebben, n.l. „De zee manskroeg van Singapore". Aan Lou Chaney, de man met het wonderlijke masker, werd de hoofdrol in dit my stieke werk opgedragen. Voor de bijzonderheden van de pro gramma's in „Slot Ostende" en de „Landbouw-Bioscoop" verwijzen we naar de advertentie-pagina. Iu- en uit. Ingekomen zijn: A. M. Wessels en gezin, reiziger, van Kloetinge, Pape gaaistraat 14; J. Deïst, zonder beroep, van Dreischor, Kreukelmarkt 8; H. Beuns, los werkman, van Vlissingen, St. Jacobstraat 36; C. van Hooij geb. Remijn, zonder beroep, van 's Heer Arendskerke, Voorstad 74; G. Zwee- dïjk, kantoorbediende, van 's Heer Arendskerke, Keizersdijk 16. Vertrokken: K. Tramper, dienstbode naar Wolphaartsdijk; D. J. Fransen van de Putte, zonder beroep, naar Amsterdam, J. Verhulststr. 12; C. Dronkers en gezin, timmerman, naar Kloetinge B 7b; A. M. Emmaneel, schilder, naar Eindhoven, Ferd. Bol straat 16; J. Th. A. van Oudheusden, mach. N. S., naar Roosendaal, Boule vard 31; J. Korsuize, dienstbode, naar Colijnsplaat B 170; M. Scholtens, zon der beroep, naar Groningen, Wester kade 9; A. P. A. van Bers en echtg. betonfabrikant, naar Kloetinge B 169; A. Baurdoux geb. Touw, zonder be roep, naar Schore A 29; D. Heinsdijk, zonder beroep, naar Wageningen, Hee- rensfraat 19; A. van Driel, kleerma ker, naar Axel, Koestraat 107. Onbestelbare post. Brieven binnenland: A. Zuidweg, KrabbendijkeMin. v. Koloniën, afd. pensioenen, Haag. N.B. Den afzenders wordt aanbe volen op alle stukken hun naam en adres te vermelden, opdat deze bij onbestelbaarheid aan hen kunnen wor den teruggegeven. Voorts is het gewenscht alle stuk ken van een volledig adres straat naam en huisnummer te voorzien. Kantongerecht. De kantonrechter alhier veroordeel de wegens overtreding: Arbeidswet: W. P. te Wissenkërke f10 s. 10 d. Visschen in verboden tijd en visch beneden de maat bij zich hebben: P. N. te Yersekc f10 s. 1 week tucht- sohool, J. K. aldaar f 5 s. 1 week tuchtschool. Overtreding motor- en rijwielregle ment: F. G. F. te Breda en J. C. S. te Gilse vrijgesproken. Zonder vergunning loopen over eens anders grondJ. K. te Kloetinge f 10 s. 2 weken tuchtschool, M. J. M. te Kloetinge, een berisping. Oesters beneden de maat bij zich hebben: L. M. te Yerseke flO s. 1 week tuchtschool. Met een motorrijwiel rijden zonder goed werkende geluiddemper: C. K. te Wissenkerke fl s. 1 d. Strooperij bij herhaling: A. D. K. te Kloetinge een maand tuchtschool. Te Rilland-Bath op den openbaren weg vloeken: J. 't L. te Maastricht f5 s. 5 d. Te Goes winkel na sluitingsuur ge opend houden: J. M. d. C. te Goes fl s. 1 d. Wielen van wagen niet van klei en modder zuiver houdenJ. E. te Baar land f 3 s. 1 week tuchtschool, C. G. te Biezelinge f 3 s. 3 d. Bot beneden de maat bij zich heb ben en visschen zonder consent: J. M. te Waarde, een berisping. Op een rijksweg met gekoppelde wagens rijden: P. C. te Bergen op Zoom f 5 s. 5 d. Met een rijwiel de veiligheid van het verkeer in gevaar brengen: P. O. te Yerseke, een berisping. Met een rijwiel zonder noodzaak de linkerzijde van den weg houden: A. W. R. te Rilland-Bath f3 s. 3 d. Te Yerseke fietsen over het trottoir: J. S. te Kapelle f2 s. 1 week tucht school. Fietsen 's avonds zonder licht: P. S.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1928 | | pagina 2