k In dienst van allen. Woensdag 21 October 1928 118 Jaargang, Slecht reddingsmateriaal. LINTVELT's BAZAR Buitenland Koloniën ProVincieDieuWs ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f2,— buiten Goes f2, Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. SMOTE Uitgave Naamlooze Vennootschap Goescho Courant Postcheque- en Girorekening Nd. 55571 GOllRAiVT en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244 ADVERTENTIEN van 15 regels f 1,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Diens taanbied in gen en aanvrage* 15 cent per regel. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voormiddag. In den afgeloopen zomer maakten we een bootreisje door de Hollan Isclic wa teren. Even voor de spoorbrug bij Dor drecbt ging bet er om of het schip, waar op we te gast waren, in verband met den stand van bet water onder de brug door zou kunnen of dat bet zoa moeten wach ten totdat de waterspiegel eenige centi meters gezakt zou zijn. Toen we met den kapitein van bet vaartuig de kansen be spraken, kwam ook bet gesprek op het geen gebeuren zou indien de gezagvoerder zich in zijn schatting vergistte en het schip dientengevolge zware averij bij de aanvaring zou bekomen We gingen zelfs verder en vroegen: „Als de schuit lek vaart, wat moet er dan met de passagiers gebeuren?" De kapitein wees met een lachend ge baar naar de twee roeibooten, die op het achterdek opgeslagen waren. Hij voegde er evenwel aan toe: „Of ze werkelijk in staat zouden zijn goede diensten te be wijzen, betwijfel ik." De reddingsbooten van het schip, dat rakelings onder de spoorbrug door ging, behoefden geen dienst te doendien dag. De proef op de som werd dus niet genomen. Na het succes-stukje hebben we een vrij lang onderhoud met den optimisti- schen gezagvoerder gehad over de red dingsbooten aan boord van de vaartui gen in de binnenvaart. Ontstellend was het daarbij te vernemen hoe roekeloos over het algemeen door de binnenvaart-sohip- pers met het reddingsmateriaal wordt om gesprongen en in welken slechten toestand vele reddingsbooten zich bevinden. Miew heeft ze bijna nooit noodig en daarom besteedt men er niet de noodige aan dacht aan. Hier in de omgeving is dit dezer da gen ook gebleken. Toen de provinciale stoomboot op weg van Zierikzee naar het Katsche veer wegens den waterstand niet bij het veer kon aanleggen, werd een reddingsboot gebruikt om de passagiers aan den wal te brengen. Nauwelijks waren de passagiers in de boot geklommen of..., ze hadden natte voeten, daar het water zich toegang tot het hulpvaartuig wist te verschaffen. Deze reddingsboot was dus niet in orde, en als men er op de Schelde bij woelige zee een tocht van eenige ;betee kenis mede had moeten maken, dan zou de schuit wellicht de passagiers geen veilige reis gewaarborgd hebben. Een dergelijke nonchalance t. o. van de reddingssloep op een onzer provin ciale booten lijkt ons zeer te laken. Eetn binnenvaartschipper die geen passagiers vervoert, moet ten slotte zelv© welen of hij in tijd van nood over een water-waar Hoek Koningstraat - Magdalenastraat, SPECIAAL ADRES IN: GLAS, PORSELEIN EN AARDEWERK. FEUILLETON Naar het Engelsch van ETHEL M. DELL. Geautoriseerde vertaling van DICKY WAFELBAKKER. Ze ging echter niet zoo ver als die arme dwaze juffrouw Barnet, die hem als een halfgod scheen te beschouwen. Hij was ook slechts een man, vond mevrouw Winch, en ze had in haar leven heel wat ondervinding van het sterke geslacht op- Ze beschouwde hem tot op zekere hoogte als haar persoonlijk eigendom evenals hij de gemeente scheen te be schouwen en zonder dat zij zich hier van eigenlijk ten volle bewust was, waak te zij dikwijls als een moeder over hem. Zij was de weduwe van een van zijn voorgangers en dientengevolge achtte zij het de natuurlijkste zaak van de wereld eenige rechten te kunnen doen gelden. Dominee was zoo verstandig zich in het geheel niet op het terrein van mevrouw Winch te begeven, daar hij heel goed inzag, dat er verschillende zaken waren, welke hij ten volle aan haar bekwame leiding kon overlaten. dig reddingsbootje wil beschikken, doch met een reddingssloep van een passagiers- boot staat het ee.iigszins anders. En zeer zeker als bovendien die passagiersboot eigendom is van een overheid, die er zelf als de kippen bij is om van den particu lieren ondernemer duizend en een (waar van soms 999 overbodige) veiligheids maatregelen te eischen op ieder gebied. Ter wille van de veiligheid der passa giers (die er toch behoorlijk voor beta len) hopen we, dat het reddingsmateriaal van onze provinciale booten eens dan'; geïnspecteerd, zoo noodig verbeterd, en later op geregelde tijden weer geïnspec teerd zal worden. OVERZICHT. Belangwekkende uitlatingen- Churchill, de kanselier van de Engel- sche schatkist, heeft Maandagavond te Chingford een rede gehouden, waarvan enkele deelen belangrijk genoeg zijn om vastgelegd te worden. Churchill zei o.a., dat de Engelsche regeering uitgenoodigd was tot een con ferentie ten doel hebbende om aan Duitsch land de macht om zijn eigen financieele za ken te bestieren, terug te geven en het mede te deelen welk bedrag het in totaal voor het herstel schuldig is. Wij zijn bereid, zeide Churchill, deze uitnoodiging aan te nemen en al het mo gelijke te doen om elke goede regeling te bevorderen. Ik moet echter uit laten komen dat Engeland reeds een ontzaglijk en ongeëvenaard deel heeft bijgedragen tot de vermindering van de herstelbeta lingen en de oorlogsschulden in Europa Wij hebben elke gedachte om geld van onze vroegere oorlogsbondgenooten of van Duitschland aan te nemen, dat wij niet zeiven noodig hebben voor onze betalin gen aan Amerika, ter' zijde gesteld. Nie mand kan van ons meer verwachten. Wij hebben ons onherroepelijk op bet stand punt van de nota van Balfour gesteld. Verder zeide Churchill nog: In dit jaar ontvangen wij bijna evenveel van Europ als wij aan Amerika betalen. Wij moeten 33 millioen pd. sterling jaarlijks betalen en wij krijgen thans ongeveer 32 millioen pd. st. van Europa binnen. Van 1932 af zullen wij eenige geslach ten lang 38 millioen pd. st. aan Amerika moeten betalen en moeten wij voor deze som zorgen en met het oog op die zwaar dere verplichting in de toekomst hebben wij in de overeenkomsten met onze bond genooten voorzieningen getroffen. Wij zijn dus vrijwel in de positie gekomen, die wij in de Balfour-nota wenschten te bereiken en wij zullen alles doen wat in onze macht is, om die positie te behouden. Churchill heeft ook de ontwapenings- kwestie aangeroerd. Hij zeide dat er oogenblikken waren waarin door inter nationale overeenkomsten groote vorde ringen in de richting van ontwapening te bereiken zouden zijn. Er waren echter ook perioden, waarin het waarschijnlijk beter was, zijn vertrou wen te stellen in financieele krapheid en Over het algemeen genomen konden ze uitstekend met elkander overweg, en niemand zou kunnen beweren, dat de parochie Rickaby onder hun goede lei ding niet in bloei toenam. De oude Generaal Farj eon placht meermalen te beweren dat Rickaby het verrukkelijkste hoekje grond van het gëheele land was en dat men geen beteren zieleherder dan Bill Quentin kon verlangen. „Wanneer er meer mannen bestonden zooals jij," kon hij' vaak zeggen, „dan zou de wereld er waarachtig wat mooier uitzien. Het is niettemin vervloekt jam mer, dat je niet in den dienst bent ge gaan. De portflesch staat naast je, beste jongen. Geneer je niet." En Dominee Bill zooals hij door zijn parochianen werd genoemd on derwierp zich met een glimlach, waar door de discussie reeds beëindigd was, voordat het gesprek goed en wel was be gonnen. 1 1 Er werd beweerd, dat hij predikant was geworden ter wille van zijn oude, zieke moeder. In elk geval was hij met haar naar Rickaby gekomen in de hoop dat zij daar wat zou opknappen; vijf jaar geleden was zij evenwel gestorven en hij had haar een rustplaats gegeven onder den ouden taxisboom op het kleine kerkhof. Hij was tegenover iedereen even vriendelijk en sympathiek en hij kende totaal geen godsdienstige hinderpalen, in het toenemend besef van veiligheid in de gereld ten opzichte van steeds groo- tere vermindering der wapening. Indien men deze krachten een paar jaar hun werk liet doen, was hij van oor deel dat zeer tastbare uitkomsten te be reiken zouden zijn. Als men naar daden oordeelde, vond hij dat Engeland's prestaties op ontwape- ningsgebied er mochten zijin. Engeland was teruggekeerd tot het kleine leger dat te nauwernood sterker was dan de veel geroemde politiemacht. Het was tevreden met een luchtmacht die in sterkte nauwelijks de helft was van dip van zijn naasten buurman, al was die gelukkig ook Engeland's goede vriend, en het had afstand gedaan van de overmacht ter zee die eeuwen lang de grondslag van de macht van Britannië was geweest. Misschien zou zich in de naaste toe komst een nieuwe gelegenheid opdoen, om een merkbaren vooruitgang langs een an deren weg in de richting van. een heree- niging van Europa te bereiken. Verduistering Een uitgebreid onderzoek van de jus titie is aangevangen maar financieele' han delingen van J. W. R. V., notaris te Wel tevreden, in verband met een vermoede- ke verduistering van tienduizenden. Inzake de verduisteringsaffaii-e van no taris J. W. R. V. wordt nader verno men, dat de justitie reeds geruimen tijd vermoedens tegen hem koesterde. Thans is een uitgebreid onderzoek aangevangen, waarbij de gouveraiements-accountants- dienst bijstand verleent. Men vermoedt, dat de notaris zich heeft schuldig gemaakt aan verschillende verduisteringen van hem toevertrouwde gelden, die in totaal tien duizenden guldens moeten bedragen. No taris R. V. hoopt door het te gelde maken van zijn bezittingen het tekort aan te zui veren. 1 Het „Soer. Handelsblad" weet nog te melden, dat de vermoedens dier justitie begonnen te rijzen bij gelegenheid van een affaire met f 15.000 van de Eykenstich- ting, welke gelden door notaris R. V. op een uiterst zonderlinge wijze aan een Arabier als hypotheekgelden waren ver strekt. Een destijdsche oproeping van het parket werd aanvankelijk door den nota ris genegeerd, waardoor hij voldoenden tijd won om het bedrag op te nemen, door dat hij bij verschillende ingezetenen van Batavia stappen gedaan heeft. Toen hij tenslotte toch voor het parket verscheen, kon hij de kwitantie overleggen, waarna de justitie de zaak verder liet rusten, maar toch het oog hield op zijn gestes. Thans stelt de Batavia'sche justitie een uitge breid onderzoek in naar de financieele handelingen van verdachte, die nog ge Door dit feit had hij zich ettelijke malen de verontwaardiging op den hals gehaald van collega's, welke in de buurt van Hatchstead woonden, daar hij op even vriendschappelijken voet stond met Va der Gregory, den ouden priester, als met den doopsgezinden predikant Banner. Bill Quentin scheen zich hiervan ech ter allerminst iets aan te trekken. Hij glimlachte slechts op dezelfde wijze als hij dikwijls tegenover den ouden Generaal Farjeon deed. Hij argumenteerde zelden of nooit. Zijn preeken waren gewoonlijk heel kort en nimmer veroordeelend. Hoewel verschillende menschen van opi nie waren, dat hij veel te liberaal was, durfden ze hem dit toch nooit ronduit te verwijten. Hij was een man, die zichzelf zonder heftig argumenteeren op peil wist te hou den en hierdoor kwam het dan ook wel licht, dat hij zulk een groote populariteit genoot. De zwarte schapen van.zijn kudde hadden een groot ontzag voor hem en zouden het niet durven wagen hem op de een of andere wijze te hinderen. Toch werd er beweerd, dat dominee lang niet gemakkelijk kon zijn, wanneer zijn woede eenmaal was opgewekt. Geen enkele vrouw uit zijn omgeving kon zich evenwel herinneren hem ooit driftig te hebben gezien. Zijn buishoud ster, mevrouw Henderson, zei, dat hij een uitstekend humeur had en nimmer tracht moet hebben, door realisatie van zijn bezittingen de tekorten tijdig aan te zuiveren, maar daarin niet geslaagd is. Stukken voor de Provinciale Staten- Behalve de reeds eerder gepubliceerde voorstellen, zullen nog de volgende stuk ken in de a.s. zitting van de Provinciale Staten van Zeeland aan de orde komen: Vervoer op Zondag op de lijn HansweertWalzoorden, Overeenkomstig de bereidverklaring in bun antwoord op de indertijd door den beer v. d. Wart gestelde vragen, doen Ged. Staten een opgaaf van bet passa giersvervoer op Zondagen^ op de lijn Hansweert—Walzoorden gedurende bet tijdvak van 5 Februari tot en met 14 October. Uit dien opgaaf blijkt, dat op d"e Zondagen in Februari totaal op de 3 rei zen resp. werden vervoerd 8, 11 en 37 passagiers van Hansweert naar Walzoor den en 26, 30 en 81 van Walzoorden naar Hansweert, te zamen dus 56 en 137. In de maand Maart 15, 15, 43, to taal 73 van Hansweert naair Walzoorden en 20, 35 en 47, totaal 102, omgekeerd. In de maand April heen 22, 31, 45, totaal 98 en terug 37, 40, 34, totaal 111. In de maand Mei heen 43, 4IJ, 36, totaal 127, terug 72,29, 41, totaal 142. In de maand Juni heen 32, 56, 52, totaal 140, terug 47, 36, 108, totaal 191. In de maand Juli heen 41, 83, 88, totaal 212, terug 93, 61, 95, totaal 249. In de maand Augustas heen 41, 30, 60, 53, totaal 143, terug 35, 53, 99, totaal 187. In de maand Septem ber heen 54, 93, 69, totaal 216, terug 23, 72, 109, totaal 204. In de eerste helft van October heen 11, 16, 13, totaal 40, terug 5, 23, 18, totaal 46. Subsidie autobusdienst Kamperlandsche veerKortgene. Van den directeur der N.V. Auto- omnibusdienst te Wisisekerke is een ver zoek om subsidie ingekomen voor den autobusdienst tusschee Kamperlandsche veer en Kortgene (Steiger). Aangezien het onderzoek hieromtrent nog niet is afgeloopen, stellen Ged. Staten voor hiet stuk in hunne handen te stellen, ten einde in de volgende zitting een voorstel te doen Subsidie-verzoek voor de R.K, Land- bouwwintersdhool te Hulst. Het bestuur der R.K. Landbouwwin- terschool te Hulst verzoekt eene subsidie van de Provincie ten bedrage van het op de begrooting voor 1929 geraamde tekort ad f 2153,90. Ged. Staten herinneren er aan, dat bij besluit van 20 Juli 1921, in de kosten van oprichting dezer school een subsidie werd verleend van 25 pet. tot een maximum van f 17.500, doch afwij zend werd beschikt op bet verzoek om eene jaarlijksche toelage van 25 pet. der som, die het rijk voor de salarieering van het personeel jaarlijks toekent. Dit besluit werd genomen overeen komstig het voorstel, waarbij Ged Staten aanmerkingen maakte. Ze had zelf een veel te vriendelijk karakter om bezwaren te maken, toen mevrouw Winch over den bewusten sneeuwvlokpudding begon te ipreken, niettegenstaande zij het bereiden daarvan als louter tijdverspillen be schouwde. „Lieve hemel, mevrouw, de man neemt nooit notitie van hetgeen bij eet," verze kerde zij mevrouw Winch, toen deze druk bezig was met de versnapering. „Het is eenvoudig paarlen voor de zwijnen ge gooid, zooals men zegtNee,' zoo be doel ik het toch ook eigenlijk niet/' haastte zij zich er aan toe te voegen. „Ik weet eigenlijk zelf niet, hoe ik het moet uitdrukken. U zult me echter wel begrijpen, denk ik. Dominee eet altijd bitter weinig en het is hem heusch pre cies hetzelfde of men hem het een of het ander voorzet." „Maar dan ligt het op uw weg er voor te zorgen, dat hij het onderscheid wel degelijk merkt," gaf mevrouw Winch op eenigszins gestrengen toon te kennen. „U moet allerlei lekkere gerechten voor hem klaarmaken om zijn eetlust op te wekken. Bijvoorbeeld „Oh, hij krijgt genoeg naar binnen," verzekerde mevrouw Henderson haar. „Dat is het hem niet. Hij zal heusch niet omvallen van zwakte. Ik bedoel alleen maar, dat hij eten meer als een kwestie van noodzaak dan als een genoegen be- na er op te hebben gewezen, dat ook voor de Rijkslandbouwwinterschool te Goes in 1912 alleen een bijdrage in de oprich tingskosten was verleend, als hunne mee ning te kennen geven, dat er, mede in ver band met den toestand der Prov. fin., geene aanleiding bestond om van den toen ingeslagen weg af te wijken door, behalve eene bijdrage ie de oprichtings kosten, ook nog eene jaarlijksche bij drage in de exploitatiekosten toe te ken nen. Ged. Staten meenden dat daartoe te minder aanleiding bestond, omdat in williging van het gedane verzoek onver mijdelijk zoodanige aanvragen van gelijk soortige instellingen tengevolge zoude hebben, waarop alsdan, uit een oogpunt van billijkheid, bezwaarlijk afwijzend be schikt zoude kunnen worden, doch waar door tevens een niet te berekenen last op de Prov. fin. zou worden gelegd. Deze overwegingen gelden, naar de meening van Ged. Staten ook thans nog en stellen zij voor afwijzend op het verzoek te beschik ken. 1 j Subsidie-aanvrage Zeeuwsche Vereeni- ging voor dialectonderzoek. Het komt Ged. Staten voor, dat er geene aanleiding is om aan het verzoek om subsidie van de „Zeeuwsche Verecniging, voor Dialect-Onderzoek" te voldoen en stellen zij daarom voor afwijzend op het verzoek te beschikken. Wijziging begrooting 1927 en 1928. Zoowel voor "de begrooting 1927 als 1928 wordt een wijzigingsvoorstel inge diend. Uit dat voor die van 1928 blijkt o.a., dat volgens mededeeling van den Minister van Waterstaat (tan worden ge rekend op f 222.700 als uitkeering uit het wegenfonds. Begroeting 1929. Daar na het afdrukken der begrooting 1929 Ged. Staten een definitieve beslis sing konden nemen inzake het uitvoeren van enkele buitengewone werken, dienen zij een nota van aanvulling voor de be trokken begrootingsposten in. Opcenten Rijksbelastingen. Voorgesteld wordt ten slotte over 1929 weder de volgende opcenten te heffen: 50 op de hoofdsom der grondbelasting voor ongebouwde en gebouwde eigendom men en der personeel© belasting en 2Q op de hoofdsom der vermogens- en der inkomstenbelasting. De oudste Zeeuw overleden. Eenigen tijd geleden overleed de oud ste ingezetene der provincie Zeeland, mej. Asselman te Hengstdijk. Voor zoover bekend, was toen de oud ste Zeeuw de heer L. Wisse te Kamper land, die het volgend jaar zijn honderd sten verjaardag hoopte te vieren. Deze is echter Zondagmorgen op 99-jarigen leef tijd overleden. COL1JNSPLAAT. In de Maandag gehouden vergadering van Ingelanden van den polder Nieuw-Noord-Beveland, waar in 13 van de 18 stembevoegde Ingelanden tegenwoordig en vertegenwoordigd waren, werd toestemming verleend tot de uit voering van een door den polder Oud- schouwt. Ik denk dat het komt, omdat hij geen gezelligheid heeft. Het is niet goed voor een man alleen te leven. Dat staat zelfs in den Bijbel geschreven." Mevrouw Winch keek de huishoudster onderzoekend aan. „Wanneer u hiermede te kennen wilt geven, dat dominee beter deed te trouwen, moet ik u er toch even op attent maken, dat dit een kwestie is, waarmede wij ons geen van beiden heb ben te bemoeien. Ik voor mij geloof, dat het heel jammer zou wezen, wanneer hij tot een dergelijke» stap zou overgaan. Alles is veel beter, zooals het thans is." „Beter.... ja, dat is mogelijk," mom pelde mevrouw Henderson. „Wij weten allemaal heel goed, dat een huishouden aardig wat geld kost, maar daartegenover staan toch ook ook zoovele goede dingen, mevrouw Winch. Soms verbeeld ik me heusch, dat het lang niet kwaad zou we zen, wanneer dominee een vrouw nam." „Ik betwijfel het, of u er nog op de zelfde wijze over zou spreken wanneer de zaak eenmaal een feit was," merkte mevrouw Winch op beteekenisvollen toon op. „Ik zou hem zoo graag gelukkig zien," zuchtte mevrouw Henderson en er kwam een droomerige blik in haar oogen. „Een aardig, opgewekt, jong vrouwtje (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1928 | | pagina 1