GEIïESMIDDELEfl BESTEVAER Het Medaillon van Lord Stair SSiqqetaars%6ak N0 122, Vrijdag 12 October 1928 Jaargang, Bij dit nummer be hoorteen bijvoegsel De gemeentelijke badinrichting Buitenland Koloniën Sport LAN0E. iCLDICSTDA AT42 GOES TEL 168 ProvincienieuWs 'is gewoon alles van den theope- tischen Kant te beschouwen,en kent de wet van „oonzaak en gevolg" GOESCHE ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f2,— buiten Goes f2, Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt Maandag-, Woensdag- Uitgave: Naamlooze Vennootschap Goesche Courant en Vrijdagavond. Postcheque- en Girorekening No. 55571 COURANT en Kleeuwens Ross Drukkers- en Uitgeversbedrijf Telefoonnummer 17, na 17.30 No. 244 ADVERTENT1EN van 15 regels f 1,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend'. _Diens (aanbied in gen en aanvragen 15 cent per regel. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voormiddag. In de „Zeeuw" van Donderdag j.l. lezen we het navolgende: „De Goesche Courant voert in haa: nummer van gisteravond het pleit voor een gemeentelijke badinrichting en dat, terwijl blijkbaar een particuliere gelegen heid geen winst opleverde, zoodat de eigenaar daarvan zijn terrein „beter gaat benutten". Waar men de gemeente al niet voor wil laten opdraaien. Moet Goes een tweede Amsterdam worden? We hopen, dat we bewaard zullen blij ven van al die Amsterdamsche proefne mingen en dat onze Gemeenteraad onze belastingen nog, niet hooger zal opvoe ren." 1 Vermoedelijk heeft de „Zeeuw" na het lezen van ons bericht gedacht aan een of ander luxieus, in marmer uitgevoerd bad huis, aan een inrichting waar in het verle den de Romeinen te samen kwamen om lichaam en geest met water en conversa tie te verkwikken. We kunnen anders ten minste de ontsteltenis van het blad niet verklaren. Toen wij vdor een gemeentelijke badin richting pleitten, hadden we van de te bou wen inrichting een minder kostbare voor stelling. We hadden gedacht dat de ge meente voor enkele honderden guldens een eenvoudig gebouwtje kon doen plaat sen, dat ruimte bood voor circa 8 of 10 zeer sobere stortbaden, en waar een ieder die prijs stelt op lichaamsverzorging tegen een zeer gering bedrag een douche zou kunnen nemen. We gelooven niet dat een dergelijk bad huisje de g emeentebegrooting dermate zou bezwaren dat de belastingen verhoogd zouden moeten worden. Misschien zou de badinrichting zich zelf niet bedruipen (althans de eerste ja ren niet) en vermoedelijk zou de gemeente ieder jaar een bedragje op de exploitatie toeleggen. Welnu, erg kan men dat o.i. niet noe- ^men. Het doel wettigt de uitg,ave volko men, wat niet van alle posten op de ge- meentebegrooting, (we denken aan enkele subsidies aan vereeniging.en als de burger wacht) gezegd kan worden. We zouden zelfs iets verder willen gaan en willen beweren: „Als een parti culiere badinrichting (die de kwestie alleen zakelijk te bezien heeft) niet in het leven kan blijven, dan heeft de gemeente de ver plichting voor haar inwoners een gelegen heid tot baden te scheppen." De gemeente, welke dezen- plicht ver staat en een bescheiden "badhuis opent, maakt zich niet alleen absoluut niet ver dacht door groote stads-waanzin bezeten te zijn, doch ze geeft daarentegen blijk de primaire eischen van dezen tijd te verstaan. 45 FEUILLLETON Naar hef Engelsch van CHARLOTTE M. BRAME. HOOFDSTUK XLIX. Dit is 110. 44, zei de directrice, toen ze een uitdrukking van angstige verwonde ring op het gezicht van de hertogin zag Ethel wierp een verschrikten blik in de cel. Ze zag een kleine, vierkante ruimte, verlicht door een raampje, waardoor men slechts een glimp kon zien van de blauwe lucht. Er stond een smal ledikant, een kleine, ruw-houten tafel en een stoel. Toen ze de cel binnentrad, stond een slanke gestalte langzaam op van den stoel. No. 44 sloeg haar oog,en niet dadelijk op, ze dacht dat de directrice haar iets kwam zeggen over het werk. De h ertogin van Neath heeft toestem ming gekregen ie bezoeken, zeide de Een gesmoorde kreet klonk, een blik van groote smart kwam in de oogen van de gevangene; ze hief haar handen op in een gebaar van wanhoop. De hertogjn «SMC naar haar toe, ze hield haar beide handen naar de gevangene uitgestrekt, We hopen dus dat de Goesche gemeen teraad, z oodra de „Zon" hare badinrich ting sluit, den raai van de „Zeeuw" niet zal opvolgen, doch dat het gemeentelijk badhuis een on(ierwerp van gesprek in een der raadsvergaderingen zal uitmaken. Als de gebeente den Zeeuw (die tot na toe over het algemeen het water nog le veel schuwt) leert baden, als zij de li chaamsverzorging (in dezen tijd gelukkig niet meer minderwaardig aan de verzor ging van den geest) propageert, dan zou het gemeentelijke badhuis later zelfs wel eens een bescheiden winst kunnen afwer pen. Wie geregeld baadt vindt het baden dra een levensbehoefte, vooral als mem er z ich tegen een kleine uitgave aan over kan geven. Dochde finantieele overwegingen mogen in deze kwestie voorloopig op den achtergrond blijven. Tenminste: zoolang onze gemeenteraad niet denkt aan het ge weldige badpaleis, dat de „Zeeuw" waar schijnlijk in een pessimistisch oogenblik voor oogen heeft gehad, toen het blad er ons van verdacht van Goes een tweede Amsterdam te willen maken. Zoover zijn we gelukkig nog niet. OVERZICHT. Moskou en Amerika* Wanneer er van eenige communistische agitatie sprake is, dan is meestal de hand van Moskou in het spel. Zoo worden nu weer de Amerikaansche communisten er van beschuldigd, dat zij met geld van Moskou in de Vereenigde Staten operee- ren en dat de Amtorg Trading corpo ration, het bolsjewistisch handelslichaam te New York, als bemiddelaar optreedt. Matthew Wolf, een vertegenwoordiger van de Amerikaansche federatie van den ar beid, heeft aan den heer A. L. Shieim- manin, het hoofd van de Armtog, een open brief geschreven, waarin hij idit openlijk uitspreekt en de houding ider Amerikaansche regeering, die weigert de sovjetregeering te erkennen, in verdedi ging neemt. Woll vindt tot dezen stap aanleiding in het feit, dat, zooals hij ver klaart, de communistische partij openlijk pogingen doet om zich van de arbeiders organisaties meester te maken. Woll zegt, t er geen sprake kan zijn van erken ning der sovjet-regeering, zoolang Moskou niet zijn revolutionaire actie in de Ver eenigde Staten staakt, de Amerikaanse^ burgers schadeloos stelt voor het hun ontroofde eigendom, zijn schulden aan de Amerikaansche regeering betaalt cn een regime invoert, dat de heiligheid van in ternationale verplichtingen erkent. Als il lustratie van het „duivelsche" werk der communistische partij in Amerika herin nert Woll aan haar optreden onder de mijnwerkers van Pennsylvanië, de textiel arbeiders in Massachusetts etn de arbei ders in de zijde-industrie in New Jersey. De Amtorg zou voor de actie der com munisten in Amerika al het geld ver schaffen. maar de wanhopige vrouw wilde haar niet aanraken. Ik ben niet waard u te mogen aanraj ken, riep ze achteruit deinzend. Ik ben gekomen als uw vriendin, zei Ethel zacht. Spreek met me, kijlk imje aan. Bent u niet blij me te zien? Waaront zou u bang voor me zijn? Als u iets voor me wilt doen, ga dan heen, smeekte de gevangene. Neen ik ben gekomen om met u te praten. Waarom wilt u dat ik weg zal gaan? Vroeger hield u toch van me, juffrouw Grey! Van haar houden! Zat ze niet op gesloten tusschen deze sombere muren, omdat ze Ethel boven alles liefhad? Had ze haar leven niet ten tweede male ge offerd, omdat door een verder ondier- zoek haar geheim zou zijn onljhuld en er ld roefheid zou zijn gekomen in het leven van haar kind? Maar de zachte stem ging voort: Wendt u niet van me af, ik ben toch ge komen omdat ik van u houd1, om u te troosten en te zien, wat we voor u kun nen doen? Ik ben er immers zeker van, dat u onschuldig is. Neen! Neenj Ik ben schuldig! riep de vrouw haastig. Dat is juist waarom ik hier ben ge komen. We zijn nu allemaal overtuigd, dat u niets te maken heeft gehad met den diefstal van de juweelen. Waarom noemt zich schuldig als u zelf weet, dat het niet zoo is? Laat me met u mogen pra Italiaansche couranten- Mussolini heeft een soort van receptie gehouden voor de directeurs en eigenaars van Italiaansche couranten Rum zeven tig vertegenwoordigers van fascist'sehe dagbladen waren daarbij aanwezig.An dersdenkende" journilisien waren natuur lijk niet uitgewoocligd. De Duce heef.t daarbij weer vele wijze dingen gezegd: Hij verklaarde onder meer: „De geheele Italiaansche pers is fas cistisch. Zij moet er ook trotsch op zijn. aaneengesloten omler fascistische vlag, te mogen strijden. Aan de oude klachten over de onderdrukking der persvrijheid wordt geen geloof meer gehecht. De meost vrije pers der geheele wereld is de Ita liaansche pers. De Italiaansche journalis tiek staat vrij, want zij dient slechts één zaak, een staatsorde. Zij is vrij omdat zij binnen de wetten van het regime haar controleerende, critische en vooruitstre vende werkzaamheid kan uitoefenen, zoo als zij dit ook doet. Ik betwist ten sterkste dat de Italiaansche pers eenvormig is. Wie de buitenlandsche bladen uit alle landen der wereld leest, weet hoe droog en stereotiep de pers tot in de kleinig heden daar is." Als Mussolini het zegt, zal het wel zoo zijn! Mishandeling van een koelie. De raad van justitie te Medan heeft den heer G. wegens mishandeling van een koelie veroordeeld tot een boete van f 200 subsidair zes weken hechtenis. De over weging luidde, dat de mishandelde op het oogenblik van het voorgevallene ge vaarlijk was voor zijn omgeving, om welke reden geen vrijheidsstraf werd opgelegd. VOETBAL. Zuidelijke le klasse N. V. B. Zondag a.s. worden voor bovenge noemde klasse de volgende wedstrij den gespeeld N.A.C.Willem 11. EindhovenP.S. V. N.O.A.D.Roermond. Wilhelm inaLonga. M.V.V. -B.V.V. Zuidelijke 2e klasse N. V. B. Zondag a.s. worden voor bovenge noemde klasse de volgende wedstrij den gespeeld: MiddelburgVlissingen. DongenZeelandia. R.B.C.Alliance. DoskoBreda. GudokBredania. Zuidelijke 3e klasse N. V. B. Zondag a.s. worden voor bovenge noemde klasse de volgende wedstrij den gespeeld: Zeelandia IISinoto. ten. Kijk me aan en luister naar me. Langzaam werd het bleeke gelaat naar haar opgeheven. De hertogin keek haar opmerkzaam aan. U is het en toch ook weer niet, zei ze verbaasd. Wat is er in u veranderd? 1 Toen, onder de witte gevangeniskap, zag ze een paar krulletjes goudblond haar, zacht en lijn, als van. een kind. Waarom deed u dit? vroeg ze. Waar om verfde u uw haar donker? U deedi het omdat u iets te verbergen had, niet waar? Juffrouw Grey vouwde haar handelt samen met een smeekeivd gebaar, maar Ethel ging voort: Wij weten dat er een eim in uw leven is en ik geloof dat wie' eindelijk weten wat het is! De hertogin schrok van het doods- bleeke gezicht en de wanhoop in de stem, die riep: O, neen-, dat niet! dat nietl U heeft niets te vreezen, zelfs wan neer ik uw geheim heb doorgrond. In tegendeel, als het is, zooals mijn vader en ik denken, zult u uw levenlang góed verzorgd worden. Juffrouw Grey slaakte een zucht van onuitsprekelijke verlichting. Welk geheim de hertogin ook mocht meenen door grond te hebben, het was niet het ware! Ethel ging rustig door: Als u nu naar me wilt luisteren, zal ik u alles vertellen. Maar vóór alles vraag ik u me te willen vertrouwen, wat ook het geheim van uw leven mag zijn. Walcheren Vlissiingen II. Zierikzee—Middelburg II. HulstT erneuzen. Aanrijding. Woensdagmiddag kwam de auto „Blue Band" van de Van de Bergh's Margarine fabrieken bij den overweg in de buurt schap Vogelfort bij Terneuzen, juist toen de tram der Zeeuwsch-Vlaamsche Tram weg-Mij aankwam. De bestuurder kon niet voldoende remmen en reed op cletn kop der locomotief, waardoor de - auto eenigszins beschadigd werd en de voorruit brak. De chauffeur bekwam geen letsel, doch de vertegenwoordiger van v. d. Bergh's fabrieken te Terneuzen, de heer Erwich, die naast den chauffeur zat, werd door glasscherven aan het gelaat verwond. Hij werd terstond overgebracht naar het Liefdehuis te Groenendijk, waar de te 'hulp geroepen geneesheer consta teerde, dat de verwondingen niet van ernstigen aard waren. Incident. Een aantal Brusselsche en Antwerpsche bladen maken veel ophef van een incident dat zich op de Schelde heeft voorgedaan. Het schoolschip van Chili is te Antwer pen aangekomen. De commandant ver telde, dat hij bij Batih door een Hol- landsch schip werd aangehouden, waarop zich een hooggeplaatste Hollamdsche amb tenaar bevond. Deze vertelde den com mandant van het schoolschip, dat hij niet het recht had de Schelde te bevaren, daar hij hiervoor geen toestemming van de Hol landsche autoriteiten had gevraagd. De commandant merkte op, dat hij uit on wetendheid had gehandeld1, waarop de Hollander, antwoordde, dat hij het schip niet wilde aanhouden, maar de aandacht van den commandant vestigde op de re glementen van de scheepvaart op de Schel de. De Belgische bladen voegen hierbij, dat dit incident bewijst, dat de Hollanld- sche regeering geen gelegenheid laat voor bijgaan, om haar rechten te doen gelden. Minister Kan in Zeeland. Een uur voor den vastgestelden tijd kwam de, Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw gistermorgen, ver gezeld van den Commissaris der Konin gin, vertegenwoordigers van de besturen van de Maatschappij ter Bevordering van Ooft- en Tuinbouw, de Z. L. M. en den Chr. Boerenbond te Aardenburg aan en begaf zich het eerst naar de Coöp. Room boterfabriek. Daar de fabriek nog niet aan het werk was, begaf het gezelschap zich naar de kweekerij „Cascandria" waar de technische leider, de heer C. M. van den Broeke, er o.a. op wees, dat de teelt van frambozen en bessen op dezen lich ten grond mogelijk is, en de daarvoor ge nomen proeven tot verdere voortzetting aanleiding waren. Na dit bezoek ging men terug naar de roomboterfabriek, die thans in werking was en waar de heer C. Zwagerman, Rijkszuivelconsulent, inlichtingen ver strekte. De directeur, de heer Breijaart, wees er den minister op, dat men door achterlijk conservatisme eerst gemeend heeft met tweede hands machines te kun nen volstaan, maar spoedig zou dit moeten veranderen. Na dit bezoek werd naar Eede ge reden om de vlasbewerking aldaar in oogenschouw te nemen en wel hiet ma chinaal bedrijf van den heer Roman, alsmede een bedrijf, waar de machines nog door menschelijke kracht worden voortbewogen, n.l. dat van den heer van Rie. Op den terugweg naar Aardenburg Een hartstochtelijk snikken was het antwoord. Probeer het, zei Ethel vriendelijk, als ik naar u kijk, ben ik er zeker van "dat nw ziel vrij is van zonde. Maar als u gebukt gaat onder een groot ongeluk, of als an deren tegenover u hebben misdaan, vertel het me, vertrouw me! Een oogenblik van diepe stilte volgjd® Zou ze het haar vertellen? Zou ze haar hart uitstorten voor haar kind, dat met zulke liefdevolle oogen naar haar keek? Zou ze dan eindelijk vertroosting vinden? Marguerite weifelde, doch slechts één enkel oogenblik. Toen was haar besluit genomen. Ze had zoo lang haar leed ge dragen, ze zou haar kruis blijven torsen tot het einde, het einde dat misschien dichtbij was. Ik kan niet, antwoordde ze zacht en heesch, vraag me niet langer. Het is een foltering telkens „neen" te moeten zeggen. Dan zal ik niet langer vrag,en, was, het vriendelijke antwoord, ik weet dat u me zou vertrouwen als u kon spreken over uw verdriet. Maar, als u me dan niets kunt vertellen over uw Teven, mis schien wilt u me dan zeggén hoe het medaillon in uw bezit is gekomen? U weet toch dat ik schuld Dan heeft u valschelijk schuld be-1 Jcend. Het medaillon uit uw koffer bezat u al toen u bij ons kwam. Al de gestolen juweelen zijn teruggevonden er ontbreekt er niet één, ook het in diamamtgevatte Zijn .studie heeft hem <J£Teei»d daf populariteit niet verkregen wordt door guast of toeval,doch een oonzaaK hebben moet. Hij rooht daarom de alom gewaardeerde medaillon dat ik van mijn moeder kreeg is er bij, nog gewikkeld in het papier, waarop ze zelf een opdracht schreef.' Het is nooit geopend geweest. De beid» medaillons zijn nu in ons bezit. Een kreet ontsnapte de bleeke lippen.- U hebt beide medaillons? zei ze met trillende stem. Ja, en bet is dus onmogelijk dat u het mijne hebt weggenomen. Geen antwoord. Juffrouw Grey, zei Ethel smeekemd, antwoord me. Het komt er niet op aan. hoe u in het bezit kwam van het medail lon; of u het kodht, of von(d, of dat iemand het u gegeven hebt, maar vertel me hoe u er aan kwam. i Ik kan niet. - Met onuitsprekelijk geduld ging Ethel voort: U weet dat u me kunt vertrou wen, u weet dat ik u nooit zal verra den. Waarom wilt u het me dan niet vertellen? Omdat ik het niet kan, riep ze wild. Ik begrijp dat u me erom zult haten, dat u me ondankbaar moet vinden, maar de hemel weet, dat ik niet ondankbaar ben.. Ik kan u niets zeggen. O, riep ze heftig, haar armen uitstrekkend, als u eenig ge voel van medelijden hebt, ga dan heen en martel me niet langer. Laat me alleen. Ze viel op haar stoel terug en bedekte haar gelaat met de handen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1928 | | pagina 1