fiet Medaillon
van Lord Stair
BIJVOEGSEL
GOESCHE GOURAN
In het Heiligdom.
Medische Rubriek.
Voor de VrouW
BoiteolaDd
VAN DE
VAN VRIJDAG 14 SEPTEMBER 1928
Vrijwel als zekedhjeid meg men aan
nemen, dat iedier menscli, hij moge dan
hoog of laag staan in geesteson'jvvikldd-
img, in ziels- of gevoelsleven, in bi
zonderen aanleg of gjavtejn van hoofd en
van (hart, er, geihefel voor zich zelf, een
verborgen hoekje in zijn binnenste op na
houdt, waarin hij bizondierhadlen aan
gaande zijn leven en, levenservaringen,
doch vooral betreffende zijn of haar
zielelevien, met veel zorg bewaart. Het is
een heiligdom, waarin niemand wordt
toegelaten, tenzij bij zeer buitengewone
uitzondering.
Meestal wordt onder (heit woord „hei
ligdom een afzondering vajn heilige of
althans teere dingen, hetzij gedachten,
handelingen of reliquiëm verstaan. Doch
niet alzoo is dit het geval bij het hier be
doelde heiligdom de binnenste, de ge
heimste bergplaats van heb menschelijk
overleg, van zijne beweegreden en han
delingen, die niet voor de waarneming
van andere bestemd zijn.
In dat heiligdom toch, bevinden zich
twee bergplaatsen, die met extra slot
grendel zijn voorzien. Van dat slot bestaat
geen tweede sleutel. Slechts mlemschen
kenners van den eersten rang kunnen som
tijds met een iooper van eigen vinding
hun door scherpzinnigheid verschaft, dat
slot openen en een blik slaan in beide
kamers: in de bergplaats van de waarlijk
goede en zelfs edele gevoelens, en te
vens in dat sinistra, afstootalijke hokje,
waar de sombere har tsto chten hun werk
plaats of studeerkamer hebben en waar
ook de zoogenaamde kleine boezemzonden
verblijf houden.
Vele oppervlakkige en vele üchtgje-
loovige, goedvertrouwde menschen zou
den, wanneer plotseling de deur van dat
donkere verblijf voor hunne oogen ge
opend werd, dit feit betreuren. Liever
waren zij niet ontgoocheld geworden
liever hadden zij hunne iilusiën of hunne
goede meeningen betreffende de perso
nen die hun volle vertrouwen bezaten,
bij wier goeden Louw zij wel hadden
willen zweren, in wier heiligdom zij niets
- dan heilige gevoelens, niets dan goede
zelfs edele eigenschappen dachten, on
geschonden, ongerept gezien. Sommige
hunner gaan zelfs zoo ver in hunne zucht
om bij hunne dwaalmeeningen te volhar
den, dat zij de> deur van het donkerp
bergplaatsje haastig dicEtwerpen en, op
gevaar af aan anderen groot onrecht
te begaan, nog blijven gelooven, toch
blijven dwalen tegen beter weten in.
Zóó egoïstisch is somtijds de mensch,
dat hij, uit liefde voor zijn iilusiën, uit
liefde voor degenen of voor datgene waar
aan zijn hart hangt, de waarheid niet wil
zien en aan de oprechtheid, de oneer
lijkheid en aan het boos opzet, met ge
sloten oogen de -overwinning laat en daar
door betere gevoelens in de harten van
anderen wekt of voedt. Zóó sluiten wij
somtijds, om een gevaar te ontgaan, om
een geliefkoosd pad te kunnen blijven be-
33
FEUILLETON
Naar het Engelsch van
CHARLOTTE M. BTIAME.
HOOFDSTUK XXXVII.
Dienzelfden avond zat juffrouw Grey
in haar kamer en keek naar den zons
ondergang.
Voordat Ethel was uitgegaan was
zij even bij haar geweest. Ze droeg
een japon van witte zijde met een
halssnoer van robijnen. Ze praatten
even over juweelen en juffrouw Grey
vroeg, waarom ze bij de witte japon
de familie-diamanten niet droeg. Ik
heb gelezen over uw familie-diaman-
ten, ze zijn beroemd nietwaar, vroeg ze
Heeft u ze nooit gezien? vroeg
Ethel. Niet - allemaal, was het ant
woord. Ik geloof enkelen, terwijl u
ze aan had.
Ik zal ze u op een keer eens alle
maal laten zien, zei Ethel, ife ben
er een beetje trotsch op, zei Ethel,
maar eigenlijk zijn ze niet van mij
ik heb ze alleen in bruikleen.
Bewaart u ze hier? vroeg juffrouw
Grey. u k
wandelen, opzettelijk en met taaie volhar
ding, onze oogenvoor een ander, groo-
ter gevaar, dat wij wellicht eenmaa'l
als het zijn werking gedaain heeft of al
thans niet meer te voorkomen is, diep
zullen betreuren. Onheilige gevoelens in
een heiligdom?" zal men vragen. Ja, ii
den Heiligen Tempel van Jerusalem spra
ken en aanbaden immers ook de Farizeijn,
met ten Hemel gerichte oogen en zich op
de borst staande, als uiterlijke verloon'ng
van hunne oprechtheid in het getotaf aan
den God, Die zij heetten te dienen.
Dobbelaars en wdbkeraars cefenilen
immers hunne bedrijven uit in het vóór'
portaal van dat heiligdom, van den Gods
tempel. Er groeide ongetwijfeld ook om
kruid in het Hof van Eden.
Het baden van zuigelingen.
Over de vraag of zuig|elingjelu iederen
g gebaad moe ben worden, verschil'.letn
de meienimgeln. De „Dok'eir in Huis" zeg|t
hiervan: Als het bad dioor hei kind als
een weldaad wordt omdie'rvciniden, als hei
zi ch dus graag 'lapt ba dein, kan men. het
bad gerust eiken dag herhalen, daar he
gemakkelijker ea sneller gjaat dan het af-
wasschen van het kiimd op den schoot
der moeder. Wordt hjelt kind echter door
het baden erg opgfeWoodem en schreeuw'
het aanhoudend bij het baclein, dan is he'
afwasschen der bevuilde' lichaamsdeelen
voldoende. Zoo bepaald noodzakelijk als
vaak wordt beweerd, is hle't dagelijkscb
bad niet, als men bedfefnkt, dat het lichaam
van den zuigeling door zwcieV; en stof zoo
weinig woirdt verontreinigd da het kind
toch eiken dag schoon waschgoed aan
krijgt.
Ziekte-moden en mode-ziekten.
Er zijn twee so oir ten van ziekten,
zulke, die in mode zijn, en zulke, d:
een gevolg van de mode zijn. Van de
laatste zal hier sprake zijn, op grond vatn
mededeelingen van den gezondheidsraad
Dr. Oestreioher, in het „Deutschen Me-
dizinischen Wochcnschrift".
Voor ongeveer twintigl jaren ontdekte
de te vroeg gestorven professor Blasch
ko een opeenhoping van erg jeukende
huidontstekingen aan den hals. Daar deze
ziekte uitsluitend bij vrouwen voorkwam,
deed hij naar de kleeding een ernst'g
onderzoek en kon vaststellen, dat alle
aangetasten zwarte peiskraQsn droegen.
Met medewerking van den scheikundi
ge Colman werd verder vastgesteld, dat
alle zwarte kragen met „Ursol" geverfd
waren (paraphenylemtiamin). De aan
wending van deze verfstof werd daarop
in Duitschland verboden en de eigen
aardige ziekteverschijnselen hielden op,
Een ongeveer gelijke ziekte in den nek
van vrouwelijke personen, welke zich van
de haargrens uit over de geheele baard-
ippervlakte en over den hals uitspreidde,
heeft dr. Oe^trei-cher sedert geruimen
tijd waargenomen. Hij kon vaststellen,
dat de tegenwoordige hoedenmode daar
van de oorzaak was. Met een vrij krach-
ligen ruk wordt de hoed over het
hoofd getrokken, zoodat de onderrand
erg aansluit op de huid van den nek. Het
gaat hier om gevallen met dikke haar
vlechten of wrongen niet om den page-
kop bij welke hoeden de rand voort
durend schaaft en schuurt. Dezelfde ver-
chijnse-len werden gedurende den oorlog
bij mannen aan het voorhoofd waarge
nomen, die hoeden droegen met slecht
geverfd wit kunstleer. Een huidontsteking
Ja, in mijn kleedkamer, in een safe
die ingebouwd is in een van de mu
ren. Het is heel veilig, want niemand
die het geheim niet kent, zou daar
een brandkast vermoeden. Nu goeden
nacht, juffrouw Grey.
Komt u laat terug? vroeg juffrouw
Grey, terwijl de hertogin de kamer
verliet.
Ik denk van wel, was het ant
woord.
Toen ging ze heen en spoedig daar
na hoorde juffrouw Grey de zich ver
wijderende auto.
Ze voelde zich dikwijls onrustig in
dit prachtige huis als Ethel weg was,
maar dien avond was er wel een heel
vreemd gevoel in haar, alsof er een
keerpunt zou komen in haar leven,
.alsof er iets vreeselijks zou gebeu
ren. Ze begreep niet wat het zijn kon.
Haar geheim was immers veilig.
Er scheen niets te zijn dat haar
vrees rechtvaardigde en toch kon ze
het beklemmende gevoel niet van zich
afzetten. Oude herinneringen kwamen
bij haar op, herinneringen aan Inis-
fail, aan haar vader en zijn muziek,
aan Lord Stair en Darcy Este. Plot
seling werd ze opgeschrikt door een
eigenaardig dof geluid; ze ging naar
de deur en luisterde: weer hoorde
ze het geluid: het moest uit de ka
mer van Ethel komen.
Het bloef doorgaan; het dof-dreu-
Te Leiden is door de vrouwelijke Studenten Vereeniging het nieuwe
In den namiddag verlieten de dames-studenten in optocht het oude gebouw
H. K. H. Prinses Juliana was bij deze feestelijkheid tegenwoordig
vereenigingsgebouw officieel geopend,
en trokken naar het nieuwe. Ook
en liep mee in den stoet (x.)
aan andere licbaamsdce'en wordt ook bij
vrouwelijke personen gevonden, die gie
verfde moffen cn ongevoerde zwarie blou-
sen dragen, en ook bij mannen, die bonte
o-nderklceren en kousen dragen en ze zoo
uit den winkel gekomein. aanjbek'kem. Bij
het transpireer-en werdt de verf in de
stoffen opgelost, dringt in de huid en ver
oorzaakt ontstekingen. Zijn de stoffen te
wasschen of te koken, dan kan de over
tollige verfstof daardoor verwijderd wor
den. Colman gaf de raad de zwarte pels
kragen duchtig, met papier af te wrijven.
Dat is of zijn alihans e-enige voorbehoed
middelen, die lichtelijk aangewend kun
nen worden.
Als het papier verf opneemt, dan is
dit een bewijs, dat er te veel verf in d
stoffen aanwezig zijn, welke onder ge
noemde omstandigheden ontstelen ren te
voorschijn roepen. Gelukkig ondervond
niet iedereen nadeelige £|eWg2n, die zulke
stoffen draagt, maar alleen zij, wier hu'd
voor deze dingen gevoeljg is. Bij vele
anderen heeft de huid zoo'n groot weer
standsvermogen, dat zij m de ergs'.e ge
vallen van mogelijke besmet! ing„ geen hin
der ondervinden. Maar het is toch goed
te welen waaraan de ongesteldheden te
wijten zijn. In datzelfde tijdschrift wordt
ook door dr. Ullmann, van de tweede
kliniek der Charité, over aniline- en nitro-
bemzoivergiftigingen geschreven, welke
stoffen voorkomen in de kleurstof, dj
men aanwendt in het ledervak en schoen
makersbedrijf.
De toevoeging van aniline-olie bij het
ederzwart heeft ten doel de haken te
bewerken. In 't algemeen bedraagt de
bijvoeging van aniline-olie slechts enkele
procenten, toch komen er ook beduidend
hooger geconcentreerde bijmengels (tot
ongeveer 50 procent) In het lederzwart
voor, dat als schoensmeer in den handel
wordt gebracht. In de fabrieken komen
geen vergiftigingen voor doordien de be
werking zoozeer verzorgd worden en er
omvangrijke maatregelen zijin getroffen,
dat geen schade aan de gezondheid! kan
worden toegebracht. In de huishouding
moet men evenwel voorzichtig zijn, en
deze vermaning geldt net alleen het
schoensmeer, maar zoovele andere arti
kelen meer. Ullmann bericht over een
liende geluid. Jennie Dane moest in
de kamer zijn, maar wat voerde ze uit?
Juffrouw Grey ging naar beneden;
naar den grooten corridor.
Jennie, riep ze zacht. Wat doe je?
Geen antwoord, het geluid hield op,
een diepe stilte volgde. Ze ging naar
de deur van de kamer van de her
togin, maar hoorde niets meer.
Misschien heb ik me vergist, dacht
ze. Het kwam misschien uit een an
der deel van het huis.
Nog eens riep ze: „Jennie", maar
weer kwam geen antwoord. Jennie was
zeker aan haar avondeten. Ze keerde
terug naar haar kamer en ging naar
het raam. Juist toen de klok tien uur
sloeg zag ze een meisjesgestalte het
pad opkomen. Het was Jennie. Waar
om was Jennie buiten op dit uur?
Toen juffrouw Grey haar lichte voet
stappen in den corridor hoorde, open
de ze de deur van haar kamer en
riep haar. Het meisje kwam binnen;
er waren sporen van tranen op haar
gezicht en juffrouw Grey vroeg vrien
delijk: Heb je moeilijkheden Jennie?
Een beetje; ik heb me boos ge
maakt, dat is alles.
Wil je me niet vertellen, wat het is?
Iemand haar verdriet te kunnen op
biechten, was voor Jennie een op
luchting. Ze vertelde van den knap
pen heer uit Londen, die gezegd had
zoo graag met haar te willen trouwen
groot aantal vergiftig",ngsgevalkn in ver
schillende landen. De opname van hei!
vergif geschiedt meestal door inademing,
hoewel het ook waarschijnlijk is,' dat dit
plaats vindt door wonden. Daar de dam
pen zich door de warmte verspreideni
komen deze gevallen het meest voor it
het warme voorjaar en in den- zomer. De
verschijnselen bij vergiftigjing door
noemd middel bestaan in een verandering
van het bloed, hoofdpijn, onrust, angst
gevoel, oorsuizen, bewusteloosheid, kram
pen, verlammingen en het verkleuren van
de huid. Men doet goed om voorzichtig
met nieuw schoeisel te zijn. Tot zoover
dr. Ullmann.
OVERZICHT.
Het fascisme en de buitenlandsche
politiek.
Da Fransch-Engelsche goede verstand
houding van den la-atsten tijd heeft ner
gens zóó n d iepen indruk gemaakt als in
Italië. Alle berichten van verschillende
bronnen in Rome wijzen ec op, dat het
fascisme a-an een keerpunt is gekontea
op het gebied d-er buitenlandsche poli
tiek. Dat Engeland zich van Italië heeft
teruggetrokken, schijnt in het Palazzo Chi
si groole verwarring te hebben veroofte
zaa.kt. Dit is begrijpelijk, wanneer men
bedenkt, dat de grondslagen van de Ita-
iiaansche buitenlandsche politiek inder-
ld in Londen waren te zoeken, en er
geen oog-enblik kon worden getwijfeld aan
de vriendschappelijke houding van Enge
land tegenover Italië. Londen heeft de
buitenlandsche politiek van Italic in be
langrijke gevallen welwillend gedekt en
men kan wel aannemen, dat het voor
Italië onmogelijk zou zijn geweest zonder
deze houding van Engeland zich in Al
banië vast te zetben, of zóó op te treden
legen Joegoslavië.
De plotselinge en onverwachte k<
in het Foreign Office heeft het eerste
oogenblik Rome verbluft en men is naar
de redenen ervan gaan zoeken. Het ant
woord was niet moeilijk te vinden, wan
neer men Mussolini's expans:e-politieJt
en die haar had gevraagd dien avond
in het park te komen en alles voor
het huwelijk definitief af te spreken,
maar die zijn belofte niet had gehouden,
Ze was boos en geërgerd, ze had tot
bijna tien uur op hem gewacht en
had toen naar huis moeten gaan, zon
der hem te hebben gezien.
Juffrouw Grey luisterde met vrien
delijke belangstelling. Ben je er ze
ker van Jennie, zei ze ernstig, dat je
verloofde werkelijk is waarvoor hij
zich uitgeeft?
Daar twijfel ik geen oogenblik aan.
In dat geval, zei juffrouw Grey,
moet je je niet ongerust maken. Waar
schijnlijk heeft iets gewichtigs hem
verhinderd te komen, hij zal je mor
gen wel een brief schrijven, waarin
hij zich verontschuldigd. Wanneer ben
je weggegaan, Jennie?
Direct na acht uur.
Dus jij was om ongeveer negen uur
niet in de kamer van de hertogin?
Neen, waarom vraagt u dat?
Omdat ik om negen uur een eigen
aardig geluid in die kamer heb ge
hoed-
U zult het zich verbeeld hebben,
juffrouw Grey, maar ik zal direct
gaan kijken. Ze ging. Een moment
later werd juffrouw Grey opgeschrikt
door een doordringenden kreet en na
een paar seconden kwam Jennie de
kamer binnenrennen.
stelt tegenover de plannen van Engeland,
om het Europeesch evenwicht te bewaren.
De Middellandsche Zee-politiek van
Italië schijnt de hoofdraden te zijn, waar
om Engeland Italië Jen rug toekeert. Zeer
interessant is een verslag uil Rome van
het Hamburger Fremdenblatt", dat de
motieven opsomt voor de gewijzigde hou
ding van Engeland. Er wordt In de eerste
plaats gewezen op het vriendschapsver
bond van Italië met Koning Fuad van
Egypte, dat den Italianen in Egypte groo
le voorrechten toestaat en misschien ook
geheime clausules bevat, die op zekeren
dag de Engelsche opperheerschappij in
Egypte in gevaar zouden kunnen brengen.
Er wordt hier gezegd, dat Italië de Aidtn-
atische Zee in een Italiaansche binnenzee
heeft veranderd en dat het zich juist in
de richting van den grooten Engelschen
zeeweg naar de Roode Zee tracht uit te
breiden. Deze route is voor Italië verze
kerd dooi- de verbond- en t-ractaat-pol-itiek
van de laatste jaren. Terwijl de macht
van Italië in de Adria en op het Balkan-
schiereiland de Oostkust van het Apenijn-
sdho schiereiland beschermt, zijn de drie
verdragen met Egypte, Turkije en Abessi-
nië evenveel steunpunten op den weg naar
Indië en Oost-Azië. De verdragen met
Perzië en Afghanistan toonen zuiver de
lijn aan: Angora-Teheren-Kaboel, dua
een verdere uitbreiding van de Italiaansche
expansie op den landweg van het Oost
bekken van de Middellandsche Zee naar
de grens van Indië. Dit is wel nog, maar
enkel een politieke wensch van Italië en
nog ver verwijderd van de verwezenlij
king. I
Terwijl Engeland deze koortsachtige
werkzaamheid van het Palazzo Chisi lan
gen tijd vanuit de hoogte heeft gadegei-
slagen, schijnt nu in het Foreign Office
een gebeurtenis, waarvan de draagkracht
algemeen is onderschat, den laatsten stoot
te hebben gegeven voor de verandering
in de houding tegenover Italië. Deze ge
beurtenis was het vriendschapsverdrag tuis
schen Italië en Ethiopië, dat begin Augus
tus in Addis Abeba is onderteekend. Ita
lië heeft door deze overeenkomst niet al
leen zijn posities aan de Rood© Zee voor
den duur kunnen vestigen, maar ook ze
kere voorrechten aan het Ts-ana-meer en
Hef is verschrikkelijk, riep ze, de
safe is opengebroken en de familie-
juweelen zijn weg. Wat moet ik be
ginnen?
Weg? was het antwoord, maar dat
is onmogelijk.
Het is waar, komt u zelf mee kijken.
Haar handen wringend, terwijl haar
luide kreten de andere bedienden alar
meerden, ging Jennie juffrouw Grey
voor naar de kamer van de hertogin.
HOOFDSTUK XXXVIII.
De hertog en de hertogin hadden
een prettigen avond gehad. Maar het
prettigst uur van al was de terugrit
geweest door den stillen zomernacht.
Ethel was vermoeid, maar de avond
lucht verkwikte haar en vroolijk
praatte ze met haar man over het di
ner en het bal.
We zijn er, zei de hertog toen hij
de verlichte ramen van het kasteel
in het oog kreeg, maar nog voor de
auto stil hield, merkte hij dat er iets
bijzonders aan de hand was. Hij zei
niets tegen Ethel om haar niet te ver
ontrusten, maar toen de auto stil
hield en de butler doodsbleek voor
hem stond, wist hij dat zijn vermoe
den zekerheid was, dat er iets ern
stigs was gebeurd. - i
Wat is er gebeurd, Barnes? vroeg
hij. Wat beteekent deze opschudding?
(Wordt vervolgd).