RUITEIBRER
I
Zeeuwennaar Holland.
WÊÊÊKmm
N° 80
Vrijdag 6 Juli 1928
Ü8e Jaargang.
Dij dit nummer behoort een bijvoegsel
II
1
'I
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal, in Goes f2,
buiten Goes f2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt Maandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
GOESCHE
Uitgave Naamlooze Vennootschap Goesche Courant
COURANT
en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
ADVERTENTIEN
van 15 regels f 1,20, elke regel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt tweemaal berekend.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 15
cent per regel, Advertentiën worden
aangenomen tot 12 uur voormiddag.
Ook de Nederlander neemt z'n „week-end"
een trip per boot en trein; Rotterdam en de Ne-
nyto, Den Haag en Nederland's grootste bad
plaats: Scheveningen wachten den tourist.
De Nederlander, van nature geneigd
al het nieuwe met eenige reserve te
beschouwen, staat al niet meer zoo
vreemd en onwennig tegenover de in
Engeland reeds lang ingeburgerde ge
woonte om de beide laatste dagen der
week buiten de werk-omgeving door
te brengen als eenige jaren geleden.
Het week-end-sysfeem begint ook hier
te lande, vooral in de zomermaanden,
meer en meer aanhangers te werven.
Het aantal permanente week-enders
buiten onze daverende, arbeids-krach-
ten slokkende groote handels- en fa
briekssteden is weliswaar nog te over
zien, doch het corps van onregelmatige
week-enders, van hen die met min of
meer groote tusschenpoozen, zoo nu en
dan, het einde der week buiten hun
woon- en werkstad op smullen, is
dat niet meer. Het heeft in een korte
spanne tijds een respectabelen om
vang aangenomen. Dank zij de meer
en meer veld winnende inzichten dat
er een tijd is om te werken doch ook
om te rustendat het leven korter
blijkt dan we ons in de eerste jeugd
plegen voor te stellendat een ge
regeld gespannen boog op den duur
niet over dezelfde capaciteiten be
schikt als het instrument dat op z'n
tijd de gelegenheid krijgt zich aan
de gestelde, meestal geforceerde nor
men te onttrekken. Het levensinzicht
van den modernen d.i. in de goede
beteekenisintensief werkenden
mensch heeft vergeleken bij dat van
het vorige geslacht een aanmerkelijke
wijziging ondergaan, en bij dat in
zicht past, volkomen gerechtvaardigd,
het week-end van ontspanning.
De primair-economische regel volgens
welke aanbod het noodwendige gevolg
is van vraag, c.q. behoefte, gaat ook
voor het week-end op. Toen het ver
langen er naar opgevangen werd ont
stonden de week-end-trips, kwamen
reis-bureaux en andere ondernemingen
met uitgewerkte plannen, dermate ge
makkelijk en aantrekkelijk, dat de
aanvankelijk nog aarzelende week
ender de laatste bezwaren van zich
af liet glijden en zijn koffertje pakte
De collectie kleine reisjes, juist ge
schikt om de laatste dagen der week
te vullen, kwamen hun plaats op de
reismarkt opeischen. Behalve voor
week-end-bestemming bleken ze door
prijs, door organisatie e.a. factoren
uitnemend geschikt voor den in de
zomermaanden vacantie genietende,
die niet op groote reizen is ingesteld
en die gedurende zijn vrije dagen of
weken zijn spaarpenningen toch „bui
123
FEUILLETON
DOOR ETHEL M. DELL.
Dot verbrak echter weer de stilte.
„Ik vind het zoo gemeen van me,
Anne, maar nou heb ik er heusch de
hand niet in gehad. Gisteren schreef
hij uit de stad aan Bertie. Hij was
in meer dan een jaar niet in Enge
land geweest en vroeg, of hij bij ons
mocht komen. Bertie is nou vanmor
gen naar hem toegegaan en brengt
hem mee. Ik had dadelijk naar je
toe willen komen, maar Bertie vond
het beter, dat ik maar zou wachten,
tot jij hier kwam. Ik had je eerder
verwacht, zoodat ik meer tijd zou
hebben gehad, om het je te vertellen.
Zeg nou, dat het goed is".
„Het is goed", zeide Anne, en bij
die woorden glimlachte zij weer, hoe
wel haar gezicht bleek was. „Het is
heel goed, Dot. Wees maar niet bang,
hoort"
Dot keek verschrikt op. „Daar komt
de auto. Hé, Anne, ik heb het nog
net bijtijds verteld".
ten de deur" wil besteden.
Van een dezer korte trips, n.l. van
het drïe-daagsche uitstapje van Hol
land naar Zeeland hebben we on
langs een en ander medegedeeld. In
aansluiting op het uitstapje met Zee
land als reisdoel is dit jaar nu een
ander klein reisplan tot stand geko
men, omvattende een drie-daagschen
tocht naar Holland. Een trip dus,
speciaal bedoeld voor de Zeeuwen,
die jammer genoeg over hef algemeen
nog meer naèr het Zuiden dan naar
het Noorden, het eigen land, georiën
teerd zijn.
Thans in het kort iets over het
geen de trip zooal in houdt.
Wat heeft iemand die de reis wil
maken te doen?
Wel:
Aan een der kantoren der Bank-
Associatie in Zeeland of aan het in
formatiebureau van V.V.V. te Goes
verschaft hij zich tegen f29,(dit is
voor iemand die de reis in Goes be
ëindigt, reizigers uit plaatsen die meer
Westelijk aan den spoorweg liggen als
Middelburg en Vlissingen, betalen iets
meer) een couponboekje, dat alle op
de reis benoodigde coupons bevat. Dat
zijn coupons voor het vervoer per
locaalspoorweg naar Wemeldinge, voor
de reis per boot „De Telegraaf" van
Wemeldinge naar Rotterdam, vooreen
diner en logies in hotel „Central" te
Rotterdam, voor bezoeken aan hef
Lunapark op de „Nenyto" en aan
de expositie-zalen, voor de rit per
electrische trein van Rotterdam naar
Scheveningen, voor een lunch in ho
tel „Rauch" of „Savoye-hotel" aldaar,
voor diner, logies en ontbijt in hotel
Terminus" te Den Haag.
Men ziet: Wie met een couponboek
je is „gewapend" kan zich op deze
reis alles wat de reiziger behoeft
zonder contanten verschaffen. Zelfs
fooien zijn door het coupon-stelsel
overbodig gemaakt. Reeds om hef laat
ste alleen zou men het boekje kunnen
vergelijken met het toovermiddel uit
het sprookje: „Tafeltje dek je". Op
vertoon opent het voor den reiziger
hotels, het verschaft toegang tot een
een boot en tot treinenhet ver
zekert overal bereidwilligheid en een
prettige ontvangst
Van dit alles en van nog andere
trekkelijkheden die deze trip naar de
Hollandsche groote steden biedt, heb
ben we ons Zaterdag en Zondag j.l.,
toen we in gezelschap van een aantal
Zeeuwsche journalisten het hierboven
Zij beefde van opwinding. Het was
alsof zij het meest geagiteerd was van
de twee. Want Anne was uiterlijk
kalm en onbevreesd. Alleen de hand,
welke die van Dot vasthield, was koud
ijskoud. De auto naderde snel.
Zij stonden bij het hek en hoorden
het snorren van den motor, het knar
sen van de wielen, het vroolijke toe
teren, waarmede Bertie altijd zijn
komst aankondigde. Even nog en de
auto snorde de oprijlaan op. Bertie,
die stuurde, riep haar het een en an
der toe, dan stond de motor stil.
De man naast Bertie boog zich snel
voorover en keek recht in Anne's
bleek gelaat.
Zij wist niet, hoe zij dien blik door
stond. Hij scheen haar te doorboren.
Maar zij had zich vermand en ging
met uitgestoken hand naar hem toe.
Zijn vingers drukten die, terwijl hij
uitstapte. Maar hij zeide niets tegen
haar, alleen maar tegen Dot, wie hij
onmiddellijk daarna tot haar verle
genheid en tot groot plezier van Ber
tie een zoen gaf.
,Ik schijn midden in een familie
bijeenkomst te vallen", zeide hij la
ter, toen zij hem deeereplaats gaven
tusschen Mrs. Errol en zijn gastvrouw.
,Daar je tot de familie behoort, is
het een gelukkig toeval", zeide Mrs.
Errol.
omschreven programma „afwerkten",
kunnen overtuigen.
Onder de zomersche zon, die voor
de natuur maar weer altijd opnieuw
het feestelijke blije gewaad bij uitne
mendheid blijkt, onder het mooiste
licht dat zich bedenken laat, hebben
we allereerst per „Telegraaf"-boot de
Zeeuwsche en Hollandsche wateren be
varen, hebben we weer eens de schoon-
scheid, de droomerige schoonheid van
de Zeeuwsche kusten, die zich in den
neveligen einder als een onwezenlijk
beeld afteekenen, gesnoten. Op deze
bootreis was het dat we opnieuw tof
de wel eens in de vergetelheid raken
de conclusie kwamen: „Waterland waf
ben je mooien groofschen
wijd. Wat een kleuren concentreeren
zich in jewat zijn je luchten ge
weldig, imponeerendwat zijn je
dorpjes, je torentjes van uit zee ge
zien van een ontroerende rust
wat is je vee gezond en sterk
wat zijn je weiden groen en malsch
wat een prachttand ben je toch, Ne
derland
De geheele boottocht van Wemel
dinge tot Rotterdam is een waar ge
not, meer op variatie gebaseerd dan
men vermoedt als men den voet aan
boord zet. Het rustige landschap toch
flankeert de boot gedurende de eerste
uren. Is de Moerdijk gepasseerd dan
glijdt men door druk bevaren water,
voorbij Dordrecht daveren de oevers
van het werk aan de scheepswer
ven, links en rechts ziet men gewel
dige bootrompen in aanbouw, reus
achtige scheppingen van bouwend Hol
land voor zich op rijzen, ten voeten
uit. Het slot, Rotterdam, de Rotter-
damsche haven met haar overweldi
gende indrukken, is massaal. De trip
WemeldingeRotterdam is er een vol
afwisseling, een die de climax in
houdt, welke de eerste voorwaarde
is om iets ook voor een niet inner
lijk gelijk ingesteld gezelschap aan
trekkelijk te doen zijn.
In Rotterdam waren de Zeeuwsche
journalisten de gasten van hotel „Cen
tral", dat natuurlijk als modern ge
outilleerde inrichting zelfs den ver
wenden tourist alle comfort biedt.
Den avond van de aankomst heb
ben we op de attractie van de „Ne
nyto", in het schitterende en voor
ons land wel zeer mooie en nieuwe
Luna-park vertoefd. De oud-Holland-
sche kermis is hier tot in de perfectie
opgevoerd, de zonderlingste en mo
dernste vermaken en bezienswaardig
heden die in het menschelijke brein
opkomen vindt men daar bijeen.
Angstwekkende rodel-banen waar men
met een snelheid van 60 K.M. hoog bo
ven de linnen huizen raast, ontbreken
evenmin als een vernuftige autobaan,
een oorspronkelijke reisgelegenheid
naar Zwitserland, een origineel neger
kamp (met kleuters, die één Hol-
landsch woord, n.l. duppetje gereed
leerden en met bewonderenswaardige
volharding aanwenden), een Beiersch
restaurant, enz. enz. Als instelling van
vermaak is dit Luna-park wel het
Hij maakte een diepe buiging voor
haar. „Hartelijk dank, alma matert
Gegeven den korten tijd, dien u hebt
gehad om een welkomstspeech voor
te bereiden, hebt u er alle eer van1."
.Lieve hemel, Nap!" zeide zij. „Ik
ben den leeftijd van speeches maken
te boven. Ik zeg alleen maar, wat ik
meen".
Een trek van verbazing kwam op
zijn donker gelaat. „Is dat zoo, alma
mater? Dan alles in aanmerking
genomen nogmaals hartelijk dank!"
Hij bukte zich nu naar den baby, die
op een kleedje aan zijn voeten spar
telde, en zette het jongske op zijn
knie. „Dat is dus nu de trots der
Errols", zeide hij.
De baby keek hem met ernstige
oogen aan, wat hij van zijn kant ook
deed.
,Hoe heet hij, Dot?" vroeg hij ein
delijk.
Lucas Napoleon".
Groote goedheid", riep hij uit. „Wat
een goddelooze combinatie. Wat voor
den duivel heeft jullie bezield om
hem zoo te noemen?"
O, ik heb het niet gedaan", haast
te Dot zich met haar gewone eerlijk
heid te verklaren, „ofschoon ik het
idee dadelijk heel aardig vond. Bertle
en ik noemden hem Lucas nog bijna
voor hij geboren was!"
Te St. Etiennes heeft dezer dagen een ernstig mijn-ongeluk plaats gehad,
dat aan verschillende personen het leven kostte. De Fransche regeerïng
toonde spoedig na de ramp belangstelling. Hierboven ziet men minister
Tardieu van openbare werken (x) gekleed in mijnwerkers-costuum, op
weg naar de mijn om een onderzoek in te stellen.
merkwaardigste dat tot nu toe onder
de Europeesche zon werd waarge
nomen.
De Nenyto zelf ontleent hare betee
kenis evenwel en dat is gelukkig
aan geheel andere en meer waarde
volle motieven. Op deze expositie, die
een terrein van 12 H.A. beslaat, die
met haar witte, in moderne architec
tuur gehouden gebouwen op een jonge
ontwakende stad gelijkt, zijn de resul
taten van Hollandsche energie, van
Hollandsch kunnen, van Hollandsch
initiatief en werkvermogen verzameld.
Prachtig, groofsch en heerlijk is dat
alles. Tot zelfs een kleine beschrij
ving komen we niet toe. Mede, omdat
er al zooveel over geschreven is
doch we willen ook zonder dit be
sluiten: „De Nenyto moet iedere Ne
derlander gaan zien. Hij zal er gelou
terd uit komen, fier op zijn Neder
landerschap, geloovend aan de toe
komst van zijn land, dat hij eerst
na het bezoek ten volle kan kennen".
De tweede dag bracht ons naar de
parel der Noordzee: Scheveningen.
Uitteraard was ook het bezoek aan
deze altijd weer interessante en leven
dige badplaats slechts van korten
duur. De heer Pfeiffer die ons hier
namens de exploitatie maatschappij
Scheveningen" begroette, gunde ons
een kijkje in het vorstelijke Palace-
hotel, in het wereldvermaarde Kur-
haus, hij geleidde ons langs het strand
en de baden die door hun mondain
en internationaal karakter op den
provinciaal als een uitheemsch, zacht-
bedwelmend parfum inwerken, hij ver
,Maar wie heeft dan mijn naam
voor hem gekozen?" vroeg Nap.
,Kijk maar in den catechismus",
raadde Berfie hem aan.
,0 ja. Precies, dat is zoo!" zeide
Nap en keek Bertie doordringend aan.
-Wie waren zijn peetouders?"
„Wat komt dat er nou op aan,
Nap?" viel Dot hem in de rede. „Wees
toch niet zoo druk, Bertie. Laat hij
nou toch het kind neerzetten en eens
rustig thee drinken".
„Geef mij het maar!" zeide Anne.
Zij bukte zich om den jongen over
te nemen, die met een kreet van
blijdschap zijn a rmen naar haar
uitstak. Nap keek haar aan en even
ontmoetten hun blikken elkaar; en
op hetzelfde oogenblik kwam een trek
van begrijpen op Nap's gelaat en tege
lijk daarmede een glimlach, die het
bijna zacht maakte.
Dot zeide later, dat de verjaars-
partij niet prettiger had kunnen afloo-
pen. Iedereen was vriendelijk en lief
geweest en de jongen niet onaardig
tegen zijn oom, waar zij zoo bang voor
geweest was. Ook Nap was een heele
boel in zijn voordeel veranderd. Vond
Berfie dat ook niet? Het leek, alsof
hij meer mensch geworden was. Zij
kon niet begrijpen, dat er een tijd
geweest was, dat zij hem niet aardig
had gevonden.
zamelde het gezelschap ten slotte aan
een bijna koninklijke lunch in hotel
„Rauch", welks directie een gastvrij
heid ten toon spreidt, die niet zal
nalaten op de toekomstige Zeeuwsche
trip-makers de beste indrukken te
maken.
Van „Scheveningen" gingen we
als we het zoo mogen uitdrukken
over in handen van het reisbureau Lis-
sone—Lindeman, dat op zich geno
men had de Zeeuwsche journalisten
de residentie en omgeving te toonen.
Per aufo-car „deden" we in enkele
uren hef heerlijke 's Gravenhage, dat
nog altijd met recht het mooiste dorp
van Europa genoemd wordt. Men mag
vermoeden Den Haag door en door te
kennen, als men het onder leiding
van Lissone en Lindeman ziet, weef
men dat dit vermoeden grond mist.
Tal van bijzonderheden hoort men op
den tocht, bijzonderheden die zelfs
voor een oud-Hagenaar nieuw zijn.
Als hij de aufo-car verlaat is den
tourist een prachtig brokje Nederland
nader gebracht.
Het besluit van de tweedaagsche
excursie vormde het Haagsche hotel
„Terminus", waar de excursionisten tij
dens een voortreffelijk diner de gele
genheid hadden de massa opgedane
indrukken al eenigszins te ordenen
en zich voor te bereiden op het ein
de, dat steeds te vroeg komt. Zeer
zeker te vroeg in een omgeving als
deze waar alles harmonieert, waar men
zich kan koesteren in den glans van
vriendelijke comfort en beheerschte
luxe.
Ten slotte aan den adspiranf-reizïger
„Misschien zijn we zelf meer
mensch geworden", opperde Bertie,
een opvatting, waar Dof niet op geko
men zou zijn, doch waar zij veel voor
te zeggen vond.
In ieder geval wist zij zeker, dat
Nap heel wat beter geworden was, en
zij brandde van verlangen om te we
ten of Anne dat ook vond.
Anne's gedachten daaromtrent ken
de echter niemand, kende zij zelf
misschien niet. Het eenige, wat zij
wist, was, dat zij vurig verlangde naar
alleen zijn, maar toen zij dat was,
gebruikte zij dat alleen zijn niet om
daarover na te denken, maar om met
haar gelaat hemelwaarts gericht bij
het open raam neer te knielen, ter
wijl in haar hart een verrukking was,
waaraan al de vogels van Juni geen
uiting konden geven.
Zij sliep dien nacht bijna niet, maar
toch was, toen zij opstond, de blos
der jeugd weer op haar wangen, er
glansde zomerzonneschijn in haar
oogen. Nog nooit was Anne zoo mooi
geweest als dien dag.
Dimsdale keek met welgevallen naar
haar. Wilde Mylady in den tuin ont
bijten? Zij knikte van ja, en terwijl
hij het ontbijt klaar zette, plukte zij
een rose acacia-takje en stak* dat op
haar borst.
(Wordt vervolgd).