RUITENBOER
GOESCHE COURANT
BIJVOEGSEL
Uit de geschiedenis van
de groenten.
De Hollandsche
Wa sc h v r o u w
JE ZEEPPOEDER
Voor de VrouW
Binnenland
VAN DE
VAN VRIJDAG 3 FEBRUARI 1928.
Groenten waren in de midde;eeuwen
weinig in tel. Men beschouwde ze ais miu
den-waardig voedsel en nog in, 1485 liet
een schrijver zich met groot© minachting
erover uit door te beweren, dat de mien-
schen vóór den zondvloed groenten aten,
„ghelikerwys dat de beesten nu gras
eeten".
Toch waren enke]e groenten, die ook
nu nog worden genuttigd, ook reeds aan
de Batavieren bekend, en wel boerenkool,
wortelen en knollen'.
Omstreeks de 9de eeuw werden ver
schillende groenten door de Franken
hier ingevoerd, n.l. snijboonen, peen,
uien, erwten, sa\ade, kool, rapen en prei
en werd daarvoor in de nabijheid der kas-
teelen en der kloosters een gedeelte
beschikbare ruimte, naast die voor aroma
tische en geneeskrachtige kruiden, inge
ruimd. In 1351 kwam op de lijst der spij
zen, die de monniken in de Vasten moch
ten nuttigen, ook de uit Medië afkomstige
spinazie voor.
In den ]oop der 15de eeuw werd het
gebruik van groenten hier te lande alge-
maenerevenwel werden ze toen meer
door den burger dan door den aanzienlij
ke gegeten. Er komen op de spijslijstem
uit dien tijd verschillende namen van
groenten voort die ons thans onbekend
zijn, maar ook verscheidene, die nog he
den gekweekt worden.
In de 16e eeuw schijnt zich in de Ne
derlanden de tuinbouw krachtig te heb
ben ontwikkeld en nam zij in Noordelijk
Europa een eerste plaats dn. Engeland
was toen, en ook nog in de eerste helft
der 17e eeuw, een dankbaar afzetgebied,
waar zelfs de koninklijke tafel met van
uit Ho[land ingevoerde versche en inge
maakt© groenten werd voorzien.
Fabelachtige prijzen werden er toen
daar te Jande voor Houlandsche tuinpro-
ducten besteed; zoo betaalde men in 1619
voor 2 bloemkoolen f5,40, voor 30 krop
sajade f0,60 en voor 16 artisjokken f6.
Ook Duitschiand is nauw betrokken, ge
weest bij de Hol'landsche tuinproduct;
en nam er de wijze van cultuur van over.
Peter Lauramberg o.a. zegt dn zijn in. 1631
voor de geleerde wereld uitgegeven La
tijnsch werk „Horticultural dat „de Hoi-
landers buitengewone bekwame landbou
wers zijn, die het bewerken van den
grond bij uitstek goed verstaan".
Het menu was in dien, tijd tamelijk uit
gebreid, want de door het kweehen van
zeldzame bloemen en planten tot ver over
de landsgrenzen beroemde dominee Peter
Hondius van Vlissingen noemt bijna alle
thans bekende groenten en nog eenige an
dere op in zijn in 1621 uitgegeven „Dape<
inemptae of de Moufeschans, dat is, de
soeticheydt des Buytenievens, vergesèl
schopt met de boucken ofgedeelt in 10 gan
gei".
Hij rijmt daarin van „aspergies dik en
zoet, clessesteelen, die men stoofde, papas,
ranck van smaeck, muysen met de steer
ten [anck en swart, iuiksche erwten en
boonen, platte boonen, vroege en labe
erwten, rapen, wit van sche], van smake
soet, plat van lyve, dun van s'teerte, Keul-
sche en neusche coppers, groene en roode
beeten, vfitte en gele peen, Spaansche
en Afrikaansche „surckels", kroot en,
„eschalotten", artisjokken en schorsenee-
ren, Komkommers, „sou der voën, slijm
52
FEUILLETON
DOOR ETHEL M. DELL.
„Neen," zeide zij. „Waarom, zou ik
bang zijn? Maar ik heb wel een ge
voel, alsof ik tegen een vreemdeling
„Misschien doet u dat ook wel," ant
woordde hij met een lach, waarvan zij
de beteekenis niet begreep. En dan bru
taal: „Sta mij toe mij aan Uwe Majesteit
voor te stellen: Ruitenboer!"
Er was iets in zijn toon, dat haar pijn
deed, ook al had zij niet kunnen zeggen
waarom. Zij glimlachte met een zweefrn
van melancholie in haar lach.
„Dien heb ik toch ai eerder ontmoet,"
zeide zij.
„Maar zonder 'hem te kennen."
„Integendeel," hield zij vol. „Ik ken
hem nu al een heelen tijd. Ik ge-Lof, dat
hij een heel goed vriend van mij is."
„Wat?"
Zij keek naar hem, half verschrikt
door die korte vraag; maar onmiddellijk
wendde zij haar blik weer van hem af
met een vreemd, tintelend gevoel van
en water, cout en groen" van de oevers
van de Eufraat afkomstig gaf Hondius
aan zijn knechts, maar hij roemde zeer
de „solade" en de „indivy". Er schijnen
toen twee soorten salade bekend geweest
ie zijn; de eene had overeenkomst met
de roode kool en was evenals deze hard,
en had bladeren, die naar boven toegeslo
ten waren, terwijl de andere- geel werd
en wijd uitgespreide bladeren bad. De
eerste soort moet zeer malsch geweest
zijn.
Koo]rapen schijnt Hondius evenwel nog
niet ig!lekend te hebben, hoewel de plant
kundigen er al mede bekend waren, wamt
mi 1620 gaf Caspar Bauhnus er een be
schrijving van. Eerst in 1762 brachten glas
kramers dit gewas uit Bohemen in Duitsch
land, vanwaar het ongetwijfeld zijn weg
naar Holland gevonden zal hebben.
Een der laatste hier te lande voor de
keuken gekweekte gewassen is de rabar
ber. Reeds eeuwenlang voerden de Chi-
neezen door middel van de Russen de
wortels dezer plant als geneesmiddel naar
Europa uit, maar eerst omstreeks heit
midden der vorige eeuw begon men bier
te lande rabarber te kweeken.
Zoen verbod
Veel ouders zijn er, en terecht, niet
van gediend, dat hun wiegekindje door
iedereen wordt geknuffeld en gezoend. Er
zijn nu eenmaal menschen, die dat niet
kunnen mala !en Vader en moeder willen' niet
kwetsen, of ze zijn te bleu om er iets
van te zeggen. Weet ge, mamaatje, wat
ge doen kunt? Maak een schildje van
héél dun carton. Span er merkgaas om
heen, en boor het met een aardig lintje.
Teeken er een grappigen ooievaar op bijv.
of een bloemenkrans je en.,., bedenk zelf
een vriendelijk rijmpje. Merk dit met dien
kruissteek; naai er dan een lint aan om
het op te hangen en bevestig het in ba
by's wieg, zóó, dat iedereen,, die uw lie-
ve]img daarin wil bewonderen, het schild
je moet zien, en moet lezen. Hang een
dergelijk schildje aan de baby-box.
Mijn kleine nichtje werd op deze ma
nier voor ongevraagde liefkoozingen be
schermd:
„Zoentjes voor mij bewaren tot ik ze
ventien ben, a.u.b. Dolly".
In de baby-box van een lekkeren ste-
vigen boy had de vader een grappige dub
bele teekening gemaakt. Op» de linkerhelft
een wieg, waarin dfe kleine glimlachend
slaapt; vóór de wieg een kussen, waarop
die huisfox dezelfde rust geniet. Daar
onder s taatBobby en Fox in 't land dei
droomen.
Rechts is 'ttooneel veranderd. Bobby
schreeuwt erbarmelijk; Fox blaft woedend
tegen de „tantes" die op bezoek zijn.
Onderschrift„dat komt van het kussen".
Opschrift voor het dubbeiie tafereel:
„Men moet geen slapende hondjes wak
ker maken".
Ons a-nationalisme.
Ben land genoo t aan de Fran sche Mid
delland sche Zeekust, zond aan het Hbld.
schrik. Want het was, alsof zij in een ver
terend vuur gekeken had.
„Is u niet een beetje ten achter met
den tijd?" vroeg hij weer. „Dat was
zooals u zeide een heelen tijd gele
den."
De schrik was voorbij, doch zij bleef
er duizelig van als iemand, die aan den
rand van een niet te peilen afgrond staat.
Zij wist niet, wat zij zeggen of doen moest.
Doch zonder haar antwoord af (te
wachten, wendde Nap zich tot Violet
Shirley, d ie rechts van hem zat, en begon
onmiddellijk met baar op in het oog loo
ide wijze te flirten. Ralph Waring, die
daardoor van zijn tafeldame beroofd werd,
troostte zich met Mrs. Randal, die altijd
graag iemand een pleizier deed.
Het was met een onuitsprekelijk gevoel
van verlichting, dat Anne eindelijk vam
tafel opstond. Zij snakte ernaar weg te
komen, terug te kunnen gaan naar het
rustig© majoraatshuis, waar alles- tenmin
ste vredig was. Hij 'had haar grievender
pijn gedaan dan zij mogelijk geacht had.
Was zijn vriendschap dan werkelijk van
zoo groote beteekenis voor baar geweest?
Of was het alleen haar trots, die gekwetst
was bij de gedachte, dat hij de hare. zoo
weinig op prijs stelde. Het scheen dan
toch waar te zijn, dat hij, zooals iedereen
van hem beweerde, wispelturig en grillig
was. En toch geloofde zij het in het diepst
AAN DE OVERZIJDE VAN HET IJ^TE AMSTERDAM bevindt zich een woonschepen-kerkhof. Tal van oud
gediienden vinden hier een rustigem ouden dag. Wanneer een woonschuitbezitter zijn woning afdankt, is hij verplicht zijn
schuit naar hier te slepen. i
een exemplaar van „Le Nouveau Journal,
waarin André Ibels ons a faire neemt.
„Le bas peuple hollandais est passa-
blement ignoble" en onze straatjeugd is
erger don de onbeschaafde volken van
Midden-Afrika. De Fronsche schooiers
zijn in vergelijking met de onze „gentle
men".
libels heeft in ons land ook vertoefd.
Het doctoraat is volgens hem bij ons
een manie en iemand moet vijf of zes
doktorstitels hebben voordat hij zich
veroorloven kan in cacao, rijst of kokos
noten te handelen. Maar de vrouwen zijn
slecht en ondeugend... zooals de luther-
schen, die naar ieder weet minder waard
zijn dan die Laatste vrouw van het La-
tijnsche ras.
Dat wist libels ai voor dien oorlog.
Maar in dien oorlog hebben ook anderen
het bespeurd, toen de houding van ons
land „des plus suspectes" was. Hij praat
dan over een Fraecophiel in ons land,
wiens vrijheid, ja wiens leven in gevaar
was, omdat hij Frankrijk diensten bewees.
Onze prolestantsche moraal' is de schuld
die moraal, die huichelaars kweekt en
amti-romaanscke geestesgesteldheid
Zoo schrijft men dikwijls over ons
land en volk in het buitenland en 'tis
onze eigen schuld, omdat we geen gevoel
van eigenwaarde van ons volk en ons land
hebben. We schelden zelf 't meest op
onze natie.
Nu spreken wij niet van onze tuchte-
Looz© .jeugd. Daarover kan moeilijk zoo
veel kwaads door buitenlanders worden
gezegd, dat wij hun niet in ons land
gelijk moeten geven.
Wij laten het tegenover den vreemde
ling maar al te vaak ontbreken aan eer
bied voor onszelf. Wij zoeken naar woor
den van groote bewondering voor het
geen wij in vreemde volken anders dan
bij onszelf zien, en wat wij bij' het eigen
volk bijzondere waardeering waard ach-
te, dat houden wij besdheidenlijk voor
ons.
De straf moest daarop wel volgen.
Men kan bij anderen moeilijk waardee
ring voor onszelf verdachten, als wij
slaafs navolgen wat anderen doen, als
wij ons en onze beschaving, daar wiaar
zij zooals bijv. in België in het
irang komt verzaken an plaats van
te bedenken, dat het de bolwerken zijn
van onze beschaving, dtie de Vlamingen
verdedigen tegen de bestorming uit het
Zuiden.
Wie zichzelf wegwerpt kan moeilijk
verwachten, dat een ander hem zal op
rapen.
Welk een supreme dwaasheid het is
om mot verloochening van eigen wezen
vreemde profeten, die ons wel de eer
van haar ziel geen oogenblik. Die enkele
blik, dien zij door den spottenden duivel
in zijn oogen heen, in het innerlijke van
dien man Iiad kunnen slaan, had haar
heel iets anders verteld.
Dus haatte hij haar, haatte hij haar als
de oorzaak van zijn vernedering. Dat leek
waarschijnlijker. En toch en toch
zij ook dat wel?
„Lieve Lady Garfax, speel eens wat
voor ons. Het zal zoon genot zijn u te
hooren," vroeg haar gastvrouw vleiend.
Half-werktuageiijk stond zij op en ging
naar de piano, sloeg een paiar accoordeo
aan en begon te spelen, echter nog zoo
in haar gissingen verdiept, dat ze nau
welijks wist, welk stuk ze gekozen had.
Mrs. Randal kwam naast baar zitten.
Mrs. Shirley schoof in een hoekje bij
Mrs. Damer en begon te fluisteren. De
twee jonge meisjes gingen zachtjes naar
serre.
Anne's vingers speelden' door. Nu en
dan zeide Mrs. Randal wat tot haar,
ooi liaar te bedanken en te vragen nog
wat te spelen. Maar dan ging zij wat
verder af zitten en Anne miste haar niet.
Zij was te zeer in haar eigen gedachten
verdiept.
„Lady Carfax!"
Zij schrok op, zenuwachtig.
„Blijf doorspelen!" zeide hij en tegen
haar zin deed zij liet.
willen aandoen voor ons te komen, lezen,
voordragen, spelen, na te loopen en te
vleien.
Gesmaad te worden is voor den Ne
derlander het beste middel om zich be
wust te worden welk een voorrecht hem
is gegeven in zijn eigen beschaving.
Het weder in 1927.
Aan het overzicht van het Kon. Ned.
Meteorologisch Instituut over het weder in
het jaar 1927 is het volgende ontleend:
Gemiddeld was de temperatuur 2 gr.
0 beneden normaal; Maart was bijna 2
graden, Januari B/a graad, October 1
graad, Februari en Augustus V2 graad
te warm, December, Juni, November, Mei
en April waren te koud, respectievelijk
41/2, 2, 1, en Va graad.
De hoeveelheid neerslag was 19 pet.
boven de normaal van 691 m.m. Belang
rijk te veel regen hadden Juni, April,
Aug. en Sept., met afwijkingen van respec
tievelijk 130, 105, 45 en 40 pot.. Februari
en November waren 20 en ruim 10 pet.
loven normaal, Maart en Juk minder dan
10 pet.. Te droog waren Mei, October
en December, respectievelijk 50, 50 en
20 pet. beneden normaal. Juni had de
grootste maandsom. Mei was de droog
ste maand.
De vijf hoofdstations hadden gemiddeld
1386 uren zonneschijn tegen 1433 normaal.
De grootste afwijkingen vertoonden De
cember en Mei, met 27 en 23 uren boven
normaal, en Juli, September en Novem
ber met 36, 26 en 18 uren beneden nor
maal.
Gemeentesecretarisontslagen
In de Woensdag gehouden raadsverga
dering welke van half 10 tot 6 uur ge.
duurd heeft besloot de gemeenteraad van
Halsteren (N.-Br.) met 7 tegen 3 stemmen
den gemeente-secretaris, wegens over een
tijdperk van 20 jaren gepleegde malver
saties in de boekhouding, te ontslaan, na
dat de zaak reeds anderhalf jaar doende
was geweest.
Een kranige jongen.
Be insluiper was gedrongen in een
woning aan de Jacob van Lennepkade, te
Arasterdam schrijft het ^Hbld*. Waar
schijnlijk had hij gezien, dat de familie
was uitgegaan j hij nam dus zijn kans
waar, of j uister hij probeerde dat te doen.
Want hij had er vermoedelijk niet op ge
rekend, dat de vijftienjarige zoon des hui
zes niet mede was uitgegaan. De jonge
ling lag reeds te bed. maar sliep en
dit werd des insluipers ongeluk nog
niet. Hij bemerkte het onraad en sprong
uit de wol- De dief wachtte niet op den
„Ik kom u morgen opzoeken," ging
hij voort. „Hoe Iaat kunt u mij ontvan
gen?"
Zij zeide niets, maar het bloed stroom
de in warme golven naar haar gelaat. Zij
kon het in iederen ader hooren hame
ren.
„Wilt u mij geien antwoord geven? Wilt
ui mij geen tijd bepalen?"
Er was iets in zijn stem, dat haar er
naar snakken deed zijn gezicht te zien,
maar zij kon niet. Met groote moeite
bracht zij eruit:
„Gewoonlijk ben ik 's middags thuis."
„Wilt u dan voor ieder ander belet
geven?"
Met wanhopige krachtsinspanning wist
zij het wilde kloppen van haar hart te
doen bedaren. „Dat zal je er, geloof ik,
op moeben wagen."
„Ik heb geen lust iets te wagen," zeór
hij. „Als u dat liever wilt, kan ik op
het gewone ontvanguur komen. Maar
Hij voltooide dien zm niet, doch er lag
in diat „maiar" iets., dat gebiedender was
dan een bepaald bevel.
Anne's oogen beefden over de toet
sen. Plotseling maakte een onzekerheid
zich van haar meester. Zij vergat, wat
zij speelde, vergat alles in de overweldi
gende begeerte om zijn gezicht te zien.
Om haar verwarring niet te laten mer
ken, sloeg zij nog ean paar zach'.e accoor-
jongen, doch sloeg op de vlucht, Maar de
knaap, ook niet bang, holde in zijn nacht
goed de straat op, den insluiper achterna.
De politie had de zonderlinge renpartij
spoedig in de gaten. Zij greep den in
sluiper, die een 24-jarig man bleek te
zijn, iemand wiens lei niet bepaald schoon
is. Hij had een breekijzer en een zak
lantaarn bij zich.
De jongen kroop weer in bed in het
bewustzijn zoowel zijn ouders als de po
litie een dienst te hebben bewezen.
Het vaccinatie ontwerp.
Verschenen is de Memorie van Antwoord
aan de Eerste Kamer inzake het ontwerp
tot wijziging en aanvulling van de wette
lijke bepalingen betreffende de vaccinatie.
De meening, dat de minister door de in
diening en verdediging van dit wetsont
werp wel degelijk in strijd zou komen met
de fiegeeringsverklaring van 1L Maartl926
en zijn latere daarop gebaseerde houding
kan in het licht aer feiten moeilijk ge
handhaafd worden. De ernstige begeerte
toch om bepaalde vraagstukken in status
quo te laten verliest haar basis als een
zoodanig vraagstuk buiten iemands toe
doen om een nieuwe gestalte aanneemt
zóó dat dit vraagstuk in zijn tegenwoordige
gestalte nimmer een element geweest is in
den strijd tusschen politieke partijen of
groepen.
Dit nu is hier ongetwijfeld het geval
sinds omstreeks half Juni 1927 toen den
minister werd gerapporteerd, dat alle po
gingen om het encephaiitis.gevaar te ver
klaren en te bezweren vruchteloos waren
gebleven en de medische adviseurs van
den minister op grond daarvan van oordeel
bleken, dat onveranderde handhaving der
bestaande bepalingen niet te verdedigen
zou zijn.
Yoorts deelt de minister mede, dat er
bij voortduring ruim voldoende entstof aan
wezig is om aan plotseling opkomende,
groote behoefte te kunnen voldoen.
De vrees dat deze Wet menig geneesheer
huiverig zal maken om gedurende de over
gangsperiode tot inentiDg over te gaan, is,
naar het den minister voorkomt, niet ge
grond. Reeds eenigen tijd vóór de indiening
van het ontwerp bestond bij een groeiend
aantal geneeskundigen bezwaar om in de
huidige omstandigheden tot inenting over te
gaan van dat bezwaar getuigde o.m. het
adres van het hoofdbestuur van de Maat
schappij tot Bevordering der Geneeskunst
dat immers vooraf gegaan is aan de in
diening van dit Wetsontwerp. Men kan
veeleerzeggen dat dit ontwerp strookt met
een in de medische kringen op dit oogen-
min of meer algemeen bestaand gevoelen.
den aan en keende zich dan op de ta
bouret om.
Hij was weg.
HOOFDSTUK II.
De kiem der moeilijkheid.
„Ik wil het weten," zei dr. Capper
zeer beslist.
Hij was een der meest beroemde chi
rurgen uit de Vereenigde Staten en leek
precies op een Evangeüschen dorps
dominee. Haar, gelaat, baard, hadden al
len dezelfde kenmerkende eigenschappen
lang, dun en geel. Hij zat in elkaar ge
kronkeld als één stuk touw met veel knoo-
pem en scheen de macht te bezitten, om
ieder gewricht in zijn lichaam onafhanke
lijk van de andere le bewegen. Hij liet
zijn vingers aan één stuk door knappen,
wanneer hij zat te praten op een manier,
die van ieder ander dan van Capper, over-
dragelijk geweest zou zijn. Steeds speelde
hij verlegen met zijn wonderlijk sterke,
fijngevoelige, ivoorkleurige handen. Zijn
oogen waren klein en groen, scherp als
de oogen van een hagedis. Zij schenen al
les in zich op te nemen, maar niets los
te laten.
(Wordt vervolgd).