PUROL bij
Brand- en
nijwonden
Eventjes denken.
Onze damrubriek.
Ons schaakhoekje
Binnenland
Gemengd NieuWs
Voor de Jeugd
Het drama te Amsterdam.
Het is gebleken, dat Dominico, de
Italiaansehe beeldjesmaker, die Maandag
op het Koningsplein te Amsterdam een
meisje van het leven beroofde, tevoren
aan zijn patroon een uur vrij had ge
vraagd. De patroon heeft verklaard, dat
Dominico een fatsoenlijke, zachte jongen
was, die zich Maandag evenwel in zenuw
achtigen toestand bevond.
Ook het meisje, Truus van Glabbeek,
stond als fatsoenlijk en voorkomend be
kend.
Omtrent den dader was aanvankelijk
de gedachte aan simulatie gerezen. Niet
onwaarschijnlijk echter is, dat hij ten ge
volge van de doorgestane emoties 'n schok
heeft gekregen dat zijn zenuwgestel totaal
in de war heeft gebracht. Prof. Bouman,
die zich met den patiënt bezig houdt,
heeft den wensch te kennen gegeven hem
nog eenige dagen in observatie te willen
houden. De Italiaan brengt nog steeds
geen woord uit.
Verleidelijke voorwerpen.
De zelfde man, zekere B., die indertijd
in de strafgevangenis te Botterdam had
kans gezien, een lepel en een vork naar
binnen te werken en toen naar het zieken
huis werd gebracht, waar deze voorwerpen
door operatie uit zijn maag moesten worden
verwijderd, heeft thans voor den tweeden
keer eenige zwaar in den maag liggende
dingen ingeslikt. Dit maal zijn het een
stuk van een crucifix, een gedeelte van
een lepel en een stuk rand van een beker
geweest. Woensdagmiddag is hij naar het
ziekenhuis gebracht en daar opgenomen
om andermaal geopereerd te worden.
Telefoon met Amerika.
A.s. Maandag zal de telefoonverbinding
tusschen Nederland en Amerika geopend
worden. Van Nederlandsche zijde in de
steden Amsterdam, Rotterdam en Den
Haag en van Amerikaansche zijde in alle
plaatsen der Ver. Staten en Cuba. De
prijs voor een enkelvoudig gesprek naar
gelang van de vijf Amerikaansche zones
bedraagt f 191,40 tot f 227,80. Reeds
kunnen gesprekken worden aangevraagd,
Noodelooze
waarschuwingsteekens.
Art. 4 van het oude moter- en rijwiel
reglement verplichtte den bestuurder van
een motorrijtuig of rijwiel, waarmede
over een weg of een rijwielpad werd ge
reden, ingeval hij voornemens was plot
seling vaart te verminderen, of stil te
houden en ook indien hij van richting
wilde veranderen, van dat voornemen tij
dig te doen blijken door een goed zicht
baar teeken, «indien door het niet geven
van dat teeken de vrijheid of de veilig
heid van het verkeer op dien weg of dat
rijwielpad zou worden belemmerd of in
gevaar gebracht.»
Het was een goed voorschrift, dat in
de practijk voldeed en algemeen gehoor
zaamd werd.
In het nieuwe motor- en rijwielrege-
ment bevat art. 4 een dergelijke bepaling
met dit belangrijke verschil echter, dat
ten aanzien van bestuurders van motor
rijtuigen zijn weggelaten de woorden
«indien door het niet geven van dat tee
ken de vrijheid of de veiligheid van het
verkeer op den weg zou worden belem
merd of in gevaar gebracht.»
Voor wielrijders en voerlieden, bestuur
ders van andere dan motorrijtuigen, is
deze beperking uit het oude art. 4 wel
gehandhaafd. Zij behoeven alleen maar,
indien anders de veiligheid van het ver
keer in het gedrang zou komen, met hun
arm, of door het opsteken van de zweep,
een teeken te geven.
De bestuurders van motorrijtuigen
daarentegen moeten in alle omstandig
heden, ook als is er geen sterveling in
velden of wegen te zien, hun teeken
geven, dat ze vaart willen minderen, of
stilhouden, of van richting veranderen.
Voor de motorbestuurders is het nieuwe
voorschrift geen verbetering, en hierop
wijst de Kon. Ned. Automobiel Club te
recht.
Dit nieuwe artikel 4 herinnert aan de
caricatuur op de verkeersvoorschriften, die
onlangs een Engelsch tijdschrift gaf. In
een eindelooze woestijn schrijdt in vol
komen eenzaamheid een kameel voorwaarts;
tot aan den verren horizont, waarachter
als kleine stipjes de pyramiden schuil gaan,
loopt in kaarsrechte lijn het spoor van
het schip der woestijn door het dorre
zand. Nergens in den verren omtrek is
een levend wezen te bespeuren, behalve
de statige kameel en den flegmatieken
kameelruiter, die.onverstoorbaar den
arm uitstrekt, ten teeken dat hij van rich
ting wil veranderen.
Het nieuwe art. 4 doet niet voldoende
recht wedervaren aan de practijk van het
verkeer op den weg en zoowel het gezag
van de overheid als de veiligheid van het
verkeer zou er door worden gediend als
dezelfde reserve, welke in het nieuwe art
4 tweede lid ten aanzien van wielrijders
en voertuigen wordt gemaakt, ook weer,
evenals in het oude reglement het geval
was, voor motorbestuurders mocht gelden
en dezen zou ontslaan van de verplichting
tot het geven van volkomen noodelooze
waarschuwingsteekens.
Een echtelijk recht?
Vrouw J.K. te Weenen kon het niet
met haar man vinden. Altijd was er ruzie
de vrouw wilde niet voor hem koken en
verwaarloosde ook zijn waschgoed. De man
verzocht eenige vrouwen, die in hetzelfde
huis woonden tegen betaling voor hem te
koken, maar ze hadden zelf voor groote
gezinnen te zorgen en bedankten, Slechts
vrouw E.P., wier man werkloos was, nam
met vreugde de gelegenheid te baat om
haar eigen huishouden wat te verlichten.
Ze kookte dus eten voor K., zorgde voor
zijn waschgoed, verstelde het en op feest
dagen ging K. met het echtpaar P. wel
naar den bioscoop of een café. K. betaalde
elke maand f 28 voor het eten en ook
voor de wasch,
Vrouw K. was er heel boos over en
diende tegen vrouw P. een klacht in wegens
medeplichtigheid aan schending der echte
lijke trouw. En in eerste instantie werd
vrouw P. werkelijk veroordeeld tot f 17
boete, omdat ze door het koken, wasschen
en repareeren voor vrouw K. 's echtgeuoot,
de rechten welke aan de rechtmatig ge
huwde echfgenoote zijn voorbehouden, had
geschonden. In hooger beroep is dit dwaze
vonnis echter vernietigd en vrouw P.
vrijgesproken.
Gewroken.
Te Padua is een gevecht op leven en
dood gevoerd tusschen vrienden en vijan
den der katten.
Een reizend circus, dat zijn tenten
buiten genoemde stad heeft opgeslagen,
zond 's avonds eenige bedienden uit om
zwervende katten te vangen, die dan als
voer voor de vleeschetende circusdieren
zouden kunnen dienen. Deze economische
wijze van fourageeren ging een paar dagen
goed, totdat de nachtelijke kattenmeppers,
die hun vangst aan straatkatten al minder
zagen worden, het oog lieten vallen op
huispoesjes, die een avondwandeling
waagden.
Toen dit uitkwam, vormde zich onver,
wijld een commissie van drie of vier kat-
tenvrienden, die 's avonds door de straten
patrouilleerden en op een avond een der
kattenbeulen te pakken kregen juist toen
hij een prachtigen kater, eigendom van
een der commissieleden, wilde ontvoeren
Het regende slagen op den aterling, die
ten slotte de vlucht nam en zich gelukkig
mocht prijzen, dat men hem niet de her
sens had ingeslagen.
Moderne schatgravers.
In de Londensche City is de inteeke-
ning opengesteld voor aandeelen in de
Sacambaya Exploratie maatschappij, opge
richt met een kapitaal van 25,000 pnd st.
om de schatten te zoeken die de Jezuïeten
in Bolivië verborgen moeten hebben.
In dat land hebben de Jezuïten tot
ongeveer 1878 goudmijnen en diamant
velden met Indiaansche slaven ontgonnen.
Toen werden zij door de Spaansche regee
ring uit het land verdreven. Er waren
onderhandelingen aan voorafgegaan die
elf jaar duurden, en in dien tijd had de
Spaansche regeeriug den Jezuïeten belet
hun goud naar Europa te zenden. Zij
hoopten inmiddels een schat van 60 mil
lioen douros (ongeveer 150 millioen gul
den) aan goud, zilver en diamanten op
Zij hebben dit alles verstopt en de Spaan
sche regeering die hoopte dit bezit ver
beurd te kunnen verklaren, stond hun
toe slechts een klein deel mee te nemen
De schat was in veiligheid gebracht in
tunnels of galerijen die in een berg te
genover het klooster van Plazuela aan
de Sacambaya rivier bij La Paz in de pro
vincie Inquisivt gegraven waren
Een van de paters deelde het geheim mede
aan een broer die toen prefect van Callao
in Peru, was Hij stelde hem een stuk
met een uitvoerige beschrijving ter hand,
Dit kwam weer aan den zoon van den
prefect, die president van Peru werd en
daarna aan diens dochter Dona Carina.
Deze laatste gaf een afschrift ervan aan
den Engelschman Cecil Herbert, Prodgers
een zeer gezien man in Zuid-Amerika
die in zijn boek Avonturen in Bolivië
beschrijft hoe hij in 1926 naar den schat
gezocht heeft. Bij het graven vond fiij
eerst een zilveren kruisbeeld en daarna
een houten kistje met een perkament,
dat een waarschuwing bevatte. Daarin
werd allen schatgravers aangeraden van
de plaats weg te gaan, aangezien dege
nen die de gangen durfden binnen te
dringen, een smartelijken dood wachtte
en zij in het namaals verdoemd zouden
zijn. Toen Prodgers dit stuk aan de in.
landsche werklieden had voorgelezen wei
gerden zij langer een hand uit te steken.
Prodgers is van zins met een grootere
expeditie naar de plaats terug te keeren,
Het perkament is door Sir Edward Den
nison Ross, de grootste autoriteit voor
zulke handschriften, onderzocht en voor
«volstrekt echt» verklaard. Prodgers had
6000 pnd st aan zijn eerste mislukte
expeditie ten koste gelegd.
Hij denkt in Maart opnieuw te ver
trekken met ongeveer achtien Engelschen,
onder wie eenige mijn- en werktuigkun
dige ingenieurs zijn. De expeditie neemt
moderne pneumatische boren en andere
werktuigen mede, voorts twee tractors
met rupswielen. Leider van de expeditie
is Edgar Sanders die denkt dat men te
gen October met het werk klaar kan zijn
en dat de kosten alles bij elkaar 14,000
pnd st. zullen bedragen Als men werke
lijk den schat vindt, komt 25 pet. aan
den eigenaar van den grond en 75 pet.
aan de aandeelhouders
Gegadigden kunnen bij een procureur
in Lincoln's Inn Fields te Londen op
het oogenblik het oorspronkelijke docu
ment van den pater, het zil eren kruis»
beeld en het perkament met de waarschu
wing zien. Als alles goed gaat, kunnen
de aandeelhouders op een aandeel van
5 pnd st. een uitkeering van 750 pnd st
verwachten, maar de commissarissen zeg
gen uitdrukkelijk dat het geen belegging,
maar een speculatie geldt.
WATERGETIJEN VOOR
WEMELDINGE.
(Die voor Ierseke vallen ongeveer 5
minuten later en voor Hansweert ruim
een half uur vroeger).
Amsterdamsche tijd.
Dagen.
Hoogwater
Laagwater
Vrm.
Nam
Vrm.
Nam
28 Jan.
6 49
7.13
0.06
0 35
29
7.30
7.59
0.53
1.22
30
8 19
8.56
1.42
2.15
31
9 18
10.09
2.47
3.24
1 Febr.
10.38
11.26
8.59
4.42
2
0.06
5 19
6.02
3
0.45
1.20
6.31
7.08
NIEUWE RAADSELS.
Voor grooteren.
No. 1. Een professor is wijs, maar
wie is altijd wijzer?
No. 2. Wie geniet op aarde de groot
ste vrijheden?
No. 3. Een blinde zag een kip Loo-
pien; een lamme liep haar na en ving
haar; een naakte stak haar in zijn zak
en droeg haar naar huis. Hoe kan dit
verklaard worden?
Voor kleineren.
No. 4. Mijn eerste duidt de gelijkheid'
aan, mijn tweede den titel van een vreemd
edelman en mijn geheel wordt duizenden
malen pier dag met even igroote onver
schilligheid gevraagd als gegeven, terwijl
het echter van zóóveel gewicht is, dat
het 't leven van duizenden heeft gered en
nog zal blijven redden. Wat bedoel ik?
No. 5. Nauwelijks groei ik weder
Of mien maait mij neder
Doet de maaier 't niet goed
Dan stort de akker bloed.
No. 6. Van vorm is zij ganscb kogelrond,
Doorschijnend licht en heerlijk bont
Een ademtocht blaast haar uit elkaar
Een enkele stoot vernietigt haar.
Wat is dat? Kom zeg 't me, maar.
De raadsels zijn niet erg moeilijk, zoo
dat ik wel denk, dat jullie ze allemaal
zult kunnen vinden als je even goed na
denkt. Veel plezier er mede en laten jullie
nu maar eens gauw wat van je hoorein aan
TANTE FREDY.
OPLOSSINGEN DER RAADSELS
uit ons voorlaatste „Hoekje".
No. 1. De wind. 2. Oom Bernard.
3. Molm, olm, mol. 4. De letter A.
5. Koren. 6. Een bloemist.
Hieronder volgt nu het begin van het
beloofde verhaaltje. De volgende week
wordt het vervolgd.
DE GEVONDEN SCHAT.
Arnold en Toontje haddein samen een
spiksplinternieuwen gulden van Oom Ka-
rel kregen en nu zaten zij in' den tuin
en bespraken, wat zij er voor koopen
zouden. Arnold stelde voor een kasteel
voor moeder. „Dat is goed", zei Toontje,
„dan koop ik een automobiel voor vader en
dan voor ons beiden een hobbelpaard".
„Ja maar", zei Arnold, „een automo
biel kost wel honderd guldens". Hoewel
beiden overtuigd waren, dat een spiksplin
ternieuwe gulden véél meer waard was
dan een andere, begrepen ze toch wel,
dat een kasteel en een automobiel en
een hobbelpaard er niet van betaald kom-
dein worden. Ze zaten er wel vijf mctiuiein
over te denken zonder 'fee praten.
Het was een mooie zomeravond; over
een uur zou Stientje de meid komen, om
hen naar bed te bcengein, maar nu wa
ren ze alleen en mochten doen, wat ze
wilden.
Plotseling zat Arnold recht overeind en
zea opgewonden; ,.Ik weet wat; we kun
nen een heelein pot vol geld krijgen.;
ik begrijp niet, dat we daar niet eerder
aan gedacht hebben". „Waar dan?"
vroeg Toontje, zijn groote oogen wijd ge
opend. „Wel, natuurlijk waar vanmorgen
de regenboog stond", riep Arnold uit. „Je
weet toch, wat Siemtje ons vertelde. Als
je diep graaft op de plaats, waar de re
genboog op den grond staat, dan vind je
een pot vol goud. Ik keek goed, waar de
regenboog zich van morgen bevond en
weet precies nog, waar hij stond: juist
bij dien groeten steen op den Kaatsheu
vel. Laten we gauw gaan zien, of we
een pot goud kunnen vinden, dan koopen
we een kasteel, een tuf en een hobbel
paard en nog een heele boel meer".
„Maar de regenboog is er nu niet".*
zei Toontje twijfelend, maar toch vol
bewondering naar zijn broer kijkend, die
altijd zulke mooie inval'en had. „O
neen, die is lang weg, maar de pot goud
is er zeker nog; kom mee dan halen we
onze tuin schoppen, 't niet ver weg en we
zijn terug, als Stientje komt, om ons naar
bed te brengen".
„Goed", riep Toontje overeind sprin
gend. Al spoedig waren de broertjes hand
aan hand en met hun schopjes gewapend
op weg naar den Kaatsheuvel. Ze wisten
den weg goed, want ze waren er dik
wijls geweest en vroolijk pratend stap
ten ze vlug voort, daar ze graag vóór
zonsondergang terug wilden zijn.
Al gauw stonden ze aan den voet
van den heuvel. „O hé, moeten we bo
ven op dien vreeselijken berg klimmen?"
zuchtte Toontje, die al heelemaai buitein
adem was van het harde loopen. „Ja,
we moeten er boven op, want daar was
het, dat de regenboog stond", zei Arnold,
„geef me maar een hand, dan zullen
we elkaar helpen".
Het was een heele klim voor de twee
lingen, die nog maar zes jaar oud waren,
maar ze hielden dapper vol en hadden
eindelijk den heuveltop bereikt.
(Wordt vervolgd)»
VRAAGSTUK No. 1
„Een Handelskwestie"
Een koopvrouw kocht 120 appels tegen
vier voor een stuiver en 120 van een an
der soort tegen zes voor een stuiver
miaar toen zij bemerkte, dat de appels
beurs werden, besloot zij ze tegen in
koopsprijs weer van de hand te doen.
Om moeite te besparen, deed zij ze
door elkaar en verkocht ze voor een dub
beltje de tien, denkende zoodoende haar
geld terug te krijgen. Maar toen alle ap
pels verkocht waren, merkte zij tot hare
verbazing, dat zij er nog een dubbeltje
op verloren had.
Hoe zou dat gekomen zijn?
VRAAGSTUK No. 2.
„Een dubbeltjesprobleem
Gegeventwaalf dubbeltjes.
Gevraagd: deze zoodanig te rangschik
ken, dat er vier in iedere rechte lijn slaan
in zeven verschillende ricb'ingen. Het
spreekt van 2elf, dat de rijen niet in
eikaars verlengde mogen liggen.
OPLOSSINGEN DER PUZZLES
uit ons voorlaatste nummer.
No. 1. „Een verschuif-probleem
Kortheidshalve duiden we de oplossing
aan door de volgende zetten, waarbij
schuiven en (x): springen beteekent. Be
gonnen is met de dubbeltjes.
6—5; 4x6; 3-4; 5x3; 7x5;
8-7; 6x8; 4x6; 2x4; 1-2;
3x1; 5x3; 7x5; 9x7;
8—9; 6x8; 4x6; 2x4;
3-2; 5x3; 5x5; 6—7;
4x6; 5-4.
No. 2. „Een lebterverwisselings-kwes-
tie".
De opgave was voor wat het aantal
verwisselingen betreft voor tweeërlei op
vatting vatbaar, men kan n.l. onder de
zeven verwisselingen het sleutelwoord hemd
of muis mede tellen of wel er buiten la
ten. In het laatste geval krijgt men na
tuurlijk telkens een rijtje van 8 in plaats
van 7 woorden-. Beide opvattingen kun
nen als juist worden erkend. We geven
van elk dus twee oplossin-gen.
hond
hond
muis
muis
hoed
vond
mais
mais
hoek
vind
mars
mars
doek
vink
hars
raas
dolk
vonk
hard
raad
wolk
volk
hand
rand
wolf
wolk
rand
rund
wolf
rund
Oplossing van probleem No. 3
van C. Janneman, Hilkgersberg.
De diagramstamd in cijfers was: Zwar'
18 schijven op 3, 516, 1820, 24
26. Wit 18 schijven op 25, 2733, 3
37-43 en 45, 48. De meeste oplosser
zochten het hier te ver. De afwikkelin.
is als ,,'t Ei van Columbus". Wit aan
den zet speelt 2933 en 41-36 en want
nu minstens een schijf. Het schijfoffer
2933 is verrassend en zooals uit de
vele binnengekomen foutieve oplos sin gei;
bleek, voor velen ook leerzaam.
VRAAGSTUK No. 3
van Ir. W. Vrijlandt, Dordrecht.
Zwart: 9.
Wit: 9.
De diagramstand :n cijfers behoort te
zijn: Zwart 9 schijven op 79, 13, 1"
17, 29 en 35. Wit 9 schijven op 2
27, 32, 34, 40, 42—44 en 49. Wit spet
en wint.
Oplossing van Probleem No. 4
van Dr. L. N. de Jong.
(voorlaatste nummer).
De diagramstand in cijfers was: Wil
K a8, D d3, T g4, P d5, P f3, L a4
en twee pionnen op f2 en g5. Zwart K
h3, T gl, T hl, L h5, en een pion op
g6. Wit speelt als sleutelzet D dld3.
waarna op elk antwoord van zwart on
middellijk mat met den volgenden zet
volgt. Dit probleem dankt zijn grootste
waarde aan de gedurfde constructie en
de vlotte afwikkeling, het is een ecibt
genoeglijk probleempje.
VRAAGSTUK No. 4
van Dr. J. Dobrusky, Praag.
Zwart: 7.
abcdefgh
Wit: 6.
De diagramstand behoort te zijn: W
K al, D f3, T a6, L g5, P d2 en er
pion op f2. Zwart K c5, T c7, L li
en vier pionnen op b4, d3, f4 en g2. W
speelt en geeft mat in drie zetten.
LICHT OP.
Zaterdag 28 Januari 5.05 inJ
Zondag 29 Januari 5.07 uu
Maandag 30 Januari 5.09 uu
VEILINGSVEREENIGING
K.B.O. TE KAPELLE.
Veiling van 25 Januari 1928.
PEREN: Pondsperen f8 a f 10, Win]
ter Suikerij f3 a f6, Gieser Wildennat?
f8 a f 15, Kleiperen f8 a f 12, Ijzer
peren f6 a f8, Knolperem f5 a f fi I
alles per 100 Kg., APPELS: Goudrei.j
netten f 10 a f 26, Zure Bellefleurs f j
a f21, Luntersche Pipping f4. Meipip
ping f4 a f6, Ijzing f4 a f6. Peper
appels f4 a f6, Slerappels f5 a f IC
Groninger Kroon f6, Pomme d' Oranj
f8 a f 12, Campagner Zoet f4 a f w
Hollandsch Zoet f5 a f6, Bijenkorf f I
a f8, Court Pendu f4 a f5, Blank;
Court Pendu f5. Ruster f6, Armgaar
f5 a f8, alles per 100 Kg., DIVEF
SEN: Spruitkooi f22 per 100 Kg., Sa>
voije kool f5 a f 11, Witte kool f6
f 10, Roode kool f 11 a f 13, Kipeiere
f7,60, Eendeneieren f7,10, alles per 101
stuks, Hanen -f 1,10 per stuk.
A