GOESCH COURANT
RUITENBOER
f
NB. 7.
Vrijdag 15 Januari 1928
115* Jaargang.
Bij dit nummer be
hoort een bijvoegse
De Java-Suiker-industrie
en haar beteekenis voor
land en volk
tegen Verstopping!
Koloniën.
t
Uit de Pers.
Wij leveren U ALLES
A. C. VAN DER REST,
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal, in Goes 12,
buiten Goes f2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
t Verschijnt: Maandag-, 'Woensdag
en Vrijdagavond.
UitgaveNaarolooze Vennootschap Goesche Courant B^sjll[lj|j en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
ADVERTENTIEN
van 15 regels f],20, elke «gel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt tweemaal berekend.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 15
oent per regel. Advertenliën worden
aangenomen tot 12 uur voormiddag.
DOOR
Mr. J. J. TICHELAAR.
I.
Inleiding.
Geen tak van nijverWd beeft in ons
koloniaal leven zóózeer en zoo dikwijls
de aandacht getrokken als de suiker
industrie.
Vooral sedert den tijd, dat de Gou
verneur-Generaal Van den Bosch zijn
Cultuurstelsel invoerde;, heeft zij de be
langstelling gehad van zeer velen-, eene
belangstelling waarin zij zich dikwijls
mocht verheugen, doch die zij ook even
dikwijls had te verduren.
Zoowel de Indische als de Moeder-
landsche wetgever hebben regelingen in
het lieven- geroepen speciaal) haar betref
fende, en lang is de lijst valn wetten, ver
ordeningen en besluiten, waarmede zij bij
de uitoefening van haar bedrijf rekening
Geeft te houden.
Doch niet alleen de Overheid bemoei
de zich met het doen en laten der indu
strie, ook van particuliere zijde was de
interesse in haar zeer groot. Zoowel van
den kant dergenen die onmiddellijk of
middellijk bij haar geïnteresseerd waren
als van de zijde van hen, die met haar
overigens geenerlei relatie hebben, is op
vergaderingen, in dagbladen en in tal
van brochures op soms hartstochtelijke
wijze de industrie besproken, en nog
steeds houdt de belangstelling aan.
Hoog is de industrie geprezen en diep
is zij verguisd. Naast degenen, die haar
Je kurk noemen waarop Java drijft, zijn
Ir die niet schromen haar een vloek te
böeten voor deze gewesten. Zijn er en-
keen die meein.cn, dat het een zegen zou
zijn voor Java, indien de suiker-industrie
verdween, anderen, en deze vormen de
overgroote meerderheid, zijn er van over
tuigd, dat hare verdwijning eene onher
stelbare ontwrichting van het economi
sche leven op dit eiland tengevolge zou
hebben en van niet te berekenen nadeel
zou blijken te zijn, óók voor het moe
derland.
De suiker-industrie staat vooral daar
om in het centrum der publieke belang
stelling, omdat zij is een landbouwbedrijf,
Cjlat door Westersche energie en met be
hulp van Westersch kapitaal wordt ge
dreven op aan de Inlandsche bevolking
oebehoorende en van deze gehuurde
gronden.
De omstandigheid, dat de industrie
noodgedwongen immers wette1 ij ke be
palingen maken het haar onmogelijk grcind
Jn .eigendom te krijgen den voor de
uitoefen ng van haar bedrijf noodigen grond
noet huren van de eigenaren, d.i. van
de Inland schie bevolking; de omstandig
heid, dat zij aanspraak doet gelden op
39 FEUILLETON
DOOR ETHEL M. DELL.
..Beste jongen, voor Lady Carfax be
hoef je je niet bezorgd te maken", zeide
Lucas met volle overtuiging. „Zij zou
geen oogenblik duiden, dat hij ook maar
één oogenblik probeerde met haar te flir
ten. Hun vriendschappelijke omgang be
rust op een stevige grondslag. Het is
echte vriendschap, anders heet ik geen
Lucas".
„Wou je soms zeggen, dat hij niet
verliefd op haar is!" riep Bertie uit.
„Dat hij niet met haar zal flirten",
antwoordde Lucas kalm. „Voor het eerst
van zijn leven voelt hij zich aangetrok
ken tot een goede vrouw en daar zal
geen kwaad uit groeien. Zij is een van
die weinige geboren heiligen, „die de we
reld niet waard is". Hij eindigde met
een plotselingen zucht. „En als we nu
weer eens aan het werk gingen-, Bertie".
„Dat is allies goed en wel, maar als
Nap ooit met Sir Giles te maken krijgt,
dan geloof ik, dat hij leelijk te pas zal
een deel van het voor de uitoefening van
haar bedrijf onmisbare water; de om
standigheid, dat zij tal van werkzaamhe
den in betaalden loonarbeid moet doen
verrichten door Inlanders dat alles
was en is nog voor velen een rijke bron,
waaruit tal van grieven tegen de indu
strie werden en worden geput.
De belangstelling in die suiker-industrie
wordt evenwel niet alleen in het leven
geroepen door de bijzondere verhoudingen,
waaronder zij als Westersche indus'rie
in onze Oostersche kolonie haar bedrijf
moet uitoefenen; ook uit geheel anderen
hoofde trekt zij veler aandacht. Zij is
een schitterend voorbeeld van hetgeeln
energie en wetenschap vermogen tot
stand te brengen. Deze twee, gesteund
door het onmisbare kapitaal, hebben Java
geplaatst aan de spits dier rietsuiker -
produceerende landen.
Wat honderd jaren geleden een kwij
nend bedrijf was, dat op het punt stond
te verdwijnen, is geworden tot een we
reld bedrijf, dat niet alleen door zijne
resultaten, maar ook door het weten
schappelijk peil, waarop het staat en de
wijze, waarop het georganiseerd is, de
bewondering wekt van hein, die het na
der beschouwen.
Korte geschiedenis van de
suiker-industrie op Java.
Het is een bekend feit, dat het sui
kerriet op Java nergens in het wild groeit.
Hieruit maakt mm op, dat bet een inge
voerde plant is, doch het tijdstip waarop
de invoering heeft plaats gehad, is onbe
kend. Uit het feit evenwel, dat een naam
voor deze rietsoort reeds voorkomt in de
oudste bekende taal van Java, mag ge
concludeerd worden, dat zulks reeds zeer
lang geleden is geschied.
Het vaderland van het suikerriet schijnt
Voor-Indië te zijn en vain daar uit heeft
het zich verbreid. Aanvankelijk hebben de
memschen het suikerriet wel alleen ge
kauwd terwille van het zoete sap, terwijl
de kunst om uit dit sap suiker te bereiden
vermoedelijk pas in de zesde of zevende
eeuw na Christus bekend is geworden.
Op Java is men met de fabrikatie waar
schijnlijk in de achtste of negende eeuw
begonnen, en dit begin houdt verband met
de komst der eerste C'hineezen in Indië.
Zij waren de eerste suikerfabrikanten.
Uit hun vaderlandd brachten zij de oude,
gebrekkige Chimeesche methode mede,
waarbij zware molensteenen werden ge
bruikt en verticale houten cylinders, die
door karbouwen heel langzaam in bewe
ging gebracht werden. Het beste sap bleef
bij deze bewerking in het riet steken. Men
kookte in één ketel, niet veel meer dan
een open pan. Door de gebrekkige for
nuizen en doordat men telkens het sap
koud liet worden, verloor mien enorm veel
tijd. Toch is deze wijze van suiker maken
met hoofdzakelijk dezelfde gebrekk
instrumenten, de gebruikelijke gebleven tot
in de eerste helft der negentiende eeuw.
Na de vestiging in Jacatra, in 1619,
nam de Oost-Indische Compagnie dadie-
ijk handel en nijverheid in hare bijzondere
bescherming. Zij richtte daarvoor, althans
wat de suikerfabricatie betreft, het oog
op de Chinee zien. Zoo maakte Gouverneur
Generaal Van Diemen iin een plakkaat
van 7 November 1637 melding van een
60° t
komen. Zij zeggen, dat hij aardig op weg
is, delirium te krijgen. Geen wonder dan
ook, dat Lady Carfax er zoo afgetobd
uitziet".
Inderdaad geen wonder! Toch kon
Anne, terwijl zij dien, winterochtend zoo
vlug door den zonneschijn voortreed, hi
zorgen een oogenblik vergeten, om te
genieten van den tocht in de ruime, com
fortabele auto. De last, dien zij altijd
droeg, drukte nu minder zwaar op haar
dan gewoonlijk. De hartelijke atmospheer
van Baronmead had haar hart verwarmd.
De enkele woorden, die Lucas met haar
hand in de zijne tot haar gesproken had,
echoden nu nog door haar geheugen. Ja,
zij wast, waar zij vrienden kon vinden,
geen vittende bedillers, maar oprechte,
echte vrienden, die begrepen en met haar
meevoelden.
Aan Nap dacht zij met een zweem
van angst. Zij wist zeker, dat het zijn
bedoeling niet was haar, zonder afscheid
te nemen, weg te laten gaan, maar zij
hoopte vurig, dat hij haar niet tot haar
huis zou vervolgen om het te doen.
En toen herinnerde zij zich zijn brief;
den brief, dien haar man onderschept
moest hebben, te oordeelen naar zijn uit
barsting van onberedeneerde toom na haar
laatste bezoek aan Baronmead. Hij had
dien ongetwijfeld gelezen en was toen in
woed» ontstoken. Hoewel hij haar haatte,
Chinees, genaamd Jan Kong, die in de
omgeving van Batavia den suiker aanplant
zeer had bevorderd, waarom fiem, it en-
einde hem in zijne industrie een weinig
tegemoet te komen, vrijstelling van belas
ting gedurende tien jaren werd verleend,
onder voorwaarde echter, dat alle door
hem gefabriceerde suiker aan de Com
pagnie gelverd werd tegen den marktprijs
te Bantam.
Groot was de hoeveelheid suiker die
Bantam leverde evenwel niet. De eerste
leverantie van boven genoemden Jan Kong
bedroeg in 1638 slechts 22V2 picol. De
Overheid moedigde echter de teelt van
suikerriet zeer aan en getroostte zich
daarvoor vele en groote uitgaven, zooals
voor het graven van kanalen, het ophoo-
gen van lage gronden, enz. Uit het Moe
derland kwamen orders tot aanmoediging
der cultuur, en zoo zien wij dat in 171U
bet aantal suikermolens alleen in de Om
melanden van Batavia 130 bedroeg. Nu
begon echter de. Compagnie, te zeer ge
dreven door eigenbaat en commercieel©
overwegingen, weder een te groote pro
ductie te vreezen. De groote fout der
Compagnie was, dat zij den alleenhandel
in suiker wilde blijven behouden, hetgeen
leidde tot allerlei willekeurige maatregelen.
Intusschen begonnen de politieke toe
stand in Europa aan het begin der ne
gentiende eeuw, Hollands gedwongen me
degaan met Frankrijk en de Engelsche
kaapvaart hun invloed in Indië te doen
gelden. Vooral de kaapvaart had ten
gevolge, dat het suikertraiisporfc zeer ge
vaarlijk werd en dat het product iop
het eiland werd opgestapeld. Deze voor
raad werd steeds grooter, en om een der
gelijk kapitaal niet langer renteloos te
laten liggen, verbood Gouverneur-Gene
raal Daendels (18081811) liet ver
strekken van voorschotten.
Het Engelsche tusschenbestuur (1811
1816) bestendigde dezen toestand, doch
bij de wederinbezitneming der koloniën
had de suiker-industrie reeds een te groe
ten knak gekregen om, zich weder spoe
dig te kunnen herstellen. Toen in 1826
de Commissaris-Generaal Du Bus de
Gisignies het bestuur aanvaardde, deed
hij veel voor 'hare herleving; hij begon
weder met het geven van voorschotten
en zijne bemoeiïtngen hadden succes.
Na Du Bus kwam het Bestuur in
handen van den Gouverneur-Generaal
Van den Bosch. De koloniën warden zwaar
met schulden belast, terwijl ook het Moe
derland, tengevolge, van langdurige on
gunstige politieke omstandigheden onder
geldelijken nood gebukt ging. Het bera
men en toepassen van middelen, die een
bankroet moesten voorkomen, was zeer
urgent en Van den Bosch meende die
middelen gevonden te hebben.
Zijn stelsel, algemeen bekend onder
den naam Cultuurstelsel, was gegrond op
het beginsel „dat de Souverein het recht
heeft om over den arbeid, zoomede over
was hij razend jaloersch op haar vrienden,
die nieuwei vrienden, die in haar ziekte
één en al vriendelijkheid' voor haar ge
weest waren en wien zij eeuwig dankbaar
moest zijn, hoe lomp ook" hij de verplich
ting, die bij had, geheel negeerde.
Hij had zich niet bepaald verzet tegen
dat bezoek. Mrs. Errol had hem op haar
onnavolgbare manier het zwijgen opge
ld, maar zij wist heel goed, dat zij te
gen zijn zin gegaan was. En juist omdat
zij dit wist, was zij zoo vroeg terugge
gaan, hoewel zij hem niet voor 's avonds
thuis verwachtte. Hij mocht geen geldige
reden hebben om zich te beklagen. Want
voor dingen, die an zijn ziek brein op
kwamen, kon hij zich niet vrijwaren.
Het was moeilijk om zoon lieven te lei
den zonder morbide te v vorden, maar Anne
trachtte haar kalme b eredeneerdheid te
bewaren, om daarmede den noodlottigen
invloed van de grillen van haar echtgenoot
te temperen. Zij discussieerde nooit met
hem; discussieeren wus meer dan nutte
loos. Maar steeds en', steeds weer pro
beerde zij door haar zeifbeheersching de
moeilijkheden, waartegenover zij zich tel
kens geplaatst vond, uit den weg te rui
men. En in zekeren zin gelukte haar dat.
Openlijke strijd kw<am zelden voor. Sir
Giles wist, dat er e en grens was aan haar
gedweeheid en zekkftn of nooit trachtte hij
die grens te o;versc hrijden.
een vijfde der gronden der inboorlingen
te beschikken", en voorts op de bij Van
den Bosch ingewortelde overtuiging „dat
de inboorlingen zonder dwang niet meer
werken dan no 0 dig is om in hunne ge
ringe behoeften te voorzien". Over ge
heel Java, ai naar gelang zijne afdeelin-
gen voor bijzondere cultures geschikt wer
den geacht, werd de teelt van producten
voor de Europee sche markt bevolen. Op
deze wijze werd binnen korten tijd uit
gebreid of ingevoerd de teelt van suiker,
koffie, indigo, peper, tabak, enz. Het
geteelde suikerriet nicest aan het Gou
vernement worden geleverd. Doch al
kreeg dit op deze wijze de beschikking
over de grondstof, voor de fabriekmatige
bereiding van het product was de hulp
van particulieren nood.ig. Daartoe moest
getracht worden met de particulieren coin-
tracien aan te gaan, waarbij dezen op
zich namen uit het riet suiker te berei
den. Aanvankelijk kostte het groote moeite
contracten te vindien, en het was daarom
gebruikelijk, dat van Gouvemementswege
voorschotben werden verstrekt voor de
oprichting van fabrieken. Tot de verplich
tingen van den contractant behoorde o.a.
het betalen van plantloon, doch de voor
naamste was, dat hij de vervaardigde
suiker moest leveren tegen een bepaal
den prijs.
Door een tijger verslonden.
Op de onderneming Perboernga in de
Alas-landen, ter Oostkust, werd dezer
dagen een Javaansche koelie vermist, die
des avonds met zijn vrouw naar de kedeh
was geweest en die op den terugweg naar
de woning een eindje achtgeblevem was.
De man kwam dien avond niet thuis en
men vermoedde, dat hij weggploopen was.
Des avonds echter vond de hond van
den administrateur, langs den weg snuf
felend, in de bermsloot een bebloedein
hoofddoek, die aan den vermisten koelie
had toebehoord. Aan een misdaad den
kend, ging men dadelijk verder op zoek.
Daarbij vond men echter zoo duidelijk
sporen van een tijger, dat men spoedig
vreesde, wat het geval was geweest. En
inderdaad, te nauweraood op 10 meter
afstand van den grooten weg, waar een
druk verkeer plaats heeft, juist tusschen
twee pondonks, waar de koelies dus ge
regeld passeerden, daar vond men in
jongen opslag een gruwbaar afgekloven
menschenschedel. Het spoor verder vol
gend, vond men reeds eenige meters ver
der het zwaar verminkte lijk van den
koelie, waaraan de tijger blijkbaar op
zijn gemak zijn honger gestild had.
Men kapte toen, zoo lezen wij in de
„Deli Ct.", de plaats tot aan den weg
vrij en bouwde er een stelling, verwach
tend dat de tijger in den avond spoedig
zou terugkeeren. Eén der heeiren van
de onderneming nam zijn plaats in op
de stelling en wachtte den tijger af.
Na een half uurtje kwam het diör van
de straatzijde af beft boschje binnenge
slopen, waar hij blijkbaar alles eens op
nam en rondom de stelling sloop. Daar
op trok het beest zich terug om zich na
een oogenblik weder op zijn prooi te
Maar zij wist, dat een bezoek aan Nap
haar in een hoogst moeilijke positie bren
gen zou, en vurig hoopte zij, dat haar
waarschuwing van den vorigein dag succes
zou hebben. Ofschoon hij uiterst roekeloos
ten opzichte van zichzelf was, verbeeldde
zij zich, dat wat zij gezegd had indruk op
hem gemaakt had en dat hij niets zou
doen zonder op haar belangen te letten.
Door hem haar vriendschap! te schenken
had zij hem een bewijs van vertrouwen ge-
gegeven, dat haar scheen te waar
borgen, dat hij zich naar haar wenschen
schikken zou. Zij wist zeker, dat haar ver
trouwen nooit misplaatst zou blijken te
zijn. Maar het speet haar, het speet haar
onzegbaar, dat zij weggegaan was zon
der hem te zien. Het zou misschien
heel lang duren, voor zij elkaar weer
ontmoetten.
Met die gedachte vervuld keek zij uit
het raampje tegenover zich en zag zijne
lenige, soepele gestalte, gekleed in een
witte sweater, vlug langs een besneeuwde
helling naar beneden schieten, als een
meteoor, die uit dien 'hemel naar de
aarde flist.
Zijn armen hield hij uitgebreid, zijn be
wegingen hadden een lenige buigzaamheid,
die iets onweerstaanbaar aantrekkelijks
had. AI was hij klein, toch kon hij een
jonge god geweest zijn, die op een zon
nestraal uit den Olympus daalt. Doch
0 i
Daar schuilt in die eenvoudige
woorden: ROODE-STER blijfl
ROODE-STER méér dan men
denkt, namelijk de geruststelling
voor den rooker van smaak, dat
de grondstoffen, die voor STER
TABAK gebruikt worden, de
zorg die aan de samenstelling
wordt besteed en de kwaliteit,
die aan ROODE-STER zijn ver
maardheid gaven, onveranderd
gehandhaafd zullen worden.
Wanneer allen, die ROODE-
STER als een volmaakte tabak
leerden waardeeren, en het zijn
er honderdduizenden - dit be
denken, dan zullen zij zeggen:
„het blijft ook voor mij
ROODE-STER"
N.V, Theudorus Niemeijet
Gnnlnftn m Rotterdam
werpen en deze bliksemsnel in het bosch
mee te sleepen, zoo snel, dat er geen
tijd was om te schieten.
Den volgenden ochtend werd met de
koelies het jonge bosch omsingeld en daar
een drijfjacht georganiseerd. Inderdaad
wist men na eenigen tijd het dier op te
drijven, waarbij de administrateur, de heer
Eichenberger, het beest, toen het op bet
open terrein verscheen, wist neerteleggen.
De tijger bleek, zooals meestal met
menschenebers het geval is, een zeer oud
groot dier te zijn.
Het sovjet-paradijs.
Ir. A. Baars, die zes jaar in sovjet-
Rusland heeft vertoefd en bemerkt heeft,
dat zijn bolsjewistische idealen tot een
volkomen desillusie zijn geworden en in
ons land is teruggekeerd, publiceert in
de Nieuwe Rotterdamsche Courant, zooals
gemeld, een artikelenreeks over zijn er
varingen in den sovjet-staat opgedaan.
Over de genationaliseerde industrie
schrijft hij o.m.:
„De officieele, door de communistische
partij gesanctionnieerde, opvatting in Rus
land is, dat de private bedrijven, waar-
op Chemisch, GENEES-
cn Heelkundig gebied 111
Ass. Apotheker,
Lange Kerkstraat 42, GOES, Tel. 168.
de gedachte, die ongevraagd door Anne's
brein schoot, was heel anders. Zij ver-
joeg haar met verschrikte snelheid, doch
zij liet een litteeken achter, dat brandde
als het plotseling schroeien van een heet
ijzer. „Ik zag Satan als een ster uit den
hemel vallen."
De auto verminderde zijn vaart. De
gestalte op de skies wachtte onbeweeglijk
aan den kant van den weg. De wagen
reed langzaam naar hem toe en stond
dan stil.
„Dramatisch, hè?" glimlachte Nap,
„Dacht u heusch, dat u mij zoudt kun
nen ontsnappen, zonder dat ik u nog
gesproken had
„Ik was daar ook juist over aan het
denken", gaf zij, eveneens glimlachend
toe.
Hij bukte zich, om zijn skies uit te
doen en ging dan naar het portier. Hij
boog zich naar haar voorover. Er lag
dien dag niets cynisch op zijn gelaat.
Hij sprak op den echt vriemdschappelij-
ken toon, dien zij het liefst van hem
hoorde.
„Wandelt u mee door het park? He<t
is nog geen mijl langs de duinen. De
chauffeur kan uw bagage naar uw huis
brengen en in het terugkomen hier op
mij wachten".
(Wordt vervolgd).