RUITEHBOER BB „De Hollandsche Waschvrouw" St. Nicolaas-Verrassing. T. Pu lfIRULY Co's Buitenland Rechtszaken. VAN ONS ST00MZEEPZ1EDERIJ „DE HAMER" - GOUDA. Kamer - Overzicht. Provincie nieuWs N\ 129, Maandag 51 October 1927 1116 Jaargang. ZENDT UW LINNENBONS GEDURENDE DE MAAND NOVEMBER AAN ONS IN EN U ONTVANGT ALS EXTRA CADEAU EEN ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f2, Goes f2, Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt: Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. GOESCHE S COURANT UitgaveNaamlooze Vennootschap Goesche Courant B|§|j||gjp en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf ADVERTENTIEN van 15 regels fl,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Dienstaanbiedingen en aanvragen 15 cent per regel. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voormiddag. OVERZICHT. Radicalen en socialisten. Op bet 24e congres van de Fransche radicaal-socialistische partij, dat te Pa rijs bijeen is en dat de houding zal be palen voor de komende algemeens ver kiezingen, heeft de voorzi iter, Maurice Sarraut, een waarschuwing doen hooren dat de republiekeinsche geest nog nimmer zoo bedreigd was als thans. Hij zei' o.a.: „De komende verkiezingen kunnen voor de republiek van beslissende beteeketnas worden. Zij moeten aantoonen of de re publikeinen zich onder het juk van de haute finance en het clericalism© willen buigen. Dat de radicalen in 1924 zonder medehulp van de socialisten de regeerings- maoht hebben aanvaard', is 'n groote on voorzichtigheid geweest. Een verdienste der partij is, dat zij vooral voor de toe passing van het Dawesplaai en voor de voortzetting van de vredes- en verzoe ningspolitiek heeft gewerkt. De reactie heeft gepoogd1 wraak te nemen op fiman- cieel-polibiek gebied. De vraag is of de souvereime wil des volks nog verder voor finaneieeie machten moet wijken. Er moe ten middelen worden gevonden om do haut finance te beletten den democratischen staat te beheerscben. De meerderheid der radicalen heeft de regeering-Poancare gesteund in haar streven naar financieelen wederopbouw, door toe te treden tot de regeerings-mecr- derheid der nationale eenheid, maar de reactie weet meer en meer gebruik te maken van d'ie nationale eenheid als ©en middel om de macht te heroveren. Nooit zullen de radicalen toestaan, dat hun me dewerking aan de regeeringsmeerderheid een onderwerping be teekenen zal. De mili taire reorganisatie, de kiesrechthervorming cn dè sociale verzekeringen zijn de hoofd punten van het radicale program". Vrijdag hield het congres een nacht- zitting, welke een zeer stormachtig ver loop heeft gehad'. In deze zitting werd be raadslaagd o\er de motie van de commissie voor de binnen- en builenlandsche politiek, welke een realistische vredespolitiek tot inzet van de aanstaande verkiezingscam pagne wil maken, teneinde de gevaren voor de vredespolitiek van Geneve en Locarno te voorkomen. De aanhangers van Frank lin Bouillon (leider van den rechtervleu gel der radicalen) trachtten uitstel van behandeling te verkrijgen, daar deze rich ting handhaving van de tegenwoordige re- geeringscoalitie wenscht, ook bij de aan staande verkiezingen. De meerderheid van het congres be sloot echter, nadat Franklin Bouillon en zijn aanhangers de zaal hadden verlaten, tot aanvaarding van de motie. Dit ge schiedde met 1100 stemmen. In politiek opzicht zal dit beteekenien, dat de Oude cartelpolitlek bij de aanstaan de verkiezingen zal worden hersteld, z< dat de burgerlijke linksche groepen met de socialisten zullen samengaan. In de zitting zijn verder nog maat regelen voorgesteld om te verhinderen», dat de oppositie de besluiten van hei partijcongres zal saboteeren. FEUILLETON DOOR ETHEL M. DELL. Zij aarzelde even. Dan zeide zij zacht: „U wilt mij zeker wel gelooven, Mr. Er- rol, wanneer ik zeg, «Et boe ik u in bet vervolg behandelen zal, uw lengen in gee- nen deel daarop van invloed zijn zal. U heeft mij vanavond1 door uw spotternijen meer goed gedaan dan u zelf wel weet. Ik betwijfel zeer, of het in uw bedoeling lag, maar ik ben er u in iedbr geval dankbaar voor". „Dus zijn we vrienden?" vroeg Nap S1®1'8" i I"1 „Ja, maar net is zeer onwaarschijnlijk dat wij elkaar nog zullen zien. Ik kan u niet uitnoodigen om ons te komen be zoeken". „En zoudt u geen bezoek kunnen bren gen?" vroeg hij. „Ik vrees van niet Hij zweeg een oogenblik. Dan: „Het zij zoo! Maar ik heb zoo'n voorgevoel dat we elkaar nog zullen ontmoeten. Dus au revoir, Lady Carfax! Kunt u alleen beneden komen?" Naar een revolutie? In diplomatieke kringen zijn berichten ontvangen, volgens welke de staat van beleg in geheel Roemenië i-s afgekondigd. Dit staat in verband met het feit,, dat de boeren betoogingen, ten gunste van Ca rol gingen organiseeren, naar aanleiding van een gerucht, dat Carol in Roemenië zou zijn aangekomen. Een d'eel van het leger, dat van ontrouw aan de regeerIng wordt verdacht, is in de kazernes gecon signeerd'. Te Kisjinef in Bessarabië en te Ternes var in Transsylvanië hebben bot singen tusschen boeren en gendarmes plaats gehad'. Hierbij werd een aantal personen gekwetst. Uit Belgrado wordt gemeld, dat ten gevolge van dë te Boekarest ingestelde strenge censuur de berichten uit Roe menië elkaar nog steeds voortdurend te genspreken. Terwijl dë Roemeensche regeering beweert, dat er in het land vol- volkomen rust en orde heerschten, wordt van andere zijde gemeld, dat de bewe ging ten gunste van Carol vooral in Bes sarabië, de Dobroedsja en Zevenburgen terrein wint. Te JKiisjinef zou een botsing hebben plaats gehad tusschen de boeren, die voor Carol demonstreerden, en de gewapende macht. De beweging werd on derdrukt nadat vijftig boeren waren ge arresteerd'. De „Politica" gelooft, dat Bratiamu den toestand meester is. De arreslatiie van Manailescu heeft Bratianu een wel kome .gelegenheid1 gegeven om een oprui ming to houden onder de aanhangers van Carol, met name in het leger. Bratiiainu zou er voorts naar streven, dë koningin- moeder Helena definitief uit Roemenië te verwijderen om den jongen koning Mi chael aan den invloed zijner moeder te onttrekken. De omstandigheid, dat drie Roemeensche vliegtuigen zijn gezien boven die Joegoslavische stad Soeboliza, terwijl zij zich in Westelijke richting voortbewo gen, geeft de „Politica" aanleiding tot het vermoeden, dat een aantal politici uit Roemenië is gevlucht. Ook meldJt het blad', dat in Joego-Slavië Roemeensche Jodien zijn aangekomen, die voor nieuwe Jodienvervolgingen vreesden. Naar uit Boekarest wondt gemeld, heeft op een vergadering van de nationale boe renpartij te Ploesni de afgevaardigde Mi- halaka een rede gehouden, waarin hij o.m. zeide: De nationale boerenpartij heeft er geen schuld' aan, dat de boerenbevolking van Roemenië tot dusver nog niets tegen Bratianu en zijn aanhang heeft gedaan. Het gaat hier niet meer om een strijd tusschen het geheele land1 en een clique, die alles in handen houdt. De boeren kunr nen zich niet van Bratianu bevrijden, zoo lang zij zichzelf niet bevrijd' hebben. Zij moeten inzien, dat het land zich in revo lutie bevindt. Bratianu moet welen, dat dë boeren niet het hoofd zullen buigen, zelfs wanneer hij zijn gendarmerie op hen afzendt. De burgers van een land moeten hun persoonlijke rechten weten te beschermen. Dit land is geen bezit van dë familie Bratianu, die het kan uitbuiten zoolang zij aan de regeering is en het aan een andere partij in pacht kan geven, Mihalaka eindigde met de vraag, of de boeren Bratianu ook verder tot een der- Zij begreep onmiddellijk het motief, waarom hij dit vroeg; aan haar opwelling om hem te toonen, hoezeer zij het op prijs stelde, kon zij dan ook geen weerstand bieden. Met een vorstelijke gratie, die haar dankbaarheid in het minst niet be dekte, stak zij hem haar hand toe. „Adieu, mijnheer de Nar!" zeide zij. Galant legde hij haar vingers op zijn mouw en drukte er een kus op. „Adieu, Majesteit!" was zijn antwoord. HOOFDSTUK III. De wagen der goden. Het Jachtbal was afgeloopen; Mrs. Damer, de vrouw van den Jagermeester van dë vossenjachtclub stond op bet bor des van de Carfax Arms en nam af scheid' van de laatste leden der Club'. Nap Enrol was haar behulpzaam. Dik wijls hielp hij Mrs. Damer met dë hem eigen onverschillige, half-brutale galante rie, die geen enkele vrouw hem ooit kwa lijk zou nemen. Evenals zijn naamgenoot uit vroeger dagen gedroeg hij zich, waar hij ook was, steeds met hetzelfde vrij moedige, hem gemakkelijk afgaande ego- ne. De menigte was belangrijk gedund; het orkest was begonnen zijn instrumenten an te pakken; kellners liepen dn dë restaur ratiezaal af en aan. Akelig, hè?" lachte Mrs. Damerg ter gelijke handelwijze in staat zullen stel len en herinnerde hen eraan, dat Bratianu in 1907 dë boeren met massa's heeft la ten doodschieten. Rechtbank te Middelburg. In de zitting van Vrijdag werden de volgende vonnissen uitgesproken: W. F., 34 jaar, bode-vrachtrijder te Goes, werd ten laste gelegd dat hij op 6 Sept. j.l. te Goes op den 's Hoer Hen- drikskinderendijk grovelijk onvoorzichtig en nalatig heeft gereden met een door hem bestuurd motorrijtuig, docr daarmede in het midden en meer lindes van den weg te rijden, en niet voldoende uit te kijken, waardoor hij C. P. Elsman, die met een groen tenkar langs dën weg reed den an dieren kant op, te laat zag en de groemibeinr kar aanreed', die met den bestuurder van dën dijk is afgeduwd, waardoor Elsman zoodanig zwaar lichamelijk Letsel heeft bekomen, dat hij eenigen tijd zijn beroeps bezigheden niet heeft kunnen uitoefen:)nj. Omdat verdachie's auto verzekerd is, eischte de officier van Justitie een hech tenis straf van 1 maand'. J. J. W., 19 jaar, chauffeur te 's Heer Hendrikskinderen, was depr den kanton rechter te Goes wegens het in gevaar bren gen van het verkeer met een auto op 9 Juli j.l. te Goes veroordeeld tot een geldboete van f25 of 25 dagen hechte nis, waartegen h.ij in hooger beroep was gekomen. Eisch: vrijspraak. Wederom diende voor de rechtbank de zaak tegen G. J. D., 19 jaar, bakker.- knecht te Westdiorpe, waarvan de vorige maal wegens onvolledigheid van het af schrift der dagvaarding aan den beklaag de beteekend, de dagvaarding nietig werd verklaard'. Beklaagde werd ten laste gelegd dat hij op 15 Aug. j.l. te Sas van Gent, des avonds pl.m. 10 uur, toen het zeer don ker was en hevig regende, met een rij wiel over den weg is gereden, dat wie', verlicht was, met dën wind in den jrag en over het stuur gebogen zondër uit te kijken, tegen F. E. Kolle met groote snelheid' is aangereden, waardoor deze een zestal inwendige1 hoofdwonden be kwam, en eenige ©ogenblikken later is overleden. Eischdrie maanden hechtenis. Mr. Lambooy uit Hulst v den verdachte. Beleediging. Do heer A. M. O. te Goes, stond' vooir het Haagsche Gerechtshof in hooger be roep terecht voor een beleediging, die hij den heer P. C. Labrijn, destijds woon achtig te Goes, zou hebben aangedaan Deze had n.i. geweigerd om in het open baar met O. te dbbatteeren, waarop O. hem een briefje schreef, waarin hij heim er op wees, dat het blijkbaar gemakke lijker is om te lasteren dan om met ar gumenten een zaak te verdedigen. De Middeiburgsche rechter had O. vrij gesproken, doch de Officier bad beroep aangeteehend. De proc-generaal, mr. Van Royen was echter van oordeel, dat van wijl zij huiverend' haar schouders opbaal- db, „je voel je op het eind van zoo'n avond' zoo terneergeslagen. Nap, ga mijn man eens zoeken. Ik heb nu van iedereen afscheid' genomen en ik verlang naar bed". „Lady Carfax is nog niet weg", merk te Nap op. „Ik zag haar zooeven op den drempel van de dameskleedkamer staan „Lady Carfax! Weet je dat zeker? Ik dacht, dat ze al lang weg waren, Wacht hun rijtuig nog? „Ja. Het is nog hier Nog half ongeloovig ging zij naar de d'ameskleedkamer. Toen zij die binnen kwam, wendde Anne Carfax, die een witte shawl droeg, welke haar gezicht doo- delijk bleek maakte, zich van het uit- ande vuur af. „Lieve Lady Carfax 1" riep Mrs. Da mer uit, „ik d'acht dat u lang weg was. Toch geen zwarigheid'? De bleeke lippen glimlachten. „Neen, niets. Ik zit alleen op mijn man te wach ten". „Zoo, dan zitten we in hetzelfde schuit je. Ik wacht op de mijne", haastte Mrs. Damer, die zag, dat haar bezorgdheid volstrekt niet in goede aarde viel, zich te zeggen. Zij nam haar bontmantel en be gon dien onhandig aan te trekken. „Laat ik u even helpen!" zeide Anne op haar kalmen toon en hield haar den mantel voor. Haar vingers raakten Mrs. Darner's hals aan. eenige opzettelijkheid niets is gebleketn ein requireerdè dan ook vrijspraak, eein eisch, waarbij dë verdediger, mr. Duys, zich aansloot. De uitspraak volgt over 14 dagen. TWEEDE KAMER. Na dë stemming over het artikel van het wetsontwerp tot wijziging van de Pro vinciale wet betreffende de benoembaar heid der vrouw tot griffier der Staten, welk artikel met 50" tegen 32 stemmen werd aangenomen, en de goedkeuring der olie-wetten, werd' Vrijdag de behande ling van dë wijziging der Provinciale wet voortgezet met een debat over het intër- pel la tie recht dër Prov. Staten. Volgens dë voorgestelde wijziging zulLen Ged. Sta ten voor het door hen uitgeoefende toe zicht op dë gemeentebesturen niet meer volgens art. 163 verantwoordelijk zijn aan dë Prov. Stalen. i De heer Van Aal ten kwam hier tegen op, en werd' er in gesteund door de hee- ren Van Schaik, Van dë Bergh en L. dë Visser, terwijl de hieeren Deckers, Van Voorst tot Voorst, Droogleever For- tuyn, Schokking en Beumer met het re- gieeringsvoorstel meegingen. De minister wees er in zijn betoog op, dat van het interpellatierecht zoo goed als nooit gebruik is gemaakt, en verde digde het wijzigingsvoorstel op juridische gronden, zich erop beroepend, dat, toen bij de Grondwetswijziging in 1887 het toe zicht op dë gemeentebesturen werd over gebracht van dë Prov. Staten op het col lege van Gedëputeerdcn, verzuimd werd dë Prov. Wet daarmede in overeenstem ming te brengen. Een amendement-Van A al ten, om het interpellatierecht nadrukkelijk vast te leg gen, werd door den minister ontraden met de opmerking, dat de Kamer bij ver werping ervan een hooger cijfer zou krij gen voor staatsrecht, en verworpen' met 47 tegen 32 stemmen. Daarna werd het ontwerp aangenomen met 42 tegen 36 stemmen. Nadat nog het wetsontwerp tot het voorkomen van misbruiken bij den uitvoer van haring goedgekeurd was, ging do Kamer tot 8 November uiteen. Mrs. Damer rilde. „Dank u, dank u. U is zoo koud' als ijs. Is u wel dik genoeg gekleed?" „O zeker. Maar ik ben nooit warm. Is Mr. Damer klaar? Ik hoop, dat u zich voor mij niet zult ophouden. Sir Giles zal dadelijk wel kotnem". „We zullen Nap Errol even laten kij ken, waar bij is", zeide Mrs, Damer. „Wel neen. Dat is absoluut onnoodig. Heusch d'oe voor mij geen moeite. Een paar minuten meer of minder maakt zoo veel verschil niet uit De woorden kwamen er doodeiijk ver moeid' uit. Zij glimlachte nog flauwtjes, terwijl zij een d'oekje om Mrs. Darner's hoofd' bond. „U ziet, ik sta heelemaal klaar. Zoo dra hij komt, kan ik gaan". „Lieve Lady Carfax, u hebt het ge duld van een heilige. Ik ben bang, dat Phil mij niet zoo makkelijk vindt En weer teru;gruischend naar den hall: „Ben jij daar, Nap? Kijk eens, of je Sir Giles niet ziet. Die arme Lady Carfax is half verkleumd' van de kou en valt bijna om van vermoeidheid. Ga hem dat even zeg gen Lady Neen, als het u blieft, niet!" riep iy Carfax achter haar. „Hij zal wel komen, als hij klaar is." Nap Errol keek van dc een naar de ander: hij overzag den toestand dade lijk. „Laat ik u eerst naar uw rijtuig Een ferrydienst naar Engeland. In verband met het plan van de Ka mer van Koophandel te Middelburg om een commissie in te stellen, die zal on derzoeken of het mogelijk is een ferry dienst tusschen Vlissingen en Engeland in het leven te roepen, is van den Minis ter van Waterstaat bericht onttvangen, meldt de „N. Rott. Crt.", dat er geen aanleiding is om van regeeringswege hier aan mede te werken, maar dat hij wel bereid is eventueel den heer Van Oordt, hoofd-ingenieur-directeur van den Rijks waterstaat daartoe de noodige vergunning te verleenen. Do heer Van Oord't heeft zich bereid verklaard en er zal nu in overleg met hem en dien vertegenwoordi ger der N.S. worden o\ erwogen, wie verder in die commiss.e zullen worden genoodigd. Het ministerieel bezoek. Zaterdagmiddag heeft de minister van arbeid', nadat bij Vrijdag een bezoek bad gebracht aan indiistrieeie ondernemingen te Breskens, Sas van Gent en Sluiskil, ten stadhuize in Terneuzen audiëntie ver leend' aan verschillende colleges en corpo ration over economische toestanden, ook in verband' met de werkloosheid. Allereerst werd' ontvangen het gemeen- brengen, Mrs. Damer", zeidb hij, ter wijl! hij haar zijn arm aanbood', „uw man heeft nog wat te doen, o niet veel bijzonders, en heeft mij gevraagd u te zeggen, dat u niet op hem wachten moest. Ik zal hem in mijn auto thuis brengen. Ik moet toch langs uw huis". Vlug nam Mrs. Damer afscheid' van Lady Carfax en ging met heim mede. Er was iets bevelendis in Nap's manier van doen. Toen zij samen over het met een iooper bedekte trottoir gingen, slaakte Lady Carfax een zucht van verlichting. Enkele seconden later ratelde het rij tuig van db Darner's in de straat en stond Nap Errol weer naast haar. „Luister", zeidb hij; „laat ik u nu eerst met mijn auto thuis brengen. Nie mand' zal het merken". Zij keek hein aan; haar lippen trilden iets, ofschoon zij nog trachtten te glim lachen. „Dank u zeer", zeidb zij, „maar liever niet". „Niemand' zal het merken", herhaalde hij. „Ik breng u alleen tot db deur etn dan ga ik weer weg. Kom, Lady Car fax". Zijn dbnkcre oogen keken vastbe raden en bevelend in de hare. De voor uitstekende jukbeenderen in de lange, diep liggende kaken leken als uit ijzer gegoten. „Kom", zeidb hij weer. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1927 | | pagina 1