Stijve Kloosterbalsem Voor de Jeuöd. GEMENGD NIEUWS. Burgemeester vermoord. De Vereenigde Staten blijven in vele opzichten een verrassend land, en de buurt van het beruchte Herrin, in het mijndistrict van Williamson, blijft zijD reputatie van stormcentrum handhaven, De West-City aldaar had een burgemeester, zekeren Adams Deze was een man van gewicht (150 K.G en een goedrond joviaal man. Poch hij had den toorn opgewekt van een groep dranksmokkelaars Op een avond werd burgemeester Adams aan zijn deur geroepen, omdat iemand een bood schap voor hem had. De burgemeester kwam op zijn stoep en werd onmiddellijk van dichtbij beschoten met een machine geweer. De dikke man was niet moeilijk te raken en met meer dan 20 kogels in het lijf blies hij den laatsten adem uit Zijn vrouw en eenige omstanders hebben den moord zien plegen en ook de daders kon men zienmaar niemand durft een woord te kikken. Er heerscht in het district een ware terreur; twee vijandige groepen drank smokkelaars bevechten elkaar op leven en dood. Nu heette het, dat burgemeester Adams een dier groepen begunstigde, het welk reden te over was voor de andere groep om zijn bloed te willen. Pas de derde moordpoging slaagde. Drie weken geleden hadden mannen, die in een auto voorbijsnorden, een bom gegooid naar de woning van Adams Het huis kreeg aanzienlijke schade, doch er werden geen menschen geraakt. Een paar dagen later snorde weer een auto voorbij en doorzeefde het huis met kogels uit een machinegeweer. Weer werd niemand getroffen. Thans is het dus gelukt. De verdwenen schrijfster gevonden. Het vermoeden, dat algemeen bestoud, zoowel b(j het publiek ale bij de politie dat mrs. Christie, de schrijfster, die een dag of twaalf spoorloos verdween, op tragische wijze om het leven was gekomen, blijkt ge'ukkig onjuist. Als een schok bracht de //Evening Standaard» het met sterk in het oog loopende letters gedrukt bericht, dat te Harrogate, in Yorkshire, een vrouw was gevonden, die aan de persoonsbeschrijving van mrs. Christie beantwoordde, en dat kolonel Christie, mrs. Christie's echtgenoot, naar Harrogate was vertrokken om vast te stellen, of de gevondene zijn vrouw was. Een paar uur later was het mysterie opgelost en werd te Londen bekend, dat mrs. Christie ge vonden was. Het bleek, dat zij sedert den tijd van haar verdwijning rustig ver blijf had gehouden in een der eerste hotels te Harrogate, waar zij bijzonder veel aandacht besteedde aan het lezen der kranten. Aan een der leden van het vrouwelijk d enstpersoneel is de ontdekking te danken haar viel de gelijkenis van mrs Christie met de gepubliceerde foto's op en toen zij van haar ontdekking aan de eigenares van het hotel mededeeling deed, waarschuwde deze de politie, die op haar beurt kolonel Christie waarschuwde. Toen deze in het hotel aankwam, kwam zijn echtgenoote juist de trap af om de kranten te gaan lezen. De kolonel herkende zijn vrouw direct. De reden van de spoorlooze verdwijning van mrs. Christie, welke aanvankelijk in verband werd gebracht met haar roman tischen aanleg, wordt door kolonel Christiè intusschen toegeschreven aan geheugen verlies. Een klacht. Lord Monkswell, de veelgenoemde auto riteit in spoorwegzaken, die daarover een bekend boek geschreven heeft, (The Raill- ways of Great Britain) komt nu met een klacht over de huidige spoorwegexploi- latie, die zoo curieus is, dat wij haar geheel voor Nederland bewerkt, aan onze lezers willen voorzetten. De spoorwegen aldus de klacht doen niet wat ze kunnen, In plaats van naar ontwikkeling te streven, gelijk de auto, doen zij zelfgenoegzaam net precies wat zij doen moeten, niets, maar ook niets meer. De spoorwegen zijn nog niet waar zij zijn moeten. Zij zijn nog in elk op zicht voor ontwikkeling vatbaar. Doch sedert jaren staat hun ontwikkeling stil en wij vragen van de auto en van de vliegmachine b.v. de snelheid, welke de sporen ons best zouden kunnen leveren Ten slotte zijn de sporen tegenwoordig één mislukking. Men weet, dal de spoor wegen zonder eenig gevaar veel en veel sneller kunnen loopen, doch men doet zelfs geen poging om die grootere snel heid te bereiken. Terwijl er voor de auto geen dag voorbij gaat, dat men haar niet sneller en goedkooper en veiliger maakt, moeten wij voor de sporen heel tot 1908 terug om daar dergelijke proeven te vin den. Toen heeft men in Duitschland proe ven genomen, die bewezen, dat de spoor treinen zonder bezwaar een snelheid van 200 K.M. per uur konden bereiken, ter wijl volgens dezen schrijver, die maximum snelheid heel goed nog tot 24-0 K.M had kunnen worden opgevoerd. Men kan dus rijden, aldus nog steeds deze deskundige, met een gemiddelde snelheid van 190 K M. per uur zoolang als men zulks zal ver kiezen. Had men dus de sporen niet zoo stief, moederlijk geëxploiteerd, had men daar dezelfde energie ontwikkeld als men dat gedaan heeft teu aanzien van de vlieg machine en van de auto, dan zou men nu met gemak de 640 K M. van Londen naar Edinburg afleggen in niet veel meer dan drie uur in plaats van 8 uur thans Daar zou men dus in ruim een uur van Groningen in Amsterdam zijn en geen anderhalf uur noodig hebben om van Groningen <e Den Haag te komen, en lang geen twee uur om ons heele land van het Noorden naar Maastricht door te reizen. En nu vergete men niet deze be schouwingen zijn niet van een jongen enthousiast of van een waaghalzig inge - nieur, doch van een ervaren spoorwegman als lord Monkswell. Ventileeren zonder toehjt. Reeds geruimen tijd werd gezocht naar een oplossing om een goede ventilatie te erkrijgen, die geen tocht veroorzaakt. Meestentijds wordt getracht goede lucht verversching te verkrijgen alleen door afzuigen van de bedorven lucht, de versche lucht treedt dan door allerlei kieren en naden toe en veroorzaakt tocht. Om dit te verbeteren heeft men tracht lucht in te blazen, die op dezelfde temperatuur gebracht was als de te ven tileeren ruim e en deze lucht dan over zoo veel, en zoo verspreid mogelijke openingen in te blazen Voor groote zalen gaf dit een goed resultaat, toch voor kleinere lokalen is een dergelijke inrichting zeer kostbaar. Thans schijnt een goede oplossing ge vonden te zijn door een Duitsch professor, welke berust op het zooveel mogelijk verspreiden van de in te blazen lucht. Hier oe wordt op de opening,' die de lucht in moet blazen een geheele serie n elkander passende trechters gezet, die evenals een soort bloemkelk telkens nau wer worden. De kleinste trechter maakt met zijn wanden een hoek van 20 graden met een as van de uitb'aasopening, en daaromheen zijn trechters opgesteld, die een steeds grooteren hoek vormen met de i, zoodat de wijdste trechter bijna 180 graden is. De in (e blazen lucht wordt daardoor op dezelfde wijze verspreid a's het water bij een staanden tuinsproeier, waardoor tocht in 't geheel niet meer waarneem» baar is. Het nieuwe apparaat heet Anemostat Baby's als Kerstgeschenk Nog nooit heeft de nationale kinderen adoptie vereeniging te Londen, aan welke de zorg voor vondelingen is toevertrouwd, zooveel verzoeken om kindereu te mogen adopteeren ontvangen als dit jaar. Gedurende de laatste tien dagen zijn er eenige dozijnen brieven binnengekomen, welke allen het verzoek bevatten „laat ons s.v.p. voor Kerstmis een baby be zorgen."' Een dame schreef, dat zij toch zoo graag een baby zou willen hebben, als Kerstgeschenk voor haar echtgenoot. Zij had al een wiegje gekocht en in het geheim reeds allerlei voorbereidselen voor de komst van de baby ge rofifen, zeidezij. Het moest een Kerst surprise zijn De secretaris der vereeniging verklaarde, dat het meest naar blauw-oogige baby's van het vrouwelijke geslacht werd ge- gd, maar ondanks dit, is de vraag naar jongentjes toch stijgend Een hp lbe woner gevonden. In den laatsten tijd werden in Erkner en omgeving (nabij Berlijn) telkens levens middelen enz. gestolen; geld en andere voorwerpen lieten de inbrekers liggen. De ze zonderlinge diefstallen wekten groot opzien onder de bevolking, vooral daar nooit ©enig spoor van de geheimzinnige bezoekers werd ontdekt. De politie liet des nachts versterkte patrouilles loopen, maar alles tevergeefs. Maandagmiddag zagen toevallig twee boscharbeiders op een zeer afgelegen plek in het woud een jongen mam loopen, bela den met pakken; plotseling verdween hij ergens in een aanplanting van jonge den nen. De politie werd gewaarschuwd en het geheele bosch daar ter plaatse werd afgezocht om den verdachte te vinden. Reeds wilde mein bij het vallen van de duisternis de jacht opgeven, toen men on verwachts een mauwen ingang van een soort hol vond. Twee agenten kropen naar binnen en bevonden zich weldra in een ge zellig ingericht woonvertrek; in een hoek daarvan lag een man te slapen, die bleek de gezochte te zijn. Het heele hol was be hangen met kleeden enz., voorwerpen, die geruimen tijd geleden in Erkner gestolen waren. Achter een paar planken werd een welvoorziene provisiekamer gevonden: een groote hoeveelheid worsten, blikjes, siga ren en sigaretten, wijn enz. Om alles weg te brengen was een groote wagen met twee paarden bespannen noodig. In den holbewoner werd al spoedig op het politiebureau een bekend inbreker her kend. De man bekende reeds sinds maan den het hol te bewonen; alleen des nachts placht hij op roof uit te gaan. 1 Itspieren en spierpijn dadelijk wrijven met het middel, dat tot diep in Uw spieren doordringt en U snel weer lenig maaktAkker's ALLERLEI. Wat men zonal eet. In China half uitgebroede kippeneieren, in Nieuw-Brunswijk cle neushuid der elan den, in Australië kangoroestaarten, in Bir ma geroosterde roode mieren, in Rio de Janeiro apenribben en papegaaipasteitjes in Malabar, vleermuizen; in Noord-A me rika prairiewolven, in Oost-Amerika eekhoorntjes, in West-Indië en Japan ratten, aan de Ama'one luipaards, in China honden, op Ceylon olifa tspooten, in lta lië gebakken poliepen, rauwe zeespinnen en kleine weekdieren, in Frankrijk en België kikvorschachterpooten en gefar ceerde slakken. Dr. Shaw verklaart leeuweü voor lekkernij. Or. Darwin at harts tochtelijk puma Dr. Brown hield ge smolten beren vet voor den heerlijk sten drank. Het land der weduwen. Indië, het land der oeroude wijsheid, wordt niet ten onrechte het land der weduwen genoemd. Volgens de volkstelling van 1921 zijn eringeheel Indië 28 420.000 weduwen. Het is ongeveer het vijfde deel der vrouwelijke bevolking. Verreweg de meesten zijn Hindoeweduwen. Men zal dit groote aantal begrijpen wanneer men bedet t, dat de oeroude zede der kinderhu lijken het karakter van een onverande ke wet heeft aan genomen. De mek moeten voor het 12de levensjaar ge iwd zijn, anders is de familie onteerd :n kjein kind kan dientengevolge aan n man van 50 jaar uitgehuwelijkt wor en weduwe worden nog voor het tot i aren des verstands gekomen is. Zoo zij v*n de Indische ge trouwde vrouwen ü!/2 millioen onder de tien jaar, 134.000 jonger dan vijfjaar en 14.000 jonger dan één jaar Van de 28 millioen weduwen hebben 535.000 nog niet haar 15e jaar bereikt, 112 000 nog niet haar 10de jaar, 17.000 nog niet haar 5de en 1000 zijn nog geen jaar oud Het lot der Indische weduwe is zoo treurig mogelijk, want de godsdienstige wet verbiedt haar te hertrouwen Geheel Indië komt in verzet, wanneer eenmaal een vader verlicht genoeg is om zijn dochter een tweede huwelijk te laten aangaan Het verbod om te hertrouwen schijnt zoo vanzelfsprekend, dat in menig deel van het land zelfs de Christenen het in prak tijk brengen. De heiden schrijft aan de weduwe de schuld toe van den dood van haar echt genoot. Daarvoor moet zij haar levenlang moeten Mishandeling of mins'ens ver achting is voortaan haar deel. Haar hoofd wordt kaal geschoren, zij moet ieder sie raad afleggen en wordt tot slavin des huizes vernederd. Kinderweduwen mogen niet met andere kinderen spelen, en iedere vroolijkheid wordt gestraft. Een Indische weduwe deed eenmaal de uitspraak ^Sinds de afschaffing der weduwenverbranding, bestaat het eenige onderscheid voor ous daarin, dat wij thans ons gansche leven lang in een langzame kwelling wegsterven, terwijl wij vroeger gruwzaam en sneller stierven Wetenswaardigheden. De Britsche schrijver William Thomp son was bevreest voor overbevolking en deed daartegen in 1830 het radicale middel aan de handafschaffing van het huwelijk. Een enkele keer gebeurt het, dat kin deren geboren worden, die reeds de »nij anden in de ondeïkaak bezitten. Dit was bijv. het geval met Mirabeau, Lode wvk XIV en Kichtrt lil. Op Nieuw-Guinea zijn reusachtige ipinnen, die zulke sterke webben maken, dat de inboorlingen ze als vischnetten gebruiken. De kans, dat een vingerafdruk vol strekt gelijk is aan een anderen, is slechts één op de 64 millioen. In het spokenland. Wie van romantische geschiedenissen houdt en bijgeloovig is, ga eens naar Schotlanddaar bloeit in de oude kastee- len en de donkere streken, waaraan diit deel van Groot-Brittanië zoo rijk is, een weelderig leven van bijgeloof aan spoken en zelfs op klaarlichten dag verrichten de heksenmeesters en nimfen er hun be drijf. In de omgeving Forres zoo ver telt de Nijm. Crt. bestaat de volgende legende Molly O'Flynn een schoome jonge boerendochter, die 't begin van de vorige eeuw aan d Moray-Firth woon de. De grondeigenaar Sir Lawrence Tho mas Devenue onderdrukte; haar familie zóó, dat ze van armoede en ellende allen vroegtijdig stierven. Maar terwijl de andere O'Flynns ge laten en rustig in hun graf lagen, wilde de doode Molly zich wreken en nam de gestalte van een wezen aan, dat van boven mencch, van onderen slang was. Haar woning was een groote rots, een rivier bruist er aan den voetdaar hoort men ook nog geheimzinnige klanken, die ver klaard worden als het gejammer en l klaag van het meisje. Eens verscheen ze, wonderlijk schoon, voor den oudsten zoon Henry van haar onderdrukker. Ze voerde hem in de grot en toonde hem in een ontzettend visioen het ge welddadig einde van zijn vaderInderdaad! vond men twee dagen later den oude dood op den bodem van een bron; zijn tweede vrouw had hem vermoord. Kort hierop stierf ook Henry. Zijn broer Gottfried vond de grot, op grond van aan wijzingen van zijn dooden broer, en dwong den geest door muziek van een doe delzak zich aan hem te openbaren; de griezelige scène is in beeld gebracht. Mol ly, het spook der De venue's heeft op deze afbeelding een page-kop. Een ander spook is dat van Lucia van Lammermoor, waarover Walter Scott vertelt; hij kende haar waren naam niet en noemde haar Lucia Ash ton, terwijl ze in werkelijkheid Janet Dalrympe heet te. Haar stoffelijk overschot rust nog heden in het slot Cumloden van den graaf van Galloway. De tegenwoordige graaf van dit geslacht is getrouwd metveen Ame- rikaansche, en kon zijn bruid niet slechts een authentieke gravenkroon, maar ook een romantische familielegende als brui loftsgeschenk geven. Het spook der Gal loway's laat de leden der familie een nabij sterfgeval of zware rampen zien en zal dit zoo lang doen, tot het onrecht goed gemaakt is, dat de stamvader Janet heeft aangedaan. Maar de tegenwoordige graaf past er wel voor op, het spook te bannen, want het zou zijn familie van merkwaar digheden berooven, die oude geslachten zoo belangwekkend maken en die in onze nuchtere tijden, vooral in Amerika, bui tengewoon op prijs gesteld worden. Een record van familiespoken heeft Lord Talbot de Malahide geslagen. In zijn slot huizen vijf geesten en traditie wil, dat, als de slotheer trouwt, de nieu we slotvrouw den eersten nacht alleen doorbrengt in de spookkamer, om de spookachtige gasten te ontvangen en ken nis te maken met de heeren. De Lord heeft zich onlangs verloofd met de 20-ja- rige schoone Joyce Kerr; misschien zal spoedig blijken hoe de familieraad der spoken is afgeloopen. De voorname ver gadering bestaat uit Lord Galtrm, Heer van Malahide, die sneuvelde in de 15de eeuw. Zijn jonge vrouw trouwde kort daarop een anderen edelman, was echter niet gelukkig in dit huwelijk. Lady Maud zwerft daarom door het slot, evenals haar eerste en tweede gemaal; niemand weet hoe deze laatste de eer van te mogen rondspoken verkregen heeft. De vierde is een Cromwelliaan, Miles Corbett, een van de moordienaars van Karei Ihij ontwijdde de slotkapel, en daar hij wegens andere misdaden gevierendeeld werd, ver schijnt hij als doode wel in zijn krijigs- uitrusting, maar heeft de zonderlinge ge woonte, af en toe uiteen te vallen in de vier stukken, waarin men zijn lichaam gesplitst had. De vijfde geest is een ar men hofnar, die in 1547 op het ongeluk kige idee kwam, verliefd te worden op z'n meesteres. Hiervoor werd hij wreed omgebracht in het Slot te Malahide. Deze vijf spoken nu staan in den bruids nacht aan het bed der jonge vrouw, stel len haar allerlei vragen en eindigen het examen met de verklaring of de dame in kwestie hun aanstaat als gemalin van den slotheer of niet. Zoo vaak de ceremonie plaats had, zooveel malen verzekerde de lady 's morgens, dat ze het examen met goed gevolg had afgelegd. WATERGETIJEN VOOR WEMELDINGE. (Die voor Ierseke vallen ongeveer 5 minuten later en voor Hamsweert ruim een half uur vroeger). Amsterdamsdie tijd. 18 Dec. 19 20 21 22 r 23 24 Hoogwater Laagwater Vim. Nam Vrm. Nam. 2.05 2 22 7 47 8.05 2.64 3.09 8 33 8.49 3.88 3.55 9.17 9 32 4 20 4 88 9.59 10.13 4 58 5.19 10.39 10.50 5.37 5 59 11.19 11.27 6.17 6.38 0 01 DE DROOM VAN KONING ABOE. „Zoo", zei de lioning en liij ladhte warempel. „Is dat nu werkelijk waar, wat je me daar vertelt", vroeg hij, „want het lijkt zoo mooi, dat ik het haast niet kan gelooven." Het elfje keek nu heel ernstig en zei: „Het is heusch waar, probeert U het maar eens, dan zult U het zien". De koning keek naar haar groote, vrien delijke oogen. Hij zag niets anders meer. Toen werden de oogen al grooter en grooter enmet een schok werd1 ko ning Aboe wakker. „Wat een aardige droom was dat", zei de koning bij zich zelf, toen hij zich de oogen uitwreef. Maar wat was dat? Verbaasd keek hij rond. Wat was er met zijn paleis gebeurd? Het was net of alles veranderd was en toch was alles het zelfde geblevenhet vuur in den haard brandde als gewoonlijk, maar de vlammen brandden veel helderder en vroolijker. En het hout knetterde niet nijdig meer, doch het scheen' een zacht liedje te zin gen van warmte en geluk. De groote zaal was niet zoo donker meer. De maan keek vroolijk door de ruiten en scheen ook al te lachen. En hij wierp een heele bundel prachtige stralen naar binnen. De koning vond dat zoo prettig, dat hij, zon der dat hij eigenlijk goed wist wat hij deed, zachtjes een liedje zong, dat hij toen hij nog een klein prinsje was, van zijn kinderjuffrouw geleerd had. Hoe meer hij rondkeek, hoe meer hij zag, dat lies zoo vroolijk en opgewekt uit zag en eindelijk zong hij uit volle borst Maantje tuurt, maantje gluurt, al door de vensterruiten. zoodat het schaterde en schalde door de groote zaal van het paleis. Alle bedien den en knechten van den koning, die het geluid hoorden kwamen aangesneld en ademloos luisterden ze met hun allen ach ter deur, vlak met hun ooren bij het sleutelgat. „De koning zingt!" fluisterde er een. „De koning zingt!" ging het wel- i van mond tot mond. En allen keken met ongeloovige gezichtenWas er een wonder gebeurd Maar plotseling stoven de knechten en bedienden uit elkaar en renden naar de keuken en naar hun kamertjes. Want ir had, heel onverwacht, iemand aan de deur van het paleis geklopt. Bonk! Bonk! Bonk! klonk het heel hard, alsof iemand met een dikke stok tegen de deur sloeg. Wie kon dat zijn? Want niemand werd ooit 's avonds meer in het paleis toegelaten. Dat had de koning bevolen. Geen van de knechten ging dus naar de deur om open. te doen. Boven dien, geen van hen had het gedurfd, want het was al erg laat en ze waren nogal bijgeloovig. En vlak bij was een donker bosch. Brrrr! De koning was opgehouden met zingen. „Wel sapperdekriek!" riep hij boos uit, „wie is er zoo brutaal, om zóó hard aan de deur te kloppen", riep hij, „wacht eens effetjes, ik zal zelf eens gaan opendoen.!" En met groote stappen liep de koning naar de deur, draaide het slot o-m en trok met veel moeite de groote zware eiken deur open. „Wie is daar?" vroeg hij barsch. Toen kwam uit het duister te voor schijn een oude vrouw, met een gebogen rug en een lange kromme neus. Grijze haarpieken kwamen slordig onder een oude versleten muts vandaan. Haar rok was ook groen en versleten, met groote lappen erin en om haar schouders droeg ze een doek met groote gaten. Ze leunde op een stokje en zei brutaal, met een boosaardige lach om haar mond (waarin ze nog maar twee tanden had: „Laat me binnen en en geef me wat lekkers te eten, vrek!" (Wordt vervolgd). Beste jongens en meisjes, Kijk eens of jelui ook deze oplossin gen van de vorige raadsels gevonden hebt: 1. Om vooruit te komen. 2. Diamant (ingang, akker, muis, are, nu, t). 3. Thee. 4. In den tijd van Willem de Zwijger waren er nog geen stalen pen nen en heele maal nog geen vulpenhouders. Nieuwe raadsels: 1. Mijn geheel bestaat uit 8 letters en noemt iets dat soms grappige spron gen kan maken. 4 5 6 is een rivier in Holland. 6 2 3 is een voertuig. 15 6 vindt men dikwijls om een tuin. 8 7 4 is een rivier in Egypte. 1 2 6 is een deel van een schoen. 3 7 6 is het tegenovergestelde van arm. 2. Ik ben een eigenaardig ding. Ik ben altijd vroolijk. Ik wijs alleen de zon nige uren aan. Uren van duisternis en vrees tel ik niet. Wie kan mij zeggen, hoe ik heet? 3. Ik ben net het tegenovergestelde van een bloem, want als de zon schijnt sluit ik mij en als het regent, ga ik open. Ik ben heelemaai niet oud en toch moet ik altijd met een stokje loopen. Nu eens ben ik mager en hangt mijn vel slap langs mijn geraamte, dan weer ben ik zoo dik en rond, dat mijn ribben er krom van staan. Hoe heet ik? OOM KAREL.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1926 | | pagina bijlage 4