Uit den Westhoek Huwt. Muziek heeft meer invloed op ons dan velen vermoeden. De doktoren, die tijdens een operatie bepaalde melodieën ten gehoore doen brengen, om het slacht offer op de snijtafel met leeuwenmoed de narigheden te laten overwinnen die aan een operatie verbonden zijn, weten het wel. Muziek commandeert, beveelt; de klanken van sommige liederen zijn als de wil van den magnetiseur, die met ons doen kan wat ham in den zin komt. De jasz-muziek beveelt: „Dans". En we dan sen. De marschmuziek der soldaten com mandeert: „Loop". En zij loopen tot do- vellen er bij hangen. Chopin's werkeh eischen „wordt weemoedig". En we worden weemoedig. Wie van muziek op het juiste oogenblik het juiste gebruik weet te maken krijgt gedaan wat hij wil. Ons gemeentebestuur heeft dit begre pen. Blijkbaar de overtuiging toegedaan, dat het aantal huwelijken in Goes moet toenemen heeft het, versttandig genoeg, niet zijn toevlucht gezocht bij moties en verordeningen, waarin het trouwen voor huwbare jongelui als noodwendig en verplichtend wordt gesteld. Neen het nam de muziek te baat. Het deed helt speelwerk in den toren versteken, de oude melodie die als een onoplosbaar raadsel was, verwijderen en haar vervangen door het bruidslied uit Lohengrin. Ieder uur hooren de huwbaren thans de plechtige klanken van Wagner's meesterlijk trouw- bevel, dat in de kerken bij het schrijden van het jonge paar naar den inzegen® al voldoende zijn bruikbaarheid heeft be wezen. Het klare inzicht van het gemeentebe stuur in de menschelijke psyche zal niet nalaten goede gevolgen te hebben. De ambtenaar van den burgerlijken stand zal weldra overwerk moeten ver richten. Want 24 maal in de 24 uien hoort men het bevel: „Huwt". Men zal huwen. Spoorwegongeluk bij Leiden. Dooden en gewonden. Op de spoorlijn Den HaagLeiden, op korten afstand van de halte De Vink is gisterenmiddag om ongeveer drie uur een buitengewoon ernstig spoorwegongeluk gebeurd Door een nog niet opgehelderde oorzaak is de sneltrein D 218 van Rot terdam naar Amsterdam, die om 2.2 L u. uit Rotterdam en 2.48 u. uit Den Haag was vertrokken ter hoogte van hel wacht huis no. 59 ontspoord. De locomotief, een machine van het zwaarste type heeft den trein klaarblijkelijk nog over korten af stand meegetrokken, doch is daarna vast- geloopen en gekanteld, evenals de erbij behoorende tender, en het op den tender- volgende postrijtuig. Een achter het post rijtuig gekoppelde bagagewagen, kwam dwars op de baan te staan, evenzoo het volgende personenrijtuig, dat tevens ge deeltelijk van den spoordijk af en in de erlangs loopende sloot gleed. De verdere wagens van den trein geraakten eveneens uit de rails, maar bleven gelukkig recht standig. Het eerstvolgende derde klasse rijtuig liep tegen den grooten dwars over de baan staanden personenwagen op, waarbij de voorste en achterste comparti meuten van dat rijtuig in elkaar gedrukt en gedeeltelijk versplinterd werden De overige rijtuigen bleven onbeschadigd, Dooden en gewonden. De trein was als gewoon zeer bezet In het van den dijk gekantelde personen rijtuig en wel in het eerste compartiment, zaten de heer en mevrouw Lobo-Braaken- siek, de bekende tooneelspelers, die niet alleen zwaar gewond werden, maar ook in de sloot te water raakten. De heer Lobo werd uit het in tweeën gebroken compartiment tegen den wal van de sloot geworpen. Toen men hem ophaalde bleek hij reeds den geest gegeven te hebben. Mevrouw Greta Lobo kwam naast het compartiment half in liet water, half op het land terecht. Zij werd onmiddellijk aan den wal gebracht, doch toen dit geschied was, bemerkte men, dat zij aan het onderlijf zwaar ijswond was. Een van haar beenen wae totaal van den romp geseheiden, het andere hing er verbrijzeld bij. Binnen weinige oogenblikken bezweek ook zij ln het zwaarst geteisterde gedeelte van den trein drie compartimenten heeft zich voorts nog een passagier be vonden, die eveneens over de sloot werd geworpen, maar hoewel vrij ernstig be zeerd, toch geen noemenswaardige wonden bleek te hebben. Op de locomotief be vonden zich een opzichter-machinist, de heer v. Rhoon uit Amsterdam, de machinist 11. Miiller uit Amersfoort en de leerling machinist Van Ettikhoven, eveneens uit Amersfoort. Den opzichter heeft men onder de kolen van den tender, die hem ge deeltelijk hadden bedolven, levenloos te voorschijn gehaald Hij was door den uit de leiding van de stoomfluit, die door den schok afbrak, ontsnappenden stoom en het vuur van den vuurhaard, waarin hij gevallen moet zijn, geheel verbrand. De machinist, die aan de rechterzijde van de machine stond, welke boven kwam te liggen, is geheel ongedeerd gebleven. Minder goed is het met den leerling- machinist gegaan. Ook hij had erge brand wonden opgeloopen en klaagde tijdens liet transport naar i.eiden over hevige inweu dige pijnen Verder hebben ernstige won den gekregen mevrouw Eichstrich ui' Berlijn, de heer B H Hageman uit Zoe terwoude, de heer J. J. Metz, Bergesche straat 226 te Rotterdam en mej. van Schaik. Breestraat 114a te Leiden Min der ernstig gewond zijn de 4-jarige Chris tina Barthe, mevrouw van Raalte-Omme ring uit vlaardingen, de heer A. de Vries, Sarphatistraat 99, te Amsterdam, me vrouw s'chweyger Harms, 2de Jan van der Heydenstraat, Amsterdam en dr. Suermondt, die in de sloot viel en een hoofdwonde kreeg. Bijzonder verschrikkelijk schijnt het einde van den heer van Rhoon, den op ziehter-machinist, geweest te zijn. Hij is naar men moet aannemen door den stoom en het vuur uit den vuurhaard verbrand Een kweeker, die zijn kassen nabij den spoorlijn heeft en dadelijk nadat de ramp «as gebeurd, hulp was gaan bieden, ver telde ons, dat hij niet zijn personeel den opzichter als het ware onder de kolen van den tender uitgegraven had. De ma chinist, de heer Miiller, heeft de tegen woordigheid van geest,gehad, onmiddellijk den stoom te laten ontsnappen en het vuur te dooven, waardoor wellicht ergere ongelukken zijn voorkomen De conducteur, die met den trein mee reisde, was het eerste oogenblik, naar ooggetuigen ons vertélden, het hoofd totaal kwijt. Hij herstelde zich echter spoedig en is toen op een draf naar Voorschoten geloopen om om hulp ie telefoneeren. Te Leiden had men dientengevolge spoedig b richt. De directie van het Academisch Zie kenhuis was op het oogenblik, dat de ramp gebeurde, in Den Haag, ging ech Ier zoodra zij er telefonisch over inge licht «as per auto op weg naar Leiden en was nog tijdig voor de aankomst van de eerste gewonden op haar post, om maatregelen te nemen voor het reser veeren van een zaal, die gereed was toen de gewonden aankwamen. Voorzoover noodig werd hun onder leiding van prof. Zaayer onmiddellijk chirurgische hulp verleend. Van dhr. v Zwicht, die in den trein gezeten had, hoorden wij, dat hij en de audere reizigers in zijn coupé door een plotse- lingen schok en ongewone stootende be wegingen van den .trein gewaarschuwd werden, dat er iets niet in den haak was Zij hadden genoeg tegenwoordigheid van geest om de beenen op te trekken, maar nauwelijks was dit geschied of de trein stond al voorgoed stil. D r. R ti m k e aan het woord. Dr. Riimke, een der passagiers, heeft aan het „Vad." verteld - „Mijn indruk was, dat we een slechte wagen getrofl'en hadden, het lezen viel me moeilijk en de wagen schommelde hevig. Toch was ik zóó verdiept in mijn lectuur, dat ik niet eens wist, dat we Voorschoten al gepasseerd waren Toen ik de eerste schokken voelde, was ik me nog geen gevaar bewustik wierp niet ems dadelijk mijn boek weg Mijn buurman, de heer van der Kwast, trok zijn beenen op. Ik had ook wel eens gehoord, dat men dat doen moest in ge val van gevaar.',..deed liet en juist brak de compartiment open..„. we werden naar beneden geslingerd in het water." „Had u den indruk te vallen?3 „Neen, het was meer de emotie, die op een rutschbaan heeft, wanneer een schuitje naar beneden gaat, liet water in Zoo was het precies Toen ik op den kant geklauterd was heb ik nog geroepen en gezocht naar onze medepassagiers, den lieer en mevrouw Lobo Een eind verder lag mevrouw. Mijn indruk was, da? ze niet meer hij kennis is geweestHaar polsslag was héél slecht en ze reageerde niet meer op hetgeen ik zeide. Terwijl de heer Lobo opvallend bleek was, ontbloedde lippen bad en ook een zeer slechte pols, meen ik te kunnen zeg gen dat hij misschien nog even bij ken nis is geweest Zij waren er het slechtst aan toe Een twaalftal andere gewonden heb ik bijna allen den pols gevoeld en over liet algemeeD heb ik wachten tot er hulp is, aangeraden. Dat heeft men ook gedaan. Er heerschte geen paniekDe meesten waren, de omstandigheden in aanmerking genomen, zeer rustig. Toen er assistentie kwam, ben ik zoo gauw mogelijk weggegaan Ik heb me met de aankomenden ib verbinding gesteld Ik was zelf te veel geschokt, dat begrijpt u" Naar het „Vad verder vernam, zaten ook mevr Zillessen, uit Den Haag, de echtge oote van den griffier der Eerste Kamer, en haar dochter in den trein Zij zijn echter ongedeerd gebleven Deda mes zaten in een coupé eerste klasse en de dochter had, toen zij voorgevoelde, dat er iets ernstigs gebeurde, de tegenwoordig heid van geest, haar moeder toe te roepen, de beenen van den vloer te tillen, hetgeen mej Zillesen zelf ook deed Mevrouw Z viel door de onverwachte beweging of den schok op den vloer van de coupé, maar bezeerde zich niet, althans niet 210e menswaard. Hun wagen was hoven de sloot blijven hangen en met eenige hulp konden de dames de coupé verlaten en zoo spoedig doenlijk naar Pen Haag terugkeeren. H u 1 p v e r 1 e e n i n g. Er kwam onmiddellijk van vele kanten hulp. Zeer kort 11a het kekend worden van het ongeval was dr. Birkhof, de spoorwegarts te Voorschoten, reeds ter plaatse, evenzoo dr. van der Stoei uit Voorschoten, die de errste hulp verleenden En spoedig daarop kwam ook de ge meentelijke geneeskundige dienst uit Lei den, onder bevel van dr. Horst, on mid dellijk gevolgd door den Leidschen eerste hulpdienst onder dr. Uriessen op het terrein van de ramp. Ook in Den Haag werd aanstonds toen men daar kennis kreeg van de ramp de eerste hulpdienst gemobiliseerd, die met groot materieel naar de plaats van de ontsporing vertrok De passagiers die in den verongelukten trein hadden gezeten en ongedeerd waren gebleven zijn gedeeltelijk naar Den Haag gebracht, gedeeltelijk op eigen gelegenheid naar Leiden verder gegaan. Men begrijpt, dat de consternatie onder hen zeer groot was. Naar verluidt hadden eenigen hunner ook nog onbeteekende verwondingen schrammen en builen opgeloopen. De lijken van de omgekomenen en de gewonden zijn naar het Academisch 7ie ken huis te Leiden overgebracht, B ij zonder heden. Op den slootkant naast het A BB- rijtuig vond kapitein de Jongh uit Leiden een boek, dat bij nadere beschouwing Greta Lobo's rol bleek te zijn. En op de pfaats waar 1 obo gezeten moet hebben lag tragische ironie van het noodlot een exemplaar van het amusements blad De Lach, waarmee hij zich blijkbaar den tijd gekort had. Over Lobo's einde wist men ons weinig bizonderheden te vertellen. Naar het schijnt heeft een onbe kend gebleven passagier, die in het even eens gekneusde derde klasse rijtuig en nog wel vooraan zat, zich onmiddellijk na den ramp bizonder verdienstelijk ge maakt door zijn pogingen om hem aan land te brengen. De sloot is echter zeer modderig. Lobo was naar men ons ver zekerde evenals zijn vrouw zwaar gewond en toen men hem eenmaal aan land had, was het reeds te laat. Mevrouw Lobo is terzijde van het rijtuig op den slootkant gevallen. Toen men haar uit het water had ge haald bemerkte men aan het vele bloed dat zij verloor eu de plekken geronnen bloed op haar kleeding, dat ook zij deer lijk gekwetst was Toch had zij het be wustzijn nog niet geheel verloren Dr. Birkhof uit Voorschoten, die reeds aan wezig was toen men haar aan den wal bracht, deelde ons mede, dat zij hem om water en chloroform gevraagd had O11 middellijk nadat hij haar een inspuiting had gegeven- was ze echter reeds over leden. In een van de drie voorste com partimenten schijnt ook een dr. Pümke gezeten te hebben Deze is te water geb raakt na een zeer hard aankomenden schok in de zitdeelen gekregen te hebben Ooggetuigen hadden hem nadat hij gered was, de sloot was nog zoo diep, dat hij er tot de keel instond op den kant gezien. Wij zagen hem later te Voor schoten terug en het was wel een zeer ontroerend oogenblik toen hij daar zijn met de Roode Kruis colonnejneegekomen broer, eveneens medicus, ontmoette en deze hem als behouden, hoewel ontzettend geschokt, kon begroeten Jn het A. B. rijtuig zaten, evenals trou wens in den heelen trein vele passagiers.. Tot dezen behoorden voor het grootste gedeelte de bovengenoemde gewonden. Mevrouw Zillessen, de echtgenoote van den Griffier der Eerste Kamer, die met haar dochter in den trein was, viel door den schok, die op de ontsporing volgende op den vloer van haar coupé, doch kwam er met den schrik af Met groote moeite konden de reizigers van het zwaarst ge havende rijtuig op den grond komen In het achterste gedeelte van dit rijtuig, dan wel in het voorste gedeelte van het volgende 3de klasse zat een alleen reizend 4 jarig kind, een meisje. Dit is bij het ineenschuiven van den trein door den vloer van het compartiment gezakt en onder den wagen gevallen. Men hoorde het om hulp gillen en schreien. Toen men het kon naderen bleek het met den rech terarm onder een door de catastrofe op gewoelden dwarsligger beklemd te zitten, zoodat het-uitgezaagd moest worden De kleine was er met dat al met een vrij onbeteekenende vleeschwonde afgekomen In het ineengedrukte gedeelte van den derde klasse wagen moet ook een heer gezeten hebben, die er zonder eenig let sel afgekomen is, hoewel alles rondom hem ineenstortte E11 deze heer zou het geweest zijn, die vlak daarop manmoedig te water ging om het echtpaar I obo te redden. Ook tal van andere reizigers die ongedeerd gebleven waren, boden dadelijk zooveel mogelijk hulp Het was een groot geluk, dat er betrekkelijk zóó spoedig medische bijstand was. Vooral dr. Birk hof en dr. Van der Stoel nit Voorschoten waren zeer snel ter plaatse en konden de pijnen van de zwaargekwetsten door hun bijstand verlichten Dr. Birkhof deelde ons mede dat bij zelf vier ersonen had verbonden, die allen beenbreuken hadden, waarvan geen enkele met complicaties De 0 o r z a ak. Over de oorzaak van de ramp werd verschillend geoordeeld ter plaatse De meeste menschen spraken van een grond verzakking. Maar wij meenen beter e doen de officieele mededeelingen van de spoorwegmaatschappij af te wachten Want aan de opinies van de spoorwegmenschen van verschillenden rang, die daar nog aan het werk waren, was geen touw vast te knoopen. Wel mag het een wonder heeten, dat dit ongeluk zoo betrekkelijk goeJ is af- geloopen. Volgens den h er De Clerck, die de verhuizing van de passagiers naar de andere treinen zag. zou de veronge lukte trein wel een 150 personen hebben meegevoerd. Dat is best mogelijk, want de trein was lang, bevatte veel personen wagens. PROVINCIE-NIEUWS. De tuinbouw-tentoonsteliir.g in Kapelle. Kapelle is in feesttooi, van de open bare gebouwen en uit de buizen wapper de de driekleur, op enkele plaatsen zijn eere-poorten opgericht De bevolking bewijst, dat zij met de driedaagsche tuinbouw-tentoonstelling me deleeft. Qisitermorgen te 9 uur ving de jury met de keuiring aam, terwijl om 12 uuir de officieele ontvangst op bet raadhuis plaats vond. Van bet eere-comité waren met ken nisgeving verhinderd I. G. J. Kakebeeke, Mr. P. Dieleman, Mr. C. Dresselhuis, Jhr. van Fetz. Bij deze officieele ontvangst wanen aanwezig B. en W. en alle raadsleden* de meeste leden van bet Eere-Comité, alsmede de beer Ir. B. Gerritzen, rijks- tuinbouwconsulemt te Londen. Toen de commissaris der koningin ten gemeentehuize arriveerde speelde het mu ziekgezelschap Ons Genoegen" het Wil helmus. Eerst voerde de burgemees ter bet woord. Spr. zeade het volgende: Het is mijns inziens een goede ge woonte om, wanneer een gemeente de eer te beurt valt dat binnen bare muren een tentoonstelling gehouden wordt, door het gemeentebestuur, ten gemeentelhuize een officieele ontvangst plaats beeft van het tentoonstellingsbes'tuur en haar genoodig- de gasten. Die goede gewoonte wensebt het ge meentebestuur van Kapelle gaarne te vol gen en stelt bet zeer op prijs U met uw booge gasten te mogen ontvangen; wij roepen u allen hartelijk welkom cn onze gemeente toe. In 't bijzonder welkom ui, mijnbeer de Commissaris der Koningin in Zeeland, die door uw aanwezigheid en door het zich beschikbaar stellen tot bet openen der tentoonstelling bij vernieu wing getuigenis aflegt van uw booge be langstelling voor den tuinbouw in ons gewest. Wij begroeten u verder allen als per soon, die door uw arbeid of post, waar u tot geroepen z'ijt, de belangen van den tuinbouw in ons land, gewest of gemeente in meerdere of mindere mate d.rect of indirect behartigen. De tuinbouw is voor onze gemeente een belangrijke tak van welvaart gewor den, ruim 470 H.A. is voor fruitteelt ingenomen, benevens 'n zeer groot aantal H.A. fruitteelt liggende annex aan deze gemeente doch tot andere gemeenten be hoorende. Deze cultuur vraagt op- een kleine op pervlakte veel arbeidskrachten, schenkt aan vele gezinnen een bestaan en bevor dert daardoor de algemeene welvaart in deze en omliggende gemeenten. Vandaar dat er in deze gemeente een bloeiende veiling, noodig voor den afzet der tuinbouwproducten, aanwezig is be nevens een conservenfabriek met drogerij welke door bet verwerken van fruit en groenten mede in een ware behoefte voor ziet. Het is daarom een goede gedachte van de vereeniging van oud-leerlingen' der tuinbouwwintercursussen om alhier in het fruitcantrum een tentoonstelling te orga- niseeren die een beeld geeft van betgeen de tuinbouwcultuur in onze omgeving voortbrengt. Een woord van hulde aan het bestuur dier vereeniging is hier wel op zijn plaats. Mijnbeer de voorzitter. Het is niet mijn bedoeling om in details af te dalen tot de tuinbouwcultuur, daar zulks, naar ik verwacht, straks door deskundigen zal gedaan worden. Ik besluit met den wensch, dat de vele bemoeiingen van u en uw bestuur voor deze tentoonstelling met succes moge wordien bekroond en dat deze aanleiding geven dat de tuin bouw, mede onder uwe practiscbe leiding tot nog meerdere uitbreiding en bloei moge komen; voorts dat deze tentoon- stellingsdagen voor ons allen leerzaam en genoegelijk mogen zijnl! Na deze rede stelde de burgemeester een dronk in op de koningin, daarna op den commissaris der koningin, vervol gens op het tent o on sbeliin gsbestuur De commissaris der koningin sprak daarna een kort woord. Spr. onderstreepte hetgeen de burgemeester had gezegd, dat de tuinbouw voor Kapelle van groot be lang is en dat deze gemeente een cen trum is op tuinbouwgebied voor deze omgeving. Spr. uitte zijn blijdschap over de groote deelneming aan de tentoonstelling en over het medeleven der bevolking. De geheele gemeente leeft met deze tentoonstelling mede, getuige de eere-poorten, de vlag gen en de muziek. Kapelle beeft een klinkenden naam gekregen in Zeeland en in andere deelen van ons vaderland. Spr. hoopte dat de samenwerking, die er nu is, zal blijven bestaan en stelde een dronk in op bet welzijn dezer gemeente. Daarna sprak de voorzitter, de beer W. "Glas, dis volgt: Mijnbeer de Commissaris, mijnheer de burgemeester met uw geacht college, hee- ren eere-leden en verdere genoodigden. Het is mij een genoegen om u, mijnbeer de commissaris van af deze plaats wel kom te mogen heeten in dezen kring. Uw komst te vernemen, was voor ons van groote waarde, daar het aan onze ten toonstelling een grootere beteekenis gaf. Wij danken u H. Ed. voor deze wel willendheid. Ook u, mijnbeer de burgemeester, met uw geacht college, van harte dank voor deze zoo eervolle ontvangst. Het moet ongetwijfeld ook voor u een genoegen zijn om deze tentoonstelling in uw ge meente te zien houden. En verder u allen, geachte eere-leden en genoodigden een hartelijk welkom en dank voor uw belangstelling in dit ons doen. Laten wij een dronk wijden aan deze onze ontmoeting, aan u mijnheer de Com missaris, aan u mijnheer de burgemees ter met uw geacht college, aan u verdere genoodigden. Hierna begaven de genoodigden zich naar de veiling, waar de tentoonstelling wordt gehouden. Daar werd opnieuw het woord gevoerd door den heer Glas, die als volgt sprak: Mijnheer de commissaris, dames pn heeiren Het is mij als voorzitter van de ver eeniging van Oud-leerlingen van de Tuin- bouwcursussen een groote eer en aange name taak U alhier welkom te mogen heeten. Mijnbeer de Commissaris dit geldt in de eerste plaats voor U, die zoo bereid willig waart om deze tentoonstelling van fruit groenten en bloemen niet alleen met uw tegenwoordigheid te vereeren, maar zelf te willen openen, direct worden mij met U geplaatst op een boogeren trap van beteekeriis. Wees verzekerd dat onze vereeniging en Kapelle-Biezelinge en om geving dit hoogelijk waardeend. Geachte heer van der Plassche, rijks- tuinbouwconsulenit voojr Zeeland, U mijn welgmeeenden dank voor uw adviezen en medewerking, altijd konden wij op U rekenen, uw adviezen altijd welkom en waardig om op te volgen hebben meege werkt om deze tentoonstelling zoo hoog op te voeren. Het veilingsbestuur met haar wakkeren voorzitter de beer P. Scheele zijn wij buitengewone dank verschuldigd voor het afstaan van hare gebouwen en de mede werking en zoovelen zou ik nog bij name moeten noemen, die buitengewone mede werking verleenden met gaven en krachten, die zonder dit alles deze tentoonstelling onmogelijk hadden gemaakt. Het was me ook een genoegen te ver nemen dat U mijnbeer Hamken ons met Uw tegenwoordigheid vereerde als een steunpilaar en organisator, zijt u wel be kend op land- en tuinbouwgebied', wel kom in ons midden. Ook onze dorpsgenoot A. v. d. Have wil ik even noemen, groot is onzen dank voor uw groot aandeel in ons werk. Dat bet ontstaan onzer vereeniging voor deze tentoonstelling geen toelichting noodig heeft blijkt wel uit het v. w. program. Van af bier dank ik U heeren jury leden voor de groote moeite en opoffe ring voor uw niet gemakkelijke taakt we hopen dat Uw oordeel alle waardee- ring moge wegdragen. Ook onze inzenders' en verdere mede werkers en medewerksters, om aan deze tentoonstelling meer pracht en luister bij te zetten, waarbij' muziek en zang het zijne zullen bijdragen hartelijken dank en ten slotte: Mijnheer de Commissaris ik geef U gaarne de gelegenheid deze tentoonstel ling te openen. De commissaris der koningin begon met te zeggen, dat bij met groot genoegen deze tentoonstelling opende. Ook hier wekken de vraagstukken van zoo urgente beteekenis groote belangstelling in hoe-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1926 | | pagina 2