Uit den Westhoek
Huwt.
Muziek heeft meer invloed op ons
dan velen vermoeden. De doktoren, die
tijdens een operatie bepaalde melodieën
ten gehoore doen brengen, om het slacht
offer op de snijtafel met leeuwenmoed
de narigheden te laten overwinnen die aan
een operatie verbonden zijn, weten het
wel. Muziek commandeert, beveelt; de
klanken van sommige liederen zijn als
de wil van den magnetiseur, die met ons
doen kan wat ham in den zin komt. De
jasz-muziek beveelt: „Dans". En we dan
sen. De marschmuziek der soldaten com
mandeert: „Loop". En zij loopen
tot do- vellen er bij hangen. Chopin's
werkeh eischen „wordt weemoedig". En
we worden weemoedig.
Wie van muziek op het juiste oogenblik
het juiste gebruik weet te maken krijgt
gedaan wat hij wil.
Ons gemeentebestuur heeft dit begre
pen. Blijkbaar de overtuiging toegedaan,
dat het aantal huwelijken in Goes moet
toenemen heeft het, versttandig genoeg,
niet zijn toevlucht gezocht bij moties
en verordeningen, waarin het trouwen
voor huwbare jongelui als noodwendig
en verplichtend wordt gesteld. Neen het
nam de muziek te baat. Het deed helt
speelwerk in den toren versteken, de oude
melodie die als een onoplosbaar raadsel
was, verwijderen en haar vervangen door
het bruidslied uit Lohengrin. Ieder uur
hooren de huwbaren thans de plechtige
klanken van Wagner's meesterlijk trouw-
bevel, dat in de kerken bij het schrijden
van het jonge paar naar den inzegen®
al voldoende zijn bruikbaarheid heeft be
wezen.
Het klare inzicht van het gemeentebe
stuur in de menschelijke psyche zal niet
nalaten goede gevolgen te hebben.
De ambtenaar van den burgerlijken
stand zal weldra overwerk moeten ver
richten.
Want 24 maal in de 24 uien hoort men
het bevel: „Huwt".
Men zal huwen.
Spoorwegongeluk bij Leiden.
Dooden en gewonden.
Op de spoorlijn Den HaagLeiden,
op korten afstand van de halte De Vink
is gisterenmiddag om ongeveer drie uur
een buitengewoon ernstig spoorwegongeluk
gebeurd Door een nog niet opgehelderde
oorzaak is de sneltrein D 218 van Rot
terdam naar Amsterdam, die om 2.2 L u.
uit Rotterdam en 2.48 u. uit Den Haag
was vertrokken ter hoogte van hel wacht
huis no. 59 ontspoord. De locomotief, een
machine van het zwaarste type heeft den
trein klaarblijkelijk nog over korten af
stand meegetrokken, doch is daarna vast-
geloopen en gekanteld, evenals de erbij
behoorende tender, en het op den tender-
volgende postrijtuig. Een achter het post
rijtuig gekoppelde bagagewagen, kwam
dwars op de baan te staan, evenzoo het
volgende personenrijtuig, dat tevens ge
deeltelijk van den spoordijk af en in de
erlangs loopende sloot gleed. De verdere
wagens van den trein geraakten eveneens
uit de rails, maar bleven gelukkig recht
standig. Het eerstvolgende derde klasse
rijtuig liep tegen den grooten dwars over
de baan staanden personenwagen op,
waarbij de voorste en achterste comparti
meuten van dat rijtuig in elkaar gedrukt
en gedeeltelijk versplinterd werden De
overige rijtuigen bleven onbeschadigd,
Dooden en gewonden.
De trein was als gewoon zeer bezet
In het van den dijk gekantelde personen
rijtuig en wel in het eerste compartiment,
zaten de heer en mevrouw Lobo-Braaken-
siek, de bekende tooneelspelers, die niet
alleen zwaar gewond werden, maar ook
in de sloot te water raakten. De heer
Lobo werd uit het in tweeën gebroken
compartiment tegen den wal van de sloot
geworpen. Toen men hem ophaalde bleek
hij reeds den geest gegeven te hebben.
Mevrouw Greta Lobo kwam naast het
compartiment half in liet water, half op
het land terecht. Zij werd onmiddellijk
aan den wal gebracht, doch toen dit
geschied was, bemerkte men, dat zij aan
het onderlijf zwaar ijswond was. Een van
haar beenen wae totaal van den romp
geseheiden, het andere hing er verbrijzeld
bij. Binnen weinige oogenblikken bezweek
ook zij
ln het zwaarst geteisterde gedeelte van
den trein drie compartimenten
heeft zich voorts nog een passagier be
vonden, die eveneens over de sloot werd
geworpen, maar hoewel vrij ernstig be
zeerd, toch geen noemenswaardige wonden
bleek te hebben. Op de locomotief be
vonden zich een opzichter-machinist, de
heer v. Rhoon uit Amsterdam, de machinist
11. Miiller uit Amersfoort en de leerling
machinist Van Ettikhoven, eveneens uit
Amersfoort. Den opzichter heeft men onder
de kolen van den tender, die hem ge
deeltelijk hadden bedolven, levenloos te
voorschijn gehaald Hij was door den uit
de leiding van de stoomfluit, die door den
schok afbrak, ontsnappenden stoom en
het vuur van den vuurhaard, waarin hij
gevallen moet zijn, geheel verbrand. De
machinist, die aan de rechterzijde van de
machine stond, welke boven kwam te
liggen, is geheel ongedeerd gebleven.
Minder goed is het met den leerling-
machinist gegaan. Ook hij had erge brand
wonden opgeloopen en klaagde tijdens liet
transport naar i.eiden over hevige inweu
dige pijnen Verder hebben ernstige won
den gekregen mevrouw Eichstrich ui'
Berlijn, de heer B H Hageman uit Zoe
terwoude, de heer J. J. Metz, Bergesche
straat 226 te Rotterdam en mej. van
Schaik. Breestraat 114a te Leiden Min
der ernstig gewond zijn de 4-jarige Chris
tina Barthe, mevrouw van Raalte-Omme
ring uit vlaardingen, de heer A. de Vries,
Sarphatistraat 99, te Amsterdam, me
vrouw s'chweyger Harms, 2de Jan van
der Heydenstraat, Amsterdam en dr.
Suermondt, die in de sloot viel en een
hoofdwonde kreeg.
Bijzonder verschrikkelijk schijnt het
einde van den heer van Rhoon, den op
ziehter-machinist, geweest te zijn. Hij is
naar men moet aannemen door den stoom
en het vuur uit den vuurhaard verbrand
Een kweeker, die zijn kassen nabij den
spoorlijn heeft en dadelijk nadat de ramp
«as gebeurd, hulp was gaan bieden, ver
telde ons, dat hij niet zijn personeel den
opzichter als het ware onder de kolen
van den tender uitgegraven had. De ma
chinist, de heer Miiller, heeft de tegen
woordigheid van geest,gehad, onmiddellijk
den stoom te laten ontsnappen en het
vuur te dooven, waardoor wellicht ergere
ongelukken zijn voorkomen
De conducteur, die met den trein mee
reisde, was het eerste oogenblik, naar
ooggetuigen ons vertélden, het hoofd
totaal kwijt. Hij herstelde zich echter
spoedig en is toen op een draf naar
Voorschoten geloopen om om hulp ie
telefoneeren.
Te Leiden had men dientengevolge
spoedig b richt.
De directie van het Academisch Zie
kenhuis was op het oogenblik, dat de
ramp gebeurde, in Den Haag, ging ech
Ier zoodra zij er telefonisch over inge
licht «as per auto op weg naar Leiden
en was nog tijdig voor de aankomst van
de eerste gewonden op haar post, om
maatregelen te nemen voor het reser
veeren van een zaal, die gereed was toen
de gewonden aankwamen. Voorzoover
noodig werd hun onder leiding van prof.
Zaayer onmiddellijk chirurgische hulp
verleend.
Van dhr. v Zwicht, die in den trein gezeten
had, hoorden wij, dat hij en de audere
reizigers in zijn coupé door een plotse-
lingen schok en ongewone stootende be
wegingen van den .trein gewaarschuwd
werden, dat er iets niet in den haak was
Zij hadden genoeg tegenwoordigheid van
geest om de beenen op te trekken, maar
nauwelijks was dit geschied of de trein
stond al voorgoed stil.
D r. R ti m k e aan het woord.
Dr. Riimke, een der passagiers, heeft
aan het „Vad." verteld -
„Mijn indruk was, dat we een slechte
wagen getrofl'en hadden, het lezen viel
me moeilijk en de wagen schommelde
hevig.
Toch was ik zóó verdiept in mijn
lectuur, dat ik niet eens wist, dat we
Voorschoten al gepasseerd waren
Toen ik de eerste schokken voelde,
was ik me nog geen gevaar bewustik
wierp niet ems dadelijk mijn boek weg
Mijn buurman, de heer van der Kwast,
trok zijn beenen op. Ik had ook wel eens
gehoord, dat men dat doen moest in ge
val van gevaar.',..deed liet en juist brak
de compartiment open..„. we werden naar
beneden geslingerd in het water."
„Had u den indruk te vallen?3
„Neen, het was meer de emotie, die
op een rutschbaan heeft, wanneer een
schuitje naar beneden gaat, liet water in
Zoo was het precies
Toen ik op den kant geklauterd was
heb ik nog geroepen en gezocht naar onze
medepassagiers, den lieer en mevrouw
Lobo Een eind verder lag mevrouw.
Mijn indruk was, da? ze niet meer hij
kennis is geweestHaar polsslag was
héél slecht en ze reageerde niet meer op
hetgeen ik zeide.
Terwijl de heer Lobo opvallend bleek
was, ontbloedde lippen bad en ook een
zeer slechte pols, meen ik te kunnen zeg
gen dat hij misschien nog even bij ken
nis is geweest
Zij waren er het slechtst aan toe
Een twaalftal andere gewonden heb ik
bijna allen den pols gevoeld en over liet
algemeeD heb ik wachten tot er hulp is,
aangeraden.
Dat heeft men ook gedaan. Er heerschte
geen paniekDe meesten waren, de
omstandigheden in aanmerking genomen,
zeer rustig.
Toen er assistentie kwam, ben ik zoo
gauw mogelijk weggegaan Ik heb me met
de aankomenden ib verbinding gesteld
Ik was zelf te veel geschokt, dat begrijpt u"
Naar het „Vad verder vernam, zaten
ook mevr Zillessen, uit Den Haag, de
echtge oote van den griffier der Eerste
Kamer, en haar dochter in den trein Zij
zijn echter ongedeerd gebleven Deda mes
zaten in een coupé eerste klasse en de
dochter had, toen zij voorgevoelde, dat er
iets ernstigs gebeurde, de tegenwoordig
heid van geest, haar moeder toe te roepen,
de beenen van den vloer te tillen, hetgeen
mej Zillesen zelf ook deed Mevrouw Z
viel door de onverwachte beweging of
den schok op den vloer van de coupé,
maar bezeerde zich niet, althans niet 210e
menswaard. Hun wagen was hoven de
sloot blijven hangen en met eenige hulp
konden de dames de coupé verlaten en
zoo spoedig doenlijk naar Pen Haag
terugkeeren.
H u 1 p v e r 1 e e n i n g.
Er kwam onmiddellijk van vele kanten
hulp. Zeer kort 11a het kekend worden
van het ongeval was dr. Birkhof, de
spoorwegarts te Voorschoten, reeds ter
plaatse, evenzoo dr. van der Stoei uit
Voorschoten, die de errste hulp verleenden
En spoedig daarop kwam ook de ge
meentelijke geneeskundige dienst uit Lei
den, onder bevel van dr. Horst, on mid
dellijk gevolgd door den Leidschen eerste
hulpdienst onder dr. Uriessen op het
terrein van de ramp. Ook in Den Haag
werd aanstonds toen men daar kennis
kreeg van de ramp de eerste hulpdienst
gemobiliseerd, die met groot materieel
naar de plaats van de ontsporing vertrok
De passagiers die in den verongelukten
trein hadden gezeten en ongedeerd waren
gebleven zijn gedeeltelijk naar Den Haag
gebracht, gedeeltelijk op eigen gelegenheid
naar Leiden verder gegaan. Men begrijpt,
dat de consternatie onder hen zeer groot
was. Naar verluidt hadden eenigen hunner
ook nog onbeteekende verwondingen
schrammen en builen opgeloopen.
De lijken van de omgekomenen en de
gewonden zijn naar het Academisch 7ie
ken huis te Leiden overgebracht,
B ij zonder heden.
Op den slootkant naast het A BB-
rijtuig vond kapitein de Jongh uit Leiden
een boek, dat bij nadere beschouwing
Greta Lobo's rol bleek te zijn. En op de
pfaats waar 1 obo gezeten moet hebben
lag tragische ironie van het noodlot
een exemplaar van het amusements
blad De Lach, waarmee hij zich blijkbaar
den tijd gekort had. Over Lobo's einde
wist men ons weinig bizonderheden te
vertellen. Naar het schijnt heeft een onbe
kend gebleven passagier, die in het even
eens gekneusde derde klasse rijtuig en
nog wel vooraan zat, zich onmiddellijk
na den ramp bizonder verdienstelijk ge
maakt door zijn pogingen om hem aan
land te brengen. De sloot is echter zeer
modderig. Lobo was naar men ons ver
zekerde evenals zijn vrouw zwaar gewond
en toen men hem eenmaal aan land had,
was het reeds te laat. Mevrouw Lobo is
terzijde van het rijtuig op den slootkant
gevallen.
Toen men haar uit het water had ge
haald bemerkte men aan het vele bloed
dat zij verloor eu de plekken geronnen
bloed op haar kleeding, dat ook zij deer
lijk gekwetst was Toch had zij het be
wustzijn nog niet geheel verloren Dr.
Birkhof uit Voorschoten, die reeds aan
wezig was toen men haar aan den wal
bracht, deelde ons mede, dat zij hem om
water en chloroform gevraagd had O11
middellijk nadat hij haar een inspuiting
had gegeven- was ze echter reeds over
leden. In een van de drie voorste com
partimenten schijnt ook een dr. Pümke
gezeten te hebben Deze is te water geb
raakt na een zeer hard aankomenden
schok in de zitdeelen gekregen te hebben
Ooggetuigen hadden hem nadat hij gered
was, de sloot was nog zoo diep, dat
hij er tot de keel instond op den kant
gezien. Wij zagen hem later te Voor
schoten terug en het was wel een zeer
ontroerend oogenblik toen hij daar zijn
met de Roode Kruis colonnejneegekomen
broer, eveneens medicus, ontmoette en
deze hem als behouden, hoewel ontzettend
geschokt, kon begroeten
Jn het A. B. rijtuig zaten, evenals trou
wens in den heelen trein vele passagiers..
Tot dezen behoorden voor het grootste
gedeelte de bovengenoemde gewonden.
Mevrouw Zillessen, de echtgenoote van
den Griffier der Eerste Kamer, die met
haar dochter in den trein was, viel door
den schok, die op de ontsporing volgende
op den vloer van haar coupé, doch kwam
er met den schrik af Met groote moeite
konden de reizigers van het zwaarst ge
havende rijtuig op den grond komen
In het achterste gedeelte van dit rijtuig,
dan wel in het voorste gedeelte van het
volgende 3de klasse zat een alleen
reizend 4 jarig kind, een meisje. Dit is
bij het ineenschuiven van den trein door
den vloer van het compartiment gezakt
en onder den wagen gevallen. Men hoorde
het om hulp gillen en schreien. Toen men
het kon naderen bleek het met den rech
terarm onder een door de catastrofe op
gewoelden dwarsligger beklemd te zitten,
zoodat het-uitgezaagd moest worden De
kleine was er met dat al met een vrij
onbeteekenende vleeschwonde afgekomen
In het ineengedrukte gedeelte van den
derde klasse wagen moet ook een heer
gezeten hebben, die er zonder eenig let
sel afgekomen is, hoewel alles rondom
hem ineenstortte E11 deze heer zou het
geweest zijn, die vlak daarop manmoedig
te water ging om het echtpaar I obo te
redden. Ook tal van andere reizigers die
ongedeerd gebleven waren, boden dadelijk
zooveel mogelijk hulp Het was een groot
geluk, dat er betrekkelijk zóó spoedig
medische bijstand was. Vooral dr. Birk
hof en dr. Van der Stoel nit Voorschoten
waren zeer snel ter plaatse en konden de
pijnen van de zwaargekwetsten door hun
bijstand verlichten Dr. Birkhof deelde
ons mede dat bij zelf vier ersonen had
verbonden, die allen beenbreuken hadden,
waarvan geen enkele met complicaties
De 0 o r z a ak.
Over de oorzaak van de ramp werd
verschillend geoordeeld ter plaatse De
meeste menschen spraken van een grond
verzakking. Maar wij meenen beter e
doen de officieele mededeelingen van de
spoorwegmaatschappij af te wachten Want
aan de opinies van de spoorwegmenschen
van verschillenden rang, die daar nog
aan het werk waren, was geen touw vast
te knoopen.
Wel mag het een wonder heeten, dat
dit ongeluk zoo betrekkelijk goeJ is af-
geloopen. Volgens den h er De Clerck,
die de verhuizing van de passagiers naar
de andere treinen zag. zou de veronge
lukte trein wel een 150 personen hebben
meegevoerd. Dat is best mogelijk, want
de trein was lang, bevatte veel personen
wagens.
PROVINCIE-NIEUWS.
De tuinbouw-tentoonsteliir.g in Kapelle.
Kapelle is in feesttooi, van de open
bare gebouwen en uit de buizen wapper
de de driekleur, op enkele plaatsen zijn
eere-poorten opgericht
De bevolking bewijst, dat zij met de
driedaagsche tuinbouw-tentoonstelling me
deleeft.
Qisitermorgen te 9 uur ving de jury
met de keuiring aam, terwijl om 12 uuir
de officieele ontvangst op bet raadhuis
plaats vond.
Van bet eere-comité waren met ken
nisgeving verhinderd I. G. J. Kakebeeke,
Mr. P. Dieleman, Mr. C. Dresselhuis,
Jhr. van Fetz.
Bij deze officieele ontvangst wanen
aanwezig B. en W. en alle raadsleden*
de meeste leden van bet Eere-Comité,
alsmede de beer Ir. B. Gerritzen, rijks-
tuinbouwconsulemt te Londen.
Toen de commissaris der koningin ten
gemeentehuize arriveerde speelde het mu
ziekgezelschap Ons Genoegen" het Wil
helmus.
Eerst voerde de burgemees ter bet woord.
Spr. zeade het volgende:
Het is mijns inziens een goede ge
woonte om, wanneer een gemeente de eer
te beurt valt dat binnen bare muren een
tentoonstelling gehouden wordt, door het
gemeentebestuur, ten gemeentelhuize een
officieele ontvangst plaats beeft van het
tentoonstellingsbes'tuur en haar genoodig-
de gasten.
Die goede gewoonte wensebt het ge
meentebestuur van Kapelle gaarne te vol
gen en stelt bet zeer op prijs U met
uw booge gasten te mogen ontvangen; wij
roepen u allen hartelijk welkom cn onze
gemeente toe. In 't bijzonder welkom ui,
mijnbeer de Commissaris der Koningin in
Zeeland, die door uw aanwezigheid en
door het zich beschikbaar stellen tot bet
openen der tentoonstelling bij vernieu
wing getuigenis aflegt van uw booge be
langstelling voor den tuinbouw in ons
gewest.
Wij begroeten u verder allen als per
soon, die door uw arbeid of post, waar
u tot geroepen z'ijt, de belangen van den
tuinbouw in ons land, gewest of gemeente
in meerdere of mindere mate d.rect of
indirect behartigen.
De tuinbouw is voor onze gemeente
een belangrijke tak van welvaart gewor
den, ruim 470 H.A. is voor fruitteelt
ingenomen, benevens 'n zeer groot aantal
H.A. fruitteelt liggende annex aan deze
gemeente doch tot andere gemeenten be
hoorende.
Deze cultuur vraagt op- een kleine op
pervlakte veel arbeidskrachten, schenkt
aan vele gezinnen een bestaan en bevor
dert daardoor de algemeene welvaart in
deze en omliggende gemeenten.
Vandaar dat er in deze gemeente een
bloeiende veiling, noodig voor den afzet
der tuinbouwproducten, aanwezig is be
nevens een conservenfabriek met drogerij
welke door bet verwerken van fruit en
groenten mede in een ware behoefte voor
ziet.
Het is daarom een goede gedachte van
de vereeniging van oud-leerlingen' der
tuinbouwwintercursussen om alhier in het
fruitcantrum een tentoonstelling te orga-
niseeren die een beeld geeft van betgeen
de tuinbouwcultuur in onze omgeving
voortbrengt. Een woord van hulde aan
het bestuur dier vereeniging is hier wel
op zijn plaats.
Mijnbeer de voorzitter. Het is niet
mijn bedoeling om in details af te dalen
tot de tuinbouwcultuur, daar zulks, naar
ik verwacht, straks door deskundigen zal
gedaan worden. Ik besluit met den
wensch, dat de vele bemoeiingen van u
en uw bestuur voor deze tentoonstelling
met succes moge wordien bekroond en
dat deze aanleiding geven dat de tuin
bouw, mede onder uwe practiscbe leiding
tot nog meerdere uitbreiding en bloei
moge komen; voorts dat deze tentoon-
stellingsdagen voor ons allen leerzaam
en genoegelijk mogen zijnl!
Na deze rede stelde de burgemeester
een dronk in op de koningin, daarna op
den commissaris der koningin, vervol
gens op het tent o on sbeliin gsbestuur
De commissaris der koningin sprak
daarna een kort woord. Spr. onderstreepte
hetgeen de burgemeester had gezegd, dat
de tuinbouw voor Kapelle van groot be
lang is en dat deze gemeente een cen
trum is op tuinbouwgebied voor deze
omgeving.
Spr. uitte zijn blijdschap over de groote
deelneming aan de tentoonstelling en over
het medeleven der bevolking. De geheele
gemeente leeft met deze tentoonstelling
mede, getuige de eere-poorten, de vlag
gen en de muziek. Kapelle beeft een
klinkenden naam gekregen in Zeeland en
in andere deelen van ons vaderland. Spr.
hoopte dat de samenwerking, die er nu
is, zal blijven bestaan en stelde een dronk
in op bet welzijn dezer gemeente.
Daarna sprak de voorzitter, de beer
W. "Glas, dis volgt:
Mijnbeer de Commissaris, mijnheer de
burgemeester met uw geacht college, hee-
ren eere-leden en verdere genoodigden.
Het is mij een genoegen om u, mijnbeer
de commissaris van af deze plaats wel
kom te mogen heeten in dezen kring. Uw
komst te vernemen, was voor ons van
groote waarde, daar het aan onze ten
toonstelling een grootere beteekenis gaf.
Wij danken u H. Ed. voor deze wel
willendheid.
Ook u, mijnbeer de burgemeester, met
uw geacht college, van harte dank voor
deze zoo eervolle ontvangst. Het moet
ongetwijfeld ook voor u een genoegen
zijn om deze tentoonstelling in uw ge
meente te zien houden.
En verder u allen, geachte eere-leden
en genoodigden een hartelijk welkom en
dank voor uw belangstelling in dit ons
doen.
Laten wij een dronk wijden aan deze
onze ontmoeting, aan u mijnheer de Com
missaris, aan u mijnheer de burgemees
ter met uw geacht college, aan u verdere
genoodigden.
Hierna begaven de genoodigden zich
naar de veiling, waar de tentoonstelling
wordt gehouden.
Daar werd opnieuw het woord gevoerd
door den heer Glas, die als volgt sprak:
Mijnheer de commissaris, dames pn
heeiren
Het is mij als voorzitter van de ver
eeniging van Oud-leerlingen van de Tuin-
bouwcursussen een groote eer en aange
name taak U alhier welkom te mogen
heeten.
Mijnbeer de Commissaris dit geldt in
de eerste plaats voor U, die zoo bereid
willig waart om deze tentoonstelling van
fruit groenten en bloemen niet alleen met
uw tegenwoordigheid te vereeren, maar
zelf te willen openen, direct worden mij
met U geplaatst op een boogeren trap
van beteekeriis. Wees verzekerd dat onze
vereeniging en Kapelle-Biezelinge en om
geving dit hoogelijk waardeend.
Geachte heer van der Plassche, rijks-
tuinbouwconsulenit voojr Zeeland, U mijn
welgmeeenden dank voor uw adviezen en
medewerking, altijd konden wij op U
rekenen, uw adviezen altijd welkom en
waardig om op te volgen hebben meege
werkt om deze tentoonstelling zoo hoog
op te voeren.
Het veilingsbestuur met haar wakkeren
voorzitter de beer P. Scheele zijn wij
buitengewone dank verschuldigd voor het
afstaan van hare gebouwen en de mede
werking en zoovelen zou ik nog bij name
moeten noemen, die buitengewone mede
werking verleenden met gaven en krachten,
die zonder dit alles deze tentoonstelling
onmogelijk hadden gemaakt.
Het was me ook een genoegen te ver
nemen dat U mijnbeer Hamken ons met
Uw tegenwoordigheid vereerde als een
steunpilaar en organisator, zijt u wel be
kend op land- en tuinbouwgebied', wel
kom in ons midden.
Ook onze dorpsgenoot A. v. d. Have
wil ik even noemen, groot is onzen dank
voor uw groot aandeel in ons werk.
Dat bet ontstaan onzer vereeniging
voor deze tentoonstelling geen toelichting
noodig heeft blijkt wel uit het v. w.
program.
Van af bier dank ik U heeren jury
leden voor de groote moeite en opoffe
ring voor uw niet gemakkelijke taakt
we hopen dat Uw oordeel alle waardee-
ring moge wegdragen.
Ook onze inzenders' en verdere mede
werkers en medewerksters, om aan deze
tentoonstelling meer pracht en luister bij
te zetten, waarbij' muziek en zang het
zijne zullen bijdragen hartelijken dank en
ten slotte:
Mijnheer de Commissaris ik geef U
gaarne de gelegenheid deze tentoonstel
ling te openen.
De commissaris der koningin begon
met te zeggen, dat bij met groot genoegen
deze tentoonstelling opende. Ook hier
wekken de vraagstukken van zoo urgente
beteekenis groote belangstelling in hoe-