N\ 86 Vrijdag 25 Juli 1926 1156 Jaargang Bij dit nummer be hoort een bijvoegsel. Het leien dakje. OKANGEll,- DE WESTELTRAP ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Go:s f2, buiten Goes f2,—. Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt: Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. (4KSUR A «OUUNT Uitgave Naamlaozt Vennootschap Goesche Courant en Kleeuwens ft Ross* Drukkers- en Uitgeversbedrijf ADVERTENTIEN van 15 regels f 1,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Dienstaanbiedingen en aanvragen 15 cent per regel. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voormiddag. In tijden van maatschappelijke crisis, wanneer het „leen dakje", waarlangs on der normale omstandigheden alles onge stoord en naar wensch voor.glijdt, geducht beschadigd is, doen allerlei theorieën over het !e\en en schema's van be'.ere samen leving opgeld bij de onder de ellende van de cr.sL gebukt gaande massa. Zoo is het s'.eeds geweest in de histor.e en zoo zal het ook wel blijven. Aan woorden van troost en opbeuring heeft de mensch be hoefde; zij versterken hem in zijn hoop op spoed.ge verbetering van den toestand. En wat hoop be teekent voor den mensch, leekende ons Thomas Carlyiie ia zijn tref fende "woorden„O gezegende hoop, eenig eenag voorecht des menschen, di3 op de enge muren zijner gevangenis heerdjlte uulgestrekte landschappen maalt, en zelfs zelis in den nadut des doods den heibg- s-len dageraad doet lichten." Ontneem den mensch de hoop en ge ontneemt hem de kracht te leven. Want wat todi is het leven in zijn geheel an ders dan de vorm wording van zijn strijd voor de bereiking van een gesteld doei En wie zou dan niet hopen in dien strijd te zegevieren? Wordt, zooals in onze dagen de levensstrijd zwaarder en moeilijker dan wij verwacht hadden, ja, ontwaren wij zelfs, dat er ons meer moeilijkheden in den weg worden gelegd dan wij tot nog toe gewend waren, dan behoeft het heel wat innerlijke kracht om den moed erin te houden en geraken velen' onder den indruk van leuzen- en frazenpiredik die, al dan niet te goeder trouw, dan met zich zei ven worstelenden mensch voorhouden, dat al die narigheden des Levens, alle teleurstellingen en onverwachte moeilijk den te wijten zijn aan de inrichting der samenleving. Weer zien wij opgang ge maakt door de theorie, die in het begin der vorige eeuw door mannen als Goldwin, Robert Owen en Charles Fourier verkon digd werden, n.i. dat die omgeving en de omstandigheden den mensch maken. Zeker, wij zijn sindsdien m wetenschap pelijke kennis voorui.gegaan; naive voor stellingen van een aardsc'n paradijsleven als Fourier ons gegeven heeft, brengen ons niet meer van de wijs maar de gedachte, waarop de Fransche utopist voortbouwde, wordt door velen onzer nog niet als waandenkbeeld beschouwd en uit ons brein velbannen. Ook nu is de strijd LIMONADESIROOP Sinaasappel. per flesch. Fa. J. A. L. O. WITTE, Tel. 264, Goes. 27 feuilleton Naar het Amerilcaansch' van MARY ROBERTS RINEHART. )o( Wat men Paul Armstrong ook verwij ten kon, hij was erg royaal geweest voor zijn stiefdochter. Gertrude's kamers thuis vond ik al heel mooi. maar de drie ka mers die in den Oostelijloen vleugel van Zonmehoek voor de dochter des huizes gereserveerd waren, waren veel mo'oier Van de muren tot de tapijten, van de meubels tot het ingebouwde bad, was alles even luxueus. In de slaapkamer keek Louise al naar mij uit. Het was duidelijk te zien, dat ze veel beter was; ze zag er niet meer zoo koortsig uit ©n haar adem haling, den vorigen nacht nog zoo ge jaagd, was nu rustig en gemakkelijk. Ze stak mij haar hand toe, die ik on middellijk greep. „Wat moet ik tegen u zeggen, juf frouw Innes?" zei ze langzaam. „Om hier zoo maar te komen Ik dacht dat ze in huilen uit zou bar sten, maar dat gebeurde gelukkig niet. „Je moet nu nergens anders aan den ken' dan om zoo gauw mogelijk beier te worden", zei ik kalmeerend. „Als je weer be'.er bent, zal ik je een standje geven omdat je niet eerder hier bent gekomen. over de vraag, of het individu al dan niet tijdelijk-bestanddeel in het gemeenschaps leven is, niet uitgestreden. Daarom mogen wij ons niet verbazen over de verzuch ting van hen onder ons, wieiu hot tegen loopt, dat, wanneer de toestanden maar niet zoo onguns'ig waren, allein hun leven zooveel beter zou zijn. Fïet leien dakje Er is een grond van waarheid in deze verzuch.'ing. Maar ook niet meer dan diit. Waar is he\ dat de me.iisch alhanke- lijk is van de sociale omgeving, waarin hij le le en l eeft. Waar is het, dat hij in zijn omgeving de middelen om te leven zoeLe.i moet. Niet waar is evenwel, dat die middelen geheel beheerschcn het le ven van hem, die ze aanwendt. Het is de wijze waarop met de middelen gewerkt wordt; het is dus tenslotte weer de mensch zelf, die naar malie van zijn krachten veel, of weinig van zijn Leven maakt met de beschikbare middelen. En wanneer wij nu heel dien maatschappelijke".! vooruit gang, waarop wij zoo iro'.sch zijn, ia zijn ontwikkeling volgen, zien wij, dat deze het werk is, niet van de afwachlers, niet van de klagers en zuch'ers, maar van de taaie volhardende lieden, die zich niet dc wet lalen voorschrijven door het m.llieu. Zij kennen de e'gen krachten cn weten, dat deze het zijn, maar ook deze alleen, waarop de mensch mag vertrouwen in zijn moelijken levensstrijd. Niet de bestaansmiddelen beheerschen het karakter van een periode in onze be schaving, maar de wijze waarop zij wor den aangewend. FIoop dp foe'ere toe komstO zeker, maar het komt al weer niet aan op de hoop, maar op hem die hoopt. Het kan, dunkt ons, in onzen tijd niet te dikwijls worden herhaald: op den mensch komt het aan, hij is primair, de omgeving secundair. „Waren de omstandigheden maar beter, dan Ja, maar wie futloos is, loont dit zelfs als voor hem alles van een leiein dakje gaat. Hij is ook geen bouwer van dat leien dakje. Dat waren andieren, duirvers, moe digen, volhardende lie-Jen. Floe staat het met deze bouwers in onzen tijd? MEDISCHE RUBRIEK. Genezende zeetochtjes. De beleekenis van zeereizen voor al lerlei ziekten is allang bekend. Dr. Glax wijst er echter op, dat men bij de waar deering daarvan wel moe1 bedenken, dat zelfs op de grootste en best uitgeruste schepen de luchtruimle der slaapkamers in vergelijking met die van eein ruime ka mer minimaal is en dat de zieken in deze kleine ruimte onder normale omslan- digfneden minstens 10 van de 24 uur moeten vertoeven. Met andere woorden bij dergelijke zeereizen kan van een per manent genot van zuivere zeelucht, die toch altijd als de belangrijkste genezende factor van zeerei/en beschouwd wordt, zonder belangrijke beperking geen sprake zijn. Bij slecht weer wordt het genot van lucht nog meer beperkt, terwijl als een Dit is je thuis, lieve kind, en bij Halsey's oude tante ben je immers altijd van harte Ze glimlachte een beetje droevig vond ik. „Ik moest Halsey eigenlijk niet zien", zei ze. „Juffrouw Innes, er zijn een hee- leboel dlingen, vrees ik, die u nooit zult begrijpen. Ik maak misbruik van uw vrien delijkheid, doordoor hier le blijven en voor mij te laten zorgen en ik weet vooruit, dat u mij zult minachten". „Onzin", zei ik opgewekt. „Wat zou Halsey wel zeggen, als ik zoo iets durfde te doen? Hij is zoo groot en sterk en als ik maar iets anders durf die te doen dan verrukt over je zijn, zou hij in staat zijn om mij het raam uit te gooien",. Ze nam geen notitie van mijn „grap jes". Ze had mooie bruine oogen de Inneses zijn blond en hebben groen- grijze oogen die meer p-ractiseh dan mooi zijn en nu keek ze heel bezorgd. „Arme Halsey", zei ze zachtjes. „Juf frouw Innes, ik kan niet met hem trou wen en ik durf het hem niet te zeggen. Ik ben een lafaard een lafaard!" Ik was naast haar bed gaan zitten en staarde haar verbaasd aan. Ze was te ziek om tegengesproken te worden; zieke menschen halen zich zulke vreemde din gen in hun hoofd. „Daar zullen we wel eens over praten als je wat sterker bent", zei ik kalm. „Maar er zijn een paar dingen, die ik u moet vertellen", hield ze aan. „U be grijpt er natuurlijk niets van hoe ik hier gekomen ben en waarom ik mij in de por verder nadeel der zeereizen de te rijkelijke vleeschvoeding en in het algemeen de wat te eentonige algemeene voeding te be schouwen is. Van deze overwegingen uitgaande, heeft dr. Glax reeds jarenlang zijn aan dacht gewijd aan de be'eebenis van dage- lijksche, kleine zeetochtjes bij de incest u.'.ee iloopende zieken en m Abazz'a als op bijna geen andere plaats, gelegenheid gehad, wegens de .'alrijke voor'durende af ui aanvarende schepen een gro-ole ervaring op le deen. Zelfs gedurende den g^heelen winter fcan men, met uitzondering van enkele dagen, er op rekenen dagelijks van 36 uur op zee te kunnen doorbrengen. Het voordeel van dagelijksche zeetocht jes 5s hierin gelegen, dat overdag de hei- zame fcaloren van het zeeklimaat worden genoten, dat het bovengenoemde nadeel vermeden wordt, dat c'e voeding geheel naar het erlangen der patiënten kan wor- ingericüit en dat de indrukkei vol afwis seling, die de verschillende tochten ople veren, gepaard met de verstrooiing aan den wal, niet de eentonigheid geven van lange zeereizen. Bijzondere resulta'en zag Glax van zulke zeetochtjes bij alle zenuwacht'ge overwerkte personen cn herstellenden. Een kleme zeetocht veroorzaakte naar zijn waarnemingen meestal een belangrijke ver meerdering van den eetlust. Eveneens ver- beierde onder den invloed van zeelucht slapeloosheid in den regel den slaap. Voor alle te slecht gevoede menschen, voor oeu- rastlhenici en hysterici zijn deze kleine dagelijksche zeetochtjes bijzonder aange wezen. Daarnaast komen natuurlijk al die ziekten in aanmerking, waarbij van oudsher de zeelucht aangeraden wordt: aandoenin gen der luchtwegen, hooikoorts, enz. Aan gewezen zijn zelfs kleine zeetochtjes bij ernstig organisch zenuwlijden, bij epilep sie, bij teringlijders, bij ernstige hartsge- breken enz. KOLONIËN. Een boschneger-scherp schutter. De redacteur van „De West" vertelt van een uitslapje naar de Boven-Sara- macca, waarop h.j het volgende waarnam in een boschnegerdorp. De heer Pay ens, een goed schutter in de vlucht, liet van, de motorboot uit een flesch in de lucht werpen, die hij dan sluik schoot. Hij werd voor dit kunstje beloond door een levendig applaus van de aam den waterkant verzamelde BoSch- negerbevolking. Een Boschineger zou het kunstje nadoen. Zijn poging mislukte. Een belooning werd uitgeloofd voor dengecn die den heer Payens zou nadoen. O, zei de Boschineger drie het eerst geschoten had, dan zal mijn broeder het probeeren. Deze greep het jachtgeweer met één hand alsof het een pistool was, en schoot zon der aarzelen de flesch in de lucht aan stukken. Het applaus dat nu volgde aan den oever, overtrof het vorig gejuich, en aan den. kranigen Boschneger werd gaarne een extra belooning gegeven. Het was tierswoning verstopt heb. Die arme oude Thomas is er half gek van geworden, juf frouw Innes. Ik wist niet, dat Zonnehoek verhuurd was. Ik wist wel, dat mijn moe der het huilen mijnstiefvader om, probeerde le verhuren, maar het bericht moet haar bereikt hebben nadat ik al weg was. Toen ik op reis ging, had ik maar één verlangen een poosje alleen te zijn met mijn gedachten en mij hier op te bergen. En toen moest ik in den trein kou gevat hebben". „Jie bent op reis gegaan in Ideeren, die misschien goed zijn in het Californische klimaat", zei ik „en je zult wel net zoo min als andere jonge meisjes van te genwoordig, warm ondergoed dragen". Maar ze luisterde niet. „Juffrouw Innes", zei ze. „Is mijn stiefbroer Arnold heen gegaan?" „Wat bedoel je?" vroeg ik verschrikt. Maar Louise bleek het zeer letterlijk op te vatten. ■.Hij is dien nacht niet teruggekomen", zei ze, „en het was van zooveel belang dat ik hem nog eens spreken kon". „Ik geloof dat hij weg is", antwoord de ik onzeker. „Is het niet iets, wat wij voor je zouden kunnen doen?" Ze schudde het hoofd. „Ik moet er zelf voor zorgen", zei ze. „Mijn moeder moet Zonmehoek verhuurd hebben, zon der het aan mijn stiefvader te vertellen en juffrouw Innes, heeft u ooit ge hoord van iemand, die ellendig arm was, te midden van de grootste weelde.?,' Heeft u„ ooit verlangd en nog ee|0|S $3t- De Spaansche loning te Londen. De foto geeft het oogenblik weer, waarop Koning Alphons bet Claridges- hotel le Londen verlaat. De Spaansche koning is door de Universiteit te Cam bridge met het eere-doctoraat in de rechten begiftigd. een mees Ier schot, en dat nog wel uit een geweer dat de man nooit te voren in han den had gehad. LANDBOUW, VEETEELT EN VISSCHERIJ. Wees voorzichtig bij overwegen. Door onvoorzichtigheid bij het passee- ren van onbewaakte overwegen zijn nog bij herhaling slachtoffers te betreuren. Voor enkele weken lazen wij nog weer het bericht van een ernstig onn geval, dat is gebeurd op den onbe- waaklen overweg bij het gehucht Nijezijl, een paar K.M. van het station Ijlst. De 23-jarige M. A. reed met een paard en wagen in de richting Nijezijl en merkte niet den naderenden sneltrein Stavoren- Sncek, die even vóór 4 uur daar passeert. Vermoedelijk werd het achterste gedeelte van den wagen gegrepen waardoor de bestuurder er af geslingerd is. De wagen werd versplinterd. Oogenblikkelijk stopte de trein, waarin toevallig een dokter reis de. De getroffene werd in den trein gedragen en naar het ziekenhuis te Smeek vervoerd, waar hij is overleden. Niet genoeg kan er op worden aange drongen, dat bij het passeeren van spoor wegovergangen de uiterste voorzichtigheid worde betracht. Even als de groote-stad bewoner, alvorens hij op bepaalde punten een straat oversteekt, zorgvuldig links en rechts moet kijken of passeeren moge lijk is, moet de plat tel and-bewoner alvo rens hij zich op een spoorwegovergang langd naar geld geld dat u kon ge- brui Itfïin, zonder dat iemand er u reken schap van vroeg? Mijn moeder en ik heb ben jaren lang een weelderig leven gehad alles voor hel uiterlijk. Maar geld hebben we nooit bezeten, juffrouw Innes; daarom heeft moeder zeker dit huis ver huurd. Mijn stiefvader betaalt onze reke ningen. Het is het meest vernederende, hinderlijke bestaan ter wereld. Ik zou nog liever arm willen zijn". „Kom", zei ik, „als Halsey en jij getrouwd zijn is dat voorbij en jullie zult het zeker arm hebben". Op dat oogenblik kwam Halsey aan de deur en ik kon hooren dat hij Liddiy probeerde over te halen om hem door te laten-. „Zal ik hem hier halen?" vroeg ik aan Louise, niet wetend wat te doen. Het meisje scheen le schrikken, toen ze zijn stem hoorde. Ze ergerde mij een beetje; er zijn maar weinig zulke jongelui als Halsey recht door zee, eerlijk, en bereid om alles op te offeren voor de vrouw die ze lief hebben. Ik heb er meer dan dertig jaar geleden ook zoo een ge kend, maar hij is al lang geleden gestor ven. En soms haal ik zijn portret te voor schijn, waar hij met zijn stokje en zijn wonderlijke hooge 'hoed op staat en kijk er naar. Maar de laatste jaren vind ik het wat al te pijnlijk; hij blijft altijd een jongen en ik ben- een oude vrouw. Misschien dwong de herinnering daar aan mij er toe om uit te roepen: „Kom maar binnen, Halsey". En toen begeeft, nauwkeurig zich overtuigen dat de weg veilig is. Het gaat vaak om het leven Weet gij dat de merrie draagt 340 tot 350 dagen of 48 weken, en 11 dagen na het veulen weer hengstig is; dat de koe draagt 280 dagen of 40 weiten, een zware en ge zonde 8 dagen langer, een vaars 8 dagen korter; dat zij alle 3 weken bolt? dat de ooi draagt 147 dagen of 21 weiten, dat zij alle weiten ramt van half Sep tember tot December en ook wel later, bet eerst dus -in de 7de maand na het lammeren; dat de zeug draagt 112 tot 129 dagen, en alle drie weken beert; dat de ezelin draagt 365 dagen en hemgslig is in April en Mei; dat de geit draagt 154 dagen, en bokt in de maanden Septem ber, October en November? dat de teef draagt 60 tot 63 dagen, de kat 65, het moerkonijn 30, welk dier 8 maal werpt? dat de hen broedt 21 dagen, de kalkoen en de pau-win 31, de fazant 24, de duif 19, eend, gans en zwaan 30, de kieviet 16, de ooievaar en de kanarie 14 dagen? Weet gij: dal in Nederland zijin ruim 2 millioen runderen, anderhalf millioen var loens, 350.000 paarden en 15 mil lioen kippen-? Doordat eenzelfde advertentie drie maal geplaatst twee maal wordt berekend, is de p r ij s per regel slechts 16 oent. nam ik mijn naaiwerk en ging naar Loui se's zitkamer. Ik deed niet mijn best om te hooren wat ze zeiden, maar door de open deur hoorde ik ieder woord heel duidelijk. Blijkbaar was Halsey naar het bed toegeloopen en ik veronderstel dat hij haar kuste. Het bleef een oogenblik stil, alsof woorden voor hen overbodige din gen waren. „Ik ben radeloos geweest, lieveling" klonk Halsey's slem. „Waarom heb je geen vertrouwen in mij gesteld en eer der om mij gestuurd „Omdat ik mij zelf niet vertrouwde", zei ze zachtjes. „Vandaag ben ik te zwak om er tegen te vechten; o- Halsey, ik heb er zoo- naar verlangd je te zien!" Toen kwam er iet-s wat ik niet ver staan kon, en even later zei Halsey: „We zouden weg kunnen Loopen. Wat doet de rest er toe, als wij maar samen kunnen zijn, zooals nu, h-amd in hand; Lo-uise, zeg niet, dat het niet kan. Ik geloof je niet". „Je weet het niet, je weet het niet" herhaalde Lo-uise op somberen toon. „Hal sey ik houd van je, dat weet je, maar niet genoeg om met je te trouwen". „Dat is niet waar, Louise", zei hij op strengen toon. „Je kunt mij niet recht aankijken en dat volhouden". „Ik kan niet met je trouwen", her haalde ze droevig. „Dat is al erg ge noeg, is- 't niet. Maakt het niet nog er ger. iBnnenkort zal er nog wel een dag komen dat je er blij om bent. (Wordt vervolgd).»

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1926 | | pagina 1