N0. 25.
Maandag 22 Februari 1926
115* Jaargang.
s FEUILLETON
DE VROUW ZONDEK HART
Babies
PUROL
COURANT
en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
ADVERTENTIEN
van 15 regels F 1,20. elke regel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt tweemaal berekend.
Familieberichten 110 regels f2,40.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 15
cent per regel. Advertentiën worden
aangenomen tot 12 uur voormiddag.
ABONNEMENT.
Prijs per kwartaal, in Goes f2,
buiten Goes f2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt: Maandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
BUITENLAND-
Hoog water in België.
In de omstreken van Luik is de Maas,
naar men aan de „N. R. Crt. meldt,
op verschillende plaatsen buiten haar
oevers getreden. Te Tillcur staan de
kade, de rue de Larvaux en het plein
voor de kerk gedeeltelijk blank. Te Kin-
kempoir dreigt eveneens overstrooming.
De electriscke tram JemeppeTilleur
heeft, tijdelijk zijn dienst gestaakt.
Te Luik zelf staat de Maas 1 M. 95
boven het normale peil.
De Engelschen en Irak.
In het Britsche Lagerhuis heeft Cham
berlain, naar de ,,N. R. Crt." meldt,
verklaard naar aanleiding van de bewering,
dat de Britsche regeering de olievelden
van Irak in handen trachtte te krijgen,
dat er nooit een tastbaarder onwaarheid
verkondigd was.
In Maart j.l. had de Turksche regee
ring hem het voorstel gedaan de kwestie
te regelen buiten den Volkenbond om.
Het voorstel hield in, dat Turkije zoo
veel het wenschte van het wilajet Mosoel
zou krijgen, terwijl een Britsche, door
de Engelsche regeering goedgekeurde maat
schappij alle olievelden zou exploiteeren.
Indien we op de olie uit waren geweest,
hadden we, zeide spr. concessie kunnen
krijgen voor de olie in Mosoel en con
cessie voor alles wat we nog meer
wenschten. Het antwoord der regeering
was: Engeland is de bewaarder voor
Irak, niet de bezitter, maar de manda
taris. Als zoodanig kon het do rechten
en belangen van Irak niet verkwanselen
tn ruil voor een concessie aan de Brit
sche kapitalisten. Nooit was een schan
delijker bewering geuit met minder schijn
van. grond.
Chamberlain had daarvóór nog gezegd,
dat Engeland als voogd de belangen en
de zaak van Irak, voor den Volkenbond
verdedigd en de Turksche regeering ge
waarschuwd had, dat het, tot de kwest.e
was uitgemaakt, geen aanval op Irak zou
gedoogen. Hij geloofde niet dat Turkije
de beslissing van den Raad van den Vol
kenbond zou betwisten.
Nadien heeft de Britsche gezant te
Angora geconfereerd en de regeering over
woog thans zijn rapport. Hij wilde met
met vertrouwen over den uitslag der on
derhandelingen spreken. Hij kon slechts
zeggen dat zij aan Engelschen kant ge
voerd zouden worden met den ernstigen
wensch om tot een minnelijke regeling
te komen.
Tennis en taal.
Simon Arbellot richt in de „Figaro
een open br.ef aan Suzanne Lenglen (de
beroemde""tennisspeelster), om haar te
zeggen, dat de Franschen, al zijn zij ook
trotsch op haar, toch ook reden hebben
tot ontevredenheid. In den grootschen
strijd te Cannes heeft mej. Lenglen ge
wonnen, mej. Wills zich schitterend ver
dedigd, er is daar maar één slachtoffer
geweest: de Fransche taal. Op eigen
Oorspronkelijke Hollandsche detective
roman door R. J. BRANDENBURG.
Baron Lucius was een slanke jonge
man, wien de blauwe betreste uniform
als gegoten zat; het leek wel of 'hij een
corset droeg. Hij had de gewoonte, tel
kens als hij opstond zijn tuniek naar be
neden te trekken, hij was in rijbroek en
zwartgelakte njj kappen omsloten zijn bee-
nen. Hij was een man van omstreeks der
tig; opvallend waren zijn gave witte tan
den., die wat wreed schitterden tusschen
de roode lippen, waarvan de bovenste
met een zwart snorretje was overdekt.
Zijn gelaatskleur verried een voortdurend
leven in de buitenlucht; hij had de arro
gantie, die de meeste cavalerie-officieren
kenmerkt, die zich beschouwen als onweer
staanbaar voor vrouwen evenals voor paar
den. Hij was mij direct geweldig onsym
pathiek. Was tante Jane er geweest dan
zou zij mij ongetwijfeld gewaarschuwd
hebben niet te veel waarde te hechten aan
piijn eersten indruk.
Jules de Weerden was van denzelftden
leeftijd als Charles, maar hij was absoluut
niet verwijfd. Zijn gezicht was clean-sha
ven; hij had s taai-grijze oogen eti Ban ener
gieken mond met dunne lippen; hij had
werkelijk wel wat van een Engelschman.
Mr. van den Drent was ongeveer zijn
bodem heeft zij, aan wie Frankrijk zijn
kleuren heeft toevertrouwd, zich onder
worpen aan het afschuwelijke taaltje van
de sets en scores, en dat, terwijl zij zoo'n
schoone gelegenheid heeft gehad een lesje
in het Fransch te geven aan de rijke zon-
zoekers van de Blauwe Kust. Als zij,
de onverwinlijke, de groote lieveling van
de menigte, in eigen huis haar eigen taal
versmaadt, dwingt zij haar talrijke bewon
deraars haar koeterwaalsch te gebruiken.
Waar moet dat heen? „Wij hadden nog
wel gehoopt", zegt Arbellot, „tal van die
leelijke woorden uit onze gesprekken te
bannen en nu zullen wij geslagen worden,
in naam zelfs van uw meedoogenloos ra
ket. De „five o'clock's", de „tramways"
met hun „wattmen", dc verwerpelijke
„cocktails" „coquetels" zijn fijne din
getjes zullen hun geniepige indrin
ging voortzetten. De brave John Buil
zal het een „score" noemein. Ik ben er
zeker van, mejuffrouw, dat gij met ons
van meening zijt, dat deze „score" vooral,
in het Fransch, een droevig „resultaat" is.
Schipbreukelingen gered.
Het Amerikaansche tankschip „Java
Arrow" meldt draadloos, dat het 13 man
gered heeft van het Japansche stoom
schip „Taisina Maru", dat al een maand
lang hulpeloos ronddreef tengevolge van
schade in een orkaan beloopen. Negentien
man van de equipage, die 8 Februari in
de booten waren gegaan, worden als ver
loren beschouwd.
Overleg i. z. overstroomingen.
Paérard, de rapporteur van de com
missie tot onderzoek van de begrooting
van buitenlandsche zaken uit de Kamer,
heeft in zijn rapport de hoop uitgesproken,
dat de Belgische regeering haar water-
staatskundigen zich in verbinding zal la
ten stellen met de Fransche en Neder -
landsche deskundigen om maatregelen, on
der het oog te zien om nieuwe overstroo
mingen van de Maas te voorkomen'.
'n Stommiteit.
Onder bovenstaanden titel schrijft de
„Burger" uit Kaapstad:
Daar is sterk taal in die Senaat ge
bruik oor die belediging aan die naam
van Paul Kruger aangedaan deur 'n drank
handelaar wat daar die gev ende naam vir
'n soort brandewyin gebruik. Daardie
verontwaardiging is volkome gebillik en
die bespreking wat daar plaasgevind het
sal, verwag ons, nie net in die betrekke
geval nie, maar ook vir andere, 'n goeie
uitwerking hê.
Ons noem die stap van daardie firma
'n stommiteit, want deur daardie naam te
gebruik beveel hy sy produk by 'n aan-
sienlijke deel van die publiek nie aan nie,
maar juiis die teenoor ge stelde. Die firma
gee die versekering dat dit nie hul be
doeling was om die naam van pres. Kru
ger te beklad en daardeur 'n deel vain die
publiek beledig nie. Ons wil dit aanneem,
omdat ons aanneem dat hy met die ge
bruik van daardie naam klandiesie wou
trek, nie afstoot nie. Maar dit verander die
feit nie dat dit 'ai belediging is nie en
antipode. Zelden heb ik een gekker ke
reltje gezien; hij was klein en buitenge
woon mager en zoo zenuwachtig als een
poes. Voortdurend waren zijn vingers in
beweging; nu eens trommelden zij op zijn
knie, dan weer kneep hij de stof van zijn
broek samen. Zijn kleine oogen schuilden
weg achter blikkerende so-easy glazen.
Nadat wij allen hadden plaats genomen
in de rieten armstoelen, vroeg tante ons
wat wij wilden drinken. Ik koos thee,
evenals zij zelve, en Arthur nam een cock
tail, als de andere heeren.
Het gesprek liep spoedig over allerlei
zaken; de heeren hadden het over auto
mobielmotoren, renpaarden, den militai
ren dienst, over tooneel, de genoegens
van de Residentie; terwijl tante met mij
over Engeland sprak, waar zij 'n tiental
jaren geweest was. Londen was haar niet
erg bevallen; het verwonderde mij niets;
deze kalme oude dame kon ongetwijfeld
beter aarden op een rustige buitenplaats
dan in een millioenen stad.
Arthur nam nu eens deel aan ons ge
sprek, dan weer aan dat der heeren. Ten
slotte bracht de luitenant het gesprek op
het toilet, waar h ij verstand van bleek te
bezitten, en verkondigde daarna nonsens
over muziek. Hij hoorde het liefst het
signaal attaqueeren, zei hij. Waarop Char
les in een schaterlach uitbarstte, ofschoon
de geestigheid voor mij volmaakt verloren
ging.
„Wat blijft vader toch lang weg", zei-
de plotseling Charles, op zijn horloge
ziende.
2,Gaan jullie vanavond nog uit?" vroeg
dat die lede van die Senaat gelyk had om
in sulke sterke taal daar teen te protesteer.
SCHOOL EN KERK.
Vrijzinnig Christelijke Jongerenbond.
Zaterdag en Zondag vierde de afdee-
ling Middelburg van den Vrijzinnig Chris-
telijken Jongerenbond haar eerste lustrum
waarvoor leden van de zusterafdeel'ng^n
te Krabbendijke, Goes en Oostburg wa
ren overgekomen. Zaterdagmiddag wei-den
deze leden van de zusterafdeelingen wel
kom geheeten in het gebouw der Vereeni-
ging van Vrijzinnig Hervormden, waarna
eene samenkost in dat gebouw plaats had,
in welke de heeren* P. J. Doets, voorzitter
der af deeling en dr. J. P. Cannegleber,
haar oprichter, het woord voerden en op
het werk van den bond en vooral van de
afdeelimg in haar 5-jarig bestaan wezein.
Na een gemeenschappelijke^ maaltijd
had in de Nieuwe Kerk een bijeenkomst
plaats, waarin de heer G. Brattani uit
Den Haag een boeiende voordracht hield
over Gewijde en Bijbelsche Literatuur,
en de heer A. van Os voor de orgelbe
geleiding zorgde.
Zondagmorgen trad in een Godsdienst
oefening van de Ver. van Vrijz. Herv.
als spreekster op Mej. Tonny de Ridder
uit Oosterbeek, terwijl ten slotte Zondag
middag de slotbijeenkomst plaats had,
waarin de heer ds. J. A. de Koning,
algemeen secretaris van V.C.J.B. en den
V.C.S.B. sprak over „Onze Verantwoor
delijkheid".
Het lustrum der afdeeling is op feeste
lijke, maar bij het karakter van den Bond
passende wijze gevierd.
Nijverheids-onderwijs.
B. en W. van Vlissingen stellen den
raad voor, niettegenstaande op een des
betreffend verzoek van hun college af
wijzend werd beschikt, er overeenkom
stig den wensch vain de commissie van toe
zicht op het N. O. nogmaals bij de re
geering op aan te dringen, de financieel©
positie van de leeraren bij het nijver
heidsonderwijs te verbeteren.
Een opstandig dictee.
De verhouding tusschen het gemeente
bestuur van Het Bildt en den heer Kom-
meri, hoofd der school te Bildtdijk, zoo
meldt „Het Volkwas niet zeer aan
genaam. Reeds meermalen gaf dit aan
leiding tot conflicten. De heer Kommeri,
die bijna 20 jaren als schoolhoofd in
Bildtdijk heeft gestaan, is iemand, die
zijn meening niet onder stoelen of ban
ken steekt en er niet voor terugschrikt
om in het publiek harde noten te kraken
over het besluit van het gemeentebe
stuur. Meer dan eens verschenen van
hem artikelen in „de Bildtsche Courant",
over zaken, die zich in den raad hadden
voorgedaan.
Jaren geleden was in de school van
Kommeri een diefstal gepleegd en hoe
wel hij de zaak bij den burgemeester
aanbracht, werd de schuldige niet ver
zijn moeder.
„Ja zeker", antwoordde hij en zich tot
Arthur wendend: „Je zult wel merken,
dat we hier een vrijgevochten bende vor
men. Nietwaar, jongens, wij doen net
waar wij lust in hebben."
Zijn moeder keek hem droevig aan en
zeide afgemeten: Natuurlijk kunnen onze
gasten het zich zoo* aangenaam mogelijk
maken."
Ik vond de stemming der jongelui en
den toon dien zij aansloegen, in 't ge
heel niet in overeenstemming met het
feit, dat het hoofd van het gezin dezen
dag den broeder van zijn vrouw de laat
ste eer bewees, en ik zag aan Arthur, dat
hij er net zoo over dacht als ik. Wat
zijn jonge menschen toch vaak bitter
wreed! Ik zag hoe tante de lippen op
eikaar klemde; zij was wèl een vrouw
om eerbied voor te hebben; maar ook een
vrouw om heel veel van te houden.
Daar kondigde hoorngetoeter de komst
aan van oom Van der Heule en even
later trad hij door de openstaande tuin
deuren naar buiten. Hij was een man
van middelbaren leeftijd, forsch van ge
stalte, met een hoofd, zoo kaal als een
biljartbal, borstelige wenkbrauwen en
trouwe, maar toch intelligente oogen. Hij
had een heel innemende stem en be
groette mij allerhartelijkst, zeggende dat
hij heel verheugd was eens met zijn
jongste nichtje kennis te maken, waarbij
zijn oogen „met welgevallen op mij
rustten".
Het gesprek der jongeren werd bij zijn
komst minder luidruchtig; het was of de
volgd. Eemigen tijd later deed zich een
soortgelijk geval voor en kort geleden
was uit het schoollokaal weer eenig geld
ontvreemd.
Het gebeurde gaf meester Kommeri
aanleiding in een dictee, dat hij zijn klas
gaf, te verklaren, dat men bij het Bildt
sche gemeen lebestuur geen gerechtigheid
moet zoeken.
Dit is voor B. en W. aanleiding ge
weest om den heer Kommeri een maand
m zijn functie te schorsen, zonder be
houd van salaris.
Woensdagmorgen heeft de heer Kom
meri het besluit zijner schorsing ontvangen.
De zaak baart in het dorp heel wal
opzien, daar de heer Kommeri als bur
ger en schoolhoofd zeer gezien is.
B. en W. meenen dat hij hun pres
tige heeft geschaad.
BINNENLAND.
Faillissementen in
Nederland.
Volgens mededeeling van het Handels
informatie-bureau van Van der Graaf
Co.'s Bureaux voor den Handel zijn
over de afgeioopen week, eindigende
18 Februari in Nederland uitgesproken 64
faillissementen tegenover 88 faillissemen
ten in dezelfde week van het vorige jaar.
Van 1 Januari tot en met 18 Febr.
1926 534 faillissementen tegenover 615
over hetzelfde tijdperk van het vorige jaar.
De leiding van poster ij en en
telegrafie.
Op de vragen van het lid der Tweede
Kamer den heer mr. Boon, betreffende
vervanging van de éénhoofdige leiding van
het dienstvak der posterijen, der telegraf.e
en der telefonie door een meerhoofdige,
ingezonden 18 November heeft minister
Bongaerts o.m. geantwoord dat de meer
derheid der opvattingen z. i. duidelijk
wijst op de noodzakelijkheid van een
directorium. Sedert October van het
vorige jaar wordt de bedrijfsleiding ge
voerd in een vorm en op een wijze die
niet strookt met het inzicht en de wen-
schen der regeering.
De minister schrijft dan dat hij den
directeur-generaal, den heer ir. Damme,
een maand verlof gaf, met opdracht, zelf
de dienstwaarneming op de gewone wijze
te regelen, doch toen deze bij heriialing
weigerde zich daarnaar te gedragen en
zich aldus een gezagsquaestie aandiende,
ontstond voor ondergeteekende hierin aan
leiding den heer ir. Damme tijdelijk (ge
durende de maand Februari) ontheffing
van de uitoefening van zijn ambt te ver
kenen. Deze berichtte hem daarop, dat
dat hij, om in het belang van het bedrijf
verdere mogelijke complicaties te vermij
den, voorshands niet meer ten hoofdbe-
slure zou verschijnen, zulks echter onder
protest en voorbehoud van al zijn rechten.
Hiermede was, voor zoover dit deel be
treft, door ir. Damme van zijn kant aan
de bedoeling van ondergeteekende voldaan
Krachtens art. 1 van het Koninklijk be
sluit van 31 December 1919 no. 78 trok
oude man hen imponeerde. Oom nam
eveneens een cocktail, ging naast tante
zitten, legde zijn hand, waaraan alleen
de trouwring schitterde, op de hare en
samen spraken zij zacht over de begra
fenis. Zij wilden dien jongeren niet las
tig vallen met hun verdriet, en bovendien
was dat iets tusschen hen beiden, het
welk zij alleen begrepen.
Arthur deed enkele belangstellende vra
gen, zonder zich echter op het terrein
van de misdaad te begeven, en ik luister
de opmerkzaam toe. De anderen had
den het over sport.
Even daarna kondigde een lakei in
blauwe livrei met zilveren knoopen aan,
dat het diner gereed stond. Oom bood
mij hoffelijk zijn arm aan, terwijl Ar
thur tante aan tafel geleidde. Naar bin
nen gaande hoorde ik De Weerden zeg
gen; „Zouden wij vanavond toch maar
niet liever thuis blijven?" waarop Char
les zijn cocktail in één teug opdrinkende,
scheen te antwoorden: „Ben je gek,
kerel?"
Aan tafel vroeg oom mij een en an
der over onze zeereis en ik vertelde hem
hoe ongalant het wilde water mij be
handeld had. Hij moest er hartelijk om
lachen en informeerde vervolgens belang
stellend naar onzen tocht door Zeeland
en hoe ik Holland nu wei vond. Deze
vraag werd mij later nog vaak van ver
schillende zijden gesteld en ik begreep
daaruit dat de Hollanders op hun vader
land trotsch zijn; zij hebben er ook reden
toe. I
Na tafel dronken wij koffie in den tuin
hebben vaak last van een gesmetten
of ontstoken huid. Dit is dadelijk te
verzachten en spoedig te genezm door
Doos 80 cent
hij voorts bij zijn beschikking alle beslis
singen in zake die leiding aan zich. Krach
tens art. 11 van hetzelfde besluit belastte
hij drie hoofdambtenaren met de voorbe
reiding van zijn beslissingen, onder zijn
onmiddellijke bevelen en rechtstreeksche
verantwoord-el ij kheidotnder s cheidenl i j k
voor aangelegenheden voor postalen, lech-
nischen en geldelijken aard.
De uitoefening van de functie van direc
teur-generaal werd aldus tijdelijk gesplitst
en, voor zoover het beslissingen betreft,
bjj den ondergeteekende gebracht, en,
voor zoover het behandeling van loopende
zaken betreft, verdeeld over 3 hoofdamb
tenaren.
Als er iets is, waaraan het staatsbedrijf
geen behoefte heeft, dan is hel een com
missie van onderzoek omtrent personeels-
verhoudingen bij het hoofdbestuur. Ook
ondergeteekende heeft daaraan geen be
hoefte.
RECHTSZAKEN.
Kantongerecht te Goes.
Door den Kantonrechter te Goes zijn
veroordeeld wegens overtreding:
Leerplichtwet: A. v. 't W. te Hoede-
kenskerke bij herh. f 10 s. 10 d.
Met auto rijden over een daarvoor ver
den weg: G. J. D. te 's Gravenhage
f 15 s. 15 d.
Met auto zonder noodzaak de linker
zijde van den weg houden: G. B. te
Kapelle f5 s. 5 d.
In de gemeente Kapelle met auto to
hard rijden: J. A. d. R. te Kapelle
f5 s. 5 d.
Als schipper op z|ijn schip niet zijn
naam en woonplaats hebben: J. M. d. S.
te Sas van Gent, C. R. te Waspik f3
s. 3 d.
Paard op openbaren weg onbeheerd
laten staan: P. A. d. W. te Goes f5
s. 5 d.
Zonder vergunning mjjden over spoor
weg: J. v. N. te Kruinimgen f5 s. 5 d.
Vrijgesproken J. Q. C. L. te Kloe-
tinge, beklaagd van Overtreding Arbeids
wet (het booken van vlas in een land-
bouwschuur zonder opgehangen hebbende
een arbeidslijst).
Politierechter te Middelburg.
Zitting van 19 Febr. 1926.
De volgende zaken werden behandeld:
C. J. d. K., 20 jaar, slager te Co-
lijnsplaat, werd beklaagd dat hij in den
tiacht van 1 op 2 Januari 1926 te Korl-
gene M. v. d. Weele gewelddadig op
zijn hoofd heeft geslagen. Eisch f 15
boete of 15 dagen hechtenis. Uitspraak
f 15 boete of 15 dagen hechtenis.
C. M. d. B., 20 jaar, timmerman te
Hans weert, werd beklaagd dat hij op
en rookten de heeren hun after-dinners.
De jongelui verontschuldigden zich en
gingen heen. Wij vernamen het ronken
der motoren.
„De jeugd moet uitrazen, zij heeft
daar zulk een behoefte aan", zei tante.
„Maar, wij, getrouwde menschen, blij
ven gezelligjes bij elkaar", antwoordde
ik. Tante glimlachte tegen mij. Zou zij
bang geweest zijn, dat Arthur en ik het
gezelschap zouden hebben gekozen der
jongelui en dat der ouderen zouden heb
ben versmaad?"
HOOFDSTUK III.
Een vreemd briefje.
Het ontbijt werd altijd in de tuinkamer
geserveerd. De glazen deuren stonden
wagenwijd open en de frissche ochtend
lucht, bezwangerd met den geur van den
nen en bloemen, stroomde binnen. Het
licht vleide zich behaaglijk op bet witte,
glanzende tafelkleed, op het porseleinen
servies en scheen op te loopen tegen hei
lichte behang en te blijven rusten op
het witte plafond, van waar af een ko
peren ketting hing met een laimp van elec-
trische kaarsen.
Wanneer je deze kamer binnenging,
was je vanzelf vroolijk gestemd en er
was geen sprake van, dat, al was je ook
met het verkeerde been uit bed gestapt,
je met datzelfde been dit vertrek zou
binnenstappen.
(Wordt vervolgd).