N\ 12.
Woensdag 27 Januari 1926
113® Jaargang.
9i FEUILLETON
„K"
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal, in Goes f2,
buiten Goes f2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt: Maandag-, .Woensdag
en Vrijdagavond.
GOME i COURANT
Uitgave Naamlooze Vennootschap Goesche Courant tjaApSgjl] en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf
ADVERTENTIEN
van 15 regels fl,20, elke regel
meer 24 cent. Driemaal plaatsing
wordt tweemaal berekend.
Familieberichten 110 regels f2,40.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 15
cent per regel. Advertentiën worden
aangenomen tot 12 uur voormiddag.
BUITENLAND.
De toestand in het verre Oosten.
De correspondent van. de Daily Maal
te Peking seint, .dat de toestand, tenge
volge van het conflict tusschen Tsjang
Tso Lin etn de Sovjet-regeering over den
Oosterspoorweg naar aanleiding van de
arrestatie van Iwanof, zeer ernstig is. Een
oorlog tuisschem Tsjang Tso Lin, en Rus
land in Noord Mandsjoerije zal vermoe
delijk ook Japan, in oorlog brengen, welk
land verplicht is zijn onderdanen en uit
gebreide belangen te beschermen. De
hoofdspoorweg is afgesneden. Zevendui
zend man Sovjet-troepen zouden dicht
nabij de Chineesche grens zijn geconcenr
treerd. Intusschen hebben de Chineezen
alle leden van de Russische vak vereen i
gingen te Charbin gearresteerd.
In sommige telegrammen wordt mel
ding gemaakt, dat generaal Tsjang Iwa
nof vrijgelaten heeft, andere telegrammen
echter maken daarvan geen melding.
Van het antwoord van den Moekden-
schen dictator Tsjang in deze, hangt, al
dus schrijft „Het Vaderland" zéér veel
af. Ziet hij er zijn voordeel in den mach
tige te spelen, 'die in zijn gebied de be
velen geeft, vreest hij de Russische be
dreiging niet en wordt hij niet door bui-
tenlandsqhe invloeden tot toegeven gedre
ven, dan kan men binnen enkele dagerfn
voor belangrijke gebeurtenissen staan.
Want achter den strijd tusschen de
Russen en Tsjang staat 'het heele com
plex van belangentegenstellingen in het
Verre Oosten. Wanneer daarin iets ver
schoven wordt, kan alles gaan draaien.
Die onmogelijkheid spreekt uit de vol
gende feiten:
Een bericht uit Engelsche bron uit Pe
king ontvangen zegt: „Volgens particu
liere inlichtingen uit Moekden, is de ver
houding tusschen Rusland en Japan in
Mandsjoerije zeer ongunstig. De verhou
ding is reeds gespannen geweest sedert de
bezetting van de Siberische provincies
in de jaren 19181921. Aanmerkelijke
versterkingen van Japansche troepen zijn
in den laatsten tijd naar Mandsjoerije ge
zonden".
De „Morning Post" maant de Engel
sche regeering aan de Chineezen bij te
staan tegen de Russen en de „Daily Mail"
bepleit een samengaan van Engeland, Ja
pan en Amerika met Tsjang Tso Lin
tegen de soVjets.
De berichten zijn als symptonen van
de bestaande tegenstellingen te beschou
wen (Rusland-Japan en Rusland-Enge-
land). Als aanwijzingen van den gang van
zaken kunnen zij niet gelden.
Ter nadere oriënteering geven wij daar
om een uitvoeriger uittreksel uit de
rede van den Japaeschen minister van
buitenlandsche zaken Sjidehara. Twee op
vallende karaktertrekken heef t die rede, te
gemoetkomendheid jegens China en vrien
delijkheid jegens Rusland.
Jegens China: „Goede waarnemers van
de ontwikkeling in China kunnen niet na
laten op te merken, dat de teekenen van
politieke ontwaking onder het Chineesche
volk toenemen. Het oude China is aan het
verdwijnen, het maakt plaats voor het
nieuwe China. Het zou een groote fout
'door
MARY ROBERTS RINEHART.
Uit het Engelsch vertaald door
A. M. ROOSENSTEIN.
Sidney zat op den stoep te wachten.
Wat was alles toch mooiEn hoe schoon
was het leven! Als men in het leven
zijn best deed, vond men er toch altijd
een belooning voor. Wat waren K.'s oogen
energiek. Zij zag het opvlammen van
den lucifer aan den overkant van de
Straat. Vroeger zou zij het kluchtig heb
ben gevonden, nu scheen het haar erg
aandoenlijk toe.
Katie had de automobiel gehoord en
kwam zwaar door de gang aanstappen.
„Dit heeft een vrouw voor meneer K.
gebracht", zei ze. Als U denkt, dat het
een bedelbrief is, doet U beter hem ach
ter te houden tot morgen, als hij zijn
nieuw pak kleeren heeft. Hij is elk
oogenblik in staat alles weg te geven".
Doch het was geen bedelbrief. K. las
hem in de gang met Sidney's stralende
oogen op hem gericht. De brjh@f begon
zonder inleiding: j
zijn de belangrijke veranderingen te ont
kennen, die in het verloop der laatste jaren
in China hebben plaatsgegrepen. Mili
taire machthebbers mogen, omhoog komen
of ten val gebracht worden door de oor
logsfortuin, het nationale bewustzijn kan,
als het eenmaal is ontbrand, niet meer
onderdrukt worden. Elke druk er op uit
geoefend zal het slechts sterker maken.
„De ontwaking van het Chineesche volk
heeft zich in de eerste plaats geuit in den
eisch van tarief-autonomie. De vele moei
lijkheden, die daardoor ontstonden zijn
met goed gevolg overwonnen en op 19
November (1925) is in een resolutie van
een der commissies der douane-conferen
tie aangenomen over de aanvaarding der
douane-autonomieEen commissie voor
de exterritorialiteit in China is nu aan het
werk. Wij hebben altijd zeer syfnpatliiek
gestaan tegenover het rechtvaardig ver
langen van het Chineesche volk om vol
ledige juridische autoriteit te verkrijgen
en wij zien de conclusies en aanbevelin
gen der oommissie met groote belangstel
ling tegemoet".
Over Rusland zei Sjidehara„Onze be
trekkingen met de Unie van Sovjetrepu
blieken worden voortdurend beter. Over
eenkomsten voor olie- en steenkoolconces-
sies op Noord-Sachalien zijn den 14en
December geteekend door de Russische
autoriteiten en vertegenwoordigers van
onze industrieele concerns. Wij begroeten
den welgeslaagden afloop van deze on
derhandelingen als een doorslaand be
wijs van de gevoelens van goede nabuur
schap, die beidie naties verbinden.
„Er zijn den laatsten tijd geruchten
in omloop geweest, die de Sovjet-unie be
tichtten van zekere agressieve plannen
in Noord-Mandsjoerije. Zoover mijn in
lichtingen gaan, heb ik geen reden ont
dekt om aan dergelijke berichten eenig
geloof te hechten. Sinds de hervatting van
de officieele betrekkingen tusschen. Ja
pan en de Sovjet-unie een jaar geleden,
streven wij er naar alle ongegrond mis
verstand te verbannen en het vriendschap
pelijk verkeer tusschen beide naties te
bevorderen. Wij zullen voortgaan onze
beste krachten in te spannen om in die
richting voort te gaan".
Deze woorden zijn zeer vriendelijk,
doch in vriendelijkheid ligt vaak een waar
schuwing en men zou er een bedreiging
in kunnen lezen, indien Rusland in Mands
joerije agressieve plannen ontwikkelen zou.
Hotelbrand.
Bij een hotelbrand te Allen town (Pen-
sylvanië) zijn vijf personen gedood, ter
wijl nog elf personen vermist worden.
Het gebouw, dat vier verdiepingen tel-
is verwoest. Twintig logeergasten zijn ge
wond, doordat zij uit de vensters sprongen.
SCHOOL EN KERK.
Het belang van vakopleiding.
Het bestuur der afdeelmg 's Graven-
hage der Vereeniiging tot bevordering van
de vakopleiding voor handwerklieden en
de commissie van advies dier vereenigimg
verspreiden een omzendbrief, waaraan is
ontleend
„Zal ons land op den duur zijn groote
„Ik ga naar Afrika met één van mijn
nichten. Zij is medische zendeling. Mis
schiem kan ik daar iets goed maken. Het
is een ongezonde plaats aan de westkust.
Ik ga niet, omdat ik eemige roeping tot
het werk gevoel, maar omdat ik niets an
ders weet.
U was zeer vriendelijk voor me, eeni-
ge dagen geleden. Ik geloof, dat, als ik
U toen alles verteld had, U nog vriende
lijk zoudt geweest zijn. Ik had het U
willen vertellen, maar vrees weerhield me.
Het was niet mijn bedoeling iemands
dood te veroorzaken. U zult dat geen
excuus vinden, maar het is niettemin waar.
In het hospitaal, toen ik de flescbjes
op het medicijnblad van zuster Page ver
wisselde, kon het mij niet veel schelen
wat er gebeurde. Maar met U was het
iets anders. 1 i
U ontsloeg mij, zooals U weet. Ik
had de sponsen niet goed geteld. Ik be
sloot mij op U te wreken. Het scheen
ondoenlijk U was zoo nauwkeurig.
Een paar dagen lang dacht ik er over hoe
ik U zou kunnen treffen. Toen vond ik
het middel.
„Herinnert U zich de pakjes spons
jes, omwonden met verbandgaas, welke
wij in de operatiekamer gebruikten? Er
zaten twaalf in elk pakje. Als wij ze ge
reed legden, telden wij alleen de pakjes.
Den avond voor ik vertrok ging ik naar
de operatiekamer en deed luer en daar
bevolking kunnen blijven onderhouden, dan
moet ook hier het peil der vakbekwaam
heid zoo spoedig mogelijk worden opge
voerd. Dat hier inderdaad gebrek aan
goede vaklieden is, wordt wel bewezen
door het feit, dat het nu, niettegenstaande
de groote werkloosheid, nog moeilijk valt
om go'ed geschoolde werklieden, die wer
kelijk hun vak verstaan, te krijgen. De
belangstelling om een goede vakopleiding
te krijgen, is hier te lande bij de industri
eele arbeiders uiterst; gering en vaak ont
breekt de wil of de liefhebberij, om van
de b.v. door fabrieksscholen geboden ge
legenheid gebruik te maken. Men ziet te
weinig in, dat een goede opleiding in de
jeugd waarborgen biedt voor eetn behoor
lijk bestaan en geeft de voorkeur aan het
iets hoogere loon, dat de ongeschoolde
jonge arbeider in zijn jeugd kan maken.
Dit brengt op onze arbeidsmarkt een on
evenredig aantal ongeschoolden of half-
geschoolden, die eigelnlijk geen enkel vak
verstaan en wier lot op den, duur is öein
zich verdringen op de markt der losse
arbeiders, tegen een minimum belooning.
Wat is de oorzaak van dit gebrek aan
belangstelling van de zijde der industri
eele arbeiders in een goede vakopleiding?
In de eerste plaats, dunkt ons, het ge
ringe verschil in belooning tusschen een
goed en een slecht vakman. Het is niet
te ontkennen, dat de vakvereeni gingent,
met hun streven naar nivelleering der
loonen (minimum loonen zoo hoog moge
lijk opvoeren) hieraan voor een deel
schuld hebben. Bij een belooning van den
arbeider naar prestatie zal ongetwijfeld
de bekwame twee of meermalen zooveel
kunnen en moeten verdienen dan de on
bekwame. Aan de arbeiders en vooral
aan de bekwame vakarbeiders is het,
om zich te keeren tegen het streven, dat
in vele vakvereenigingen voorzit, om, uit
gaande van zeer hooge loonen (minimum),
de individueele belooning der leden van
zulk een vakvereeniging aan normen te
binden, die practisch beteekenen een mb
velleering, die voor belooning van vakbe
kwaamheid, handigheid en extra intelli
gentie, weinig of geen ruimte overlaat".
UIT DE PERS.
De Coalitie.
„Koningin en Vaderland", c.-h. week
blad onder hoofdredactie van het Tweede
Kamerlid J. R. Snoeck Henkemans,
schrijft over het opgeven door dr. de Vis
ser van de pogingen om de kloof tusschen
c.-h. en r.-k. te overbruggen:
Het verheugt ons, dat een einde geko
men is aan het gemartel, nu twee maanden
lang, om een cement te vinden tot samen
binding van tweeërlei bouwsteen, waartus-
schen verbinding nu eenmaal onmogelijk is.
Ieder, die eerlijk en ernstig den aard
van het gerezen conflict onderzoekt
ieder die eenige studie maakt van de
Roomsche leer omtrent de verhouding van
de Kerk tot den Staat, gelijk deze o.a.
duidelijk tot uiting komt in de jongste
encycliek van Paus Pius XI van 11 De
cember 1925 en die let op de scherpe
wijze, waarop door Groen van Prinsterer
en de Savornin Lohman positie werd ge-
een sponsje te veel in. Van ieder dozijn
pakjes, deed ik in één pakje dertien spons
jes. Den volgenden dag ging ik weg.
Toen drong het ontzettende van de daad
tot mij door. Als er eens iemand door
stierf? Het was mijn bedoeling alleen, U
moeite te veroorzaken; ik dacht, dat het
U alleen zou noodzaken enkele gevallen
tweemaal te behandelen. Ik zweer, dat
dat alles was. Ik was zoo bang, dat ik
er ziek van werd. Toen ik beter was,
hoorde ik, dat een patiënt U ontvallen
was; men fluisterde over de oorzaak.
Ik stierf bijna van ontzetting.
Op een avond trachtte ik in het hos
pitaal te komen. Ik klom den brandlad
der op, doch de ramen waren gesloten.
Daarop ging ik de stad uit. Ik kon het
niet verdragen. Ik durfde geen krant
meer te lezen.
Ik zal dezen brief niet onderteekenen.
U weet van wie hij komt. Ook ben ik
niet van plan U vergeving te vragen.
Die verwacht ik niet. Doch, dien avond
toen ik U bezocht, deed één ding mij
meer dan iets anders pijn, U zei, dat U
het vertrouwen in U zelf verloren hadt.
Daarom schrijf ik U; er is geen reden
om aan U zeilf te twijfelen. En U zei
nog iets anders dat iedereen terug
kon. Of ik dat kan?"
K. stond in de gang van het kleine
huis met den brief in de hand. Even ver
der* pp den stoep, stond Sidney op hem
nomen tegen die Roomsche leer hij
moet tot de slotsom komen, dat eene ver
zoening tusschen deze twee beginselen
onmogelijk is.
Willen dus Roomschen en Christeüjk-
Historischen hetgeen wij nog steeds
in 's lands belang geboden achten op
politiek gebied weder samenwerken; dan
is het volstrekt vereischt, dat op dit
principieel, punt bedden elkanders vrij
heid en beweging volkomen eerbiedigen,
en dat beiden, zonder morren aanvaarden
de beslissing, die terzake door de Sta
ten Generaal genomen is of nog mocht
worden genomen.
Het is de fout van het oogenblik, dat
de Roomsch-Katholieken op' 11 Novem
ber 1.1. deze aanvaarding weigerden. Zij
verbraken de samenwerking1 en de R. K.
Ministers trokken zich uit het Kabinet
terug; waarop het Kabinet meende,onder
die omstandigheden zijne taak niet te
kunnen voortzetten.
Men kan dit alles betreuren, zelfs hoo-
gelijk afkeuren; maar men kan het niet
ongedaan maken. Een poging tot samen
smelting van metalen, waairtusschen air
liage, naar hunnen aard, onmogelijk is,
moet mislukken. Tracht men toch iets te
beknutselen, dan verkrijgt 'men een zwak
en broos product.
Een gelijmde en gelapte meerderheid
bwedt geen steun en een Kabinet, dat
er toch op wilde rusten, zou spoedig be
merken te hebben gesteund op een gebro
ken staf.
Dit alles kan diep teleurstellen; maar
het is niet weg te redeneeren, ook niet weg
te repareeren. De Roomsch Katholieken
deden te kwader ure een crisis ontstaan
op een punt, waarop zij konden weten,
dat schikken en plooien onmogelijk is.
Er zit o.i. niet anders op, dan zich neer
te leggen bij deze werkelijkheid. Hoe hard
zij schijne, zij is niet weg te nemen.
De kabinetscrisis.
„Het Vaderland" schrijft over het niet
slagen van dr. De Visser:
Hij heeft het .zoover gebracht, dat de
Christelijk Historischen zich bij de ac
crediteering van het gezantschap te Bern
bij den Paus zouden neerleggen, en dat
ook de vier katholieke ministers dit zou
den doen. En dat alle demissionaire mi
nisters bereid waren te blijven, als de
Christelijk Historischen en Katholieken
het door de Visser aangeboden acooord
aanvaarden wilden, en de Anti-revolu
tionairen het compromis goedkeurden.
Maar toen is de boel verknold. In
de eerste plaats door de Katholieken, die
den Christelijk Historischen den eiseh
stelden, om af te zien van de indiening
van eene motie van teleurstelling over den
afloop van de zaak, die ze noodig had
den tegenover hunne partij, en die de
Katholieken best hadden kunnen toelaten,
daar noch de S.D.A.P. noch de V.D.
daaraan hunne stem hadden kunnen geven
na het program van Marchant.
Maar den doorslag gaf het bescheid
dat de Visser kreeg van de anti-revolu
tionaire Kamerclub. Deze zou zich wel
neerleggen bij het compromis, maar voeg
de daaraan de mededeeling toe, dat nie
mand van de fractie, als dat compromis
in de Tweede Kamer werd aangevallen,
te wachten. Zijn armen waren nog warm
van de omknelling van haar. Verder lag
de Straat, en nog verder lag de wereld
en zijn taak, die hem riep. Hem wachtte
de arbeid, de kracht om dien te ver
richten, de hand van een goede vrouw
in moeilijkheden en een voorzienigheid,
die hem beschermde.
„Kom je, K.?"
„Ik kom", antwoordde hij. En toen hij
bij haar was, boog zijn lange gestalte
zich tot zitten op de lage stoep en kuste
hij eerbiedig den zoom van haar zacht
wit kleed.
Aan den overkant schreef de heer
Wagner in biet duister en stak toen een
lucifer aan.
„Dus K. en Sidney Page worden toch
nog een paar!" had hij geschreven. „Zij
is een lief meisje en hij een man van één
stuk. Maar, naar mijn meening, is een ze
kere juffrouw
Juffrouw Mc Kee bloosde en blies de
lucifer uit.
I
September liep nu ten einde in de
Straat. Joe was weg en zijn moeder keek
met medelijden-wekkende belangstelling
naar den postbode uit; juffrouw Rosenfeld
schikte lusteloos de nieuwe meubels in
haar grooter huis; Johnny bestuurde he-
melsche automobielen met krachtige bee-
nen voor rem en inschakeling; Max her
stelde en voelde naar zijn das wannier
bereid was, dat te verdedigen.
Dat was natuurlijk voor den Hr. Co-
lijn eene onmogelijke positie, die hij dus
niet aanvaardde, waardoor al het werk
van de Visser mislukte, en ook zijn kans
tom een rechts georiënteerd extra-parlemen
tair Kabinet te formeeren verloren ging.
De houding van de Anti-revolutionaire
fractie was er natuurlijk niet eene -van
vijandigheid tegen den leider, maar van
moeheid om steeds te zijn de fractie van
Rechts, die da harde slagen opvangt van
de maatregelen waarvoor toch feitelijk de
heele Coalitie verantwoordelijk is. De toe
stand lijkt ons op het oogenblik zoo, dat
een deel van de Katholieken en de Chris
telijk Historischen hopen, dat Limburg
slaagt, een ander deel, en zeker niet
onbelangrijk deel, wil het aanblijven van
het ministeria-Colijn.
De „uiterste noodzaak" door Prof .Ver
aart bepleit, heeft o.i. niet de minste kans,
terwijl de Anti-revolutionairen zich wel,
als het daartoe komen mocht, bij het aan
blijven van het Kabinet zouden neerleg
gen, maar toch eigenlijk liever zich op
hun eigen erf terug zouden trekken,
Smeenk en Schouten in de eerste plaats.
En van de Coalitie kan men zeggen,
wat Aenent van Aemstel van de Kerst
nacht zei; zij ligt in stukken.
BINNENLAND.
Een jubileum.
De heer A. J. ten Hope, directeur
der Naaml. Venn. A. J. ten Hope's
Handel Maatschappij de bekende Rol-
terdamsche firma, die de niet minder ver
maarde „Victoria"-artikelen (o.a. Peper
munt en Biscuits) en „Liebig"-producten
in den handel brengt herdenkt Maan
dag a.s. den dag waarop hij zich vóór 25
jaren zelfstandig vestigde onder den fir
manaam A. J. ten Hope, welke zaak
later werd omgezet in bovengenoemde Ven
nootschap. De geheele dag zal een man
of meer feestelijk karakter dragen: des
namiddags 1 uur wordt die Jubilaris ten
kantore der Vennootschap, Ruige Plaat-
weg 33, door Commissarissen en Het ge
zamenlijke personeel gehuldigd, terwijl van
2V24V2 uur de gelegenheid is openge
steld den heer ten Hope persoonlijk mei
zijn jubileum geluk te wenschen. De dag
zal worden besloten met een intieme feest
avond, door de Directie der Vennoot
schap aan personeel en genoodigden aan
geboden.
Mr. Marchant en de crisis.
Naar uit Sneek aan het „Volk" wordt
gemeld, sprak Mr. Marchant daar Vrij
dagavond en zei hij, na het verloop der
crisis geschetst te hebben, over de aan
Mr. Limburg toen nog te verstrekken op
dracht tot kabinetsformatie o.a.Mr. Lim
burg is een der onzen. Dat Mr. Limburg
een dergelijke opdracht aanvaarden zal,
ik kan het niet gelooven, maar indien hij
het doet, dan wenden wij ons van Mr.
Limburg af. Ik kan het echter niet ge
looven".
In een onderhoud met den1 parlemen
tairen r edacteur van de „Tel." heeft Mr.
Marchant uiteengezet, wat z.i. de hou
ding der Vrijz. Dem. fractie zou zijn
in zijn nabijheid
kwam, docK luisterde aandachtig als hij
Dr. Ed.'s zware stap in de gang meende
te hooren; Tillie wiegde haar kindje in
de warande en Carlo tta staarde west
waarts over de rollende golven; Christine
nam haar last op met nieuwen moed en
Grace legde de hare afJoe's treurige jonge
oogen werden kalmer in die rust va,n de
tropen.
De zusters knielden neer voor het
avondgebed in de kleine kamer van het
hospitaal. Het hoofd las voor, en in haar
stem klonk de vermoeienis van een moei
lijken dag.
„De Heer is onze herder. Mij zal
niets ontbreken. Al zal ik gaan door de
valleien des doods, ik zal niet vreezen."
Sidney, op haar knieën in de kleine
kamer, herhaalde de woorden met de an
deren.
K. is uit de Straat gegaan en zij zal
hem spoedig volgen. Terwijl zij met de
anderen antwoordt, ziet zij zijn ener
gieke oogen voor zich en bidt zij, dat
zijn omarming haar niet moge doen ver
geten haar gelofte van naastenliefde en
dienst; dat zij nooit een dronk water
moge onthouden aan de dorstigen of haar
armen aan een vermoeid kind.
EINDE.