rAi^nn? rAI in i hit - uiltiiMnll m futlUKilli 1 N°. 3. Maandag II Januari 19^6 115* Jaargai 84 FEUILLETON „K" Moeders Dienstaanbiedingen en aanvragen 15 Uitgave Naamlooze Vennootschap Goesche Courant J en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf cent per regel. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voormiddag. ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f2, buiten Goes f2, Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt: Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. BUITENLAND- Een generaal, die er genoeg van heeft- De Chineesche Christen-generaal Feng heeft er het bijltje bij neergelegd en is plotseling verdwenen, nog wel in de ure van zijn succes. Er zijn naar de diplomatieke mede werker van de „Daily Telegraph'' uit eenzet drie theorieën opgeworpen om de voltefaoe van Feng te verklaren. Maar deze verklaringen berusten natuurlijk ge heel, of voor een groot deel op „men zegt'si' van vage herkomst. Zoo zijn er dan, ook onder de diplomaten te Peking, die gelooven, dat een belanghebbende (bui- tenlandsche) partij den generaal heeft ui- gekocht. De medewerker van de „Daily Telegraph" zegt er niet bij welke belang hebbende natie dat zou zijn geweest. Men mag vermoeden dat Feng de tegenstan der van Tsjang dan zou zijn „ge kocht" door de medestanders van Tsjang, d. z. de Japanners. Maar misschien is ook wel een andere uitlegging mogelijk. Een tweede groep beoordeelaars van den toestand in China zïet in Feng's heen gaan niets dan een misleidende, een on oprechte schijnbeweging die herinnert aan iets dergelijks, door Feng onderno men im 1923. Hij zou dan, met andere woorden, naar Moskou zijn gegaan om zich er persoonlijk van te vergewissen, dat de sowjet-regeering hem opnieuw oor- logsbenoodigdheden en geld zou verstrek ken. Want wil Feng met kans op succes zijn strijd tegen andere gegadigden om de militaire hegemonie in China voortzet ten, dan moet er weer steun zijn. Dat is de tweede theorie; maar er is nog een derde, die door vele beoordeelaars van den stand van zaken in China wordt gehuldigd. En die opvatting is, dat Feng er oprechtelijk genoeg van heeft en dat zijn overwinning te Tientsin een „Pyr- rhus-overwinning is geweest". Zijn ver liezen aan doodeai en gekwetsten waren reusachtig; en ook zijn muiriiitievoorraden zijn zeer sterk geminderd, waardoor de beide groote tegenstanders Tsjang in het Noorden en Woe in het Zuiden er op dit oogenbffi beter voorstaan dan bij. Bovendien heeft de nederlaag van Koeo-soenling Feng's positie uitermate verzwakt. Dan zijn twee van de drie legers, die tot nu toe onder Tsjemg ston den niet meer te vertrouwen. Alles te- zaam genomen is het volkomen tc begrij pen, wanneer Feng de heele misère op- rechtelijk beu is. Te Peking is men over het heengaan van Feng allerminst gesticht, want het hek is nu van den daan en het wordt niet tot de onmogelijkheden gerekend d t het in de hoofdstad komt tot een coup van bolsjewistische zijde: iets in den geest van wat indertijd te Kanton is voorgevallen. De crisis in Duitschloand. De rijkspresident heeft besloten om de aanstaande bijeenkomsten van de partij- groepen uit den Rijksdag af te wachten, alvorens aan een bepaalde persoonlijk heid de opdracht tot vorming der nieuwe regeering te verieenem De rijkspresident heeft Fehrenbadh en door MARY ROBERTS RINEHART Uit het Engelsch vertaald door A. M. ROOSENSTEIN. Zooals gewoonlijk bracht Sidney dien avond een uur bij Max door. Zijn groote stoel was dicht bij het raam geschoven en daar trof zij hem aan, terwijl hij zat uit te kijken. Ze kuste hem. Doch ditmaal ving hij haar in zijn armen en hield hij haar vast, biplaats van haar te laten gaan. „Ben je blij?" „Zeer blij", antwoordde ze kalm. „Lach dan tegen me. Je lacht noout meer. Je behoort te lachen. Je mond „Ik ben bijna altijd vermoeid, Max; dat is alles." Zij zag hem flink aan. „Ben jij niet van plan mi; je te laten aanhalen. Je gaat altijd zoo ver weg, dat ik je niet bereiken kan „Ik zocht naar de krant om je voor te lezen". Een plotseling vermoeden vlamde op in zijn oogen. „Sidney". „Ja, lieve". Koch, de leiders van centrum en democra ten verzocht Maandagmorgen (heden) tot hen te komen en dan een blindende ver klaring mee te brengen ten aanzien van de vraag of een regeering op de basis der groote coalitie nog mogelijk wordt geacht, want de rijkspresiident acht zich anders niet verantwoord de regeerings- vormang nog langer uit te stellen. Nieuwe arrestaties van Hongaarsche valsche munters* Het blad A Reggei bericht uit Boeda pest dat bij het verhoor van den bisschop aalmoezenier Zandraveez diens directe deelneming aan de verval schin gen on- omstootelijk is vastgesteld. Alle beambten van het militair geografisch instituut heb ben verklaard, dat de bisschop hun den eed van stilzwijgendheid had afgenomen. In verband met de arrestatie van generaal Haat, den vroegeren directeur van het cartografisch Staatsinstituut, meldt het blad, dat deze de technische adviseur der vervalschers was en hom werk herhaalde lijk controleerde. Rusland en de ontwapeningsconferentie- De Sowjet-regeering heeft thans aan het secretariaat van den Volkenbond la ten weten, dat zij bereid is gedelegeerden te zenden naar de commissie ter voorbe reiding van de ontwapeningsconferentie. Dit bericht is in Engeland met ge mengde gevoelens ontvangen. Weliswaar acht men het een stap in de goede rich ting dat de Russische regeering thans of ficieel aan een bespreking der andere mo gendheden deel neemt, doch men vreest, dat Sowjet-Rusland slechts aan de be sprekingen wenscht deel te nemen omdat het daarin een goede gelegenheid voor pro paganda ziet. Een spoorwegongeluk in Klein-Azië. Op de lijn PandemiaSoma is nabij Bali Keszi een trein ontspoord. Verschei dene rijtuigen schoven in elkaar. Drie pas sagiers zijn gedood en 25 gewond. BINNENLAND. De kabinetscrisis. De Tijd meldt: In de vergadering van de R.K. Kamer fractie, die Vrijdagmiddag is gehouden, waren op vier na alle leden aanwezig. Afwezig waren de heeren Hermans, Moi ler, Rutten en Van Voorst tot Voorst. De bijeenkomst heeft van 2 uur tot half vijf geduurd. De R.-K. Tweede Kamerfractie zal a.s. Dinsdag te 3 uur bijeenkomen. Uit dit feit mag men o. i. afleiden, dat in de vergadering van Vrijdag geen definitief besluit kon worden genomen en het over leg voortduurt, alsmede dat zelfs in het allergunstigste geval een oplossing van de kabinetscrisis niet voor Woensdag a.s. kan worden verwacht, aangenomen dat de loopende onderhandelingen, die van moei lijken aard zijn, tot een goed einde wor den gebracht. We lezen in de „Res.-bode": Naar aanleiding van de Vrijdag ge houden fractie-vergaderingen vernemen wij „Je hebt niet gaarne, dat ik je aan raak. Kom eens hier, zoodat ik je kan zien". Zij kwam vlug, uit vrees, dat ze hem zou agiteeren. Voor een oogenblik was hij gerustgesteld. „Zoo is het beter. Wat ben je lief, Sidney!" Eerst bracht hij de eene hand aan zijn lippen, toen de andere. „Zul je mij ooit vergeven?" „Als je dat van Carlotta bedoeld, heb ik je al lang vergeven". Hij was bijna jongensachtig verlicht. Wat was ze een wonder. Zoo lief en zoo verstandig. Menige vrouw zou hem dat jaren lang verwetten hebben niet dat hij op dat uitstapje, dat -hem nu een nachtmerrie Leek, iets verkeerds had ge daan. Doch zoo veel vrouwen stappen niet licht over een belofte heen. „Wanneer ga je met mij trouwen?" „Daarover behoeven wij van avond niet te spreken. Max" „Ik kan zoo moeilijk buiten je. Ik wacht liever niet, liefste. Laat mij Ed. vertellen, dat je mij spoedig zult trou wen. Ais ik dan wegga, zal ik je mee nemen". „Kunnen we die dingen niet bespre ken als je sterker bent?" Haar toon trok zijn aandacht en hij werd een weinig bleek. Hij liet haar voor het raam komen, zoodat het volle licht op haar viel. „Welke dingen? Wat bedoel je?" Als uw Kinderen zich bezeerd hebben, gebruik dan onmiddellijk 80-60-90 ct. PUROL uilt parlementaire kringen, dat inderdaad tusschen de aftredende ministers een compromis is bereikt inzake het gezant schap en wel in dien zin, dat de gezant te Rome naar elders wordt overgeplaatst maar tevens bij het Vaticaan geaccredi teerd blijft. Bij de katholieke Kamer fractie moeten tegen deze oplossing, waar bij het gezantschap bij het Vaticaan wei nig meer wordt dan een ornament, ern stige bezwaren zijn gerezen, waarbij Vrij dag geen overeenstemming kon worden bereikt. Deze bezwaren zullen te bevoeg- der plaatse ter kennis worden gebracht en daarna zal de katholieke Kamerfractie Dinsdag opnieuw vergaderen. Op onze vraag of op een spoedige op lossing van de crisis gerekend kon wor den, antwoordde men ons, dat die moge lijkheid bestaat, maar zekerheid is daar voor nog allerminst. Op onze vraag of het thans bereikte I compromis niet dezelfde oplossing inhoudt, welke een! ge weken geleden door de vier katholieke ministers als iri strijd met de waardigheid van den H. Stoel is afge wezen, moest men ons het antwoord schul dig blijven. De katholieke fractie althans is niet op de hoogte gesteld met de on derhandelingen,die toen door den formateur met de katholieke ministers zijn gevoerd. Het postpersoneel. De Centrale Bond vain Nederiaodsch post- en telegraaf- en telefoonpersoneel deelt medet De minister van waterstaat heeft Za terdagmorgen in audiëntie ontvangen de besturen van den Centralen Nederland- schen Ambtenaarsbond, van den R.-K. Postfoond St. Petrus, van den Cbriste- telijken Postbond Door Plicht tot Recht en van den Centralen Bond van P.T.T.- personeel. De delegatie stelde voorop, dat de in de commissies van overleg geformuleerde voorstellen, n.l. f 1800 jaarloon voorden brievenbesteller en verhooging ook voor de andere lagere ambtenaren bij P. en T., onverkort werden gehandhaafd. Zij heeft verder nadrukkelijk gewezen op den noodtoestand vain dit personeel en be pleitte tenslotte voor hen, die 51 uur per week arbeid verrichtten, een verhooging van 96 cents' per week, welke naar de delegatie aantoonde valt binnen het kader van de pas tot stand gekomen her ziening van het Bezoldigingsbesluit 1925. De minister deelde in zijn antwoord mede, dat de regeering niet van meening is, dat het „plooien-gladstrijken" verhoo ging van het levenspeil tot gevolg moest hebben, doch uitsluitend bedoelde aan wijsbare fouten in het Bezoldigingsbesluit weg te nemen. Uitgaande van .dit s andpumt kon het lager P.T.T.-personeel met voor verhooging van salaris en uitkeering over 1925 in aanmerking komen. De regeering kan ook niet toegeven, dat het lager P. T.T.-persomeel, in zijn geheel genomen, Hij had er haar toegebracht. Zij had willen wachten. Doch met zijn scherpe oogen op haar gericht, kon ze niet vein zen. „Ik sta op het punt om je voor een kort tijdje ongelukkig te maken". „Wel?" „Ik heb veel tijd gehad om te denken. Als je me werkelijk had liefgehad, Max „Maar, mijn God, ik heb je toch lief." „Ik ben niet boos. Zelfs niet ja- loersch. Eerst wel. Maar dat is het toch niet. Het is moeilijk om het je uit te leggen. Ik geloof, da.t je wel van me houdt „Ik heb je lief. Ik zweer, dat ik nooit een vrouw zoo heb liefgehad als jou". Plotseling herinnerde hij zich, dat hij ook gezworen had met Caroltta te breken. Hij wist dat Sidney er ook aan dacht; doch zij toonde het niet. „Dat is misschien waar, Je zoudt mis schien van mij blijven houden. Soms ge loof ik, dat je dat zoudt doen. Maar er zouden altijd andere vrouwen in je leven zijn, Max. Zoo ben je. Misschien kun je er niets aan doen." „Als je mij lief had, zou je alles met me kunnen doen". Hij was bijna norsch. Aan de plotselinge verandering van haar kleur zag hij, dat hij haar getroffen had. AL zijn gissingen omtrent de wijze waarop Sidney zijn omgang met Car lotta zou opvatten, waren gebouwd op ui vergelijking met arbeiders in het vrije bedrijf, te laag wordt bezoldigd. De her ziening van het Bezoldigingsbesluit is thans afgeloopen. Voor 1925 kan de re geering niets meer doen. Bij een reorga nisatie van het dienstvak der posterijen en telegrafie, welke (naar de minister hoopt) binnenkort haar beslag zal krij gen, zal ook voor het lager personeel re organisatie aan de orde kunnen komen, die, aldus de minister meer bevre diging zal wekken, dan een vprhooging over de geheele lijn van de bestellers op dit oogenblik, van f 0,96 per week. Vragen van dhr. Braat. De heer Braat, lid van de Tweede Ka mer, heeft aan den minister van binmen- nenlandsche zaken en landbouw de vol gende vraag gesteld: Is de minister bereid, spoedig maat regelen te nemen om de door den jong- sfen watersnood geteisterde personen en gemeenten aan de openbare liefdadigheid te ontrukken, door hen uit 's rijks schat kist schadeloos te stellen? Faillissementen in Nederland. Volgens mededeellng van het Handels informatie-bureau van Van der Graaf Go.'s Bureaux voor den Handel zijn over de afgeloopen week, eindigende 7 Jan. in Nederland uitgesproken 69 faillissementen tegenover 70 faillissemen ten in dezelfde week van het vorige jaar. De ho etiiderpe st. Op de vragen van den heer Weitkamp betreffende het nemeln van maatregelen tegen den invoer van Belgisch pluimvee, in verband met te Sittard voorgekomen hoenderpest, heeft minister De Geer ge antwoord, dat tot op heden de ziekte zeer beperkt is. gebleven en geen neiging vertoont om zich van het eeine erf naar het andere uit te breiden. De vraag, welke maatregelen tegen den invoer van besmet pluimvee zijn te nemen, en met name of de eiseh van een over te leggen bewijs van gezondheid wel afdoende zou zijn, is hij den veeart- senajkundigen dienst in onderzoek. STADS-NIEUWS. Lezing Dr. B,oesnach. Wij verwijzen onze lezers naar .de ad vertentie in ons vorig nummer, waarm wordt medegedeeld dat Dr. Boesnach wederom een lezing zal houden, over de genezing van verschillende ziekten door middel van electriciteit. Peer Gynt. Voor de Vereeniging van Ontwikkeling en Ontspanning hield Vrijdagavond in de Prins van Oranje Ds. Netelenbos van Heonkenszamd een lezing over Peer Gynt van Ibsen. De voorz. der vereeniging dhr. v. d. Meulen Bos ma leidde met een enkel woord den spreker in en sprak de hoop uit een flink bedragje beschikbaar te kun nen stellen ten behoeve van de Watersnood Daarna was het woord aan ds. Nete lenbos, welke, na eerst de Peer Gymt één belangrijke veronderstelling dat ze hem lief had. De twijfel deed hem naar adem snakken. „Maar, goede hemel! Sidney. Je houdt toch van me, niet?" „Ik vrees van niet, Max; niet genoeg.' Zij trachtte zich duidelijk te maken; zij vond het pijnlijk. Na een blik op zijn gezicht, sprak zij tegen het raam. „Ik ben er zoo ellendig van. Ik dacht, dat ik lief had. Voor mij was je de beste en de grootste man, die ooit geleefd heeft. Ik als ik bad, dan Maar, enfin. Je was een soort van god voor me. Toen het Lam dat is een van de inwonende dokters je den bijnaam *af van Loodem Godje, was ik boos. Je kon nooit iets kleins voor mij zijn, of iets doen, dat niet groot was. Begrijp je?" Hij kreunde zacht. „Zoo kon geen enkele man zijn, Sid ney". „Neen, dat weet ik nu. Maar daarom had ik je lief. Nu weet ik, dat ik je eigen lijk in het geheel niet liefhad. Ik had een afgodsbeeld opgebouwd en aanbad dat. Ik zag je altijd door een waas. Als je opereerde zei ieder, die er bij was, hoe wonderbaarlijk het was. Ais je in de za len kwam, was alles opwinding, om ge reed te zijn bij je komst. Ik vergeef het mijzelf niet. Maar je begrijpt nu, niet waar? Het is niet, omdat ik je slecht vind. Het is, omdat ik je werkelijke per soonlijkheid nooit lief had, omdat ik je legende en de voorgeschiedenis van het drama te hebben behandeld, q,yerging tot het schetsen van den inhoud, waarbij ver schillende gedeelten op voortreffelijke en pakkende wijze "Werden voorgedragen. Op de bruiloft van Ingrid, ontmoet Peer de zachte, stralende Solveg, welke niet met hem durft te dansen. In z'n woede rooft Peer dan de bruid Ingrid en vlucht met haar de bergen in, waar hij haar later verstoot. Peer zwerft, door woedende boeren achtervolgd door de ber gen en komt dan bij den Troükoning, een soort van kabouter, voor wiens dochter Peer een zinnelijke liefde opvat. Zij ver tegenwoordigt met Ingrid, het slechte, Sol veg het goede. De Trollkoning houdt er de moraal van vele Christenen op na: van hun geloof willen ze niet laten, maar hun handel en wandel is tot daaraan toe. Solveg verlaat haar ouders en zusje om Peer te volgen, maar deze durft met een vuile ziel (z'n verleden) niet tot haar te gaan. Na de roerende dood van de oude Ase, Peer's moeder, trekt hij naar Ame rika. Solveg wacht op hem in de Noor- sche hut. Na dertig jaar is Peer een rijk zaken man geworden, geheel oinder de macht van het kwade. Hij is de man van schip peren en plooien, tot wien de „geest van het accoord" niet tevergeefs roept. Peer wil keizer zijn, wil zich zelf zijn. Doch hij brengt het niet verder dan te zijnzich zelf genoeg, d.ï. egoïstisch, de Troil-leer. Naeen woestijntocht (Anitra), een bezoek aan Egypte, wordt Peer in het gekken huis te Cairo met een stroowisch-kroon tot keizer gekroond, waarmede Ibsen te kennen wilde geven dat alleen gekken ge heel op zichzelf staan. Peer keert naar Noorwegen terug, het schip vergaat en met de komst van den vreemden passa gier (vrees voor den dood) begint de omkeer in Peer Gynt. Den avond voor Pinksteren (de komst des Heiligen Geestes) komt Peer bij Sol veg, maar hij durft niet tot haar gaan en schuld bekennen, hij gelooft niet in haar groote liefde. Hij loopt weg en ontmoet den knoopensmelter, die hem zegt dat hij (Peer) nooit zichzelf is geweest en zal moeten worden omgesmolten in de groote massa, om er wat behoorlijks van te kun nen maken. Ten slotte gaat Peer dan toch naar Solveg, dwars door de moeilijke schuld bekentenis heen, niet langs een omweg. Bij Solveg ligt zijn keizerrijk. Zij zal over hem waken. Ten slotte gaf ds. Netelenbos nog een beschouwing over het drama, en schetste daarbij kort maar knap de Ibsen- figuur. Ibsen was een voorstander van de ontplooiing der persoonlijkheid, maar hij verstond hieronder geen materialis tisch individualisme, doch het: wees U zelf. De mensch moet zijn roeping vol gen, anders wordt hij egoïst. Zichzelf te zijn is zichzelf te dooden, is het offer brengen. De maatschappelijke betrekkingen, kerk, staat, huwelijk (Nora) waren voor Ibsen beperkende factoren voor de vrije ontwikkeling der persoon lijkheid. Spr. noemt Peer Gymt een correctief nooit heb gekend". Toen hij bleef zwijgen, deed zij een poging om zich te rechtvaardigen. „Ik heb weinig mannen gekend", zei ze. „Ik kwam in het hospitaal en gedu rende eenigen tijd scheen' het leven me iets vreeselijks. Er waren slechtheden, waar van ik nog nooit gehoord had, waarvoor altijd iemand te boeten had. Ik vroeg altijd: Waarom? Waarom? Dan kwam jij binnen, genas de meesten van hen, en liet ze weer gaan. Je gaf hun de gelegen heid hun geluk nogmaals te beproeven. Dat beteekende je voor mij, voor ik dat omtrent Carlotta wist. Je was zooals K. altijd hielp je". De kamer was zeer stil'. In de kamers der zusters, eenige meters verder in de gang, werd het avondgebed gebeden. „De Heer is mijn herder; mij zal niets ontbreken", las het Hoofd. Haar stem was kalm in de rustige schemering van den wegvliedenden dag. „Hij doet mij neerliggen in groene weiden; Hij leidt mij langs stille wateren". De zusters lazen de antwoorden langzaam alsof zij een weinig vermoeid waren. „Ofschoon ik wandel door de valleien des doods De man in de stoel bewoog zich. Ook hij was door de valleien des doods gekomen, maar waartoe? Bitterheid vulde zijn hart. Woest zeide hij in zichzelf, dat ze hem beter hadden kunnen laten sterven, i (Wordt vervolgd}.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1926 | | pagina 1