N°. 128. Dinsdag 28 October 1921. ill® Jaargang voordat het te laat is!! Aan de lezers van ons wekelijksch artikel over Zuid- en Noord-Beveland. 18 FEUILLETON Als ik koning was! Eene week van macht. ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f2, buiten Goes f 2, Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt: Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. goesche Uitgave Naaml. Venn. „Goesche Courant'* courant en Kleeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf regeering beweert, dat zij met dezen brief niets te maken heeft en dat het een ver- valscht epistel is. Deze brief zal echter een grooten in vloed op de Britsche verkiezingen kun nen uitoefenen. Immers de inzet dezer verkiezingen was het Britsch-Russisch ver drag, dat door Mac Donald, den soc.- dem. premier warm werd verdedigd. Zal hij zich nu nog voor den sovjet- wagen spannen-? Zijn tegenstanders roepen al dat het verdrag cn daarmee de leening die Engeland voor Sovjet-Rusland moest beschikbaar stellen, natuurlijk geheel van de baan is. In 't algemeen acht men de positie van Mac Donald door déze publicatie zeer verzwakt. Men kan er wel verzekerd van zijn dat Asquith cn Uloyd George hier een handig en dankbaar gebruik van zullen ma ken om de kiezers tegen de soc.-dem. in 't harnas te jagen. De Engels chen zijn voor het commu nisme buitengewoon bang. Welk een prachtig verkiezings-argui- menrt: dat het communisme in Engeland zou worden ingevoerd met behulp van Britsche belastingpenningcn De burger-oorlog in China. De burger-oorlog in China is geëin digd. TURKSCHE L~ ROZENZEEP HET SCHOONHEIDSMIDDEL f Hoesten is een verschijnsel van den strijd, dien het lichaam voert tegen alles wat de ademhaling belemmert. Zuiver Uw luchtwegen en kom de natuur te hulp met de slijm- oplossende en ontsteking genezende zijn voordadige*! STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. De Tariefwet. Donderdag was het de dag der replie ken. Wij willen nog het volgende aanhalen uit de rede van mr. van Gijn (v.b.), wel ke aantoonde, hoezeer minister Colijn en zijn paladijnen in protectionistische drog- redenecringen verstrikt zijn. Waarom zoo vroeg hij b.v. artikel 43 ingevoegd (de heer De Monté Ver Lorcn heeft den minister verzocht, bedoeld artikel 43, al dus te redigeeren.dat elke gedachte aan wil lekeurig gunstbetoon wordt weggenomen.) cn daardoor blijkens verklaring van de re- geeringstafel zelve het gamsche stelsel ver knoeid, als dit niet geschiedt ter gerust stelling van Nederlaindsche fabrikanten, die zich verbeelden dat zij de matige be scherming niet kunnen missen, welke hun door het bestaande tarief met zijn maxi mum van 3 pet. verzekerd scheen? Is acht dan niet meer dan vijf? Voor deze verhooging zal wel bij den minister geantichambreerd moeten worden. De heer Hermans heeft uitgebreid uit eengezet, dat de kostprijs kan dalen bij grooter productie. Maar spr. acht het bijna een boleediging voor den Nederland- sdhen industrieel om aan te nemen dat hij daarmede moet wachten op een tarief. In Twente heeft men daarop niet gewacht! Maar in Brabant blijft men rustig zitten wachten op het tarief. En komt dat, dan zal men zeggen: nu behoeven we geen moeite meer te doen! Een tarief bevor dert altijd de gemakzucht. Spr. is over tuigd dat de binnenlandsche consument het gelag zal moeten betalen. De 3 mil- lioen b.v. die de minister uit de textiel producten wil halen, zullen den Neder- landschen verbruikers wel 8 milliocn kos ten. Waarom ook als het buitenland toch alles goedig betaalt, verschillende van de noodzakelijkste levensbehoeften vrijge steld. Waarom dan nog geen veel hooger percentage geheven dan het thans voorge stelde, mits onze tariefmuur slechts iets lager blijft dan die in de meeste andere landen? Waarom niet ook graanrechten voorgesteld Spr. betoogt dat de minister de bezui nigingstaak handicapt door het gat met veel te kostbare middelen te stoppen. Waarvoor nu die doorjagerij die de be- zuiniginsaotie in gevaar brengt? Zelfs be zuinigingen, waarvan spr. dacht dal zo al vast stonden, worden nu teruggenomen omdat de middelen zoo meevallen. Meent men nu werkelijk dat de bezui nigingscommissie bij de departementen nog succes zal fyebben als de minister zegt: Ziezoo, het werk is volbracht? Vrijdag was de eerste dag der arti- kelsgewijze behandeling. Alle amendemen ten werden verworpen of ingetrokken. Succes hadden tot dusver alleen de hee- ren Vliegen en Van Gijn. Eerstegenoemde beleefde genoegen van zijn (overgeno men) voorstel om borstels, schuiers, boen- Naar aanleiding van de publiceering van het werkje, getiteld„Wande lingen door Zuid- en Noord-Beveland in den ouden tijd", krijgen we van vele zijden de vraag of het niet mogelijk zon zijn dit feuilleton verkrijgbaar te stellen als boekwerk. De telkens varieerende grootte van de afdrukken in de courant, met aan de achterzijde ander nieuws bedrukt, maken liet weinig geschikt om te bewaren, en zou voor velen, die dit blijvend in hun bezit willen hebben, bet verschijnen in boekvorm een uitkomst zjjn. Wij hebben dezen vorm van uitgeven al eens overwogen, doch kwamen voor nog al groote kosten in verhouding tot den vermoedelijken verkoop. Nu er echter veel belangstelling blijkt te bestaan voor dit werkje, willen we trachten dit plan alsnog uit te vooren. Wij stellen ons voor de uitgave daarvan te doen drukken op uit stekend papier, waardoor oen goed verzorgde druk is gewaarborgd en de tand des tijds geen invloed daarop kan hebben. Verder zullen bij deze uitgave 10 illustraties worden ingevoegd van verschillende dorpen en kasteelen uit do oudheid der Bevolanden. De aflevering zal bij telkens 3 vel (48 pag.) geschieden waarvan dg prijs 75 ets zal bedragen. Het totale werk zal compleet zijn in 3 afleveringen en dan f 2,25 kosten. Voor innaaien in een daarbij geleverd omslag wordt 25 ets. berekend. Alleen bij voldoende inteekening zullen we tot dezen vorm van uit geven kunnen overgaan. Wij verzoeken dringend met het toezenden van onderstaand inteekenbiljet niot te wachten, daar zoo spoedig mogelijk moet beslist worden of dit merkwaardig boekje weer in zijn geheel voor het nageslacht bewaard kan blijven. Ben alfabetische naamlijst der inteekenaren zal aan het werkje toege voegd worden. Wij maken er nog attent op, dat ook medelezers van de inteekening kunnen gebruik maken. Inteekening op de uitgave: „Wandelingen door Zuid- en Noord- Beveland" door J. Ab. Utrecht Dresselbuis, door ondergeteekende te (Kan a's drukwerk worden verzonden). METEN MET DEZELFDE MAAT. De Haagsdhe Post geeft eenige frap pante voorbeelden van verschillende ge vallen, waarin door de justitie dezelfde strafvordering werd geëischt. Een jongmensoh in Leiden had een toestel vervaardigd met een hoogfrequen- ten wisselstroom en daarmee seinen uil- gezonden, welke in Amerika waren opge vangen. Daar hier slechts een golflengte van 115 M. gebruikt werd, was dit op technisch gebied iets volkomen nieuws. De officier van het O. M. eischte tegen den uitvinder f 30 boete of 30 dagen hechtenis „omdat de Staat beslag heeft gelegd op de lucht' Tweede geval. Dienzelfden dag stond terecht H. A. K., wegens het in OF. NAAR HET ENGELSCH door Justin Huntly Mc. Carthy. Dit meisje, dat Thibaut van Aussigny wilde huwen, dit meisje, dat de dolle dich ter huldigde welke rol zou dat spelen in de comedic, welke in dc gedachten des konings steeds vastere vormen aannam? Katharina van Vaucclles bemerkte den ko ning en begroette hem met de voorgeschre ven buiging. „Waar gaat gij heen, meisje?" vroeg Lodewijk. „Naar hare majesteit de koningin, die mij bevolen heeft rozen voor haar te pluk ken, majesteit", antwoordde zij afgemeten. „Geef mij er een van!" verzocht de ko ning en zij reikte hem eenc der schoonste, schitterendste bloemen met langen sten-' gel. De koning greep de roos cn zag de jonge dame spottend aan. „Gij zijt een knap meisje," zeide hij. Dingt Thibaut van Aussigny niet naar uwe hand?" „Hij beweert, dat hij mij bemint, en ik verklaar, dat ik hem haat. „Hij werd gisteren in een kroeg zwaar gewond." Teleurgesteld riep het meisje: „Slechts gewond, majesteit?" gevaar brengen der veiligheid van het ver keer op den openbaren weg, cn ook in dit geval luidde dc eisch: dertig dagen hechtenis. Deze H. A. K. had, op zijn motorrij wiel, met een „duo-zittcr' zigszagsge- wijis gereden over den boulevard te Sche- vcningen. De verbaiiseerende agenten, zoo zegt het verslag, meenden dat zoowel de beklaagde als zijn mederijder dronken was. K. ontkende dronken geweest te zijn: hij had „slechts vier borrels op". Intusschen bleek hij beltend te staan als een woest rijder. Dc officier paste in zijn requisi toir het woord „onverlaat" op bold, toe, noemde hem iemand die niet het minste respect heeft voor anderen die den open baren weg gebruiken. En dan volgt de eisch30 dagen hechtenis. Nu is er Dc koning moest hartelijk lachen. „Uwe bezorgdheid is bewonderens waardig. Vrees niet. Hij zal weer herstel len en dc moordenaar is in onze macht hij zal zijne straf niet ontgaan". Katha rina trad een weinig nader. Hare oogen glinsterden vurig en hare stem klonk ook opgewonden. „Majesteit, ik ben niet boos op den man, omdat hij Thibaut van Aussigny heeft gewond". „Gij zijt de goedheid zelve. Eene vrouw op den troon zou onmogelijk zijn. Een der eerste mannen van het land wonden, wil zeggen de regeering zelf aanvallen. De kerel zal daarvoor hangen!" Het meisje kromp ineen. „Die man mag niet sterven, majesteit. Thibaut was een verrader, een schurk Lodewijks vroolijkheid nam steeds toe, maar uiterlijk bleef hij ernstig. „Pas op, beminnelijke, en verraad niet de diepte van uw gevoel. Gij vrouwen zijt toch een en al medelijden. Als u aan het leven van dien schelm iets is gelegen, bid' dan bij den opperbe velhebber voor hem". Katharina maakte eene verachtelijke be weging. „Thibaut is onbarmhartig", zeide zij, en er kwam een harde trek om haar mond bij dc gedachte aan den man, dien zij haatte, en aan de mislukte poging hem te dooden, maar bij de volgende woorden des konings verhelderde haar gelaat. „Thibaut is niet meer in dienst. Be proef uw geluk bij zijn opvolger!" Smeekend zag zij hem aan. „En zijn naam, majesteit?" „Het is de graaf van Montcorbier". niets dat de rechtmatige ergernis van het publiek in zoo booge mate opwekt als de halfdronken Zondagsrijder die met een kameraad op een brullende, stinkende mo torfiets den openbaren weg misbruikt als renbaan het aantal verkeersongevallen in het eerste halfjaar van 1924, te Am sterdam cn Rotterdam samen, heeft 3061 bedragen en tegen deze walgelijke verkeers-parasieten eischt de vertegen woordiger van het Recht (zij het dan met subsidiair, gelijk in het andere geval) geen zwaardere straf dan gevraagd wordt tegen een uitvinder die, Iet wel, zondereen geregelde radiografische verbinding te on derhouden, de „sfcaatslucht misbruiktdoor het afgeven van seinen. Of dit nu aan de wet ligt dan wel aan de toepassing der wet, is onverschillig voor de zeer be denkelijke uitwerking, die een vergelij king tusscben twee zulke eischen van het O. M. moet hebben op het publiek. Dat gaat boven mijn petje, zegt de man op straat. En hij haalt zijn schouders op over de justitie. Nog een paar tegenstellingen, op het zelfde gebied. Tegen den melkhandelaar N. R. te Noordwijk wordt wegens het afleveren van melk, verdund met 40 pet. water, een maand hechtenis geëischt. Het gerechtshof in den Bosch veroor deelt in hooger beroep den chauffeur J. H. H. wegenis „roekelooze onvoorzich tigheid" bij het rijden, waardoor de voer man C. B. is aangereden en zwaar licha melijk letsel 'heeft bekomen, totveer tien dagen hechtenis. Tot zoover de H. P. Men voelt het. De rechtspraak wordt op deze wijze een paskwil. Nu zijn wij niet direct voorstanders van buitengewoon strenge straffen op verkeers-overtrediingen. Reeds eerder hebben wc betoogd dat beter opvoedend dan straffend te werk kan worden gegaan en dat het publiek de regels van den weg moeten worden bij gebracht (misschien denkt de justitie er net eender over) en wij hebben in dit ver band gewezen op het instituut der Vrij willige verkeerspolitie, dat daarbij een dankbare cn voorname taak kan vervullen. Heeft deze verkeerspolitie haar werk een zekeren tijd gedaan, dan zouden we zeker strengere straffen wenschen tegen hen, die door roekeloosheid en onverschil ligheid het leven hunner mcdemenschcn in dc waagschaal stellen. Want zoo als het op' 't oogenblik is, kan het niet blijven. BUITENLAND. De klap op de vuurpijl. De Britsche regecring heeft een brief openbaar gemaakt van Linonjef, een der voornaamste boljcwistische leiders, waar in aan de Engeischc communisten instruc ties werden gegeven voor hel met geweld omverwerpen van de Britsche staatsin stellingen. De Engclsche regeering heeft een scherp protest tot Moskou gericht, en de Sovjet- antwoordde hij, „hij is vreemd aan ons hof, maar hij staat bij mij in hoog aan zien. Onder veilig geleide is hij dezen nacht uit het zuiden hier gekomen. Onze broeder van Provence heeft hem mij warm aanbevolen, en ik geloof, dat hij evenzeer mij goede diensten zal bewijzen, als ook steeds toegankelijk zijn voor den invloed van vrouwelijke lieftalligheid". Vriendelijk glimlachte de koning, ter wijl die snel verzonnen leugens hem glad over de lippen kwamen; de tooverdraden van het sprookje, die hij spon, amuseer den hem zeer. „Gij zult eene audiëntie bij hem heb ben". De koning draalde, toen zag hij op de treden van het terras de bekende don kere gestalte van den koninklijken barbier, die eerbiedig naderde. Hij riep hem toe: „Olivier, wanneer de graaf van Montcor bier toevallig een luchtje schept in den tuin, breng dan deze dame bij hem! Be grepen?" Toen wendde hij zich weer tot Katha rina. „Ga nu, kind, en laat mijne vrouw, uwe koningin, niet op hare rozen wachten!" Katharina maakte eene diepe buiging en ging langzaam het terras op. Lodewijk zag haar na, tot zij verdwenen was en draaide zich toen haastig om naar zijn dienaar. „Nu, mijn goede barbier, hoe staat het met Francois Villoni?" i „Eene kruik wijn met een slaapmiddel er in deed gisteren nacht in de gevan genis zijne uitwerking, en heden morgen ontwaakte hij in een paleis, in een ko ninklijk bed. Toen werd hij gewasschen geschoren, in prachtige kleeren gehuld en mot de uitgezochtste parfums bespren keld. Hij ziet er zoo veranderd uit, dat zijn beste vriend hem niet zou herkennen. Ik geloof, hij kent zich zelf niet meer, maar toch gedraagt hij zich, alsof hij altijd een hoveling was geweest". De koning grinnikte. „Ik twijfel er niet aan, dat de ezel, toen hij in de huid van den leeuw was gekropen, zich voor den leeuw hield. Maar is hij dan niet verwonderd?" „Ik geloof, dat hij dat veel te erg is, om verwondering te verraden. Zijne om geving verzekert met de ernstigste ge zichten ter wereld, dat hij de grootcon- nétable van Frankrijk iis. Het schijnt mij toe, dat hij meent te droomen en de zaak zoo opneemt, omdat dc droom hem aan genaam is". „Maar vergeet niet", scherpte dc ko ning hem in, „dat wij in elk geval aan dit verhaal moeten vasthouden: De knaap is dezen nacht uit Provence hier gekomen. Niemand behalve ik, jij en Tristan mag vernemen, wie hij is. Vertel overal aan het hof, dat hij de graaf van Montcor bier is; een gunsteling van onzen Broeder van Provence cn nu mijn vriend cn raad gever. Zooals je weet, Olivier, ben ik je zeer genegen, en Tristan en ik zijn zeer goede vrienden, maar noch zijn, noch jou hoofd zou meer vast op de schouders zitten, wanneer mij deze grap door on- voorzicli/tigheid en babbelzucht werd be dorven". Olivier boog diep. „Voor Tristan kan ik niet instaan", zeide hij toen, „maar voor mij zelf, Ik ADVERTENTIEN. van 15 regels f 1,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 110 regels f 2,40. Bewijsnummers 5 cent. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voormiddag. weet te zwijgen, wanneer het mijn plicht is den mond te houden". „Goed!" zeide de koning. „Voor Tris tan sta ik zelf in. Zend den kerel bij mij Na eene nieuwe buiging verwijderde Oli vier zich en ging naar het paleis terug. Peinzend rook Lodewijk aan Katharina's roos, wier geur hem scheen te kalmeeren, want hij bleef nu in gedachten verzonken staan en vermeide zich in het groote ge not, -dat het spel met het leven van ande ren hem steeds verschafte. „Die mannetjes en vrouwtjes laat ik naar mijne pijpen dansen evenals mario netten aan een draad. Het zou toch eene prachtige grap zjjn, als Katharina hare liefde aan dezen bedelaar zou schenken. Hij wordt er voor opgehangen, dat hij mij heeft bespot, maar ondanks zijne lom pen en vodden heeft hij voor koning ge speeld, en nu zal hij tenminste eenmaal pracht en heerlijkheid genieten." Toen hij naar het terras keek, zag hij Olivier terugkomen. Achter hem kwam een zwerm van pages en daarachter werd eene in goudbrocaat gekleede, schitterende gedaante zichtbaar. „Ha, daar komt mijn liedjeszanger", zeide Lodewijk bij zich' zelf, „cn wel zoo pronkend en hoogdravend, alsof hij in purper was geboren". (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1924 | | pagina 1