N°. 127. Zaterdag 25 October 1921. ill6 Jaargang. Bij dit nummer behoori een Bijvoegsel. FEUILLETON Als ik koning was! Eene week van macht. Laat U niet meer kwellen door: spierpijn, stramheid, rheumatiek, spit in den rug Wrijf die pijn dadelijk weg met Akker's Kloosterbalsem ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f2, buiten Goes f2, Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt: Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. GOESCHE i COURANT Uitgave Naaml. Venn. „Goesche Courant" en KI ecu wens Ross' Rrnkkera- «n Flte-Avcrsliftdrilf en Klceuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf ADVERTENTIEN. van 15 regels fl,20, elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 110 regels f2.40. Bewijsnummers 5 cent. Advertentiën worden aangenomen tot 12 uur voormiddag. ZICHZELF ZIJN. (Nadruk verboden.) Toevallig vjoI dezer dagen mijn oog op een spreuk, die men toeschrijft aan ccn beroemd middeleeuwer. Deze moet ge zegd hebben, dat niemand van een ander mag zijn, die van zichzelf kan wezen. Het betreft bier natuurlijk niet de ge dachte aan lichamelijk bezit. De tijd,waar in de ééne mensch menschen hield, zoo als hij koeien en paarden in eigendom had, is voorbij. Maar ook na de afschaffing van de slavernij is de geestelijke knechtschap blijven bestaan, en in vele gevallen is deze met stoffelijke afhankelijkheid ge paard gebleven. Er bestaan nog altijd tal loos veel menschen, dievan een ander zijn. Het volk drukt deze knechtschap uit door te zeggen: wiens brood men eet, diens woord men spreekt. Inderdaad is dit in vele opzichten waar. Maar ook wanneer wij deze economische afhanke lijkheid voor een oogewblik vergeten, den ken wij aan allerlei andere vormen van geestelijke slavernij. Maak alle menschen morgen vrij; verschaf hun de luimsle middelen van bestaan, snijd alle ban den, waardoor zij aan patroons en op zichters, ouders,, opvoeders, echtgenoo- ten zijn geketend, tegelijk door, en nog zullen negen van de tien aldus ontvoog den levenslang „van een ander'' blijven. Het zal hun gaan als het huisdier, dat gij de vrijheid geeft. Dc deur staat open, uw hond gaat de straat op; gij sluit de deur, maar een erbarmelijk janken kon digt u spoedig aan, dat het vrijgelaten beest van zijn vrijheid niet is gediend. Kwispelstaartend betuigt bij u, hoe pret tig hij het vindt,van een ander" te zijn. De middeleeuwer, aan wien ik mijn spreuk voor vandaag ontleen, maakt een voorbehoud, wanneer hij het recht op onafhankelijkheid beperkt tot die men schen, die van zichzelf kunnen zijn. On- mondigen zal men met vrijheid weinig gerieven. Bij een kind hoort een voogd, een verzorger, maar zoodra het kind zich zelf helpen kan, cn op eigen beenein kan staan, zij het niemands onderdaan meer. Alle nadruk in de aangehaalde spreuk valt op het woord „kan". Het betreft een kwestie van vermogen of onvermo gen. Kan ieder van zichzelf zijn, die het wil? Van zichzelf zijn beteekent; zijn leven in eigen beheer hebben, bet Besteedt steeds Uw geld op de juiste manier. Onze Portwijnen zjjn bijzonder lijn van smaak; en zeer concurreerend van prijs. Waarom heeft U ze nog niet geproefd Fa. J. A. L. G. Witte, Goes. 17 OF. NAAR HET ENGELSCH door Justin Huntly Mc. Carthy. Langzaam schudde de sterrenwichelaar het hoofd, en langzaam antwoordde hij: „Dc sterren schitteren, en haar glans misleidt de oogen der stervelingen, en moeilijk is het, hare beteekenis te verkla ren. Duister zijn de droomen, en moeilijk valt het den geest des sterveling#, hun zin te doorgronden, hunne duisternis te door dringen. De koning fronste de wenkbrauwen. „Dat steuren glinsteren en droomen duister zijn, weet ik ook zonder jou! Ter wille van diepere wijsheid voed en kleed ik je! Verklaar mij mijn droom voor Frankrijk, zooals Jozef Pharao's droom heeft verklaard!" Met onbeweeglijken blik staarde de sterrenwichelaar in den kristallen bol, toen sprak hij op afgemeten toon: „Alzoo verklaar ik den droom van uwe majesteit: In de diepten, in de heffe des volks leeft iemand,di e, tot de hoogste hoogte ge bracht, uwe majesteit groote diensten kan bewijzen en toch zoo lastig kan zijn, dat gij hem in de diepte zoudt willen terug- stooten, waaruit hij kwam. De sterren verkondigen zulk eene gebeurtenis; en bewind voeren over het gansche gebied van zijn lot en persoonlijkheid. Niemand als gezag boven zich erkennen; geener lei invloed van buiten aanvaarden; zijn eigen richting kiezen; zijn eigen fortuin smeden. Zoo, onafbankelijik van de goed- of afkeuring zijner genooten, eiken raad cn elke voorlichting toetsend aan eigen verstand en geweten als hoogsten toets steen, in de wereld staan als een soeve rein vorst, als een autonoom heerscher. Wie tot ccn dergelijke zelfregeering het vermogen bezit, hij zij niemands slaaf. Maar hoe weinigen onzer bezitten dit vermogen. De Leekedichter drukt het zoo juist uit in een zijner puntdichten: „Wees u zelf!", zei ik tot iemand; Maar hij kon niet; hij was niemand. Er ligt iets minachtends in dit oordeel over den mensch, die zichzelf niet kan zijn. Toch behoeft men niet aanstonds tot „niemand" te worden gedegradeerd, zoo men moet erkennen, dat het „zichzelf zijn" een zeer betrekkelijk iets is. Vaak komt in mij althans de gedachte op, hoe weinig zeker wij toch zijn van het domein onzer persoonlijkheid. Het is soms, alsof wij tegenover onze ziel, te genover onze ikheid staan als een bewo ner staat tegenover zijn huis. Of wij slechts een gast, een vreemdeling vaak zijn in dat wonderbare en zonderlinge land, dat wij aanmatigend als onze per soonlijkheid betitelen. Wat gaat er veel onbegrijpelijks in ons om! Wat weten wij weinig van onze eigenlijke zieleroerselen! Kennen wij onze drijfveeren en beweeg redenen? Verschrikken ons niet dikwerf onze eigen gedachten en droomen? „Van een ander" mogen wij dan al niet zijn, „van onszelf" zijn wij toch ook niet. Het zal ook u wel gebeuren, dat ge des avonds te bed een oogenbiik na het insla pen wakker schrikt door een toevallig ge luid. Tot klaar besef komend uit uw slaap, die eigenlijk nog maar een voorslaap of halfslaap is geweest, onderkent ge nog juist, als waren 't voor het daglicht vluch tende schimmen, de gedachten en beelden uit uw droom; in een flits zijn ze verdwe nen en niets herinnert ge u er meer van. Maar in welk een vreemde wereld hebt ge dat korte oogenbiik verwijld! Vraag stukken hielden u bezig, waarin gij u tij dens uw wake nooit hebt verdieptgij voerdet gesprekken en verloort u in diep zinnigheden; gij zaagt gezichten en hoor- det stemmen en voeldet u heelemaal op uw gemak in een omgeving, grootscher en kleurrijker dan uw alledaagschheid en op een peil, dat gij wakend nimmer bereikt. Toch was die zinsbegoocheling deze ééne seconde de normale wereld voor u, even werkelijk als de nuchterheid, waarin ge na haar snelle verdwijning verkeert. Een derde deel van het etmaal, een derde deel van uw leven zult gij u in die andere sfeer als in een normale werkelijkheid bewegen. Een dergelijke ervaring brengt tot de veronderstelling, dat de persoonlijkheid minder autonoom is dan zij meent. Het is, als is ons „zelf" een droppel in een stroom, een golfje in een oceaan, mee drijvend, zeven dagen lang van nu af gerekend kan de onbekende iets goeds uitwerken. Te vergeefs heb ik steeds weer beproefd, hem in het kristal te ontdekken, maar ik zie slechts eene groote menigte volk, feestelijke pracht en maskers, een gewoel van soldaten, veldslagen en bloedvergie ten en eene groote overwinning voor Frank rijk, en dan valt er eene ster van den he mel, en alles verbleekt". Een oogenbiik dacht de koning stil na, toen ontsloeg hij met een handgebaar den sterrenwichelaar, en deze begaf zich langs de wenteltrap naar de torenkamer terug, waar hij zich met zijne geheime weten schappen bezighield. Opgewonden, zonder op ze te letten, wandelde de koning tus- schen zijne rozen heen en weer hij dacht slechts aan de sterren. „Zoo Francois Villon koning van Frankrijk ware?" fluisterde hij. „Wat was die dolle balladendichter gisteren avond vuur en vlam! Dwazen zijn kin- ren van het geluk!" Een zware tred schrikte hem op uit zijn gepeins, en toen hij zich omdraaide, zag hij den metgezel van zijn avontuur van den vorigen dag voor zien. „Nu, Tristan, wat is er gebeurd?" vroeg hij bezorgd, want op Tristans ge laat lag een zeker boosaardig glimlachje, dat altijd de voorbode van slechte tij dingen was. „De vogel is gevlogen, majesteit", ant woordde deze. „De verwonding van Thi- baut van Aussigny was niet zoo zwaar, als wij dachten. Nadat hij naar zijn huis was vervoerd, gelukte het hem, vermomd uit Parijs te ontvluchten en, zooals ik mee deinend met andere droppels en golven die haar wezen en haar richting bepalen. Een zee van „zeiven" omspeelt ons, doordringt ons, vloeit met ons mee cn vloeit door ons 'heen; al deze „zeiven" be- heerschen door wcderzijdschen invloed el kaar en het is deze gedachte aan het bo venpersoonlijk universum, die ons beschei den stemt tegenover de uitspraak als zou van ons „van zichzelf kunnen wezen. Hoogstens dragen wij ieder ons eigen merk en ons eigen stempel, maar „van onszelf zijn wij evenmin als „van een ander". BUITENLAND. De crisis in de Engelsche Nijverheid. Sir Arthur Balfour, de voorzitter van de regearingscommissie tot onderzoek van den toestand der industrie in Engeland, laat in de „Neue Freie Prcsse" een over zicht verschijnen van de tegenwoord.ge situatie der Engelsche industrie, waaraan wij het volgende onlleenen: „Bijzonder slecht is de toestand in de ijzer- en staalbedrijven. Vele onderne mingen zijn verplicht geweest met ver korte werkdagen te arbeiden of zelfs de fabrieken te sluiten. Van de 113 hoog ovens aan de Noord-Oostelijke kust, ijn er ongeveer tweederden gedoofd. De weverijen in Engeland hebben voor den oorlog jarenlang geen werkloosheid pokend. Zelfs in oorlogstijd en tijdens den strijd aan de Roer steeg het aantal werk loozen nooit boven 2 pet.; thans zijn er 10 pet. werkloozen onder de mannen en 8 pet. onder de arbeidsters. De helft van de nog aan het werk zijnde mannen en vrouwen werken trouwens geen volle we ken, maar slechts een zeer beperk ten arbeidsduur van 1 tot v.er dag.n. De machine- en scheepsbouw maliën na tuurlijk ook een slechten lijd door, na tuurlijk gevolg van de depressie in de ande re bedrijven en in den wereldhandel. Niettegenstaande d.en treurigen toe stand der industrie, komen er toJi nog steeds vele stakingen voor en Uitslui tingen. Gedurende de eerste acht maan den van dit jaar zijn er 8 m llioen werkdagen op die wijze verloren gegaan. Zeer eigenaar dug i® het wel dat men juist in die industrieën, welke het meest getroffen zijn door de crisis, te-kens weer loon® verhioogiin gen heeft moeten toestaan. Dit heeft natuurlijk een duur der worden van de producten ten ge volge wat dan op zijn beurt weer ge paard gaat met een verminder,ng van den afzet op de binnenlandsche markt. De pas verschenen statistiek van het departement van Koophandel heeft nog maals bewezen hoezeer de verkoopmo- gelijkheid in het buitenland verminderd is. In September heeft Engeland voor drie millioen minder geëxporteerd dan de vorige maand. Vooral staal- en textiel producten zijn er veel minder uitgevoerd. geloof, zich bij den hertog van Bourgon- dië aan te sluiten." Onverschillig haalde de koning de schouders op. „Ik weiisch den hertog veel genoe gen", merkte hij op; hij is voor mijn vij and gevaarlijker, wanneer hij aan zijne zijde staat. Waar zijn de schelmen van gisterenavond „Het gespuis uit het hol bevindt zich in de bewaring van den edelen heer Noël' „En mijn mededinger naar den ko ningstroon?" „Voor hem zorgt barbier Olivier. Ik had den kerel liefst maar dadelijk laten opknoopen". „Je tijd zal komen, vriend, wees on bezorgd! Maar de sterren verkondigen mij, dat ik dien rijmeienden vagebond nognoo- dig heb. Ik ken een verhaal van Harun al Raschid Tristan onderdrukte een geeuw en weer hield den spot, die hem op de lippen lag. „Alweer een nieuw verhaal, maje steit?" vroeg hij op klagenden toon, want de verhalen van den koning waren voor Tristan niet altijd onderhoudend. Maar zonder zich te bekommeren om de gevoelens van zijn metgezel, vervolgde de koning: „Het verhaal, dat hij een dronken man van de straat liet halen en naar zijn paleis brengen. Toen de kerel weer nuchter wa®, maakten de hovelingen hem wijis, dat hij de kaiif was. Zijne houding daarbij verschafte den beheer- scher der geloovigen veel pret, en ik beloof mij nu een dergelijk genot". Tristan was stom van verbazing. Dit soort vermaak was hem nieuw en scheen De ontruiming van het Duitsche bezette gebied. In zake de ten uitvoerlegging van de regeling van Dawes is een nieuwe belang rijke stap vooruitgedaan. De Duitsche en geallieerde deskundigen hebben zich namelijk verstaan over de opheffing van verschuilende pandnemingen, die geschied waren om den geallieerden financieele in komsten u't het nieuwe bezette gebied te verzekeren. Tot de genomen panden be hoorden de douane-rechten tusschen bezet en onbezet Duitschland, de belasting op steenikolen en steenkool producten, uitvoer- en invoerbelaslingen en controle over de staatbosschen. Dc douane-rechten en de belastingen zijn afgeschaft en de andere „panden zijn aan Duitschland teruggegeven. Hier mee heeft, aldus de „N. R. Crt. de economische ontruiming van het Roerge bied en het andere nieuw bezette terri- het heerlijk verwar- mende wrijfmiddel dat direct een behaaglijke verlichting geeft en af doend geneest. Pet groote pot van 20 gram 50 ct Alom verkrijgbaar I Potten v. 50 gr. fl.— 100 gr. fl.75 nog voordeellaer toir, die op de Londensche conferentie van dc zijde van Frankrijk en België was toegezegd, voor een belangrijk deel haar beslag gekregen. Het rechtstreeksche ge volg van de nieuwe besluiten is, dat het kantoor der geallieerden te Ems dat in gesteld was voor de controle op in- en uitvoervergunningen en in het algemeen voor de inning van belastingen, die de hem niet bijzonder prettig. „En gij wilt hem dus doen gelooven, dat hij de koning is, majesteit?" vroeg hij eindelijk. Een sluw lachje vloog over het boos aardige gelaat des konings. „Niet geheel", verbeterde hij. „Maar als hij ontwaakt, moet hij gelooven, dat hij de graaf van Montcorbier, de groot- connétable van Frankrijk is. Zijne grap pen mogen mij onderhouden en zijne goe de ster moet mij dienstbaar zijn. Zend mij Olivier hier! Ernstig boog Tristam en keerde zich om. In zijn binnenste gevoelde hij een soort toegevende verachting voor de in vallen van zijn gebieder. Was de moge lijkheid aanwezig eem man te laten op knoopen, dan moest men volgens zijne meening geen tijd verliezen. Hij hield nooit van het kat en muis spel de eenvoudiger handeling van den hond met de rat kwam meer met zijn smaak overeen. Mot de handen op den rug, het hoofd diep op de borst gezonken, liep Lode- wiijk rusteloos op en neer. Vele gedachten bewogen zich in zijn binnenste. Hij was zich wel bewust van zijne onzekere posi tie; hij wist, hoe onbemind hij bij zijn volk was, hoe machtig de hertog van Bourgondië was en hoe weinig hij op de trouw der Parijzenaars kon bouwen, indien het den vijand gelukte ook maar een voet in de hoofdstad te zetten. Wel was hij eerzuchtig, en dapper, maar hij wist, dat die eigenschappen niet vol doende waren om zijn-troon te bevestigen. De avontuurlijke zijde van zijn wezen was steeds op het onbekende gericht en geallieerden oplegden, is komen te ver vallen. De Engelschen die op hel kan toor te Ems zaten, hadden hun functies daar reeds opgegeven, toen de Franschcn het Roergebied bezetten. Daarna werd de werkzaamheid van het kantoor aanmer kelijk uitgebreid, zeer tot nadeel van den handel, voor welken het wachten op de noodige vergunningen het verloren gaan van kostbaren tijd beteckendc. Hoewel de Duitscihers het zich tot gewoonte heb ben gemaakt, niet veel commentaar !e leveren op wijzigingen in den toestand in hun voordeel, kan men er zeker van zijn, dat zij van de verdwijning van het kantoor te Ems met groote inner lijke voldoening hebben kennis genomen. Met de oeconomische ontruiming gaat de militaire parallel. Deze week juist zijn verschillende belangrijke plaatsen als Karlsruhe, Mannheim, Dortmund, Hoerde, Wezel enz. ontruimd. Frankrijk en de Duitsche verkiezingen. In Frankrijk wordt de ontbinding van den Rijksdag met vreugde begroet, doch men durft zich nog niet uit te spreken omtrent den uitslag der a.s. verkiezingen. Dc bladen der linkerzijde wijzen er op, dat de Duitsche verkiezingen van 4 Mei j.l. sterk werden beïnvloed door en een protest waren tegen de Roerbezetting. Nu Herriot Poincaré als eerste minister in Frankrijk is opgevolgd en de Londensche conferentie de internationale atmosfeer heeft gezuiverd, terwijl er een aanvang is gemaakt met de ontruiming van het Roergebied, is de toestand echter zeer sterk gewijzigd. In verband daarmede kan men een gunstigen uitslag der Duitsche verkiezingen verwachten, hetgeen beteekent een versterking der republikeinen in den Rijksdag. Dc rechtsche pers :n Frankrijk is min der optimistisch. De rechtsche bladen wijzen er op, dat de Duitsche verkiezin gen een maand na de Engelsche vallen en dat een eventueele versterking der Britsche conservatieven als wachtwoord zou kunnen gelden voor de versterking van het Duitsche Nationalisme. De Temps schrijft dat het nu tijd is te weten of Duitschland republikeinseh dan wel mo narchistisch is. Revue. De uitslag der verkiezingen in Noorwegen is waarschijnlijk aldus: rech terzijde 53 zetels, boerenpartij 23, linker zijde 34, arbeiders-democraten 2, socia listen 9, tranmael-communisten 24, schef- lo-communisten 6. Volgens een bericht uit Turkije zou den alle lichtingen onder de wapenen ge roepen zijn, zulks blijkbaar in verband met een mogelijk conflict met Engeland. Havas spreekt tegen dat dc Fran- sdke regeering Sowjet-Ruslamd reeds do jure erkend heeft. Wel staat die regec- ring op het punt dat te doen onder voor behoud van rechten. zijn geest zocht in kristallen en sterren naar bovennatuurlijke openbaringen. Voor dergelijke naturen worden kleinigheden noodlottige machten, en het avontuur van den vorigen avond had indruk gemaakt op de verbeeldingskracht des konings. De schilderachtige vagebond, die zoo dapper den wensch had uitgedrukt koning van Frankrijk te zijn, om zijn Vaderland van het verderf te kunnen redden, had alleen reeds de neiging van den koning tot het avontuurlijke geprikkeld, maar door het samentreffen met zijn droom en de ondui delijke profetie van den sterrenwichelaar werd de zaak in de oogen des konings van verbazend gewicht. Steeds stond voor zijn geest de schitterende gedaante der reine maagd, die als eene door God ge zonden helpster zijn vader uit den groot sten nood had gered, en nu begon hij in allen ernst te gelooven en te hopen, dat voor 'hem door middel van den phantas- tischen rijmelaar een dergelijk wonder zou geschieden. Toén de koning toeval lig opzag, trad een sc'hoonerc gestalte dan die van Villon in zijn gezichtskring. Een zeer mooi, statig meisje van voor name houding kwam door eene der rozen- lanen met een arm vol schitterende bloe sems. Was dö koning thuis geweest in de Grieksche mythologie, dan zou hij haar zeker met eene der stralende godinnen van het pantheon hebben vergeleken. Maar ook nu viel hare zegevierende schoonheid hem op en verscherpte den wrok, dien hij jegens haar koesterde. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1924 | | pagina 1