Abdijsiroop
N#. 115.
Zaterdag 27 September 1924
111 jaargang
IJw verkoudheid
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
FEUILLETON
Als ik koning was!
Eene week van macht.
ABONNEMENT
Pry. per kwirti.l, ia Goe« I 2,
buiten Goea I,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verach|jntMaandag- Woensdag
en Vrijdagavond.
GOME
Citgi.v* NmuuI. Venuootsckap Ooesche Courant
ADVERTENT1ËN
vaa 10 regels f 1,20 elke regel
meer 24 cent.
Driemaal plaatsing wordt tweern*» 1
berekend.
Familieberichten 110 regels f 2,4#
Bewijsnummers cent.
en Kleenwens A Boas' Drnkkers- en Uitgeversbedrijf Advertentiën worden aangenomen
tot 13 nnr voormiddag.
COURANT
ZIJ, die zich met ingang van 1
OCTOBER 1924 op ons blad abon-
neeren, ontvangen de tot dien datum
verschijnende nummers GRATIS.
VERKEERSMISDADEN.
Kort geleden heeft het Franscbe
Kamerlid Chastenet aan den minister
van binnenlandsche zaken een brief ge
schreven, waarin hij de aandacht ves
tigt op het steeds toenemend aantal
ongelukken, door auto's en motorfietsen
veroorzaakt.
„Volgens een onderzoek, door mij
ingesteld", aldus heet het in dezen brief
„zijn deze ongelukken meer in het bij
zonder te wijten aan de onervarenheid
van sommige bestuurders en aan de
woeste snelheid van sommige anderen.
Ik weet wel, dat heel gelukk'g, deze
categorie van bestuurders maar eer. uit
zondering is, maar toch niettemin een
betreurenswaardige uitzondering. Ik
ken dorpen, waar de bewoners zich
met een gespan niet dan noodgedwon
gen op den weg wagen. Wat de lfnde-
ren betreft is hun op den weg z.,n
voor de ouders een stellige reden van
ongerustheid. Zoo dreigt de weg niet
langer bruikbaar meer te worden voor
den voetganger, den landbouwer met
een gespan en zelfs niet meer voor
den ernstigen automobilist. Het is er,
wel te verstaan, niet om te doen om,
hoe weinig ook,' de automobilisten te
plagen, die dien naam waardig zijn,
noch om op eenigerlei wijze het toe
risme te verlammen, doch alleen om
den weg niet in beslag te laten nemen
door ongeschoolden of gekkejn".
Aldus het Fransche Kamerlid, dat
met zijn beroep op de iregeering de er
kentelijkheid heeft verdiend van dui
zenden en tienduizenden ook buiten
zijn land. Het wordt hoog tijd, dat
tegen het internationale gevaar van ver-
keersmisdaden een beweging ontstaat,
even algemeen, even krachtig en even
hardnekkig als de bewegingen tegen an
dere verschijnselen, die het leven der
menschheid op gewelddadige wijze be
dreigen. Oorlog, tuberculose, drank
zucht, geslachtsziekten hebben door
hun ontstellend aantal slachtoffers be
strijding op groote schaal noodig ge
maakt, maar de verkeersmisdaden gaan
deze pestilentiën in beteekenis evena
ren. Slechts de stuwkracht van het
volksbewustzijn zal in staat wezen.de
overheid te dwingen tot maatregelen,
in overeenkomst met de algemeenheid
en de verderfelijkheid van de kwaal.
En misschien zal Chastenet als pionier
van een nieuwe, internationale bewe
ging den stoot geven tot navolging ook
in andere landen.
Allereerst zal noodzakelijk zijn, dat
in de openbare meening het besef ont
waakt, dat verkeersongevallen misdaden
OF.
NAAR HET ENGELSCH
door
Justin Hunlly Mc. Carthy.
„Ik zou mij gaarne bij het verzoen
der dame, aansluitenzeide hij, „in
dien de aanwezigheid van een vreem
deling u geen dwang oplegt
Met een spotachtigen lach draaide
Villon zich naar hem om.
„God behoede u, neen", luidde zijn
antwoord. „Wat achterhoudendheid is.
ben ik reeds lang vergeten en ik spreek
met ieder ronduit over mijn leegen bui
del, mijn leegen buik en mijn leeg hart.
Verzamelt u om mij heen, gij gespuis,
en luistert naar het merkwaardige avon
tuur van Francois Villon, den dichter
en geleerde van-Parijs!"
Vroolijke toejuichingen beloonden
deze toespraak. Jehan le Loup rolde
een ledig vat naderbij, dat in den een
of anderen hoek stond, zette heti op,
en wenkte Villon, daarop plaats te ne
men. Vlug zette de dichter zich met
gekruiste beenen op den geimprovi-
eeerden troon neder; zijn langen degen
hield hij met beide handen tusschen de
knieën vast. Allen drongen zich om
hgM been, Huguette zette zich op een
zijn. Wie uit onkunde of uit roekeloos
heid een ons huldig slachtoffer doodt
of virm'nkt, is een moordenaar. Men
verMoeme dei aard van het misdrijf
niet met ver; achtende technische ter
men.
O.ider de rubrieken eener heden-
daagsche cour int is er geen die zoo
verbitteren kan als de rubriek recht
zaken. Zij siiijnt het doorloopend be
wijs, dat het hoogste recht het hoog
ste onrecht kan zijn. Het meten met
twee maten lijkt de grondslag van de
gere. htelijko praktijk.
iV'.en behoeft zich slechts te bepalen
tot de gevallen v.in dood of letsel door
hui l. Een wi selwachter, die een
boom niet op tij l neerlaat; een fabri
kant die ien maihine onvoldoende be
veiligt; een soldaat die met vuurwape
nen speelt; een kaaiwerker, die zich
drift vergeet; een apotheker, die
zich bij liet klaar naken van een recept
ver ;ist - - zij alle. i ontvangen een zware
straf voor hun onoplettendheid. Zoo
is het ook met baldadigheid. Ik her
inner mij een schoolkameraad van mijn
doi p, die in brooddronkenheid een hooi-
bei g in brand 'had gestoken en met een
jaar gevangenisstraf zijn studenticosi-
teii moest boeten. Ik herinner mij op
standelingen, die steenen door een ruit
hadden geworpen; lotelingen, die een
vo irbijganger hadden gemolesteerd;
smokkelaars, die zich aan een com-
mi s hadden vergrepen
Zijn hun vergrijoen zwaarder dan
diï van den onkundigen of roekeloo-
z:n bestuarder, die kinderen en ouden
van dagen vermorzelit onder zijn rad?
F.n toch, let op do straf, die op ver
keersmisdaden staat! Hoe ontziet men
deze categorie, bij de anderen verge
leken. Zou de geringe straf, te licht
om ook maar eenigszins preventief te
werken, haar verklaring vinden in de
algemeenheid van liet misdrijf?
Maar juist hiero.n diende zij ernsti
ger tc zij Een ep:demisch kwaad be
strijdt nien met drastische middelen.
Uit sociaal oogpunt is een zeldzaam
geval van vc rzet t ogen de openbare
macht minder gevaarlijk dan het mas
saal over'.redei van de regelen voor
hot verkeer.
De verkters nisdaad heeft inmiddels
naast een sociale ook een zedelijke be
teekenis. Wal haar zoo afschuwelijk
maakt, is de geringschatting voor het
menschenleven. Wie zelfs uit den mond
van overigens hoogstaande sportmannen
de termen hoort, wuar'n zij van over
rijdingen sprekea, bedioeft zich. Het
is of uw kind, lezer, of' uw moeder,
die gij als als slachtoffer van hun te
snelle vaart op het kerkhof hebt ge
bracht, niet meer don eei slak of een
spin is, die gij onder uw voeten ver
treedt.
Zeer zeker is hot la|v n niet het
allerhoogste goed. Fa* zij gevallen,
waarin de enkeling het m >et offeren
voor de gemeenschap, voor één van
de idealen der mensch'i.
dit
voetenbankje aan zijne voeten, Jehan-
neton strekte zich op don gr md uit
en keek naar hem op en de o /erigen
zochten een plaatsje zoo go cd en
kwaad, als het ging. Lodewijk maakte
van de gelegenheid gebruik om Tristan
stil toe te fluisteren, dat hij dien knaap
onderhoudend vond, waarop Tristan
antwoordde, dat hij hem voor een ver
velenden aap hield. Lodewijk wilde
verder hierop ingaan, toen V' Ion op
zijn wijnvat de beloofde ve: telling begon
Voor een philosoof zou in de aan
schouwing van den hayeloozen ,door eene
bende nog lager staande schelmen om
ringden vagebond, wie.is mager lichaam
beefde, wiens scherp gelaat trilde van
innerlijke ontroering, op wiens lippen
hoon en in wienoogen harteleed lag,
iets tragisch hebben gelegen voor
den spotzieken koning was deze aanblik
niets ander1; dan eene bijzondere soort
vermakelijkheid.
„Gij moet dus weten, dat ik; voor
drie dagen volgens mijne gewoonte in
de goot lag en naar den hemel omhoog-
staarde tot mijne ontspanning ik
spreek namelijk in gelijkenissen enalle-
goriën, hetgeen eene geliefkoosde eigen
aardigheid van schoolmeesters is. Toen
ik daar zoo lag zag ik tusschen mij en
den hemel het gelaat eener dame, het
liefelijkste gelaat, dat ik ook heb ge
zien". i
„Zij ging naar de kerk en keek in
mijne richting, toen zij voorbijging, en
ofschoon zij niet op mij lette, even
min als op het plaveisel, waarop ik
sluit niet in, dat ik het kostbaar be
staan van mij en de mijnen moet prijs
geven, omdat een brani-achtig hooge-
re burgerscholier het in zijn hoofd
heeft gezet met sneltreinsvaart door
mijn straat te rijden!
„Ik heb mijn kind niet gebaard voor
den oorlog!", zongen destijds de Ame-
rikaansche moeders. „Ik heb mijn kind
niet gebaard als speelgoed voor den
chauffeur", kunnen onze moeders zin
gen. Wanneer zij het luide genoeg en
gemeenschappelijk genoeg zingen, zal
Chastenet steun krijgen en spoedig zal
het gedaan zijn met de onbeperkte
macht van de „ongeschoolden en gek
ken", die den openbaien weg voor zich
in beslag nemen. Tegen den oorlog!
Tegen de tuberculose! Tegen het
drankmisbruik! Goed; maar wanneer
hiernevens niet een internationale be
strijding van de verkeersinisdaad komt,is
het met de menschheid toch evengoed
Wie neemt ten onzent het initiatief?
BUITENLAND.
DE VERPLICHTINGEN DER
VOLKENBONDS-STATEN.
In de vergadering der derde com
missie van den Volkenbond te Genève
heeft onze afgevaardigde Jhr. Loudon
eenige nadere inlichtingen gevraagd over
de verplichtingen der staten ten aan
zien van een staat welke tot aanvaller
verklaard is.
Men voelt terstond het groote be
lang der kleinere, neutrale staten ten
opzichte dezer kwestie. Zal een neu
trale staat cleel moeten nemen aan de
economische en militaire actie, die de
Volkenbond tegenover zulk een aan
vallende staat onderneemt?
Jhr. Loudon verklaarde liet desbe-
betreffende artikel van het protocol
(art. 12) aldus op te vatten dat lede
ren staat de vrijheid wordt gelaten,
zelf de maite der door hem te verlee-
nen medewerking aan de gemeenschap
pelijke sancties te beoordeelen en dat
een sitaat in het bijzonder dus vrij is,
zelf te beslissen, of hij aan militaire
sancties kan. mededoen, doch dat iede
re staat verplicht is, onmiddellijk' de
economische en financieele sancties in
toepassing te brengen tegen den staat,
die krachtens een beslissing vam den
Volkenbondsraad tot aanvaller is ver
klaard.
Benesj, de vader van het protocol
heeft geantwoord, dat het protocoL de
staten verplacht, zoo eenigszins mogelijk
ook militairen bijstand aan den aange
vallen staat te verleenen, doch dat iede
re staat zelf vrij blijft te beslissen, of
hij die verplichting wil nakomen. De
verplichting tot medewerking aan mili
taire sancties is dus een verbintenis zon
der dwang tot nakoming.
De Franschman De Jou venei heeft
hierop betoogd dat staten die zeifont-
wapenen willen, door het protocol zich
niet daarvan behoeven te laten weer
ing, toch heb i'k haar gezien, voor
eeuwig gezien. Wij minnezangers bab
belen zooveel over de liefde, maar in
werkelijkheid weten wij zoo goed als
niets van haar, en wanneer zij ons dan
overvalt, brengt zij ons in verwarring.
Zoo is het met mij ook) gegaan
wat denkt gij, dat ik gedaan heb?"
Villon keerde zijne toehoorders zijn
levendig, opgewekt gezicht toe, en zijn
spotachtige mond logenstrafte zijne
droevige oogen.
„Een beker geledigd om haar te ver
geten", dacht Montigny.
„De zakken der vrouw geledigd!'
veronderstelde Casin Cholet.
Met een verachtelijk gebaar wees
Francois deze veronderstelling af.
„Neen, neen", grinnikte hij. „Ik ben
haar in de kerk nagegaan!"
Stomme verbazing der toehoorders
slechts Colin van Cayeux had te
genwoordigheid van geest genoeg, om
zijne verwondering lucht tc geven in
een langgerekt gefluit. Lodewijk be
kruiste zich herhaaldelijk onder zijne
jas. i 1
Guy Tabarie wierp een veelbetee-
kenenden blik op de vreemdelingen,
Villon lachte hem uit wegens zijn angst
„Onzin!" riep haj, boog eenigszins
voorover en sloeg Lodewijk schertsend
met zijn degen op den rug.
„Deze wakkere kerel hier heefteen
goed gezicht en begrijpt mij. Of niet
oud konijn?"
Lodewijk kromp ineen en grijnsde
vervolgens vergenoegd, toen hij zag,
houden. i
De Engelsohman Henderson, daar
entegen, verdedigde krachtig den plicht
van alle staten om ook zoo mogelijk
met militaire machtsmiddelen den aan
valler te bestrijden.
Eenstemmigheid blijkt er over deze
kwestie dus nog niet te bestaan.
De staking op Covent Garden
geëindigd.
De staking der groentesjouwers van
Covent Garden is thans over, na bij
na 6 weken te hebben geduurd. Nadat
vele stakers het werk hadden hervat,
'heeft het bestuur van den transport-
arbeidersbond een verklaring gepubli
ceerd, waarin wordt gezegd, dat de
bond aan de staking geen verdere uit
breiding wenscht te geven ed dus alle
leden aanraadt, het werk te hervatten.
worden. De electriciteitsvoorziening en
het telefoonverkeer staan stil.
Volgens berichten uit Angora
zijn tengevolge van de aardbeving, in
Klein-Azië 10.000 menschen dakloos.
De regeering heeft besloten een bedrag
van 350,000 Turksche ponden vooreer
ste hulp voor de noodlijdenden ley be
schikking te stellen.
verergert met het uur en kan
ontaarden inborstaandoening
Wacht dus niet neem dadelijk
Revue.
Dat de Duitsche regeering waar
borgen heeft gevraagd aan de tien in
den Raad van den Volkenbond verte
genwoordigde mogendheden, waarvan
zij haar verzoek om toetreding van den
Volkenbond afhankelijk stelt, heeft te
Parijs een slechten indruk gemaakt.
De politie te Warschau (Polen)
is een groote organisatie tot het onge
schikt voor den dienst maken van mili
ciens op het spoor gekomen, aan het
hoofd waarvan de 70-jarige multi-mili-
onair Fuchs stond. Er zijn 70 personen
gearresteerd. In het geheel zouden er
ongeveer 400 personen van den mili
tairen dienst zijn vrijgesteld. In deze
zaak zijn hooggeplaatste officieren be
trokken.
De uitslag der verkiezingen voor
het Deensche Landsting is, dat de soci
aal-democraten en radicalen 33 zetels
bezetten, de oppositie-partijen 43.
Volgens berichten uit Konstan
tinopel is over geheel Bulgarije de staat
van beleg afgekondigd.
De Volkenbond heeft een leenmg
van 10 millioen p. st. ter beschikking
gesteld van de Grieksche regeering voor
de uit Turkije gevluchte Christenen.
Het Engelsche vakvereenigings-
oongres heeft een delegatie benoemd,
die naar Rusland zal gaan om den toe
stand te bestudeeren.
In St. Petersburg hebben groote
overstroomingen gewoed. Het tramver-
verkeer is stopgezet en het verkeer te
voet op vele plaatsen onmogelijk ge
dat Tristan woedend was.
Villon zette zijn verhaal voort.
„Nu dan, ik knielde daar in het
donker op de koude steenen, en al
dien tijd klonk de zang harer schoon
heid zoet in mijne ooren, en de smaak
harer schoonheid was zout op mijne
lippen, en de pijn harer schoonheid
knaagde aan mijn hart, en ik bad, dat
het mij vergund mocht zijn haar weer
te zien."
Huguette greep naar een tinnen kan,
om die den dichter naar het hoofd te
werpen, maar zij werd door Guy Ta
barie nog bijtijds ontwapend. Knor
rig zonk zij terug op haar voeten
bankje, en zonder eenig vermoeden van
het gelukkig afgewende gevaar vertelde
Francois droomerig verder.
„Toen zweefde zij weer naar buiten
en ik stapte achter haar aan. Zij nam
het wijwater uit mijne hand aan".
„Buiten op de stoep van het gods
huis stond een geelharige, roodwan
gige fat, die haar begroette en toen
met haar verder ging. Ik steeds achter
hen aan. Eindelijk kwamen zij aan
eene poort, waar zij binnentrad. Toen
zij zich omkeerde om afscheid te ne
men van haar begeleider, zag ik haar
gelaat nog eenmaal, maar slechts een
oogenblik, want de tranen in mijn oog
omfloersten het beeld". Met een die
pen zucht wendde hij zich tot Lodewijk
„Vermoedelijk zijt gij verbaasd, mij
zoo te hooren spreken, maar wanneer
mij het hart op de tong komt, moet
ik het uitspuwen, anders verstikt het
RECHTSZAKEN.
Kantongerei fd Goes.
Door den Kantonrechter te Goes
zijn veroordeeld wegens
Zonder vergunning Joopen over een
anders grondP. d. J. te Sinoutskerke,
C. H., W. R., C. B. allen tc Ove-
zande, ieder f3 b. of 3 d. h., M. C.
D. te Wemeldiimge, J. M. te Wol-
faartsdijk, ieder f5 b. of 5 d. h.
Zonder vergunning paard laten loo
pen op een anders weiland: L. S. te
Ovezande f 10 b. of 10 d. h.
Straatschenderij: M. K., J. J. N.,
terug aan ouders, C. M. W. f5 b.
of 1 w. t.sch., allen wonende te Kam
perland, J. I. d. K. te Wis sen kerke,
terug aan ouders.
Strooperij: T. d. B. te Goes, f0,50
of 1 d. h., P. S., C. S., te Goes
f2 b. of 1 w. t.sch.
Trekdier onbeheerd laten staan: J.
v. H. te Waarde f31 b. of 3 d. h.
Overtreding woningwet: J. H. J.
te Goes f 1 b. of 1 d. h.
Waren ten verkoop voorhanden heb
ben die in ondeugdelijken toestand ver-
keeren: G. v. d. L. te Viissingen
f10 b. of 10 d. h.
Arbeid doen verrichten door een
kind beneden 14 jaren: A. D. te Kloe-
tinge f3 b. of 3 d. h.
Weg berijden met twee aaneen ge
koppelde wagens: J. W. te Driewe
gen f3 b. of 3, d. h.
Op rijwiel rijden en zich vasthou
den aan een in beweging zijnd voertuig
D. C. v. d. S. te Rilland f3 b. of
3 d. h.
Spitten in een dijk ini Zeeland: J.
Z. d. H. te 's Heerenihoek f5 b. of
5 d. h. i i
Zonder vergunning fietsen over
spoorweg: J. v. L. te Kapelle f5 b.
of 5 d. h. f
Fietsen over openbaren weg zon
der een hand aan stuurstang: F. v.
O. te Biezelinge £3 b. of* 3 d. h.
Afleveren van waren die ondeugde
lijk van samenstelling zijn: J. V. te
's Heer Hendrikskinderen f 250 b. of
60 d. h., P. M. D. te Ellewoutsdijk
f200 b. of 60 d. h. t
's Avonds voorwerp op openbard
weg plaatsen en niet verlichten: J. v,
B., zonder bekende woonplaats f3 b.
of 3 d. h. f
Schelde bevisschen zonder consent:
F. v. d. H. te Nieuw Namen f3 b.
of 3 d. h.
Visschen zonder akte en vergunning
en met verboden vjschituig: A. J. V.
te Goes 3 m. f2 b. of 3 m(. 2d. h.
mij
„Ik heb reeds lang geleerd, mij
over niets te verwonderen", antwoord
de Lodewijk wijs. Villon nam nu den
afgebroken draad van zijn verhaal weer
op. i,i
„Ik groette den heer en verzocht
hem, mij den naam der dame, te noe
men. Hij hield mij wel voor krankzin
nig, maar zeide hem mij toch".
Op hetzelfde oogenblik was Hu
guette opgesprongen, en fluisterde vlei
end: „En hoe heette die dame dan,
lieve Francois?" 'j
Met een spottend glimlachje zag
Francois haar in de oogen. „Bewaar
het geheim, liefste", fluisterde hij;
„het was hare majesteit, de koningin".
Een stormachtig gelach van zijne
vrienden beloonde Villon s grap en ver
meerderde de woede van Huguette. In
koninklijken toorn wilde Lodewijk op
springen, maar Tristans hand drukte
zwaar op zijn schouder en hield hem
op zijne plaats. Villon, die zijn wrevel
merkte, wenkte hem geruststellend toe.
„Neen, neen, mijn voortreffelijke
hertog 1" riep hij; „uwe loyaliteit be
hoeft geen vuur te vatten. Het was de
koningin wel niet, maar haar naam
wil ik voor mij behouden, ofschoon
hij in breede blauwe en zwarte strie
men op mijn rug staat geschreven".
Wordt vervolgd.