N\ 85. Zaterdag 19 Jnli 1934 lil jaargang. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. 7 FEUILLETON Het slot Dynjeck VRUCHTEN WJSFELS BUITENLAND. ABONNEMENT Pr^js per kwartaal, in Goea^f 2, buiten Goes f 2, Afzonderlijke nummers 5 cent. VerschijntMaandag-] Woensdag en Vrijdagavond. GOESCHE Uitgave Nsiunl. Vennootschap Goesehe Courant ADVERTENTIËN van i regels f 1,20 elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 110 regels f 2,40 Bewijsnummers 5 cent. en Kleenwens Boss' Drukkers- en Uitgeversbedrijf Advertentiën worden aangenomen tot 13 nur voormiddag. COURANT "~HET WATERHOENTJE. (Nadruk verboden). In den voornacht tusschen twee kos telijke zomerdagen ontwaak ik door een klagelijk geschrei. Ik haast mij naar t venster, waardoor een geur van hooi en vlierbloesem me tegemoet waait, en spied in het stille veld. „Een kind in het water! is mijn eerste gedachte, en ook mijn buurman, die nog niet naar bed was gegaan, is op liet angstgeroep toegesneld. Maar als het zich herhaalt, ontdekken wij, dat het moet komen van het waterhoentje, dat zich tusschen het hooge riet pleegt te verbergen en daar ook overdag soms zijn eigenaardige, klokkende geluiden slaakt. Maar zooals nu heb ik hem nog nooit hooren schreeuwen. Het klinkt, als 'k weer te bed lig, nog een paar maal als angstig kindergekerm door den nacht. En eensklaps begrijp ik mijn water hoentje. Het is het hoogtepunt van den zo mer. Een kostelijke zomer; kostelijke dagen en kostelijke nachten. In den tuin bloeien alle bloemen en alle ster ren schitteren aan de lucht. Het maai land golft en kikkers kwaken in de slooten. Vlier en sering en acacia en meidoorn geuren en kleuren tegelijk. Nu is het de tijd om te genietenhaast u, want spoedig is alles voorbij! Maar het waterhoentje kan niet ge nieten, want het waterhoentje is een zaam. Ongepaard zie ik hem dagelijks het water doorscheren; onrustig door zoekt hij het riet langs den kant. Hij blijft alleen; telken avond als hij zich neergeeft in het verborgen hoekje, dat hij alswoonplaats beschouwt, zit hij eenzaam tusschen de scheppingspracht. En eenzaamheid kan geen schepsel ver< drageneen waterhoen noch een mensch. Daarom is het, dat er in dezen hos tel ij ken voornacht een klagelijk ge schrei, als van een verlaten kind, uit het oevergras oprijst. Want hoe koste lijker het leven, des te grooter de be hoefte, anderen deelgenoot te maken van ons geluk. Wat hebben wij aan geluk, zoolang het ongedeeld is? Een kwelling wordt ons zelfs het hoogtepunt van den zo mer, wanneer wij niemand hebben om getuige te maken van onzen geestdrift. Het schijnt soms, dat de openbaring van ons geluk jegens anderen grooter genot nog verschaft dan het geluk op zichzelf. Als een kind iets moois ziet, kraait het en klapt met de handjes, maar het kijkt slechts een oogenblik naar het voorwerp zijner bewondering; het tracht de aandacht te trekken van ÏLZE DOOR DORE TANNER. (Nadruk verboden.) „Dat is de nieuwe wijze van opvoe ding"* lachte de opperhoutvester, „men heeft zelfs, in dezen modernen tijd on der de studenten propaganda gemaakt voor het anti-alcohollisme, maar nu de wijn er eenmaal is, is het toch jammer om ze te laten bederven." Graaf Roleneck nam nu de draad van het gesprek verder op en Henny, die door haar weigering iets van den wijn te gebruiken de oorzaak van dit gesprek was geworden, volgde stilzwijgend de verdere conversatie. Haar gedachten hielden zich overigens meer met de gas ten bezig; den opperhoutvester, dien zij bij haarzelf „oud" noemde, mocht zij graag lijden,* want hij had ondanks zijn barschheid iets goedmoedigs, iets openhartigs over zich. Daarentegen was graaf Roleneck haar onsympathiek, zijn doffo oogen, die diep in hun kassen lagen en die toch gedurende den maal tijd een merkwaardige opflikkering ver toonden, zijn smal gezicht, dat wel met perkament bespannen scheen, boezem den haar eenige angst in, hoewel zij toch in het algemeen niet vreesachtig zelfs moedig was. Zij wierp snel een blik op de handen der gasten om zich te overtuigen, of zij gehuwd waren. De opperhoutvester droeg aan den pink van zijn rechterhand vader of moeder of van dc omstanders, om dezen duidelijk te maken, hoezeer hij, geniet. De uitingsdrang is het, die bevrediging zoekt. Hoe sterk dit het geval is, heb ik eens bemerkt bij een uitvoering van de tooneelvereeniging op een dorp. Dc slager, die vóór me zat, vond het blij spel, dat zijn dorpsgenooten opvoerden, erg grappig en vermaakte zich koste lijk. Zoo geestig vond hij het spel, dat hij bij eiken goeden zet van de spelers zich achterom wierp op zijn stoel, om met gelaat en gebaren zijn vrienden te toonen, hoezeer hij genoot. Hij gunde zich den tijd niet, op het tooneel rte letten; voortdurend keerde hij zich om, zoodat ik zijn gezicht vaiker te zien kreeg dan zijn achterhoofd. Laat deze man, gelijk, naar ik meen Koning Lodewijk van Beieren dit met Wagner's opera's placht te doen, op zijn eentje in het duistere ruim van een schouwburgzaal een uitvoering bijwonen, en het schitterendste spel zal hem niet die heerlijke ontroering doen krijgen, welke thans zijn avond tot een genie ting maakt. Hij moet zijn pret kunnen luchten, anderen kunnen betrekken in. zijn smart. Hebben wij hel eigenlijk niet alle maal zoo? Het overkomt ons dikwijls, wanneer wij een grappig avontuur be leven, een indrukwekkend natuurtafe reel aanschouwen, getuige zijn van een boeiende kunstverrichting, dat wij hier van slechts half genieten, wijl de ge dachte bij ons overheerschtnü moest die of die er bij kunnen zijnHet schijnt dat onze aandoeningen eerst het gemoed ten volle in beweging zet ten, wanner wij ze gemeenschappelijk beleven. Do mensch is geen kluizenaar; hij is een gezelligheids-, een gemeenschaps wezen. Hij is slechts de helft van een geheel, slechts het onderdeel van een volkomenheid. Afgesloten van zijn na tuurlijke omgeving, is hij nacts en elk voorval, elke ontroering ook, die hem zijn eenzaamheid scherp in 't bewustzijn prenten, worden hem een ondragelijke kwelling. Er is geen smartelijker kreet dan het geschrei der eenzaamheid. Eenzame levens; ook op het hoogte punt van den zomer worden zij geleden om ons heen. En juist op het hoogte punt van den zomer doen zij hun smar telijk karakter gelden. Al uiten z ijzich niet zoo onbeheerscht als het jamme rende waterhoen, het is, of dc stilte van den nacht hun verbeten bitterheid, bun verstikte klachten in zich opneemt en als een treurig lied verder doet rui- schen. Maar de mensch heeft iets voor op het waterhoen. Is dit laatste op zich zelf aangewezen zoo zijn genooten het verlaten de mensch bezit zijn ver twee trouwringen, terwijl graaf Role neck aan de linker hand een wapenring en aan de rechter hand een schitte renden brillanten ring droeg. Na afloop van het diner speelden de gravin en de beide heeren een partij skaat, terwijl Henny zich verdiepte in den aanblik van eenige prachtige pla- tenalbums. Zij werd tenslotte moe en droomerig en zij kon niet verhinderen, dat haar hoofd op de album voorover boog en in slaap viel. Haar regel matige ademhaling, die sprekend op die van een slapend kind geleek, trok de aandacht van den graaf. Hij klemde zijn monocle in het oog en keek vanaf zijn plaats aan de speeltafel naar de sofa, waarop Henny zat. Hij lette zelfs een oogenblik in 't ge heel niet op het spel, iets wat de gravin anders zeer kwalijk nam en zei zachtjes „Indien ik nu maar kon schilderen, dat is een prachtig gezicht zoo, dit bekoor lijke blonde kind, dat daar zoo rustig slaapt". „Werkelijk", zeide de oude dame en keek aandachtig door haar gouden lorgnet naar de niets vermoe dende Henny. „Duidt het haar maar niet ten kwade, mijne heeren, zij is nog niet gewoon aan het gezelschapsleven al» oudste zuster van vele broers en zusters is zij tot op heden steeds als huishoudstertje thuis gebleven". „Wat een onschuldige engel", zeide da graaf en een eenigszins spottend glimlachje vertoonde zich op zijn ge laat, terwijl de opperhoutvester luid en dreunend iachtte: „Het arme kind mevrouw de gravin had haar gedurende de skaatpartij niet hier moeten laten...." De zware klank van zijn stem had Henny gewekt, verward en verwon derd. hief zij haar hoofd op, eerst ten. beelding, die hem vergoeding doetzoe- ken waar de werkelijkheid te kort schiet. Do mensch behoeft nooit eenzaam te zijn. Hij omringt zich met boeken, met muziek, met herinnering, zelfs planten en dieren maakt hij tol zijn vertrouw den. En op de witte bladen van het pa pier, in de tonen van zijn lied, in do kracht van zijn arbeid legt hij ailos, wat hij had willen zeggen, wat hij had wil len fluisteren of uitschreeuwen tegen zijn genooten. Zoo schept hij zich zijn eigen omge ving, zijn eigen rijk, waarin hij zelfs in vostrekte eenzaamheid nimmer alleen is. DE LINDEBOOM (WED. B. VAN DOESBURG) in 4 natuurl. vruch- tensmaken.) Zéér verfrisschend! -wafels (gevuld met de natuurlijke mandanjnvrucht, geen essence.) Bijzondei' lekker als het heet is. ve©8 Dg LüKSïa een paar pakjes ESPERANTO- WAFELS (voedzaam, croquant, edel van smaak. Hyg. verpakt.) B!J DE SUaSBSSEN smaakt verrukkelijk DE OR1GINEELE FROU-FROU (met den Lindeboom) gevuld met slagroom. MO€£&-T«3£-TRAC, pikante kofliesmaak-wafel, juist geschikt voor 't warme seizoen. Doordat eenzelfde advertentie 3 maal geplaatst 2 maal wordt berekend, is de prijs per regel slechts 16 cent. hoogste verbaasd, dat zij zich' niet in 'haar bed, doch in de salon van tante bevond en- toen verlegen, omdat de gra vin en haar gasten haar slapend hadden gezien. Zij sprong op maar zooals zij daar stond met die hoogroode kleur van verlegenheid op haar wangen, pas ontwaakt en met dien hevig verbaasden blik in de groote blauwe kinderoogen, was zij zoo bekoorlijk, dat graaf Ro leneck dacht: „Voor den drommel daar zit toch het echte ras in, ondanks dat huwelijk en kracht en vuur in deze jonge, slanke gestalte als ik schilder was Gravin Dymeck had een snellen, vorschenden blik op den graaf gewor pen daarna legde zij onverschillig haar lorgnet ter zijde. Henny trad op haar tante toe en kuste haar hand: „Wees niet boos op mij, tante Klarissa, dat ik door slaap overmand werd' „Maar natuurlijk niet kind ik dacht er niet aan, dat je er niet aan gewoon was om zoo lang op te blijven bel maar, dan kan Schroth je naar je kamer brengenDe heeren ston den op en maakten een buiging voor Henny, die, blij, dat tante door haar gebrek aan tact in gezeLschap niet in toom was onts.token, de electrische bel liet klinken en met Schroth, die een kaars droeg de trap naar haar kamer opsteeg. Toen zij echter op haar kamer was gekomen, voelde zij zich toch te veel wakker, om zich dadelijk te ruste to begeven; zij draaide het electrische licht uit en ging in het donker bij bet raam zitten. Toen zag zij, zich bijna spookachtig verheffend, den toren, dien zij heden met de gravin bezich- De conferentie van Londen De conferentie le Londen is Woens dag door den Britschen premier, Mac Donald, die op voorstel van z n Franschen collega Herriot tot voor zitter benoemd werd geopend. Er zijn tien landen vertegenwoordigd. Ook Amerika heeft een vertegenwoordiger gezonden. Zooals bekend is het doel der con ferentie om het plan-Dawes aangeno men te krijgen, dal de positie van Duitschland ten opzichte der gealli eerden nader regelt. Memoreeren we nog even den in houd van het plan-Dawes. Do voornaamste kenmerken van het plan zijn dat de eenheid van Duitsch land. in fiskalen en oeconomischen zin aan het rijk moet worden hergeven en dat een groote leening tot een bedrag van veertig millioen pond sterling te zijnen behoeve zal worden verschaft door beleggers die noodzakelijk over tuigd moeten worden dat voldoende zekerheid wordt geboden. Op deze voorwaarden, welke natuurlijk mee brengen dat Duitschland de algeheele oeconomische controle van de Roer evenals over de overige deelen van het rijk moet terugkrijgen, zijn de deskun digen het algemeen er over eens dat Duitschland zijn begrooting spoedig in evenwicht zou kunnen brengen meteen gestabiliseerden wisselkoers en in een kort tijdverloop aanzienlijke sommen voor het herstel opbrengen. Voorts werd bedongen de oprichting van een nieuwe emissie-bank met het uitsluitend recht om bankbiljetten uit to geven voor een tijd van niet minder dan vijftig jaar en verschillende mid delen werden aan de hand gedaan voor het houden van toezicht op de Duit- sche binnenlandsche wetgeving, die alle erop gericht zijn om het plan te ste- vigen. Er werd geen algeheel moratorium voor Duitschland voorgesteld, maar in het eerste jaar zouden de betalingen beperkt blijven tot vijftig millioen pond sterling waarvan veertig millioen pond zon worden verstrekt door de vroeger genoemde leening en tien millioen pond in den vorm van interest van de spoor weg-obligaties. In financieele kringen is steeds de nadruk gelegd op het feit dat het plan geheel afhangt van het opbren gen van deze buitenlandsche leening, misschien wel meer dan een. Men voelt terstond waar de kneep O» behoeven U niet te hinderen. Doe Cj Hier wat Akkers Kloosterbalsem op. is dadel'ik de P'ï11 we9' Zuivert QgP KSCl «Pen geneest Uw open huid In één nacht. tigd had. De beide ronde vensters der vertrekken schitterden in het maan licht en een zonderlinge vrees voelde Henny in haar hart opkomen. Dus zoo dicht bij den toren was haar kamer; zij dacht een oogenblik na en haalde zich den weg nog eens voor den geest, dien zij met haar tante had gevolgd, maar zij wist zich niet te herinneren een deur gezien te hebben. Waarheen leidde echter de oude deur, die de afsluiting vormde van de lange gang, waaraan ook Henny's kamer lag? Die moest volgens haar oordeel toch op de een of andere wijze met den ouden burcht in verbinding staan. Zij had, op de lange donkere gang wijzend, aan Schroth gevraagd: „Wie woont daar, zijn daar nog vertrekken?" Maar juffrouw Scl^oth had geant woord „Alleen voorraadkamers en lin nenkamers, mijn slaapvertrek bevindt zich recht tegenover dat van de freule als u bang bent, behoeft u slechts aan mijn deur te kloppen. Maar Henny had gezegd: „Ik ben in 't geheel niet bang," en voor geen geld van dg wereld zou zij Schroth of haar tante hebben willen bekennen, dat het haar op het slot Dymeck soms zoo vreemd te moede was. Beneden hoorde zij Koenraads stem, die order gaf om het rijtuig voor te brengen, zag het voertuig voorkomen en wegrijden van het binnenplein toen kleedde zij zich uit en lag spoedig in een vasten, droomloozen slaap. Henny König aan haar broeder Bruno. Slot Dymeck. Beste Bruno! Ik heb een voorval beleefd, dat ik zit: de Franschen zullen het Roerge bied moeten verlaten, anders weigeren de financiers de leening. Ten over vloede heeft de City de Londen- sche banken hier nog eens den na druk op gelegd. Het zal nog niet meevallen om de Franschen zoover te krijgen dat zij, terstond met een opruiming van het bezette gebied accoord gaan. Het Fransche standpunt is naar de Petit Parisien meldt in de commissie van Herstel als volgt afgebakend. De com missie zal eerst dan officieel vaststel len, dat Duitschland met de uitvoe ring van het Dawes-plan is begonnen, indien aan de volgende 5 voorwaarden is voldaan: le. de rijksspoorwegmaat schappij moet opgericht zijn; 2e. ook de goudbiljettenbank moet tot stand zijn gekomen; 3e. het stelsel der indu strie-obligaties moet georganiseerd zijn 4e. de spoorweg- en industrie-obliga ties moeten overgedragen zijn aan de door de Commissie van Herstel be noemde trusten voor de betalingen van de schadevergoeding; 5e. de buiten landschei leening aan Duitschland ten bedrage van 800 millioen goudmark moet geplaatst zijn. Dit laatste punt vooral heeft volgens genoemd blad tot levendige discussies aanleiding gege ven. De Engelsche gedelegeerde moet n.l. hebben verklaard, dat de plaat sing der leening moeilijk, zoo niet on mogelijk wordt, indien de Duitsche eco nomische eenheid voor dien tijd niet is hersteld. Men ziet het: de Franschen zeggen eerst de leening en dan er uit, de Engelschen zeggen eerst uit het Roer gebied en dan de leening. Door deze kwestie zal de conferen tie te Londen wel worden beheerscht. Om te beginnen heeft de conferen- - tie zich) in drie commissies gesplitst. De verkiezingen in Z-Afrika. De uitslag van de verkiezingen in Zuid-Afrika hebben we reeds gemeld, 't Werd een overwinning van generaal Hertzog op Smuts of wel van de „Natten" en de arbeiders op de „Sap pen" De corr. der N. R. Crt. schrijft nu nader De strijd is gestreden. Hertzog heeft gezegevierd. Smuts is gevallen. Er is een nieuwe mijlpaal in de geschiedenis van Zuid-Afrika bereikt. Ontegenzeg gelijk is het resultaat van deze verkie zing een van de belangrijkste gebeur tenissen op politiek gebied in ons land sedert den Boeren-Oorlog. Zuid-Afrika gaat met rassche schreden voorwaarts op den weg naar onafhankelijkheid. En wonderlijk genoeg hebben het meest hiertoe bijgedragen niet alleen het land van Marthinus Steyn en Christiaan de je vertellen moet. Eigenlijk zijn het zelfs twee voorvallen of liever avon turen en van beide zouden onze ouders misschien geen begrip hebben en ik zou me bovendien nog belachelijk ma ken ook en ik heb er hier al onaan genaamheden genoeg door beleefd. Da1 is een veelbelovend begin, niet waar? Ik heb jou, mijn besten oudsten broer, immers plechtig beloofd, om alles te schrijven, wat mij verontrust en be zorgd maakt en dat ik daarom juist niet aan onze ouders wil vertellen, omdat zij immers zelf al zorgen genoeg heb ben. Het is juist zoon typische trek van vader, dat hij nooit verlangt, dat wij hem of moeder onze brieven laten zien, alsof die niet alleen ons eigen dom waren, waarover wij de vrije be schikking hebben, maar evengoed aan den afzender behoorden. Dus luister goed: Ik had al lang in het achterste gedeelte van ons park een kleine, niet gesloten poort ontdekt, die toegang gaf tot een smal paadje door een weiland, langs een kleine beek, aan weerskanten met wilgen begroeid cn uitkwam in een klein dennenbosch. Gis teren dan, ik had nog drie uur tijd voor het diner, voelde ik groote lust, om eens een kleinen ontdekkingstocht op eigen gelegenheid te ondernemen; j ik maakte 'het poortje open en sloop naar buiten. Ik vond het heerlijk, zoo door de weilanden te zwerven en ik plukte een groot bouquet veldbloemen, dia ik voor tante Klarissa wilde mee nemen. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1924 | | pagina 1