111 jaargang.
N\ 46.
Dinsdag 15 April 1924
BUITENLAND.
FEUILLETON.
De
Ondergang
Bokruiters.
der
Binnenland.
School en Kerk.
MIJNHARDT's
Zenuw-Tabletten 75<*
Laxeer-Tabletten .60ct
Hoofdpijn-Tabletten 60ct
Staten-Generaal.
Rechtszaken.
ABONNEMENT
Pry. per kwartaal, is Goes f 2,
buiten Goes f 2,
Afzonderlijke nummerB 5 cent.
VerschijntMaandag- Woensdag
en Vrijdagavond.
GOESCHE
Uitgave Naaml. Vennootschap Ocesche Courant
ADVERTENT1ËN
van 1S regels f 1,20 elke rege
meer 2d cent.
Driemaal plaatsing wordt tweemaal
berekend,
familieberichten 110 regels f 2,40
Bewijsnnmmers B cent.
en fi leentrens Boss' Drnkkers-en Uitgeversbedrijf Advertentiën worden aangenomen
tot 13 nnr voormiddag.
COURANT
Windstille.
Na de verschijning der rapporten
der deskundigen, is thans op politiek
gebied een windstilte ingetreden. En
wjj gelooven niet direct, dat dit de
beruchte windstilte is, die aan den
storm vooraf gaat.
Immers, de rapporten zijn alom met
ingenomenheid ontvangen, zij het dan
ook dat de beurs er al zeer weinig op
heeft gereageerd.
De commissie van herstel heeft de
rapporten met algemeene stemmen
goedgekeurd en men mag aannemen,
dat een dergelijk belangrijk besluit niet
genomen is zender dat de regeeringen
zjjn geraadpleegd. Men mag dus aan
nemen, dat Poincaré zelfs met de rap
porten accoord gaat en misschien heeft
de beurs gewacht op dit votum. Van
Poincaré was men niet zeker en een
verrassing was geenszins nitgesloten.
Wat Duitschland betreft, de oecono-
misch.politieke commissie van den
oeconomischen rijksraad heeft zich
verklaard tegen een afwijzing van de
aanbevelingen der deskundigen door
de rijksregeering, die de voorstellen
dns waarschijnlijk als een geschikte
basis voor verdere besprekingen zal
beschouwen en teuslotte wel eindigen
zal met ze althans in hoofdzaak
te aanvaarden. Al ware het alleen
om Rijn- en Roergebied weer vrij te
krijgen.
Deze m( gelijkheid schijnt in Duitsch
land de hoopvolle stemming weer te
doen opleven. Optimistisch is ook dr.
Schacht, de president van de Doitsche
rijksbank, gestemd, blijkens de vol-
gende uitlating
Spreker is het eens met allen, die
van een definitieve, verstandige regeling
van het vraagstuk van het herstel, hoe
zwaar het Duitsehe bedrijfsleven er ook
door moge worden belast, verwachte»,
dat deze regeling een begin zal zijn
om het buitenland en het buitenlandsch
kapitaal te interesseeren voor het ber-
slel san Duitschland. Wij zullen dit
niet meer, zooals vroeger, als een on
geluk beschouwen, maar veeleer als
een noodzakelijkheid, die wij slechts
daokbsar kunnen begroeten. Met ver
bazing zullen wjj nog zien, hoeveel
lieden er belang by hebben, met
Dni schland te werken, omdat het
vertrouwen, dat men in den Duft-
schen koopman en in de Dnitsche
industrie stelt, goddank nog steeds
buitengewoon groot is.
Uiffluifiiij op de Engelsche
scheepswerven.
De uitsluiting op de Engelsche
scheepswerven die Zaterdag is ingegaan,
beteekent dat 100.000 uit hun werk
gestooten zijn door de halsstarrigheid
van 5000 werklieden te Southampton,
die »Ue mogelijke voorstellen om de
plaatselijke staking daar te regelen,
hebben afgewezen.
De staking te Southampton begon
zeven weken geleden tegen het advies
van het bestuur der vakvereeniging
om een loonsverhooging van 17J sh.
35
EEN ZONDERLINGE HISTORIE
DOOR
A. MÜTZELBURG.
Nadruk verboden.
festenrath, die zeer vastberaden en
op besliste wijze had gesproken, ging
nauwkeurig de uitwerking zijner woor
den na. Eerst was er wantrouwen en
verbazing op Vliet's gelaat te lezen
daarna scheen het wantrouwen en de
gedachte, dat hem hier een gevaarlijke
strik werd gespannen, de overhand te
krijgen. Hij fronste het voorhoofd,
kneep de oogen dicht en floot zachtjes,
alsof hjj nauwelijks naar festenrath
luisterde.
„Ik zie aan je gezicht, dat je den
spot met me wilt drijven," heraam de
kapiteiH. „Maar ik zegje van te voren,
dat ik je niet los laat. Ik ben een man,
die hetgeen hij zich heeft voorgenomen,
tot het uiterste doorzet. Of ik lever je
oogenblikkelijk aan de autoriteiten uit,
klaag je aan als een spitsboef en zeg,
in de week en is dus als een wilde
staking te beschouwen. Deze staking
stuurde onmiddellijk de onderbande»
lingen in de war, die op het punt
waren om te beginnen, over een
algemeene loonsverhooging van 10 sh.
over het geheele land.
Burgeroorlog in Honduras.
In de republiek Honduras (Z- Am)
is een opstand uitgebroken. De hoofd
stad Tegucigalpa is bestookt uit een
vliegtuig van de partij van opstand.
Verscheiden huizen zijn vernield door
treffers met lucht-torpedo's. Vier bom
men kwamen te land vlak bij Ameri-
kaanscbe troepenafdeelingen, die blijk
baar waren aangezien voor vijandelijke
troepen.
Er zijn bij dit bombardement 140
dooden gevallen v. w. tal van vrouwen
en kinderen.
Faillissementen in Nederland.
Volgens mededeeling van het Han
delsinformatiebureau van Van der Graaf
Co.'s Bureaus voor den Handel zijn
over de afgeloopen week, eindigende
11 April in Nederiand uitgesproken ll3
faillissementen tegen 84 faillissementen
in dezelfde week van het vorige jaar.
Van 1 Januari tot en met 11 April
1924 1343 faillissementen tegenover
1179 over hetzelfde tijdperk van bet
vorige jaar.
Het conflict in de Twentsche textiel-
De heer Van IJselsteyn, rijksbemid
delaar voor de Arbeidsgeschilienwet in
het desbetreffend district, heeft aan de
besturen van de verschillende organi
saties, bij het conflict in Twente be
trokken, meegedeeld, dat de wet 16
dezer in werking treedt en de bestu
ren uitgenoodigd tot een bespreking
op Donderdag 17 dezer op het gemeen
tehuis te Enschede.
Tweede Kamer.
In de vacaturs Kolkman is tot
lid van de Kamer benoemd ver
klaard mej. J. M. J. A. Meijer te
Rotterdam.
Staat en ambtenaar.
De Staat der Nederlanden is tegen
Dinsdag a.s. voer de rechtbank te
's Gravenhage gedagvaard door het
Nederlandsch Onderwijzers-Genootschap
betreffende een aangelegenheid, welke
in verband met de actueele vraag van
de rechtsverhouding van den ambtenaar
tot den Staat van belang is.
Het betreft hier echter niet een
vordering wegens vermindering van
salaris, doch wegens intrekking van
een benoeming, welke voor een bv-
paalden tijd had plaats gehad. Een
onderwijzer aan de rijksnormaallessen
te Zaandam was aangesteld voor een
periode van een jaar, ingaande 1 Mei
1928. In September 1923 ontving
deze onderwijzer van den minister van
onderwijs de mededeeling, dat de aan
stelling was ingetrokken, en een nieuwe
aanstelling werd verleend voor den tijd
dat je een van de bokru ters bent
of wjj worden goede vrienden en dee-
len in het vervolg alles met elkaar.'
.Praat toch niet zulk een onzin en
doe wat je wilt zeide Vliet thans
tamelijk resoluut, .blaak mijn handen
los, ik heb nu meer dan genoeg van
die gekheid. De kamer, die je bewoont,
is van mij en ik heb het recht, om er
op ieder uur van den dag binnen te
komen. Ik wilde een jas balen en
daarmee basta 1"
.No, zooals je wilt 1" zeide Festen
rath rustig, ging naar de deur en opende
deze. De waard volgde al zijn bewe
gingen met verschrikte blikken.
„Wat ga je nu doen?" vroeg hjj
ontsteld.
„Den knecht rcepen en den heer
Bokelmann laten halen,' antwoordde
Festenrath, het schelkoord grijpend,
dat zich naast de deur op de gang
bevond.
„Je wilt een bokruiter worden en
staat met den rechter op zeer ver-
trouwelijken voet,' riep Vliet, in wiens
binnenste angst voor den vreemdeling
en vrees voor den strik, dien men hem
spande, elkander den voorrang be
twistten,
„Nu, op bepaald intiemen voet sta
ik uu juist niet met hem,' zeide
Festenrath. »Ik ben bij hem aanbe-
van drie maanden, ingaande 1 Mei
1923 en alzoo eindigende 31 Juli 1923.
De betrokkene heeft zijn vordering
overgedragen aan het N. O. G. Het
Genootschap vordert van den Staat
het verschenen salaris volgers de oor
spronkelijke aanstelling.
Het eindigen van den leerplicht.
De minister van onderwijs brengt in
herinnering, dat bij het einde van een
schooljaar geen kind vrij van leerp'icht
is ingevolge art. 3 derde lid, der wet
(bereiken van den 13 j. leeftijd) indien
het niet
a. 7 jaren leerling eener lagere school
is geweest, dus ook indien de school
slechts 6 leerjaren omvat
b alle klassen heeft doorloopen,
derhalve bij een school met 6 leerjaren
6 klassen bij een met 7 leerjaren 7
klassen, en
c. tevens de klasse heeft doorloopen,
waarin het bij het bereiken van den
18-jarigen leeftijd was geplaatst,
terwijl de verplichting in ieder geval
eindigt, indien het kind de klasse heeft
doorloopen, waarin bet bij het bereiken
van den 14-jarigen leeftijd was ge-
Bij Apoth. en Drogisten.
TWEEDE KAMER.
Vrijdag werd voortgegaan met de
behandeling der wetsontwerpen i.z. de
rechten en verplichtingen van amb
tenaren, en i.z. voorloopige voorziening
ten aanzien van de bezoldiging van
leden van de Alg. Re! finkamer, Raad
van State en rechterlijke macht.
Dhr. Dresselhuys (v.b.) betoogt dat
in absolnten zin de salarissen der amb
tenaren niet te boog zijn.
Niemand zal echter betwisten, dat,
wil men binnen afzienbaren tijd komen
tot een sluitende begrooting, ook het
salarisbedrag der staatsambtenaren lager
zal moeten worden. Hoe groot dat offer
moet zijn, waagt spr. niet te beoor-
deelen. Hij aanvaardt echter voor het
moment een inkorting. Voor de rech
terlijke macht aeht spr. evenwel een
korting van 10 pet. te hoog; in dit
verband wijst spr. er op dat griffier bij
de kantongerechten op 't oogenblik met
f 2500 bezoldigd wordt.
Spr. komt nu tot het wetsontwerp
i.z. art. 40. Art. 40 was een oecono-
mische dwaasheid. De regeering heeft
een belofte afgelegd, die zij niet kon
houden. Met den heer De Savornin
Lohman gelooft spr. dat de kroon een
onwettige daad heeft begaan door het
geven van deze belofte, die latere
regeeringen zou binden. Spr. t wijfeit
er niet aan of de kroon had de be
voegdheid art. 40 in te trekken. Iets
volen en ik heb zijn vriendschap noo-
dig als middel om vertrouwen te
wekken. Er behooren toch ook, voor
zoover ik weet, andere menschen tot
de bokruiters, die met den heer Bokel
mann op heel goeden voet staan. Je
stelt geen vertrouwen in mij, Vliet,
dat zie ik wel. En toch is het mij
bittere ernst. Ik geloof, dat ik hier
mijn geluk kan beproeven. Maar als
je mijn deelgenoot niet wilt wezen,
dan vind ik wel een ander en inlusschen
verdien ik het geld voor mezelf, dat
de regeering van Aken heeft uitge
loofd voor de ontmaskering der bende.
Op de pijnbank zul je wel bekennen,
wat je zoo al weet. Daar heeft al menig
sluwe vogel gepiept I*
Daarop greep hij weer naar het
schelkoord. Maar wederom hield een
uitroep van Vliet hem terug.
„Houd je voor den duivel toch wat
Btil I' riep de waard. „Je bent een
politiespion, die mij wil uithooren. En
de pijnbank bestaat niet meer sedert
wij Pruisisch zijn geworden. Wat mij
betreft kunt ge me gerust bij Bokel
mann brengen. Ik heb verder niets te
zeggen
„Pijnbanken bestaan er weliswaar
niet meer, daar heb je gelijk aan,"
antwoordde festenrath. „Maar bij jou
zal men de folterwerktuigen waarschijn-
anders is echter of hierdoor de rechts
gevolgen ook verdwenen zijn. Blijkbaar
twijfelt de regeering zelve en is zij
daarom met dit allerongelukkigste wets
ontwerp aangekomen, waarin spr. al
heel weinig zin heeft.
Spr. rasdt de regeering ten slotte
aan, ook al wordt dit wetsontwerp aan
genomen, toch overleg te plegen met
de ambtenaren.
Ook de heer Nolens (r.k.) had groote
bezwaren tegen dit wetsontwerp dat
den weg van de ambtenaren kunst
matig verspert. Spr. ziet in zoo iets
een zeer gevaarlijk precedent.
Wel zijn de besprekingen in de
commissie voor georganiseerd overleg
afgebroken, maar misschien is er in
middels toch wel gelegenheid om uit
te denken of op een andere wijze geen
overeenstemming met de ambtenaren
kan worden verkregen.
Dhr. Heemskerk, minister v. justitie,
merkte later op dat de regeering id
elk geval zal overgaan tot de korting
over 1924. (tijdelijke uniforme korting)
Over de definitieve regeling (niet uni
forme) welke op 1 Januari 1925 in
werking zal treden, zal de regeering
gaarne nader overleg met belangheb
benden plegen.
Minister Galijn (financiën) gaf nog
eenige belangrijke cijfers. Voor 1925
is een tekort van 180 millioen te ver
wachten. Volgens hem zullen nog
10,000 amblenaren (de onderwijzers
inbegrepen) moeten af loeien, doch
hier zouden nog 15,000 (onmisbare)
bij komen, als van salarisverlaging werd
afgezien. Belangwekkend was ook zijn
verklaring, dat, bij vergelijking van
1914 met 1921, het lager personeel
(salarissen tot f 2600) zijn salarissen
met 116 pet. had zien toenemen, het
middelbaar (tot f 5000) daarentegen met
84 pet. en het hooger (boven f 5000)
met slechts 59 pet. Ook om dis reden
acht spr. bij de definitieve herziening
differentiatie noodzakelijk.
Ten slotte nam dhr. Dresselhu
(v.b.) het initiatief tol een voorstel om
de beraadslaging over het ontwerp i.z.
rechten en verplichtingen der ambte
naren te schorsen tot 6 Mei, na het
Paaschreces.
Dit voorstel werd aangenomen met
65 tegen 24 stemmen. Vóór stemden
alle partijen van links (behalve mej.
v. Dorp en de heer Braat) benevens
de Katholieken op vier na, en drie Chr,
historischen.
De wetsontwerpen tot vermindering
met 5 en 10 pet. van de bij de wet
geregelde salarissen werden aangenomen
met 6723 stemmen. Tegen de soci»'
listen en de Vrijz. Democraten.
Dat sluit in zich blijkens een
voorafgaande verklaring van Minister
Colijn dat na ook de in het Bezol
digingsbesluit geregelde salarissen met
5 en 10 pet. zullen worden vermin
deid met ingang van 1 Mei. Deze
vermindering is een voorloopige, de
definitieve regeling, ingaande 1 Jan.
1925, zal nu in overleg met de org»'
nisaties, nader worden vastgesteld.
lijk nog wel in het geheim toepassen,
want jij bent een duivelsgebroed. In-
tusschen' voegde hij er lachend
aan toe „dat zou mij toch niet
weerhouden, om zoolang met je samen
te werken, totdat ik een paar duizend
galden bij elkaar heb. Wees niet dwaas,
Vliet. Het kan je slechts voordeel
verschaffen, een man tot deelgenoot
te hebben, dia voor fatsoenlijk door
gaat en overal toegang heeft. Ik zou
je dadelijk twee of drie menschen uit
Hertogenrade kunnen opnoemen, van
wie ik weet, dat zij tot de bende be
hooren. Maar ik beschouw ze als af
gunstig zij willen geen energiek per
soon mast zich dulden. Met jou is het
wat anders. Als ik je beloof, met je
te deelen, dan houd ik mijn woord en
je kunt een rustig en stil leven leiden.
Je moet me alleen maar behulpzaam
zijn om een van jullie bijeenkomsten;
misschien bij de eenzame kapel, bij te
wonen. Als ik eerst maar in jullie
midden ben, dan moet ik ook opge
nomen worden. Het is maar een kleine
dienst, niet waar? Verraden kan ik
je niet, want ik weet, dat jullie de
doodstraf op verraad hebben gesteld.
Overleg het maar eens kalmpjes. Of ik
laat Bokelmann roepen, of je neemt me
mee naar de eerstvolgende bijeenkomst.
Wat schuilt daar nu voor gevaarlijks in
De Brusselsche Bank.
Bij het nemen van zijn requisitoir
heeft Vrijdag het O. M. bij de recht
bank te Middelburg, waargenomen door
mr. baron van der Fellz, er zijn ver
wondering over uitgesproken, dat mr.
Tabak 4 dagen te Middelburg bleef
voor een duistere zaak, zooals hij de
dagvaarding noemde. Ppr. beeft uit
vele uitgebrachte zaken, wellicht 600,
er 6 genomen, en hij is overtuigd dat
daarop veroordeeling zal moeten vol
gen. Wat de advocaten naar voren
kunnen brengen is niets dan juridische
spitsvondigheid. Mr. Kokozky was de
rechtskundige raadsman van de Bank.
Mr. Kokozkv noemt dit een leugen.
De president verzoekt den verdedi
ger, niet Ie interrumpeeren.
De officier gaat de gestes van de
bank na en komt dan aan de getui
genverklaringen, die niet bewezen heb
ben, dat van Pagé verduistering pleegde,
maar wel Witteveen, die order gaf de
Engelsche stnkken te verkoopen, want
het order geven was reeds voldoende,
al werd er niet verkocht. Aan de hand
van verschillende jurisprudentie tracht
spr. aan te toonen dat de beklaagden
wel degelijk door listige kunstgrepen
zich schuldig maakten aan oplichting.
Ook haalt hij verschillende geschriften
van rechtsgeleerden aan om dit te be
wijzen. Langdurig staat spr. stil bij
de stukken van de Danube Oils en hij
meent te kunnen aantoouen, dat die
geen waarde hebben, dit bleek na de
déb&cle van de Brusselsche bank vol
ledig.
Spr. schetste bek], W. als een groo-
ten schavuit en van P. als een man
met 12 ambachten en 13 ongelukken.
Spr. zou tegen bekl. W. het maximum,
zijnde 7 jaar, kunnen eisohen, en dit
had W. zeker verdiend, maar hij wil
hem besparen in hooger beroep te
gaan, want gezien de tegenwoordige
samenstelling van het hof te 's-Gra-
venhage verwacht spr. dat hij dan nog
hooger straf zou krijgen. Hij eischt
daaram tegen hem 4 jaar en tegen
van P. 2 jaar, voor beiden met aftrek
van de voorloopige hechtenis.
De eerste verdediger van Witteveen,
mr. Tabak, brengt hulde aan den
president, mr. van Bel, voor zijn leiding,
maar kenrt bet af dat de officier bekl.
heeft beleedigd. Spr. begrijpt de dag
vaarding zeer goed, maar ook bekl.
moesten haar knnnen begrijpen. In den
breede zet pl. uiteen, dat er z.i. geen
sprake kan zijn van verduistering. De
effecten zijn nog te Londen en komen
terug, dus dan kan ook W. niet wor
den veroordeeld wegens verduistering.
De schavuit W., zooals de officier hem
betitelde, waarschuwde zelf een cliënt
nog niet te verkoopen, omdat een fonds
zou stjjgen. Waar men bekl, ten laste
legt gehandeld te hebben met de Jong
en Briedé, oordeelt men hier over per
sonen,die nog niet terecht hebben gestaan
en zich ook niet verdedigen kunnen.
Spr. meent ook te knnnen aantoonen,
dat hier geen sprake is van een samen
weefsel van verdichtselen. Hij merkte
Jullie hebt baarden om ik zal de
meesten niet kennen. En ook ik zal
me verkleeden. Of er nu al een meer
of minder aanwezig is, zal immers nie
mand bemerken. Vind ik, dat er met
jullie niets is te verdienen, dan geef
ik mijn plan op, doch anders laat ik
mij opnemen.'
Het was bijna komisch om het ge
zicht van Vliet te zien, terwijl Festen
rath, die de deur weer gesloten en
gegrendeld had, rustig in het vertrek
voor hem op en neer liep. Klaarblijke
lijk hadden zoowel de voorstellen van
den kapitein, als zijn mededeelingen,
die reeds op zekere bekendheid met
de bokruiters wezen, een diepen indruk
op den waard gemaakt. Soms vertoonde
zijn gelaat zelfs een opgewekte en
tevreden uitdrukking, alsof daarin reeds
vreugde tot uiting kwam over de voor
uitzichten, die Festenrath hem geboden
had. Dan kromp hij plotseling weer in
elkaar en zijn gelaat vertrok weer,
alsof hy kolokwinten of bittere krnidea
in den mond had. Zjjn misdadigers-
instinct zei hem, dat het heel beden
kelijk was, deze brug te betreden of
als een rat de klem aan te raken,
waaraan het geurige spek zoo verleide
lijk is opgehangen.
(Wordt vervolgd).