lil jaargang.
'Dekens moet men nat ophanden
N\ 25.
Dinsdag 26 Februari 1924
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
Gemeenteraad van Goes.
FEUILLETON.
De Ondergang der
Bokruiters.
ABONNEMENT
Prijs per kw*rt»*l, ia^Goe» f 2,
buiten Goes f 2,
Afzonderlijke nummers 6 cent.
VerschijntMaandag- Woensdag
en Vrijdagavond,
GOESCHE
Uitgave Naaml. Vennootsckap ftoesche Courant
ADVERTENT1ÊN
van 1 5 regels f 1,20 elke regel
meer 24 cent.
Driemaal plaatsing wordt tweemaal
berekend.
Familieberichten 110 regels f 2,4#
Bewijsnummers 5 cent.
en Kleenwens Boss' Drnkkers- en UltgeversbedrQ Advertentiën worden aangenomen
tot 12 nnr voormiddag.
COURANT
Vrijdagavond vergaderde de gemeente
raad. Voorz. de heer D. D. v. d. Bout.
Afwezig is de heer de Looff, wegens
ongesteldheid.
De notulen der vergadering van 28
December worden onveranderd vastge
steld.
Ingekomen Stukken.
De Ingek. Stukken worden voor
kennisgeving aangenomen. Het besluit
van Ged. St. om het besluit van den
gemeenteraad tot opheffing van het
vervolgonderwijs niet goed te keuren,
wordt in handen van B. en W. gesteld
ter fine van prae-advies.
Toelagen onderwijzend personeel.
Dhr. Labrijn meent dat alleen op
grond van moreele verplichting dit
voorstel gedaan wordt, het is geen
wettelijke verplichting.
De voorz. achi het toch meer dan
moreelen plicht. Indertijd is door den
Raad een toelage toegekend, wat door
Ged. Staten geweigerd werd. Thans
mag het wel.
Dhr. Labrijn vraagt of de nieuwe
salarisregeling al bestond voordat de
toelage ingetrokken werd.
De voorz. meent dat de salaris
regeling later inging, maar met terug
werkende kracht en haalt als voorbeeld
het Nijverheidsonderwijs aan. De laatste
krachtige verhoogingen waren er echter
toen beslist nog niet.
Dhr. v. Poelgeest vraagt of we hier
dan weer een geval hebben dat het rijk
door te late regeling de zaak weer in
't honderd stunrt.
De voorz.Ja, als we 't eerder ge
weten hadden, was de toelage eerder
stopgezet.
Dhr. v. Poelgeest vraagt of het bij
zonder onderwijs nu niet iets krijgt
waar ze nooit om gedacht hadden.
De voorz. wijst op de pacificatie.
Van de schoolbesturen hebDen deze
onderwijzers het nooit gehad.
Het voorstel wordt hierna z. h. s.
aangenomen.
Heffing Leges.
Dhr. Eckhardt zegt dat reeds jaren
lang op de beurs zakken verhandeld
worden.
De voorz. heeft dit eerst veertien
dagen geleden gemerktnu is het
absoluut uit.
Dhr. v. Helle vraagt of het niet
tegen vergoeding kan.
De voorz. Neen, want er is te weinig
rnimte in de graanbenrs. Het ver»
koopen kan even goed op de markt
geschieden.
Dhr. Flink zegt dat er al jaren
firma's komen die daar hun handelaars
treffen.
De voorz. wil geen privilegie geven.
Dhr. Flink meent dat het geen
handel is.
De voorz. zegt dat er heelezakken-
bergen zijn uitgestald. Als ze alleen
een staaltje in hun zak hadden, was
het wat anders.
Dhr. V. Poelgeest heeft de opmer
king gehoord dat er allerlei dingen in
de beurs warenbrandladder, oude
schoolbanken. (De voorz. Die zijn weg...)
Spr. heeft dat gemerkt. Maar er is te
weinig plaats daardoor voor de benrslni.
19
EEN ZONDERLINGE H18TORIE
DOOR
A. MUTZELBURG.
Nadruk verboden.
„Wonderbaarlijke geschiedenissen
zei hjj toen hoofdschuddend. „Wat
men al niet in zoo'n klein stadje als
Hertogenrade kan beleven LT komt
nit Westfalen en bent linnenhandelaar,
mijnheer Metsner voegde hij er toen
bij, terwjjl hij den kapitein rustig en
scherp aankeek.
„Oorspronkelijk is dat mjjn vak niet,'
antwoordde deze. „Ik heb de weverijen
van mijn overleden broeder overgeno
men. Maar met een beetje inst en toe-
Spr. zou de lieden, die alleen voor
zekere gelegenheid komen, achter nit
willen laten in het Stalstraatje.
De voorz.Dan zouden ze daar ook
kunnen binnenkomen en dat acht spr.
niet wenschelijk.
Dhr. Flink zou een klein entree
op de beurs willen hebben.
B. en W. zullen dit onder de oogen
zien.
Het voorstel wordt z.h.s. aangenomen.
Begrooting s-wijziging 1928.
Dhr. Labrijn zegt, dat de fin. com
missie geaarzeld heeft bij den post
f 99 uitkeering wegens ziekte aan den
brugwachter. De bedoelde persoon is
huiseigenaar, heeft vrij wonen en is
kinderloos. Hij verdient f18 per week.
Spr. kreeg den indruk, dat deze toelage
eigenlijk al door B. en W. was toe-
De voorz. zegt, dat het volgens het
ambtenaren-reglement is.
Dhr. Labrijn zegt, dat het reglement
zegt, dat de uitkeering wegens ziekte
kan toegezegd worden indien het noo-
dig is. Is dit niet ter beslissing aan
den raad We worden voor een fait
accompli gesteld. Waarom hebben B.
en W. de toelage dan toegekend
De voorz. zegt, dat B. en W.
meenden, dat een dergelijke groote
uitgave door dien persoon niet gedaan
kon wordt n. Spr. zegt, dat de uit
voering der verordeningen aan B. en
W. is. Het is moeilijk om steeds voor
dergelijke zaken, die in den regel
spoedeischend zijn, een aparte raads
zitting bijeen te roepen.
Dhr. Goedbloed zegt, dat de man
het toch terug zou kunnen betalen,
indien hij daartoe, in staat is. Die
regeling had toch gemaakt kunnen
worden f Dan kunt U aan Middel
burg de noodige garantie geven.
Da voorz. zegt, dat men in 't alge
meen niet de eigendommen van een
arbeider begint na te gaaD.
Dhr. Vieningshet huis zal wel
geen paleis zijn*
Dhr. Goedbloed zegt dat de Raad
v. Arbeid ook bij operaties informeert
naar de fio. omstandigheden. De ur
gentie van een operatie kan beoordeeld
worden.
De voorz. zou niet gaarne die ur
gentie beoordeelen.
Dhr. Goedbloed Door j den dokier.
Dhr. Flink gaat in het algemeen
accoord met dhr. Goedbloed. Maar het
inkomen is hier toch laag.
De voorz. zegt dat het huis ver
huurd worlt voor f 2,50. Het inkomen
wordt dan f 20,50 plus vrij wonen.
B. en W. zuilen in voorkomende
gevallen met de noodige voorzichtig
heid handelen.
Het voorstel wordt z.h.s. aangenomen.
Begróoting Gasthuis.
Dhr. Crucq informeert naar de
vroegere ziekenhuisplannen.
De voorz.: Er zijn drie plannen dat
acht spr. nu weer te veel.
Dhr. Labrijn zegt dat het Gasthuis-
bestuur goeden moed heeft dat er een
modern ziekenhuis zal komen van 75
bedden. We hebben nog gzen zekerheid,
maar zijn vol goeden moed,
De begrooting wordt aangenomen.
Verhuring gemeentegrond aan 't Rijk.
Dhr. Flink vraagt of particulieren
meer moeten betalen dan het Rijk.
De voorz. zegt dat dit een voort
zetting is van een ouden toestand.
wijding, of ook wel met eenigen dwang,
kan men zich al gauw aan die nieuwe
omstandigheden aanpassen.'
„Bij gelegenheid laat u mij misschien
uw monsters wel eens zien,' zei de
chirurg.
„Met veel genoegen," antwoordde
Festenrath. „Maar ook daarmee heb ik
pech gehad. De baal, die mijn sortee
ring bevat en mij nagezonden zou
worden, is nog niet aangekomen, 't Is
mogelijk, dat de bokruiters mijn stalen
eens van meer nabij hebben bekeken.'
„Ja, dat zou kunnen zijn 1" riep
Kirchhoff lachend. „Nu, als uw sor
teering gearriveerd is, dan laat n mij
uw werk wel eens zien. Ik heb mis
schien een flinke bestelling voor u.
Mijn linnenkast is weliswaar tamelijk
goed gevuld, maar als men op het
punt is zich in 't huwelijk te begeven...
„Ah, u wilt gaan trouwen? Ik feli
citeer u zeide Festenrath, terwijl hij
trachtte zijn innerlijke ontroering, die
deze mededeeling van den chirurg ver-
De zuivere fijne LUX vlokjes welké-
in een oogwenk een overvloedig'
schuim geven, zijn de beste vrienden
van een deken.
Zet een deken.de weeken in een LUX-
sop en hang ze nat op dan zullen zij even
zacht en. luchtig blijven als nieuw.
DE LEVER'S ZEEP MAATSCHAPPIJ - VLAARDINGEN
Fabrikanten van SUNLIGHT en TWINK,
Indertijd ontving Boone, die toen op
het hoefje woonde, dit bedrag. Het zal
thans voor 't laatste jaar zjjn.
Aangenomen.
Verzoek Fukken.
Ingekomen is nog een schrijven van
de Gezondheidscommissie, waarin wordt
geadviseerd afwijzend op het verzoek
te beschikken.
Voorts een adres van J. F. Jansen,
fruithandelaar en A. de Bruijne, aan
nemer alhier, die verzoeken o.a. met
het oog op de hygiëne het verzoek te
weigeren.
Dhr. v. Melle meent dat de eerste
onderteekenaar in hetzelfde gedeelte
ook een stal en mestvaalt heeft. Vlak
er tegenover.
De voorz.Dat is het oude ge
deelte.
Dhr. Vienings wijst op stallingen
in villa-parken, waarin equipages wor
den gestald. Bij het huis van mevr. v.
d. Have zou ook wel een stalling kan
nen hooren. Spr. begrijpt de bezwaren
niet. De mest zal iederen morgen wor
den weggehaald. Menig bewoner zal
met andere huisdieren mesr last ver
oorzaken.
Dhr. Goedbloedhanen
Dhr. Vienings: We moeten den
mensehea ook niet allerlei moeilijk
heden in den weg leggen. Het is toch
geen hofje. Het stalletje zal heel mooi
worden, aan aeethetisehe eischen vol
doen.
De voorz. zegt dat B. en W. wat
oorzaakte, onder deze snel uitgesproken
woorden te verbergen.
„Ja, ik geloof dat het de hoogste
tijd is, en naar ik hoop zal het ten
slotte nog niet te laat zijn, zeide Kirch
hoff, den kapitein glimlachend aan
ziende. „Ik ben rnim zeven en veertig,
maar ik hoop, dat ik nog wat frisch-
heid der jeugd heb overgehouden. En
mijn toekomstige vrouw is een ver
standig, ontwikkeld meisje. Doch wat
heeft het voor nut daarover te spreken,
want ten eerste zal het u weinig belang
inboezemen en ten tweede behoorde ik
er in 't geheel nog niet over te praten,
aangezien de verloving niet eens pu
bliek is. Maar als de verloving er een
maal door is, dan zal de bruiloft niet
lang meer op zich laten wachten.'
Nu, iemand met zulk een flinke
positie en mooie praktijk zal het toch
bezwaarlijk tegenloopen," zeide Festen
rath zoo kalm en beleefd, als het hem
in deze omstandigheden mogelijk was.
„Bent u dan met uw lot in zoo'n
bang geworden zijn door het geval
Jacobs en maar liever geen advies
willen geven. Dit geval is bij Gedepu
teerden in handen, die zelf hiervoor
hier zijn geweest.
Dhr. v. Poelgeest wijst er op dat
Amsterdam ook een scheiding gemaakt
heeft. Spr. heeft echter den indruk
gekregen dat dhr. Fukken hier ook
een zaak, een wijnzaak, wil oprichten.
Hebben B. en W. hieraan aandacht
geschonken
Dhr. Labrijn heeft van verschillende
omwonenden bezwaren gehoord, die
den vollen prijs van den grond hebben
moeten betalen. Zou een opvolger ook
iederen dag den mest laten weghalen
Spr. meent thans wel bezwaar te moe
ten maken, hoewel hij aanvankelijk er
niet zoo sterk tegen was.
Dhr. van Melle zegt dat dhr. De
Bruijne in de nabijheid grond gekocht
heeft die zou door inwilliging van
het verzoek in prijs gedrukt worden.
Spr. vreest precedenten.
Dhr. van den Bout zegt dat dhr.
De Bruijne nog niets gekocht heeft,
al zal het vermoedelijk geschieden.
Het voorstel van B. en W. om het
verzoek af te wijzen, wordt aange
nomen met 98 stemmen (tegen de
heeren Buijs, Vienings tn Crucq.
Rondvraag.
Dhr. Eckhardt vraagt een verorde
ning opdat niemand op het ijs komt
voordat het goedgekeurd is. Ze mogen
er toch ook niet zwemmen P
klein stadje tevreden U lijkt mij
anders juist iemand voor een veel
giooter arbeidsveld te zijn.'
„Ik heb eenigszins den aard van
Caesar," antwoordde Kirchhoff schert
send. „Ik wil hier liever no. één zijn,
dan ergens anders no. twee of drie.
En hier ben ik inderdaad no. één. De
vroegere dokter is gestorven, een nieuwe
is nog niet gearriveerd en het is zeer
de vraag, of er esn zal komen want
veel practijk zon hij waarschijnlijk Diet
meer vinden. Weliswaar ben ik op den
keper beschouwd alleen maar chirurg
en als zoodanig oefen ik mijn beroep
dan ook in het klooster uitmaar ik
heb mij toch ook dikwijls met andere
voorkomende ziekten beziggehouden en
heb menigmaal goede resultaten bereikt.
De menschen uit den geheelen omtiek
hebben vertrouwen in mij. Ik beken
natuurlijk graag, dat ik nogal geluk
gehad heb met de behandeling mijner
patiënten.
Het gesprek ging nu geheel en al
De voorz. meent dat er iets over
is in de politieverordening. Het is een
ellende.
Dhr. Flink zegt dat er heele tijden
borden hangen metIJs gevaarljjk,
ook als hel ijs weg is.
De voorz.De jongelui trekken
zich van waarschuwen heel weinig aan.
Spr. heeft dit met twee jongens onder
vonden, die het gevaar inzagen en
toen gingen ze met een „hoera" er
toch op.
Dhr. Eckhardt wijst er op dat de
baan vaak stukgereden is, voor dat
het ijs goed is.
De voorz. zegt dat een en ander
onderzocht zal wordeD.
Dhr. Labrijn brengt dank en hulde
aan het Burg. Armbestuur, dat op
zoo royale wijze aan het verzoek van
de gemeente is tegemoet gekomen,
(Applaus. We herinneren iu dit ver
band even aan het ingekomen stuk in
ons voiig nummer, dat Ged. Staten
aan het Burg. Armbestuur machtiging
verleenen om aan deze gemeente f 3000
te verleenen voor werkverschaffing.)
Dhr. Goedbloed vraagt naar een
regeling van het autobnsverkeer.
De voorz. wijst op de groote moei
lijkheden. Dit blijkt ook uit de rechts
zaken. In eerste instantie veroordeeling,
in tweede niet.
Dhr. Goedbloed zegt dat in Rotter
dam staanplaatsen worden toegekend.
Met zulk een verordening kan men op
de deugdelijkheid der bussen ook toe
zien.
De voorz.-. Daaraan wordt gewerkt
van hooger hand en binnenkort zal dit
wel komen. Middelburg heeft tweemaal
tevergeefs een verordening gehad.
Dhr. Goedbloed zcu toch staan
plaatsen willen aanwijzen.
De voorz. zegt dat we druk aan 't
werk zijn om een regeling te krijgen.
De gemeente kan niet de bussen keuren
of de chauffeurs, omdat ze ook in
andere gemeenten rijden.
Dhr. Goedbloed meent dat hel in
Rotterdam wel geschiedt.
De voorz. zegt dat de bedoeling is
om meermalen te keuren. Een retributie
van de eigenaars zou worden geheven.
Maar heusch, het ligt niet op den weg
der gemeente. Van hoogerhand wordt
er aau gewerkt.
Dhr. Stieger vraagt of hel door den
Raad niet geapprecieerd zon worden,
dat B. en W. zich tot den commissaris
der Koningin wenden, teneinde te ver
krijgen dat ook onze gemeente de eer
zal genieten bij de Zeenwsche reis van
H. M de Koningin voor een bezoek
in aanmerking te komen.
Dhr. Labrijn stelt voor zich tot den
commissaris te wenden. De andere
heeren sluiten zich hierbij aan.
Dhr. Crucq zegt dat het hem weinig
interesseert.
Dhr. Vienings zou de markt willen
bestraten in breede strook van stad-
hnis tot muziektent en hier de stand
plaats van auto's vestigen.
De voorz. zegt dat B. en W. dit
punt al onder oogeD gezien hebben.
Maar er kwam weer iets anders tns-
schen. „Als ze er niet gaan staan
Juist om dit te voorkomen wordt aan
een verordening gewerkt Doordat aan
een verordening wat mankeert, volgt
vaak een vrijsprekend vonnis. Hiervoor
zou spr. vreezen.
Dhr. Crucq vraagt naar de bepalin
gen van den verkoop van grond in
Nieuw Goes. Er wordt gezegd dat
over de geneeskracht der verschillende
geneesmiddelen en Festenrath meende
te bemerken, dat Kirchhoff zich zelf
van tijd tot tijd over zijn kunde vroolijk
maakte. Hij deed zich daarbij voor als
een slim, sarcastisch persoon. Toen
sprong de conversatie weer over op
allerlei algemeene onderwerpen en
Kirchhoff scheen ook in de literatuur
goed thuis te zijn. Hij kende vooral
de bedenkelijke geschriften beden
kelijk voor een man zooals hij, die
half en half tot een geestelijke orde
behoorde, of tenminste iu dienst daar
van stond van de nieuwe Fransche
wijsgeeren en dichters tamelijk nauw
keurig. Daarua echter op zijn horloge
kijkend, stond hij plotseling op en
zeide, dal hij moest gaan. Hij hoestte
nn ook eenige malen, wat tot nu toe
nog in 't geheel niet het geval was
geweest en schold op het oubestendige
voorjaarsweer.
(Wordt vervolgd.)