REGAL
N\ 153.
Maandag 24 December 1923
110 jaargang
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
BUITENLAND.
Binnenland.
Rheumatiek en spierpijn
Financieele Berichten
Provincie-Nieuws
i®
ckidmdnad..:i\ fema I
SIGAREN
Ruwe en schrale huid
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal, in üo«-r t 2,
baiteu Goes f2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
VerschijntMaandag-, Woensdag
en Vr\j dagavond.
GOISCUE
Uitgave Naam?. Vennootschap ©neeehe Courant
ADVERTENTIËN
ran 1 5 regels f 1,20 elke regel
aieer 24 cent.
Driemaal plaatsing wordt tweemaal
berekend.
Familieberichten l 10 regels f 2,4-0
Bewijsnummers cent.
eil Kleenwens Ross' Drnkkers- en Ultgeversbedrflf. Advertentiën worden aangenomen
tot 12 nor voormiddag.
COURANT
Duifschland en de geallieerden.
De commissie van herstel heeft het
vérzoek van Duitschlaud oin het voor
rang boven de betaling van bezettings-
en herstelkosten te verleenen voor een
crediet van 70 millioeti dollars ten
behoeve van den aankoop van graan
en eetbare vetten, ter beslissing ver
wezen nasr de geallieerde regeeringen
en tegelijk aan de commissie voor de
waarborgen opgedragen verslag uit te
brengen over oen toestand van Duitsch-
land ten aanzien van de verzorging
met broodkoren en eetbare vetten.
De Ster-corr. der N. R. Crfc. meldt
dat op 't bogen blik rechtstreeksche
onderhandelingen gaande zijn tusschen
de Roerindustrieelen en de Fransche
(de ljoiharingsche Weudelgroep). Zoo
doende tracht aieu een Fransch-
l)uit8che belangengemeenschap tot
stand te brengen.
De Paus heefr, naar de Tel. meldt,
aan Poincaré verzocht om ter gelegen
heid van het Kerstfeest aan de ver
oordeelden uit het Roergebied gratie
te schenken en de uitgewezenen toe te
staan naar hun woonplaatsen terug te
keereD. Naar verluidt zou Poincaré
hiernaar wel ooren hebben.
Er begint alzoo een beetje licht te
komen in de jarenlange duisternis.
De gehuwde ambtenares.
Bij de regeering bestaat bet vooj-
nemen, de waeblgeldregeling voor amb
tenaren aldus te wijzigen, dat ambte-
ii.fessen, die gedurende de periode van
voorbereiding van de ontslagregeling
in het huwelijk treden, beschouwd zul
len worden alsof zij na het in werking
treden van het besluit tot ontslagregc-
ling gehuwd zijn.
De ontslagregeling (zie ons vorig
no.) geldt voor hen die geen kostwin-
s <r zijn.
Faillissementen in Nederlanh
Volgens mededeeling van het Han
delsinformatiebureau van Van der Graaf
St Co.'s Bureaux voor den Handel zijn
over de afgeloopen week, eindigende
21 Dec. in Neder'and uitgesproken 98
faillissementen tegen 67 faillissementen
in dezelfde week van bet vorige jaar.
Van 1 Januari tot en met 21 Dec.
1928 4152 faillissementen tegenover
3065 over hetzelfde tijdperk van het
vorige jaar.
Spoedige verlichting van de pijnen en
weldra genezing door Sanapirin-
tabletten (MijnharJt). Koker 75 et. Bij
apolh. en drogisten.
Hanzébank Den Bosch.
De Gelderlander had een onderhoud
met den heer Jos. Meijring te 's-Her-
logenbosch, lid van den Raad van
Toezicht der Bossche Hanzébank.
We ontleeien daaraan het volgende:
Het rapport van 18 Mei 1922 moet
u toch bekend zijn geweest, het rapport,
waarin wordt gezegd, dat de bank zich
san den rand van den afgrond bevond?
Het geheim rapport, bedoelt ge?
Tenminste, de deskundigen noemen
het een rapport, niet voor publicatie
bestemd.
Tja, dat is een zouderlinge ge
schiedenis. Toes ik van dat geheime
rapport het eerst las in de publicatie
der deskundigen, heb ik uitgeroepen
dat is nooit aan onze vergadering over
gelegd. Bij navraag op de Bank ech
ter heeft men mij verzekerd, dat het
rapport indertjjd op de agenda heeft
gestaan, doch nooit tot behandeling is
gekomen. Denk eens aan, in dat rap
port werd gesproken van groote ver
liezen, van een afgrond het zou mij
in eén keer de oogen hebben geopend.
Het is uitgebracht 18 Mei 1922 en
in Juni 1922 is de vergadering ge
houden tot vaststelling van het divi
dend. Het rapport had als voornaamste
pnnt op de agenda behandeld moeten
ZIJD.
Dus het geheime rapport is zoo'n
beelje weggemoffeld
Ik duik mij niet gaarne zoo
slerk uit
Stonden daarin ook de ongedekte
kredi-ten van directie en ander per
soneel
Daarover laat ik mij niet uit.
Hebben er ongedekte kredieten
bestaan P
Ja.
Zijn deze later gidekt?
Ja, ioen het ging nijpen.
Was daaronder ook het crediet
van den diiecteur
Waar dit sedert eenigen tijd
vrijwel publiek is geworden, behoef ik
dit niet te ontkennen.
En ia dat gedekt door de zgn.
zwarte overeenkomst?
Ja.
Rilland-iSiltil. Vrijdagmorgen ver
gader te de Raad voltallig in spoed
vergadering.
Mededeeling wordt gedaan dat
de jaarwedde der wethouders zijn
teruggebracht tot f 185 met ingang
van J September jl. De vooiz, zal niet
spteken over de bedragen waarover
destijds is gesproken bij het vragen van
het advies van den Raad doch uitzijn
verbazing over het feit dat deze salaris
verlaging geschiedt met terugwerkende
kracht. De heer Buteijn wil stemming
en zal er tegen stemmen. Hij acht het
een schande dat zulke menschel] als
Gedeputeerden zoo handelen. Eerst
moe9t alles omhoog, terwijl de Raad
van Rilland-Bath nooit al te scheutig
is geweest, en nu zou het omlaag
moeten. Laten Gedeputeerden dan de
begrooting maar niet goedkeuren, daar
geeft hij niets om, hij is voor hand
haven. De wethouders hebben geen
minder werk dan het vorige jaar. De
voorz. mei kt op, dat de Raad over
deze zaak niet ie beslissen heeft doch
Gedeputeerden de jaarwedden der wet
houders regelen. Het is enkel slechts
een mededeeling die ter kennis van den
Raad wordt gebracht.
Een schrijven van de vereeniging
„Ous Middelbaar onderwijs in Noord-
Brabant" om steun in de kosten per
leerling voor haar bijzonder middelbaar
onderwijs, wordt in handen gesteld van
B. en W. om praeadvies. Evenzoo een
adres van de Weegbrug te Rilland om
een regeling te treffen voor overname
van een gedeelte bestrating te Rilland
bij het station. Naar aanleiding hier
van merkt de heer Bruijnzeel op daar
tegen bezwaar te (naken, daar dit nogal
lang zou duren. De vooiz. geeft te
kennen, dat het hier een eigenaardigen
toestand betreft tussohen de gemeente
en de Weegbmg, van jaren her datee
rend, zoodat een nauwgezet onderzoek
gewenscht is, daar een overhaaste be
handeling thans verscheidene gegevens
zou moeten missen. Hij wil echter
gaarne spoed toezeggen waarmee de heer
Bruijnzeel aceoord gaat.
Vervolgens brengt de voorz. verslag
uit van de vergadering te Middelburg,
die hij met den secretaris bezocht.
Daarbij wordt nog voorlezing gedaan
van een gedeelte van een brief der
Directie van de Vereeniging van Ne-
derlandscbe gemeenten, waarbij aan
den Burgemeester dank wordt betuigd
voor het gesprokene in het belang der
vereeniging.
Daarna zet de voorz. de redenen
uiteen, waarom deze spoedvergadering
is bijeen geroepen. De mededeelingen
van den heer Van de Sande in de
laatste vergadering deden het vermoe
den ontstaan, dat wethouder Deurloo
zich zou hebben schuldig gemaakt aan
overtreding van art. 24 der Gemeente
wet. Ook het antwoord van dezen
was niet bevredigend. Tasschen tweeër
lei dient onderscheid te; worden ge
maakt. Dat de heer Deurloo ig loon
dienst zou staan van een particulier
bij diens aanneming van gemeentewerk
en dan aan het toezicht van den ge
meenteopzichter zou zijn onderworpen
en een volgend maal dienzelfden op
zichter als wethouder instructies zou
moeten geven, is zeker een onge-
weuschte toestand, doch moet tenslotte
aan de prudentie van den heer D.
zelf worden overgelaten. Maar de
tweede vraag isls hier loondieDst
dan wel medeaanneming 1°
laatste geval is er overtreding van ar
24. Na een ingesteld onderzoek, waar
toe de mededeelingen in de laatste
vergadering aanleiding waren, is den
voorz. gebleken, dat hier geen loon
dienst is. Naar de omschrijving in
het B.W. is hier een aanneming door
Windhorst, doch Deurloo, die het werk
mee uitvoerde, was niet in loondienst.
Weken lang, nadat het werk opgele
verd was, is met Windhorst afgerekend,
die toen volgens eigen verklaring
nog met den heer Deurloo rekenen
moest. Afgesproken was, dat beideu
iu de winst of het verlies gelijkelijk
zouden deelen. Was er van loondienst
sprake, dan had Deurloo voor een vast
loon per dag of per week moeten
werken. De voorz. meende dit ter
kennis van den Raad te moeten bren
gen, opdat de heer D. het zijne aan
voeren kan.
Weth. Deurloo ontkent pertinent
aannemer te zijn. Windhorst heeft
hem tijdens het werk en ook in andere
gevallen, gesoebat om hem te helpen,
daar hij meermalen opzijn land werkte.
Dat hij zooveel later het loon ont
vangen heeft zegt niets, wie belet hem
maanden te wachten als hij dat wil
Volgens de gemeentewei mag hij loon
dienst verrichten, zijn zoon heeft hem
al drie jaar geleden gezegd hoe dat
zat. Hij kent de gemeentewet goed.
Hij is geen aannemer, daarvoor durft
hij zijn twee viDgers in de hoogte
steken.
De heer Van Boven acht dit geheel
overbodig, leder heeft zijn eed
afgelegd bij het aanvaarden van
het Raadslidmaatschap, laat dus
de heer D. dien eed maar getrouw
blijven. Als de heer D. zich opgewon
den tot den heer Van Boven wil
wenden, verzoekt de voorzitter hem de
parlementaire orde te eerbiedigen en
zijn parlementaire kalmte te bewaren.
De voorzitter merkt op, dat de heer
D. volstrekt niet heeft ontkend in de
winst fe hebben gedeeld. Dat de heer
D. zegt verschillende malen van het
werk te zijn weggebleven om iets
anders te doen, bewijst te meer dat
hij zeggingschap had. Een afhankelijk
arbeider in loondienst zal zooiets wel
laten. De voorzitter wil gaarne 's heeren
Deurloo's kennis van de gemeentewet
waardeeren, maar merkt op, dat het
enkele staren op het wetsartikel niet
voldoende is, evenmin wat de Schuur-
mans-editie geeft. D. klemt zich vast
aan de beteekenis van aanneming in
het gewoon spraakgebruik. Hij legt er
den nadruk op dat hij niet was de
aannemer die naar buiten trad, doch
dit zegt nog weinie. Bij raadpleging
der jurisprudentie en ook naar het
standpunt van prof. Oppenheim is
hier wel degelijk deelname in een
aanneming. De voorzitter dringt er
tenslotte op aan, de kwestie zuiver
zakelijk te behandelen en geen per
soonlijkheden er in te mengen. Al is
een zaak als deze minder aangenaam,
we worden geroepen om de wet toe te
passen. Wethouder Deurloo blijft er
bij in loondienst te zijn geweest. En
wat de winst aangaat, niemand kan
toch beletten dat een ander hem na
gedaan werk een toeslagje geeft. De
heer Van Boven zegt het nogmaals te
betreuren, dat de beer D. in dit werk
deelnam. Hij sluit zich aan bij den
voorzitter betreffende de onderscheiding
tusschen de eene situatie, die minder
gewenscht is, de andere die door
de wet verboden zou zijn. Dit laatste
acht hij het geval. De heer Bruijnzeel
meent dat, gesteld hier is overtreden,
het dan niet wat zwaar is Ged. Staten
hiermee in kennis te stellen. De winst
kan zijn verkregen door meer inspan
ning, wat eenigszins anders staat. Dit
laatsle acht de heer Van de Sande
onjuist. Deze merkt op huiverig te zijn
geweest deze zaak in de vorige ver
gadering aan de orde te stellen. Voor
hem staat het echter vast dat hier
overtreding plaats had van art. 24.
Had D. een vast loon verdiend per
dag of per week, dan stond het geval
anders Nu deelt hij echter in verlies
en winst, is dus mede-aannemer. Als
voortaan de gemeente-opzichter over
Wethouders moet toezicht houden,
kunnen wij dien post wel uitsparen.
De voorzitter toont aan de hand van
Van Loeneti aan, dat verzachtende
omstandigheden niet gelden, maar de
wet moet toegepast. Resameerende,
brengt hij tenslotte naar voren als
beslissenden factoi een woord van
Windhorst, tegenover hein gesproken
r/Laat ik het maar zeggen, we hebben
het samen gedaan.-» He uitdaging van
den beer D. //Niemand kan bewijzen
dat ik aannemer beu", is door voldoende
gegevens weerlegd. Ter beëindiging van
de d'scu/sies geeft de voorzitter m
overweging deu heer D. als raadslid te
schorsen en het geval ter kennis te
brengen van Ged. Staten, aan wie de
beslissing is. De lieer Denrloo kan
aan deze stemming geen deel nemen.
Het voorstel wordt verworpen met 2
tegen 3 stemmen (tegen Blok, Bntijn
en Bruijnzeel, voor Van Boven en Van
de Sande, terwijl de heer Kalle zich
buiten stemming houdt.) De voorzitter
merkt naar aanleiding van den uitslag
op, dat de opsteller der gemeentewet
blijkbaar bet geval heeft voorzien, dat
bij een deel van een gemeenteraad het
behoud van een raadslid zwaarder zou
wegen dan een ernstige toepassing vau
de wet. Hij zou daarom de zaak ter
kennis brengeD van Gedeputeerden, die
ook ambtshalve uitspraak kunnen doen.
De heer Blok zegt daar tegen te zijn.
De voorzitter merkt op dat wethouder
Blok, die de wet houdt, toch wel zal
weten dat dit een persoonlijk reeht is
dat den voorzitter, zoowel als den leden
toekomt. Ged. Staten beslissen namelijk.
De heer Blok dan had U niet moeten
voorstellen om tot schorsing over te
gaan. De voorzitter zegt dat ook dit
op grond van de gemeentewet ge
schiedde en beveelt den Wethouder
studie van de gemeentewet aan, zooals
ook de heer Deurloo doet. Nadat de
heer Deurloo nog eens opmerkt in
loondienst te hebben gestaan, sluit de
voorzitter de discussies en de ver
gadering.
Mej. K. van Boven, onderwijze
res te Brandwijk, Z.-H., vroeger alhier,
is als zoodanig benoemd te Rotterdam.
Herkozen tot kerkvoogden bij de
Ned. Hert. kerk de heeren F. M.
Boot en J. van de Sande, en benoemd
tot voorzitter van het college van
Notabelen de heer M. Weststrate.
Door het muziekgezelschap Vroo-
lijk Voorwaarts zal tegen nader te
bepalen tijd een concert gehouden
worden, waarvan de opbrengst zal ten
goede komen aan Nederlandsche nood
lijdende kinderen in Duitschland.
Kortgene. Bij Kon. besluit van 19
Deo is opnieuw benoemd tot burge
meester dezer gemeeDte, de heer J
Snellen.
Col(jnsplaat. Bij de Zaterdagavond
gehouden verkiezing voor een notabele
der Ned. Herv. gemeente alhier, is
gekozen de heer A. Schuit, zulks in
de plaats van den heer S. v. d. Peijl,
die voor zijn benoeming had bedankt.
In de vergadering van het kies
college der Ned. Herv, gemeente alhier,
zijn tot onderling gekozen de heeren
P. J. Alebregtse en L. Pouwer. Her
kozen tot diaken de heer P. de Smit
Jz. In plaats van den heer J. Breas,
die bedankt bad, werd gekozen de heer
J. C. Christiaanse.
Salarissen wethouders,
In het Prov. Blad no. 63 publiceeren
Ged. Staten van Zeeland de regeling
van jaarwedden der wethouders, vast
gesteld bij besluit van 15 Juni j.l. en
goedgekeurd bij Kon. besluit van 29
November.
In dit besluit worden de jaarwedden
van de wethouders der gemeenten in
Zeeland vastgesteld overeenkomstig de
volgende beginselen, te rekenen van
1 September 1923.
Het bevolkingscijfer op 31 December
van handen en gelaat verzacht en ge
neest men het beste met Purol. In
doozen van 30, 60 en 90 ets. Bij
apoth. en drogisten.
1922 vormt den grondslag voor de
volgende classificatie
le kl. beueden 800 inw. f35
2e kl. 8011200 inw. f 50.
3e kl. 1201—1600 inw. f 70.
4e kl. 16012000 inw. f 100.
5e kl. 20013000 inw. f135.
6e kl. 3001—4000 inw. f 180.
7e kl. 4001—5000 inw. f230.
8e kl. 5001—7000 inw. f 270.
De jaarwedden worden telkens om
de vier jaren in overeenstemming ge
bracht met het laatst vastgestelde
bevolkingscijfer.
De gemeenten Goes, Middelburg,
Neuzen, Sas van Gent, Vlissingen en
Zierikzee zijn niet onder deze regeling
begrepen.
Niet afgesloten overwegen.
Door den Minister van Waterstaat
is ontheffing verleeud van de ver
plichting tot afsluiting van de volgende
openbare overwegen over de spoorwegen.
Rilland-Bath verbindingsweg met
N.-Braband ter plaatse bediend door
post 20a.
Kruiningen Landweg, op afstand
bediend door post 31.
lerseke. Openbare Raadsvergadering
van Vrijdag. Allen aanwezig, behalve
dhr. C. Hartoog (met kennisgeving).
Naar aanleiding der notulen der
twee laatste vergaderingen maakt dhr.
J. Hubregtse de aanmerking dat de
woorden die de voorz. de vorige maal
aan zijn adres richtte„je hebt je
carrière misgeloopen, je moest advocaat
geworden zijn", niet in de notulen zijn
opgenomen, hij dringt er op aan, dat
dit nog zal geschieden. Dit voorstel
wordt verworpen met 8 tegen 1, voor
Hubregtse, bniten stemming J. Sinke.
Onder ingekomen stukken waren o.a.
ontslagaanvrage als lid van de Raad van
dbr. J. Hubregtse. De voorzitter van
het stembureau zal zoo spoedig moge
lijk zorgen dat het bureau een nieuw
lid aanwijst. Volgens Ged. Staten zal
het salaris der wethouders voortaan
bedragen f 230 dns een vermindering
van f 70. Hoofd van- school 1 vraagt
een vergoeding voor in de jaren 1920
1921 gegeven lesuren in talen, tot
een bedrag gelijk aan het schoolgeld
dier cursussen. B. en W. stellen voor
hierop niet in tegaan.Dhr.Sipsma vraagt
waarom B. en W. zoo adviseeren. De
voorz. zegt dat de wet verbood voor
die jaren belooning te geven, nu kan
dit toch niet meer gebeuren, dat zou
toch niet in den geest der wet zijn
Wethouder Bom licht de zaak verder
toe. Met alg. stemmen aangenomen.
Dhr. C 1. 8. Serlee en mej. T. van
der Vliet, onderwijzer en onderwijzeres
aan de U.L.O, school vragen een vaste
aanstelling als zoodanig. Dhr. Scheele
kan zich vereenigen met het voorstel
van B. en W. om dit stuk voor kennis
geving aan te nemen, met alg. stemmen
daartoe besloten. M. Vermue (17,50),
en Jan Mieras (2,50) vragen ontheffing
schoolge.den tot bovengenoemde be
dragen. Dit werd aangenomen.
Goedgekeurd wordt met algemeene
stemmen de begrooting 1924 voor den
VleeschkeuriDgsdienst. De verordening
invordering plaatselijke inkomstenbe
lasting wordt in overeenstemming ge
bracht met de algem. rijksverordening.
De rekening-courant bij de Nationale
Bankver. wordt met 1 jaar verlengd.
Een wijziging begrooting 1923 van 't
Burg, Armbestuur en van de gemeente
werden met algem. stemmen aangeno
men. Idem een verordening voor het
lager onderwijs.
Benoemingen. Leden Armbestuur
aanbevolen werden Chr. Sinke, aft.,
Jan Kramer, aft., Joz. deKoeyer Jzn.Jr.,
D. Comrnée Sr.herbenoemd de beide
aftredenden.
Gascommissie Scheele 9, Sipsma 10,
De Koeijer 9, Ph. Bom 1 en G. Daane
1 stem. (Aftredenden herbenoemd.)
Tot correspondent arbeidsbemidde
ling wordt met algem, stemmen aan
gewezen C. W. van Oeveren, le klerk
ter secretarie.
Tot leden der commissie toezicht
lager onderwijs worden benoemd J.
C. v. d. Burght, P. Bustraan, M. J.
Steketee, W. Hoondert, Jan Bakker.
Nu komt het interessante pnnt van
dezen avondzal de openbare school