m
Hartenvrouw,
Zaterdag 20 October 1923.
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel,
BEMIDDELING.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Binnenland.
110 jaargang.
Pr,;
ABONNEMENT
per kwartaal, in Goes f 2,
buiten Goes f 2,
Afzonderlijke nummers 6 cem.
VerschijntMaandag-, Woensdag
en Vrijdagavond
GOESCHE
Uitgave Nnaoil. Vennootschap Gtoesche Courant
ADVERTENT1ËN
van 15 regels fl,20 olke gel
meer 24 cent.
Driemaal plaatsing wordt tweemaal
berekend.
Familieberichten 1 10 regels f 2,41'
Bewijsnummers 5 cent.
en Eleeuwens Boss* Drub.tors- cn Uitgeversbedrijf. Advertcnliën worden aangenomen
tot 12 uor voormiddag.
NADRUK VERBODEN.
Er woonde ergens een oude man,
die tot zijn zeventigste jaar koetsie*
was geweest, maar toen niet langer den
arbeid kon volhouden. Zijn stramme
beenen hielpen hem niet meer op den
bok en de geringste kou bezorgde hem
rheumatiek. Maar als hij zijn baantje
opgaf, zouden zijn inkomsten niet groo-
ter zijn dan de drie gulden ouderdoms
rente en daarvan kon bij niet leven.
Nu had deze hulpbehoevende oude
acht verdienende kinderen, die hem
zouden kunnen onderhouden, maar hij
kon ze nooit bij elkaar krijgen om eens
met hen gezamenlijk te overleggen,
hoeveel elk zou bijdragen. Bovendien
zou zoo'n familieraad, naar de vader
vreesde, ontaarden in een kibbelpartij
is niet op zoo'n bijeenkomst, waar
het tenslotte op betalen aankomt, de
een altijd beter op de hoogte van de
inkomsten van den ander dan die ander
zelf? En gaat men, voordat men het
weet, in een geprikkelde stemming
e.kaar geen verwijlen doen over bemoeie
nis met een anders zaken en leiden
deze wederzydsche verwijten weder niet
tot alle mogelijke botsingen
Zoo liep de oude koetsier in arren
moede naar het kantoor vau den armen
raad met het verzoek, deze zaak voor
hein in orde te brengen. Da commissie
voor onderhoudsplicht onderzocht het
geval en sloeg, toen zij bevonden had,
dat de inkomsten van de kinderen
nagenoeg gelijk waren, elk hunner
aan voor een gulden per week, te be
talen ten kantore der commissie.
Nauwelijks waren de aanslagen vast
gesteld, of één voor ééu kwamen de
kinderen betalen. Allen waren zij blij,
dat het zoo was geregfld, //De oude
baas heeft het verdiend*, zei er een
//hij heeft vroeger hard voor ons ge
werkt*.
Het Tijdschrift voor Armwezen, dat
dit geval meedeelt, besluit met t,e zeg
gen //Merkwaardig Onder elkaar
konden zij het niet eens worden en nu
een onpartijdige derde de zaak voor
hen uitmaakte, iegden zy er zich zonder
tegenstribbelen bij neer.*
Wie, die over een weinig ervaring
beschikt heeft zoo'n geval niet eens
beleefd Het is, of menschen, die onder
elkander een schikking hebben te tref
fen, aangewezen zijn op bemiddeling
v&n derden. Die derde, die buiten en
hoven de partijen staat, kan de zaak
beter overzien hem valt het, zoodra
hij hoor en wederhoor heeft overdacht,
gemakkelijk de slotsom te trekken, en
als vertrouwde van beide partijen is hij
in de gelegenheid wederzijdsche voor-
oordeeleu weg te r.emen, overdreven
voorstellingen tot haar juiste verhou
ding terug te brengen, met een kalm
gemoed de opgewonden pleiters voor
eigen zaak te wijzen op hun rechten
23
DOOR
BDËLLMUTfl MIELKE.
Uit het Duitsch vertaald.
(Nadruk verboden.)
z/Weet u iets omtrent zijn financieele
omstandigheden
z/Ik heb geen reden gehad om mij
daarom te bekommeren. Men zal inlich
tingen dienen in te winnen,* zei
Frémoire droogjes.
z/En mevrouw Richod ?v
„De weduwe van den zijdehandelaar
Zij woont op de Avenue Louise. Nog
een zeer mooie statige dime. Ik ken
haar. Zij reed vroeger dikwijls met
mynheer Pichet naar renwedstrijden in
haar eigen equipage. Men beweert, dat
het met haar financiën een beetje be
denkelijk staat, maar als treurende
weduwe zal zij nu veel op haar toiletjes
kunnen besparen.a
„Heeft de plotselinge dood van haar
echtgenoot geen aanleiding tot ge
ruchten gegeven ?u
Niet dat ik weet. Gemompeld wordt
er natuurlijk altijd. Maar men moet
weer inlichtingen inwinnen.
De agent der geheime politie zei het
kalm en bedaard, alsof het over alle
en plichten, en een verzoenend licht te
werpen over de vaak duistere-beweeg
redenen der betrokkenen.
Wanceer te rechter tijd bemiddeling
was ingeroepen, zouden veel pijnlijke
botsingen, veel jarenlange familievee-
ten, ja, ook oorlogen tusschen volkeren
achterwege ziju gebleven. Bemiddeling
echter moet te rechter tijd geschieden
is het juiste oogenblik verstreken, dan
zal ook de best bedoelde poging van
welwillende buitenstaanders falen. Er
komt een tijd, waarin het zelfs gevaar
lijk wordt te bemiddelen, lnphuts van
met zijn redelijk woord olie op de gol
ven te gieten, blaast men het twistvuur
aan, en niet zelden gebeurt het, dat
ook de bemiddelaar zelf mede het
slachtoffer wordt van zijn naastenliefde.
Wanneer is het juiste oogenblik voor
bemiddelen aangebroken Moeten de
omstanders, de vrienden, de behartigers
van liet maatschappelijk welzijn wach
ten totdat de twistende partijen hun
hulp inroepen Of moeten zij, gedach
tig aan het /voorkomen is beter dan
genezen*, uit eigen beweging ingrijpen,
voordat hun hulp wordt gevraagd
Een vaste regel is niet te geven
elk geval stelt zijn afzonderlijke eischen.
Bemiddelen is in de eerste plaats een
zaak van beleid. Maar wie het wel
meent met de menschen en wie krach
tens zijn maatschappelijke positie ge
legenheid bezit, zijn verzoenenden in
vloed te doen gelden, acht zich niet
verantwoord, zoo hij kalmweg wacht,
totdat men hero in een conflict betrekt.
Hij houdt steeds zijn oogeu oppn en
ziju hart ontvankelijk voor de moei
lijkheden in de onderlinge verhouding
van menschen en instellingen.
Nooit zal hij ziju bemiddeling op
dringen, want wie zijn bemiddeling
ópdriugt, heeft reeds van tevoren het
pleit ver!oren. Van een bemoeial keert
ieder zich met weeizin en wantrouwen
af. Maar hij za', zonder opzet en met
geduldiger, tact, als onwillekeurig de
gelegenheid openstellen, aardoor beide
in botsing geraakte partijen tot elkan
der kunnen worden gebracht. Hij moet
zichzelf nimmer kunnen verwijten, bet
oogenblik te he'oben verwaarloosd,
waarop door zijn belangeloos ingrijpen
menschenlevens, die dreigden van elkan
der ie vervreemden, voor elkander be
houden zouden ziju kunren gebleven.
Er zijn personen, die voor bemidde
laar schijnen te zijn geschapen. Hun
rol op het levenstoontel is benijdens
waardig. Hebben zij zich een betrek
king gekozen, die zich voor het mid
delaarschap leent, dan zal hun arbeid
met bijzondere vo'doening worden be
loond. Erkentelijke blikken zuilen hun
van weerskanten herinneren aan het
geen zij hebben tot stand gebracht.
Doch ook de bescheidenste onder ons
zal wel een oogenblik in zijn leven de
waarheid ervaren van het woord
Zalig zij die vrede maken,
Stormen stillen, waar zij woon,
En waar liefdebanden braken,
't Koude hart weer gloei.n doeü.
dasgjche dingen handelde.
„En wanneer kan ik op eeuig bericht
van u rekenen
z/ik had gedacht itderen dag om
dezen tijd bij mijnheer aan te komen
myn officiëele diensturen zijn dan ge
ëindigd.*
Frémoire nam met eenige korte
woorden afsoheid. Veel nieuws had
Alsen van hem niet vernomen, maar
in ieder geval kende hij tenminste
alvast de beide personen, die in de
bewuste zaak betrokken waren.
Het belangrijkste voor Alsen was
geweest, hetgeen met von Flügge had
plaats gehad. Dat hield hem den ge-
heelen avond verder het meeste bezig,
terwijl hij er niet zonder bitterheid
aan dacht, dat deze man, tegen wien
een sterke verdenking inzake valsch
spel bestond, thans op Helgoland in
gezelschap van de bekoorlijke Ottilie
vertoefde en zich misschien door zijn
beschaafde manieren en vleieude woor
den in haar gunst trachtte in te
dringen
Zijn eerste tocht was den volgenden
dag naar den dokter, die de verklaring
van overlijden voor den zijdehandelaar
Richod had opgesteld. Maar ziju bezoek
had al heel weinig resultaat. De dokter,
een zwaarlijvige oude heer, hield een
lang medisch betoog, waaruit Alsen
slechts de gevolgtrekking kon maken,
dat Richod ziek was geweest en op
een goeden dag gestorven was, zooals
Hervormingen in Duitschland.
Nu de machtigingswet in 3e leziug
met de vereischte meerderheid is aan
genomen, heeft de Duitsche regeering
terstond gebruik gemaakt vi<n de Knar
nieuw geschonken macht.
Het kabinet is begounen met een
fioancieelen steunpilaar op te richten
en heeft de belastingen geplaatst op
een sievigen goud-basis. Voorts is be
sloten om een muntbauk op te ichten.
Het papieren geld bÜjjjx, wettelijk be
taalmiddel, doch de uitgifte van nieuw
papieren geld zal worden gestaakt. Aan
bet hoofd van de nieuwe bank zal een
raad van beheer van 20 leden worden
geplaatst.
Een -wetsontwerp i.z. den 8-u'igen
arbeidsdag zal spoedig aan den Rijksdag
worden voorgelegd. De soc. democraten
hebben deze. materie buiten de mach
tigingswet gehouden, zoodat het parle
ment er over moet beslissen.
Het Duitsche spoorwegpersoneel in
het bezette gebied zal Woeusdag het
werk hervatten. De Duitsche regeering
heeft den beambten vergunning ver
leend den eed aan de Fransche regie af
te leggen, nadat de regie verzekerd
had, dat deze eed alleen betrekking
heeft op dienstzaken.
Voorts zullen de onderhandelingen
tusschen de Duitsche industrieelen en
de Fransche bezettingsoverheid worden
voortgezet. Kanselier Stresemann heeft
hiertoe machtiging verleeud, mits de
industrieelen geen overeenkomst sluiten
over rijkseigen dom in casu over de
spoorwegen.
Voor de Duitsche industrie zijn deze
onderhandelingen van groot belang,
teneinde zich te oriëuteeren, in hoe
verre Poincaré's bedreiging, het geld
te willen halen van de industrie, waar
heid bevat. De Daily Telegraph bericht
dat het kapitaal der Duitsche industrie
in het buitenland 55 milliard gouden
markeu bedraagt.
Veronderstellen wij dat dit bedrag
juist is, dan moet niet vergeten worden
dat dit geld voor aankoop vai^grond-
8toffen niet kan worden gemist, dat het
in zekeren zin de kurk is, waarop de
industrie drijft en met behulp waarvan
zij in moet zwemmen tegen de aller
ellendigste omstandigheden.
Vermelden wij ook het nobele gebaar
van president Ebert, welke met het oog
op den benarden financieelen toestand
en de omstandigheden in het algemeen,
slechts zal beschikken over de helft
der representatiekosten bij de staats-
begrooting ten zijnebehoeve uitge
trokken.
Het Zwifsersch-fransche
geschil.
Naar aanleiding ran het geschil met
Frankrijk over de vrije zones waarop
wij reeds in een vorig overzicht de
aandacht vestigden heeft Zwitserland
aan Frankrijk medegedeeld niet tot
onderhandelingen met dit land bereid
dat iedereen eenmaal zal overkomen.
Een of ander verdacht versthijnsel kon
hij zich niet voorstellen te hebben
waargenomen. Daartegen p'.eitte ook
het karakter van zijn vrouw, die be
koorlijke, beminnelijke dame, die zoo
vol angst en zorg was geweest voor
het lot van haar man, en die thans
nog zoo diep treurde over haar droevig
verlies. En daarna kon Alsen gaan,
zonder dat hij iets wijder was geworden.
Met de grootste spanning wachtte
Alsen de komst af, van den geheimen
agent. Precies op het vastgestelde uur
klopte Frémoire 's avonds aan de deur
van zijn kamer en trad binnen.
Op zijn gelaat kon Alsen in 't ge-
heel niet bespeuren, of hij iets gewich-
j tigs had ontdekt. Het vertoonde weer
dezelfde stompzinnige uitdrukking als
j den avond tevoren.
„Wel, hebt u iets nieuws ontdekt?"
vroeg Alsen, terwijl hij op een elec-
trische bel drukte en den kellner ver
zocht een flesch wijn te brengen.
.Mijnheer Pichet is thuis en niet op
reis gegaan. Mevrouw Richod echter
vertoefMhans op haar zomerverblijf te
Laeken."
„Dat is nou niet zoo bijzonder be
langrijk," zei Alsen, terwijl hij zijn
bezoeker een glas wijn inschonk. „Als
dat alles is, mijnheer Frémoire, dan
zjjn wij niet veel verder gekomen."
„Maar er zijn nog eenige bijkomstige
omstandigheden. Mevrouw Richod leeft
te zijo, zoolang Frankrijk niet zal heb
ben verklaard, den bestaanden toestand
ongewijzigd te laten gedurende den
geheelen verderen duur der onderhan
delingen. Zwitserlan-l wil de kweslie
.an het internationaal gerechtshof te
Den Haag onderwerpen.
De schadevergoeding.
De kwestie der schadevergoeding
belooft binnenkort weer eens te zullen
worden aangesneden. Het schijnt dat
de geallieerden ern Belgisch voorstel
tot basis zullen aannemen, een voorstel
dat in Berlijn niet ongunstig is ont
vangen.
Toevallig komt ecbter te zelfder tijd
een bericht dat de Duitsche zaakge
lastigde te Parijs heeft medegedeeld aan
Poincaré dat Duitschlaud zich wegens
den treurigen economischer) toestand
genoodzaakt ziet de leveringen in natura
te staken.
Bovendieu verneemt de Times uit
Keulen dat de Roerindnstrieelen aan
de Fransche bezettingsoverheid meege
deeld hebben dal zij bij gebrek aan
gelden voor loonbetaling zich genood
zaakt zullen zien de mijnen en fabrieken
te sluiten.
Bovendien neemt het aantal werk-
loozen in geheel Duitschland steeds toe.
Dure melkbussen.
Aan het verslag der rekenkamer ont-
leenen we het volgende
Ten behoeve van de melkvoorziening
waren op het einde 1917 eu in de
jaren 1918 en 1919 ruim 65000 melk
bussen en 7594 vaten aangekocht,
waarvoor plm. f 1.550.000 was uit
gegeven.
Het trok de aandacht van de Kamer,
dat van de melkbussen 25.000 stuks
eerst waren aangekocht na 1 Mei 1919,
op welken datum de regeeringsbemoei
ing met de melkvoorziening was gestaakt
Het college had zich niet kunnen
onttrekken aan den indiuk, dat er voor
het voorstel tot aankoop van voormelde
melkbussen feitelijk geen andere aan
leiding was geweest dan hetgeen daar
voor in de vergadering der commissie
van advies voor zuivelaangelegenheden
door een der leden, die in sterke mate
financieel bij de firma geïntroduceerd
was, als tweede motief was aangevoerd,
n.l. dat de te Amsterdam gevestigde
firma steuu moest ontvangen, moest
worden afgeholpen van duur materiaal
voor 10.000 a 12.000 bussen en boven
dien in de gelegenheid moest worden
gesteld tegen matigeu prijs nog 8000
u 4000 bussen bij te leveren.
De bussen zijn later verkocht.
Op 1 November 1922 waren 43339
bussen verkocht met een netto opbrengst
van slechts t 174.579,43, terwjjl nog
22229 bussen waren opgeslagen. De
vaten hadden f 13 359,85 opgebracht.
Het college gaf den minister in over
weging, het advies van den lands
advocaat over een en andjr in ts winnen.
zeer teruggetrokken en ontvangt bijoa
niemand. Niemand brengt haar ook
eigenlijk een bezoek. De eenigste, die
vaker komt en altijd wordt ontvangen,
dat is mijnheer Pichet."
„Dat is tenminste karakteristiek. Dat
wijst erop, dat tusschen die twee een
ov reenkomst beslaat. Verder, mijnheer
Frémoire."
„Overigens heb ik niet veel te ver
telleD. Men prijst mijnheer Pichethij
is lichtzinnig, maar hij gaat ook door
voor een weldoend man. Daarover
worden heel wat staaltjes verteld."
„Wat dan bijvoorbeeld
„Hij is verbazend goed voor zijn
personeel. Eeu klerk van hem is al
j jarenlang ziek; diens zoontje heeft hij
als leerling op zijn bureau genomen,
een luie, domme straatbengel, en be-
j taalt hem ter wille van zijn vader een
bepaald salaris."
i „Aan wien, aan den jongen of aan
zijn vader P"
„Natuurlijk wel aau zijn vader."
„En wat scheelt dien vader dan
Frémoire trok de schouders op en
kneep zijn oogen half dicht. Hij scheen I
plotseling over iels na te denken, maar
toen zei hij toch weer langzaam en op
zijn gewonen toou
„Men zal inlichtingen moeten in
winnen."
i „In dit geval zal dat toch zeker
wel niet noodig zijn," merkte Alsen
eenigszins ongeduldig op. Het is ons
De rijksmiddelen in Sept. 1923.
De opbrengst der Rijksmiddelen
(hoofdsom en opcenten) over de maaud
Sept. 1923 bedroeg f 36.337.780 tegen
f 39.180.051 over de maand Septem
ber 1922.
Het een twaalfde gedeelte der raming
bet geheele jaar bediaagt f33.787.916.
We laten hier onder volgen de op
brengst over de eerste negen maand' o
van 1923, vergeleken mei die over de
eerste negen maanden van 1922.
Grondbel. f 13.623.197 f
Personeel - 13.815.287 -
Inkomst.bel.- 79.695.590 -
Div.enTant.- 14.845.359-
Verm. bel. - 6.585.137 -
Suiker - 30.945.263 -
Wijn - 1.436.083 -
Gedistill. - 37.138.036 -
Zout - 999.523-
Bier - 3.653.083 -
Geslacht - 7 636.211 -
Tabak - 12.372.398 -
Bel. speelk. - 64.288 -
Zegelr. - 12.847.373 -
Registratier.- 13.602.334 -
Successier. - 35.869,531
Invoerrecht - 25.629.287
Goud,ztlv.
Essaai loon -
Statistiekr. -
Domeinen -
Staatsloterij -
Jacht, vissch.-
Loodsgelden-
Mijureeht -
670.520
819
2,511.653
1.580.946
462.870
238.534
2.060.832
475.625
13 667.545
- 11.159.202
- 97.737.180
- U.545.363
- 11.057.660
- 30.743.329
- 1.869.429
-44.436.750
- i 083,080
- 3.405.457
- 7.128.698
- 3.710.346
54.223
- 12.797.787
- 14.485,504
-31.432.506
- 23.629.562
- 667.343
852
- 2.518.083
- 1.324.399
458.829
262.854
2.094.725
425.413
(318.709.7951332.697 130
De opbrengst over de maand Sep
tember 1923 der oorlogswinstbelasting
was f 371,236 in de eerste negen
maanden van 1923 f 14 millioen,
tegen 27 millioen in die periode van
1922.
De opcenten, geheven ten bale van
het Leeningsfonds 1914, gaven over
September een opbrengst van f7.301,794
tegen f 10.188.778 in September
1922.
Over de eerste negen maanden brach
ten deze opcenten op f 77 millioen,
tegen f 94 millioen in de eerste negen
maanden van 1922,
Een nieuw model bankbiljet van f40.
De directie van de Nederlaudeehe
Bank maakt, overeenkomstig art. 17,
lid 1, der Bankwet 1919 (Stbl. 1918,
no. 553), bekend, dat zij na 20 dezer
een nieuw model bankbiljet van f 40
in omloop zal brengen.
De voorzijde van dit biljet vertoont
in het midden op een gegraveer-len
achtergrond den volgenden tekst
DE NEDERLANDSCHE BANK
betaalt aan toonder
VEERTIG GULDEN.
De Secretaris De President
Deze woorden, met den achtergrond
in groen gedrukt, zijn om ge en door
een in dezelfde kleur gedrukten ge-
graveerden rand, in de v;er hoekeu
waarvan de waarde-aanduiding 40
voorkomt. In dezen rand bevindt zich
toch geheel en al onverschillig, wat
voor kwaal die klerk heeft. Van meer
gewicht zou het zijn, als wij over de
betrekkingen tusschen mijnheer Pichet
en mevrouw Richod wat naders te
weten kwamen, zoo b.v. of een van
hen beiden zich bij een of andere ge
legenheid niet heeft laten ontval.en,
dat de dood van Richod hen beiden
z-er welkom zou zijn. Ook nadete op
helderingen betreffende de vermogens
omstandigheden der weduwe wenschte
ik gaarne te hebben. Heeft uw onder
zoek in deze richting nog wat bijzon
ders opgeleverd
„Neeu mijnheer 1" antwoordde Fré
moire. Hij scheen nauwelijks te hooreu,
wat Alsen tot hem zeide, maar staarde
onafgebroken in zij" wijnglas, of ge
dachteloos of omdat zijn gedachten hem
te zeer bezwaarden.
„Wilt u dan alstublieft uw opmerk
zaamheid aan deze dingen wijden," zei
Alsen, eenigszins geërgerd over hel
gedrag van zijn bezoeker. „Ik zelf zal
mijnheer Pichet morgen een bezoek
moeten brengen."
Het onderzoek was hiermede afge-
loopen. Frémoire beloofde den volgenden
dag terug te komen.
„Ook hier is de politie helaas niet
alwetend precies als bij ons!" dacht
Alsen. Ik moet maar zien, of ik door
eigen kracht niet verder kan komen."
Wordt vervolgd.)
1