Prins Petkoff's Huwelijk iV. 82 Zaterdag i4 Juli Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. Komt het ons toe? FEUILLETON. BUITENLAND. A. i. P s IJSPUDDING Landbouw, Veeteelten Visscherij. 110 jaargang ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f 2, buiten Goes f 2, Afzonderlijke nuioxnera 5 ceni. VerschijntMaandag-, Woensdag en Vrijdagavond. OESCHE Uitgave Naaml. Vennootschap Goesohe Courset ADVERTENT1ËN van 15 regels f 1,20 elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 110 regels f 2,4-0 Bewijsnummers 5 cent. cn Kloeuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf. Advertenliën worden aangenomen tot 12 nur voormiddag. Deze vraag zal, zij het misschien slechts voor een oogenblik, het genot bederven van de gelukkigen, die na een tijd van arbeid en spanning thans de vacantie ingaan. Is het een bewijs van overgevoeligheid, deze vraag ie stellen Ik geloof, dat er maar weinigen aan ontkomen, en deze weinigen als de normalen te beschouwen, lijkt mij onjuist. Wie het oogenblik doorleeft, waarop de uitslag van een examen bekend wordt gemaakt, zal altijd weer de wrangheid treffen van de tegenstelling tusschen de blijdschap van de geslaag den en het verdriet van hen, die niet zijn geslaagd. Het geluk, zegt, men, is wreed en de jeugd is naar oen Fransch spreek woord zonder meedoogen, maar toch, wanneer ha lange spanning de school deuren zich openen en met een strak gezicht de concierge de namen afroept van een paar slachtoffers, wier vonnis is geteekeud voordat hun fortuinlijker makkers aan de beurt komeu dan betrekken een oogenblik ook de ge zichten van deze laatsten, ofschoon zij nu zeker weten, dat voor hen alle gevaar is geweken, Eén oogenblik, straks zal de roes van hun eigen welslagen de her innering aan de arme kameraden weg vagen, maar dit ééne oogenblik is dan tcch het bewijs geweest van mee leven en meelijden. De blijdschap van de examenfuif zou onvermengd eerst zijn, als er geen slachtoffers te betreuren vielen. Maar bij welke overwinning vallen geen slachtoffers te betreuren Gelijk het licht tot keerzijde de duisternis heeft, liet ft de overwinning tot keerzijde de nederlaag. Geen triomftocht, of de gedachte aan de trouwe kameraden, wier lijken ginds in de loopgraven 1 ggen, trekt als een wolk voorbij de s n van de vreugde. Komt het ons toe als wij tot de gelukkigen behooren Wat is onze vet dienste boven onze vernederde makkers Blind toeval schonk cns de kans, die hun is ontgaan. Het leven is hard, niet voor hen alleen. Want ais hardheid gevoelen wij ook de nood zakelijkheid, waaiin het ons steJf, hen te vergeten, terwille van onze vreugde. Zouden wij ooit vreugde kunnen smaken, als teergevoeligheid ons ver plichtte te denken aan hen, die in 't duister zitten Welke minnaar, welk meisje bereikt den bergtop van de liefde, zonder dat daar beneden de afgewezene staat, voor wien het uur van de bruiloft daarboven het oogen blik is van de diepste smart Zijn het zelfzuchtigen, zij, wier groot geluk hen verhindert gehoor te schenkeu aan de zuchten der neerslachtige schim, die 66 DOOR EFFIE ADELAIDE ROWLANDS. Geautoriseerde vertaling. Prins Petkoff las en herlas de woorden, die in het contract stonden, dat hij in zijn hand hield. Toen zeide hij glimlachend tot den heer Christie „Niemand als wij, ik bedoel alleen de moeder van mijn vrouw en ik, wiste», dat dit schijnhuwelijk heeft plaats gehad. Het is gelukkig, dat de getuigen niets vreemds in de naam- teekening van mijn vrouw hebben gezienmaar mijn vrienden waren allen Russen en zoo is het hun zeker ontgaan. U zal die kleinigheid zeker gemakkelijk even herstellen.'' „Of het zoo heel gemakkelijk zal gaan, weet ik niet, antwoordde de jonge advocaat. „Er kunnen z;ch nog moei lijkheden voordoen, want er zijn altijd allerlei zaken, die men in sent moet nemen bij een huwelijk van twee ver schillende nationaliteiten. Uw ambassade moet er natuurlijk ook in gekend worden." De prins dacht even na en zeide door de bruiloftszaal waart Eeo oogenblik van deernis, meer is van hen niet te vergen. Eén oogen blik. Wanneer een krijgsman met militaire esr is begraven en de laatste saluutschoten hebben te zijner eere geknald, dan keert de troep onder een vroolijken marseh we;r het leven tegemoet. De koning is dood, leve de koning Er zullen er, als wij straks verpoo- zeu op de het of aan 't strand, arme tobbers aan 't werk zijn en hun moei lijke arbeid zal ons geweten prikkelen. Komt het ous toe, uit te rusten, een week slechts, als er zijn, wien geen dag respijt is gegund f Komt het ons toe, pret te maken, zij het van onze zuur bespaarde reispenning, zoolang er zijn, die nooit aan sparen toekomen f Wie let op den zwoegenden kellner, op het zweet eade paard, op de stokers in het hol van het schip, zal een oogenblik zijn vacantie-genot voelen wijken. Mag hij zich vermeien ten hunnen koste Er is bezwaar gemaakt tegen het regeerings jubileum, omdat aau de overzij van de grens een volk in verbittering en ellende vergaat. Komt het ons toe Wie begint, deze vraag te stellen, zal eindigen met nooit meer te genieten vau een wan deling in den zonneschijn, want er ligt altijd wel een zieke achter donkere gordijnen. Het leven is hard, ook in zoover het het medelijden in den weg staat. Het leven is zon en koude, licht en duisternis, vreugde en rampspoed. Elk krijgt zijn beurt en wij kunnen, hoe graag wij willen, elkanders aandeel niet overnemen. Het eenige wat wij kunnen, is ons eigen aandeel naar den eisch te aanvaarden. Levenskunst is verdriet en smart waardig te dragen, maar levenskunst is ook kunnen ge nieten, wanneer het leven ons genot in den schoot werpt. Het genot waardig dragen het is geen zelfzuchtige leus, maar eisch ook van naastenliefde. Want wien gerieven wij met ons somber gezicht om de menscheu die niet genieten f De minder gelukkigen zullen door ons offer niet gelukkiger worden. En door op tijd onze ziel haar rechtmatige vreugde te gunnen, verschaffen wij haar de kracht om straks weer den strijd te hervatten in dienst der gemeenschap. ENGELAND-FRANKRIJK- DUITSCHLAHD. Met spanning wordt de verklaring van Baldwin in net Engelsche parle ment over de kwestie der schadever goeding tegemoet gezien. Ten opzichte van den inhoud worden tal van voorspellingen gemaakt, die met de werkelijkheid wel tamelijk over een zullen komen. Engeland wil met medewerking van Duitschland en andere landen een toen //lk geloof, dat het beter is, dat ik zelf de zaak maar even in orde maak/' De heer Christie was een zeer schrandere jonge man en hij begreep onmiddellijk, wat de bedoeling van deze woorden wasdat namelijk tot eiken prijs het feit van dit vroeger huwelijk verbloemd moest worden. Niets had de welwilleide vriendelijk heid van prins Petkoff tegen den jongen advocaat kunnen overtreffen. Hij drong er op aan, dat deze mee naar 't salon zou gaan om een kop thee te drinken, z/lk maak er mezelf een verwijt van," zeide hij, toen de heer Christie opstond om weg te gaan, //dat ik door mijn vergeetachtigheid u deze reis heb laten maken.* Hij ging zelf mee naar de hall en ■bleef 'aan de deur staan totdat de ad vocaat in de auto had plaats genomen. Margaret zat in het vuur te staren, toen hij bij haar terugkwam. Zij keek op, en zoodra zij de uitdrukking op zijn gezicht zag en zijn geheele houdiDg, toen hij op haar toetrad, rees zij ver schrikt overeind en bleef ze staan met haar saamgeklemde handen tegen haar hart gedrukt. Een seconde keek Petkoff haar in de oogen toen lachte hij en die lach deed haar nog meer ontstellen. nZoo je bent dus net als alle anderen,* zeide hij. „Je bent een leu genaarster net als je moeder Een intrigante onderzoek instellen naar de Duitsche betaalkracht. Daarna zal Duitschland medegedeeld worden in hoever het jongsle aanbod behoorlijk is en in hoeverre hei, wijziging behoeft. Op deze wijze wil Enge'and zich van de mede werking van Duitschland zelve ver zekeren, welke natuurlijk onmisbaar is en het zal er zorg voor dragen dat de duimschroeven niet al te hard worden aangedraaid. Gemeld wordt dat „<le deur zal worden opengelaten voor volledige samen wei king tusschen Engeland en Frankr^k terwijl ernstig wordt gehoopt, dat de Fransche regeer* g zich bij de Britsche politiek zal kunnen aansluiten. De Britsche regeering overweegt geen actie, zoo drastisch, dat zij een breuk in de entente ten gevolge zal hebben.* Flier door blijft bemiddeling van Italië of België mogelijk, wanneer het tusschen Frankrijk en België al te zeer mocht spannen. De Manchesier Guardian betoogt dat Er geland, daar het, niets uitstaande heeft met het Roergebied, geen voor waarden kan stellen voor de staking van het lijdèlijk verzet. Voorwaarden stellen misschien niet. Maar invloed uitoefenen zeer zeker wel. De Evening Standard meldt dat Lord Curzou er in zijn gesprek met den Duitschen gezant Stahmer nadruk op heeft gelegd dat het voor Duitschland volstrekt noodig is, zich te matigen. De Britsche opvatting, die hij tegelijk mededeelde, is dat wandaden en sabo tage in het Roergebied voorgoed ge wraakt moesten worden. De Britsche regeeriög meet ook niet onwillig zijn, om al haren invloed te oefenen ten einde de Duitsche regeeriog te bewegeD, hare verordeningen betreffende het lijde lijk verzet iu te trekken. De Franschen, die aanvankelijk vnnr en vlam gespuwd hadden naar aan leiding van de //verklaring* de Temps verweet Eageland o.a. dat het zijn oorlogsbondgeno-<»K n gebruikt heeft om zijn grooten Duitschen tegenstander ter zee te kraken, overal te laat is gekomen waar het gold kleinere bond genooten in den oorlog te redden, eu nu het overwonnen Duitschland steunen wil, om Frankrijk ten gronde, fe richten beginnen thans in te binden. Uit Parijs wordt kalm gemeld dat Baldwins verklaring zal behandelen primo de bijeenroeping van een inter nationale commissie ter berekening van de Duitsche draagkracht, secundo de staking van het verzet aan de Roer, tertio de waarborging van Frankrijk's veiligheid, quarto de samenroeping van een internationale conferentie van de voornaamste Westelijke landen met Duitschland met het oog op de ver goeding en de veiligheid. Frankrijk gaat met het etrste denk beeld niet accoord omdat dan de com missie van herstel terzijde zou worden geschoven. Dit is niet juist want aan deze commissie kan door bovengenoemde internationale commissie advies worden uitgebracht. De angst snoerde Margaret een oogen blik de keel toe maar terstond daarop kwam haar moed weer terug. //Hoe durf je zoo tegen me te spre ken. Ik ben geen leugenaarster, geen inlriganteIk weet niet, wat je zoo doet spreken, maar ik verbied je me te beleedigen.* //Jij verbiedt me,* smaalde Petkoff, jijdie je uitgeeft voor een jong meisje, en die de vrouw bent geweest van een anderen man Ik dacht zoo hoog over je Margaret. Ik stelde je boven alle andere vrouwen, omdat je niet knielde voor mijn geld en mijn titel. Ik vond je beter, nobeler dan iemand ter we reld en daarom maakte ik je tot mijn vrouw. Mijn God,* vervolgde hij en zijn slem klonk heesch, „dacht je, dat je mijn vrouw zou zijn geworden, als ik geweten had, dat je een anderen man had toebehoord? Zij keek hem aan met oogen groot van verbazing en ontsteltenis. Hij vouwde de akte open en hield haar die voor. „Je hebt me voor den gek gehouden, Je hebt me belachelijk gemaakt. Ik ben sterk genoeg dit voor de wereld te verbergen, maar voor iedereen kan ik het toch niet verborgen honden. Je hebt me naar beneden gehaald. Jij, die mij, naar ik dacht, tot je eigen hoogte op zou kunnen heffen, Ik zeg je, je hebt me naar beneden gehaald," en er was werkelijk een uitdrukking van In zske het tweede punt schijnt Parijs een eenigszins tegemoetkomende houding aan te nemen, terwijl de laatste punten vaag genoemd worden. Zoo uiterlijk beschouwd is dus de stemming tusschru beide lauden niet al te onviietidelijk. Dat tan echter nog omslaan. Ben Til lef t, dn voorz. der Engclsche transportarbeiders, heeft er in een rede op gewezen, dat men in Baldwin een sterken man had, doch tenzij hij door de arbeiuers gesteund wordt, zal hij door de diplomatie meegesleurd w. rden m een oorlog, die erger zal zijn dan de vorige. Wij staan aan den rand van een oorlog. Nu, zoo vreeselijk ernstig hoeft men de zaken nu niet in eens in te zien. Maar de bewapeningswedloop die tus schen heide landen is aangevangen, bevalt ons ook niets. Be Times geelt ten program om de moeilijkheden tusschéh Frankrijk en Duitschland tp te lossen Het eerste punt is op deu zelfden dag dat de Duitsche regeering het lijdelijk ver zet. aflist, 'aat Frankrijk alle poli tieke gevangenen lo», sn-at den gede porteerden terugkeer toe. Lat de spoor wegen vrij en maakt de bezetting onziohiuaar Da ar Poincsré hierin v,orloopig nog wel niet zal komen, zullen we de andere punten onzen lezers maar sparen. Men ziet echter wel dat iedereen zich met de oplossing van het vraagstuk houdt. De boófwerkerssfaking in Engeland geëindigd. Het stakingscomité vau de Lon- densche bootwerkers heeft de staking afgelast. Uit het besefte gebied. Het Duitsche Wolffoureau verneemt van welingelichte zijde, dat er thans in het nieuwe bezeite gebied 80 000 Franschen en 7000 Belgen liggen in het oude bezette gebied 97.000 Fran- schen en 17.000 Belgen. Voorts zijn 10.000 Fransche en 1000 Belgische spoorwegmannen naar het Roergebied gezonden. De terreur van de bezet tingstroepen heeft tot 1 Juli 92 lieden het leven gekost, 75.714 lieden zijn dit eerste halfjaar uit hun woning ver dreven en daarvan zijn er 71.14.5 uit gezet. De meeste slachtoffers zijn amb tenaren of bedienden, die onder het rijksministerie van verkeerswezen thuis behooren (9000 gezinshoofden), voorts 1800 gezinshoofden vallende onder financiën en 7200 vallende onder het Pruisische bestuur. In het Pruisische deel van het bezette gebied zijn 169 scholen met 1537 klassen in beslag genomen. Er zijn 9 doodvonnissen uit gesproken, waarvan 1 reeds is vol trokken. Van 11 Januari tot 30 Juni hebben de Franschen en Belgen uit het bezette gebied 478.700 ton steenkool en 515.200 ton cokes weggehaald, d.w.z. nauwelijks het dubbele van wat de de diepste vernedering in zijn stem. Margaret ging een paar stappen achteruit, vóór zij sprak. Toen vroeg ze met gebroken stem, bjjna onhoor baar „Wist je niet waarom ik je be- loofd had te zullen trouwen? Wist je niet, dat mijn hart gebroken was Dat alles, dal goed en lief en mooi is in 't leven, van me weg was genomen, toen Rupert stierf? Als je dit niet wist, dan heb je 't recht me te Doemen: zooals je me noemde. Da» is je 't grootste onrecht aangedaan." „En als me onrecht aangedaan is," zeide Petkoff, „dan zal ik me weten te wreken." Hij vouwde de akte langzaam en zorgpuldig op en stak ze in zijn borst zak. „Zoo straks," vervolgde bij, „zeide je, dat je me een bekentenis te doen Bad. Nu begiijp ik alles. Je wilde voorwenden, dat je je verbeeldde, dat ik alles wist, wat me nu geopenbaard is. Ik heb hier dit op te zeggen ik geloof je niet t Je moeder heeft me bedrogen, je moeder heeft gelogen tegen tegen me. En jij bent de dochter van je moeder 1" „Mijn moeder heeft heel, heel ver keerd gedaan," zeide Margaret, en de tranen kwamen haar in de oogen „maar ik ben niet alleen héér dochter. Ik ben het kind van John Torrington, een man op wiens eer niet de kleinste Dnit8ehland de eerste 10 dagen van Januari nog vrijwillig heeft geleverd. Wanneer zai Amerika helpen? Niet voor de Enropeesche landen huu budget Verlagen, huu drukpersen niet meer gebruiken voor het drukken van bankpapier en de met goud be hangen admiraals en generaals en de diplomaten zich met een meer beschei den plaats tevreden stellen. NIEUW! NIEUW! met heerlijke gelei Een sieraad der Tafel De werkgelegenheid in de beetwortel- suiker fabricage. Uit een vergelijkend overzicht van de werkgelegenheid in de beetwortel- suikerfabrieken in de jaren 1916— 19221923, hetwelk het Centraal Bureau voor de statistiek in de 6do aflevering van haar Maandschrift pu bliceert, blijkt, dat in resp. 28, 23, 20, 20, 21, 21 en 18 van de 28, 25, 21, 21, .21, 22 en 22 fabrieken een oampague geweest is, en dat het totaal aantal man-dagen (hieronder te ver staan de arbeid van 1 arbeider op 1 dag) van de losse arbeiders beliep resp. 758,124, 616,096, 665,497, 684,377, 1,269,256, 1,550,065 en 922,470. In het laatste jaar, ten opzichte waarvan o.a. valt te wijzen op een sterke inkrimping van den bietenaanplaut, was de werkgelegenheid dus belaagrijk minder dan de beide voorafgaande jaren. Vergeleken bij het bijzonder gunstige voorlaatste jaar (1921'22) was de daling van het aantal mandagen rniin 40 pet. Gemiddeld per onderneming was de duur der campagne slechts 64 dagen tegen 95 in het vorige jaar. Van de 4 fabrieken, die ditmaal geen campagne maakten, legden twee zich toe op de raffinage van ingeslagen, bijna uitslui tend buitenlandsche, ruwe suiker. Voorts bevat bovenbedoeld overzicht o.a. eeu opgave van de in totaal aan de losse arbeiders uitgekeerde ioon- bedragen, welke in de 7 achtereen volgende jaren beliepen in duizend tallen guldens resp. 2057, 1620, 2099, 3013, 6568, 7721 en 4144. Men schrijft uit Westelijk Noord- Brabant Heette het eerst dat er dit jaar van den geheele» suikerbieteDoogst niets terecht zou komen, en waren er daar om reeds landbouwers, die hun bieten- land omgeploegd en een ander gewas gezaaid hadden, thans met het warme, zonnige weer van de laatste week is er plotseling een keer ten gOcde ge komen, zoodat, naar veler gevoelen, smet kleeft. Als je me niet gelooven wilt, zal ik dat moeten duldeD, maar ik wil dat je weet, en ik spreek de waarheid, dat ik, voor ik luisterde naar het voorstel, dat ons gebracht heeft in de verhouding, waarin we nu tot elkaar staan, bedongen heb als mijn recht en het jouwe, je de medeJeeling te laten doen, dat ik in 't geheim met Rupert Kentley getrouwd was, deu dag, waarop hij Engeland verlaten heeft." Petkoff haalde diep adem. „lk zal je de voldoening niet geven je te zeggen of ik je geloof of niet, maar ik verlang nu alles te hooren, wat je me te zeggen had." „Mijn bekenteais zal je misschien alleen amuseeren,» zeide Margaret met een bitteren glimlach. "Daar ik ver onderstelde dat je alles wist omtrent Rupert en waarom ik ertoe gebraclt tg te doen, alsof ik hem zoo gauw was vergeten, wilde ik je zeggen, hoe veel het me gekost heeft deze laatste weken door te maken, hoe bedroefd mpjn ziel is en hoe ongeschikt ik ben om de plaats ia te nemen, die je ma gegeven hebt. Een andere bekentenis had ik niet te doen. Ik dacht alleen maar, dat je misschien goed voor me zou zijn en me tijd zou geven. Er is zoo veel, dat ik te vergeten heb, zooveel, dat ik te berinneren heb Daarom had ik je willen vragen, me tijd te gevea." Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1923 | | pagina 1