Prins Peticoff's Huwelijk V. 79 Zaterdag 7 Juli 1928. 110 jaargau? - t.,,u.i,Oom/kjjrifji jpf fiAj Tï| i urr"A's. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. ONKRUID. es FEUILLETON. BUITENLAND. Binnenland. Financieele Berichten. Landbouw, Veeteelt en Visscherij. ABONNEMENT ADVËRTENTIÉN fï,- |i| 8Bi.8 BHlifilPlM m M BH B B H M1""»»"? "ohi - derlijke nummers 5 een,. \F ËJkJBjMMlj Ijl.F 1.1 1 «Li. 1 J FamilieberichÏnÏ^Jü .reg,-;, i ..40 nt Maandag-, W oensdag- Bewijsnummers 5 cent. en Vrijdagavond. Uitgave Nazint. 4 cnnoot lil'p Geesche Courant V-^r~s—.-F Sl<)i t>rtK AjRm' Drukker*- «a Uitgeversbedrijf. Advertenliën worden aang."n: Mfn tot IS uur votrmiddafc. Wie als stadsmeusch voor het eerat liet voorrecht krijgt, een huia met een tain te bezitten, stelt zich van zijn nieuwen levensrijkdom niets dan ge noegen voor. Een tuin, dat ia een plek grond voor louter vermaak en lief hebberij hier zal de gelukkige een bloem zetten en ginds een struik dit bed zal hij met kleurige gewassen bezaaien en dien hoek bestemt bij voor vruchten en groenten. Welk een genot wacht hem, als hij des ochtends na het opstaan een kijkje gaat nemen, om te zien, hoe alles zich naar den eisch ontwikkelt 1 Tuinieren, men stelt het zich zoo bekoorlijk voorhet is een gezonde uitspanning, dit lichte werk van hier eens een schepje en ginds eens een krabbeltje met een hark. Hoe valt de werkelijkheid tegen, zoodra het onkruid komt Het onkruid is als een booze, vijan dige macht, die, geheimzinnig en stil zwijgend dén mensch belaagtdie hardnekkig en stelselmatig zijn plannen in de war stuurthem vermoeit en ontstemt en afmat met zijn dagelijksch getreiterhem van een werklievend en arbeidskrachtig optimist tot een moe- deloozen isegrim ontadelt. Tuinieren is prettig, als men planten en oogsten kan als men met opgericht hoofd en gespannen spiereu het for- sche werkt tig hanteert en maait of schoffelt of sp't, zoodat men de uit komst van zijn arbeid in het groot kan aanschouwen. Maar wie mtent, dat deze ruim zichtbare en voldoening schenkende arbeid de hoofdzaak van h»t tuinieren uitmaakt..... Het eigenlijke tuinieren is de strijd tegen het onkrurd. De dageüjksche, onverdroten, taaie, geduldige strijd. Het eigenlijke tuinieren is wieden. On kruid wieden, een werk zonder forsch- heid en zonder uitzicht. Niet het vol voeren van een vooruit'opgemaakt plan uiet het uitwerken van een verbeel dingsrijk oniwerp. Maar de slaaf zijn van den onderaardscben dwingeland, die zijn overwonnelingen de knieën doet buigen, tot ze stijf zijn die hen met gekromden rug ter aarde doet zitten, den grond doorkrauwelend met kwets bare vingers. Deze vernederende karwei raakt nimmer gedaan verdrietig ervaart de slaaf van het onkruid eiken dag weer, hoe hij hopeloos optornt tegen een overmachtig monster, dat hij niet op ridderlijke wijze verslaan kan met for- sche gebaren, maar dat hem dwingt tot pietluttig gepeuter en minutieuse „•nlettendheid. 0e- zaaier, zroals Millet hem in beeld h,°eft geacht I de ploeger, de planter, nobele figuren, die den mensch in <"Jn arbeld. verheerlijken. Maar menschonde aanblik van het over de a^rde gehurkt lichaam, dat wiedt en wiedt, »eet dat het onkruid zich opnieuw zal verheffen, üoodra hij zijn hielen gelu0"" bedt. Waarom maakt het onki neer" DOOR EFFIE ADELAIDE ROWLANDS. Geautoriseerde vertaling. Maar het binnenbrengen van eefl brief deed haar van gedachten veran deren en verdreef alle oude herinne ringen. De brief was van Petkoff. Hij had hem waarschijnlijk dien morgen vóór de huwelijksplechtigheid geschreven en bevel gegeven hem *op dit uur aan haar te overhandigen. Er werd Leah in meegedeeld, dat zij dien avond met haar kamenier ®aar het kasteel in Schotland moest -vertrekken. Nauwkeu rig werd haar opgegeven, hoe zij moes ten reizen en al sof Petkoff geraden had, welke gevoelens bij 't lezen van zijn brief Leah's hatt zouden bestormep, had hy er een veelbeteekenenden zin bijgevoegd, een zin van ^yier woorden. slachtig ten doode toe Omdat het onkruid symbool is van zeer algemeene bet eekenis. Het onkruid openbaart op onmeedoogende wijze, dat wy te strijden hebben, onverdroten te strijden, en dat, zoodra wij verpoozeD, de uitkomst van onzea strijd wordt te niet gedaan. Het onuitroeibare, steeds weer aangroeiende onkruid leert de harde noodwendig heid kennen, dat respijt oudergang be- teekent. Barbusse.in zijn verschrikkelijk boek, maakt een dergelijke opmerking over het stof. Hij noemt het stof „de duistere engel van de aarde'', waar tegen wij ons vergeefs verdedigen. Eiken cag reinigen wij ons, maar eiken dag ook valt hef stof opnieuw op ons nesr. Als wij niet regelmatig het verwydeien, krijgt het ons in de macht. Nooit kunnen wij zeggen, dat wij met het stof hebben afgerekend. De strijd tegen het stof, de strijd tegen 't onkruid neemt het grootste deel van onze werkkracht en van onzen tijd in beslag. Nimmer kunnen wij rusten van deze geestlooze, eentonige, onwaardige karwei. Hoe weinig ge legenheid blijft er in ons leven over lot scheppenden arbeid met positief resultaat, nu wij ons afmatten moeten met het negatieve w eden. Lijkt soms heel ons leven niet een voortdurende schoonmaak, een besten dige opruiming Den avond besluiten wij mei een gevoel van voldoening, omdat wij den dag hebben kleinge- kregen, maar de morgen brengt nieuwen voorraad vuil, dat wederom ons het vooruitzicht belet. Want eerst moeten wij ons door dezen berg van kleineerende bezig heden heengraven, aleer wij gelegenheid bekomen onzen geest te verfrisschen aan grootsche plannen en weidsche ontwerpen. Vaak komen wij aan den dag van morgen niet toe, omdat elke dag genoeg h^eft aan zijn eigen kwaad. Wie zoo het leven ervaart, denkt met beklemming'aan de kortheid van het bestaan. Mag dan eens menschen roeping niet meer zijn, can zich eiken dag te ontdoen vsn het hem overwoe kerend kwaad P Begrijpelijk is, dat er zijn, die zich met een luchthartig ge baar aan de slavernij van het onkruid onttrekken, en die hun levenstuin liever een fleurige wildernis laten dan zelf als een armetierig wroeter in het eindeloos gewied te verstijven. Toch is de bohémien niet anders dan een vluchteling voor den vijand. Wie zijn leven beheerschen wil, begint met zelfbeperking, fly legge geen tuin aan; te omvangrijk voor rustig onderhoud. Of, in andere botanische beeldspraak gezegd hij neme niet te veel hooi op zijn vork. DE GEALLIEERDEN EN DUI1SCHLAND. Engeland, Frankrijk en België zij'i binnenskamers aan het beraadslagen boe het lastige vraagstuk betreffende de Duitsche schadevergoeding en de be zetting van het Roergebied moet worden aangepakt. Te Londen hebben zoowel de Bei- Deze woorden lnidden „Ik heb je noodig.» Op 't zelfde oogenblik was allea ver anderd. Ergernis, heimwee, bijgelovig heid, alles was als weggevaagd en Leah .•as weer zichzelf. ging met stralende oogeu op de canap zitten en las den brief nog eens en nog eens. Toen schreef zij, de in geving Fan 't oogenblik volgend, een antwoord op het briefje van Lady Alicia en kleedde dat zoo onbeschaamd mogelijk in. Zij was te weten gekomen, dat het geld een groote ro! had ge speeld in de regeling, waardoor zij als logee ten huize van de familie Torring- ton was opgenomen, en zij voelde, dat zij Lady Alicia door haar minachting kon treffen. Toen zij het briefje had laten bezorgen, schelde zij haar kame nier en de volgende uren werden door gebracht met het pakken van haar koffers. Prins Petkoff had haar met den meesten nadruk geheimhouding bevolen de bedienden van Lady Alicia, die in de Hall stonden, toen freule Siivinski vertrok, wisten dus niet, waarheen zij ging en dachten dat zij weer naar Parijs terugkeerde en dat zij dien avond gische gezant, als de Fransche met Lord Curzon gepraat. Over hetgeen veihandeld werd, bewaart men het diepst stilzwijgen. Maar na net onderhoud met den Belg, schijnt Curzon geglimlacht te hebben, terwijl het gesprek met deD Franschman teleur-teilend geweest moet zjjn. De toestand wordt als „zeer kiesuh» geket. schetst. Een drenkeling klampt zich aan een stroohalm vast en zoo kan voor Duitsch- land het feit dat over dit land althans gepraat wordt, als een ganstig teeken gelden. Schrijven wil Pojncaié echter voor- loop-g nog niet en op het Engelsche vragenlijstje schijnt hij alleen mondeling te willen antwoorden. België heeft evenwel meegedeeld, wat het onder „tydeltyk verzet» verstaat en, naar verluidt, zou dit hetzellde zijn als Frankrijk, wat we echter meenen te moeten betwijfelen ten opzichte van de laatste zinsnede. België verstaat onder „een eind maken aan het iijd-lijk verzet», dat alle voorschriften van de Duitsche regeering aan de bevolkingen alle uit— keeringeu tot het ondersteunen van stakingen ingetrokken zrllen worden en dat de regeering de bevolking zal uitnoodden den geregelden arbeid te hervatten. Aan den uitvoer der pro ducten mag geen belemmering in den weg gelegd worden. De Duitsche regee- riug moet de noodige maatregelen nemen om de ve ligheid van de Belgen in de Roer te verzekeren. Wanneer Duitschland zich ten opzichte van deze punten formeel verbiedt, zal de bezet ting beperkt worden en de troepen zullen teruggebracht worden tot het strikt noodzakelijke om in de behoeften aan veiligheid van het Belgische per soneel in het Roergebied te voorzien. Het moeilijkste punt blijft natuurlijk de terugtrekking van de bezettings troepen uit het Roergebied, waarbij het prestige van Frankrijk in het spel is. Er zal dus in ieder geval een vorm moeten worden gevonden, die voor Frankrjjk aannemelijk is en deze taak houdt op het oogenblik de staatslieden van Europa bezig, daar men beseft dat, indien men hierin niet slaagt in Europa een chaos zal ontstaan. Ook de Italianen, met Mussolini aan het hoofd zijn hiermede bezig. Men kan wel zeggen dat geheel Europa bezig is om de Franschen tot rede te brengen. Dat dit uitsluitend alleen ter wille van de menschlievendhtid geschiedt zouden wij niet durven beweren. Aan de houding van Engeland is het nuchtere koopmansstandpunt niet vreemd. Engeland ziet het snel naderend onheil voor Enropa en dus voor zich zelf en tracht daarom dit te verhin deren, waarmede het een weldaad be wijst aan zichzelf en aan Europa. De Manchester Guardian zegt, dat net leger, dat Frankrijk in het Roer gebied heeft staan, beteekent dat er 50.000 bajonetten In de teere machi nerie van den wereldhandel steken. Het Roer-avontuur is het toppunt van de politiek, die Centraal Europa in commercieel opzicht kreupel maakt. De rest van de wereld is gedwongen dezen kreupele op haar mg te dragen hel Kanaal zon oversteken. Leah had met ruime hand fooien onder die bedienden uitgedeeld en daar door was zij altijd met onderscheiding en voorkomendheid behandeld geworden, maar er wordt misschien zeldea juister geoordeeld over iemands werkelijke waarde, dan door hen die in de sous- terrains der groote wereld leven en het algemeen oordeel over Leah was daar: niet veel zaaks. Gelukkig vermoedde zij dit absoluut niet, en had zij 't geweten, dan had het haar op dat oogenblik onverschillig gelaten. Een onuitsprekelijke voldoening dat Petkoff om haar gezonden had, verdrong elke andere gewaarwording. Haar hartstocht voor hem bad zulk een hoogte bereikt, dat reeds het deukbeeld hém te mogen dienen, te voelen dat zij werkelijk een plaats, hoe gering dan ook, in zijn leven bekleedde, haar het grootste genot gaf, dat zij voor het oogenblik bedenken kon. XXI. Toen de jonggetrouwden wegreden, toegewuifd door de vroolijke schare bruilofsgssten en in de straat langs het hek van den tuin een aantal nieuws. en Engeland draagt den zwaarden last, terwijl de Itrltscbe katoennijverheid op haar beu't het grootste deel van Engeland'» last moet dragen. De voor zitter van de Kajiei /an Koophandel wees er op dat Indië de grootste ver bruiker van de Engelsche katoenen goedtren is, maar, endanks het feit dat er twee goede moesons zijn geweest, kan Indië niet koopen wegens het ve*- lies van de markten van Centraal- Europa» Over hei algemeen is de ver houding tusscheu de landbouw- en de industrieele gemeenschappen aanmer kelijk gewijzigd ten gunste van de landbouwers, die meer goederen in ruil voor hun product kunnen vragen. Zoodoende moet Lancashire terwijl het zelf de katoen duurder moet koopen, zijn manufacturen goedkooper ver- koopen. Wat het Fransche standpunt betreft, de Matin tracht handig de Fransche //revanche"-idee, waarvan de Roerbe- zetiing een direct gevolg is, te ver doezelen en het zwaartepunt der moei lijkheden in de schoenen van Engeland en Amerika te schuiven. De Matin yblijft erbij, dat Engeland en de Unie slechts het verlossende woord kunnen spreken. Poincaré zei in Januari op de Parijsche conferentie met 26 tot 30 milliard Duitscbe vergoeding genoegen te willen nemen, mits de scIiqkLd jegens beide genoemde landen ireschrapt worden DeFransch- Belgische vordering op Duitschland zou aldus tot 35 milliard goudmark ingekrompen worden. De groote vraag is, zul Frankrijk of Duitschland de door de Duitschers aangerichte verwoestingen betalen Uit het bovenstaande zal het den lezer wel gebleken zijn, dat Duitsch land, dat Europa nog lang niet iu vei ligheid zijn en dat de geallieerden in den Europeeschen steeple-chase nog heel wat hindernissen moeten nemen voordat de finish zal kunnen worden overschreden. En er zullen verschil lende hinkende paarden achteraan komen. De werkloosheid in Engeland. De laatste opgave over den omvang van de werkloosheid wijst Dit dat het aantal weikloozen in een week tijds weer vermiuderd is met 11,684. Er blijven 1,184 000 mensehen bniten werk. Kindertoeslag ingetrokken. „De Rsb." verneemt dat volgens een besluit van den Ministerraad de kin derbijslag van het Rijkspersoneel, dat bezoldigd wordt overeenkomstig den plaatselijken loonstandaard, met ingang van deze week wordt ingehouden. De venkiezing van de leden der Eerste Kamer. De minister van hinneniaDdsche zaken heeft aan de Staten bericht, dat de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer zal plaats hebben op 24 of 27 Juli. De candidaalstelling ge schiedt a.s. Dinsdag, 10 Juli. De Eerste Kamerverkiezingen. De R. K. Zeeuwsche Statenclub heeft gierigen hen stond op te wachten, om nog een kijkje van de bruid te hebben, werd Margaret zich met een rilling van angst bewust, dat zij nu feitelijk voor het eerst alleen was met den man naast haar. Een zonderlinge opwinding had haar kracht gegeven ora onbewogen afscheid van allen te nemen. Het korte onder houd met haar moeder, dat oogenblik, waarin zij het eerst zoolang haar heugde een blijk van liefde van die moeder had gekregen, had haar kracht verleend. Eu de gedachte, dat haar vader van nu af den troost zouhebben zijn vrouw steeds bij hem te zien, had die kracht voedsel gegeven. Maar nu zij daar door de bekende straten snelden, en alles bleef, wat tot nog toe vcor haar het leven geweest was, werd de man, dien zij getrouwd had, iets ontzettend reëels voor haar en boezemde hij haar zeer heslist angst in. Een tijdlang had Petkoff zwijgend naast haar gezeten. Hij had haar steeds ongemerkt van ter zijde gadegeslagen en haar schoonheid en bekoorlijkheid deed zijn hartstocht toenemen. Einde lijk fluisterde hij haar eenige liefkoo- besloten, candidaat te stellen voor de Eerste Kamer de heeren E. B. Dumo- leijn, uotaris te Honteuisse, en F, J. M. L. van Waesberghe, burgemeester van Hulst, beiden lid va-i de Staten van Zeeland. Deze lijst zal worde.n ver bonden met de R. K. lijst in Noord- Brabant. De heide andere bij deze groep behoorende provincies, Utrecht en Limburg, zullen ieder een afzonder lijke lijst indienen, die niet verhonden zullen worden. De Hanze. De rechtbank te Utrecht heeft aan de Hanzebank Ie Utrecht en aan de N.V. Hanze-Spaarbank aldaar, voor- loopige surséance van betaling ver leend. vGroningen". Dondeidag, den 5den Juli j.i. werd in 't hotel des Pays Bar te Utrecht, de jaarlijksche Algemeene Vergadering ge houden van „Groningen», Algemeene Onderlinge Maatschappij tot verzekering van paarden en rundvee, iu 1903 op gericht Ie Groningen, vanaf 1 Mei 1921 gevestigd te Utrecht. Uit het jaarverslag van aen Direc teur, den Heer F. F. Leopold, bleek, dat in 1922 zeer belangrijke verliezen werden vergoed en tcch, mede dank zij de reserve, de omslag zeer laag bleef. Blijkens het rapport van de Commissie tot nazien der rekening en van den Accountant, den heer A. Versteege, werd de administratie in orde bevonden. De aftredende Commissarissen werden herkozen Een meevaller voor bietenverbouwers. Dank zij de sterk gestegen suiker prijzen op de wereldmarkt is, tegen de verwachting in, het oogstjaar 1922 voor de suikerbietenverbouwers over het algemeen nog een goed jaar ge worden. Werden de bieten van het oogstjaar 1921 gemiddeld met slechts f 12 per 1000 K.G. betaald, voor die van het oogstjaar 1922 werden gemid deld door de Groningsche boeren niet minder dan t 20 per 1000 K.G. ont vangen en 't is zelfs niet onmogelijk, dat er nog opnieuw door de fabrieken een uitkeering kan worden gedaan, aldus het „Hbl." Onder deze omstandigheden geeft de teelt van bieten, die gemiddeld 30.000 h 35.000 K.G. per H.A. opleveren, zeer goede fioancieelj resultaten en daar, wat de prijzen betreft, de voor uitzichten voor den oogst 1923 niet minder gunstig zijn, werden er, ook al omdat de aardappelteelt zeer sterk is ingekrompen in 't Groningsch zee kleigebied, groote oppervlakten voor bietenbouw bestemd. Op 't oogenblik maken echter de met dit gewas beteelde perceelen een armzaligen indruk ze zijn, als gevolg van de veel te lage temperatuur in zende woorden toe, legde zijn arm om haar heen en trok haar naar zich toe. Zij kromp ineen, zóó merkbaar, dat Petkoff's gezicht plotseling verduisterde. „Waarom speel je nog altijd de prude, Margaret," zeide hij. „We zijn nu man en vrouw." Zij sloot haar oogen een paar secon den toen wendde ze haar gezicht naar hem toe en keek hem smeokend aan. „Je moet geduld met me hebben," zeide zij zacht. „Ik denk, neen, ik ben er zeker van, dat je weet, dat ik je iets te zeggen heb.» Zijn antwoord bestond uit een vroo- lijken lach. „Misschien kom je met een late biecht aan," antwoordde hij. „Als dat zoo is, dan komt die te laat. En daarenboven geef ik niet om je biecht, wat die ook moge zijn. Jou wilde ik hebben, en nu je van mij bent, is alles me verder onverschillig. Maar ik wil nog wat langer geduldig zijn, nu je 't me vraagt, vooral omdat dit, als ik me niet ver gis, het eerste verzoek is, dat je me ooit gedaan hebt." Hij trok zijn arm weg toen lachte hij opnieuw. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1923 | | pagina 1