JUfHSENS
K°. 50
Douderdag 27 April 1922*
109 jaargang.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Hoe de schooier
bruigom werd,
Binnenland.
PLAMTINMTgR
per POND
Rechtszaken.
ABONNEMENT
Prijs per kwartaal, in Goes f 2,
buiten Goes f 2,
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt Maandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
GOESCHE ff COURANT
Uitgave Naaml. Vennootschap (xoeselie Courant en Kieeutvens Ross' I)rubkers en Uitgeversbedrijf.
ADVERTENTIËN
van 1 5 regels f 1,20 elke regel
meer 24 cent.
Driemaal plaatsing wordt tweemaal
berekend.
Familieberichten 110 regels f 2,40
Bewijsnummers 5 cent.
Uitgeversbedrijf. Advertentiën worden aangenomeD
tot 12 unr voormiddag.
EEN GRAP.
De onweerswolken welke boven de
conferentie van Genua waren saamge-
trokken, zijn door den stormwind Lloyd
George alweer weggejaagd en momen
teel is er geen vuiltje meer aan de lucht.
De Duitsohers zullen niet verder
antwoorden op de nota der entente en
het incident kan thans definitief als
gesloten worden beschouwd.
Wat Frankrijk betreft, waarvau de
Duitsche bladen reeds beweerden dat
het de conferentie wilde „opblazen",
Birthon is geheel in zijn schulp ge
kropen nadat Lloyd George nog eens
uitdrukkelijk verklaard had dat het
Britsche rijk uit is op vrede en be
sloten heeft alle hinderpa:eu te over
winnen, die zich op den weg naar dien
vrede mochten bevinden.
Zelfs maakt een bericht er meldiug
van dat Barthon een grap maakte
ten koste van Lloyd George, welke
grap bij het lijdend voorwerp zelf veel
succes had. Dit spelen van hondje bij
het monument door Bartliou is wel het
beste bewijs dat hij thans nit de liand
eit.
Soms vraagt men zich wel eens af
of de heele conferentie van Genua niet
een grap dreigt te worden. Tot nog
toe heeft men (behalve Duitschland en
Rusland, die elkaar tenminste gevonden
hebben) er niet veel anders gedaan,
dan incidenten in den doofpot stoppen
en allerlei hinderpalen uit den weg
ruimen ten einde den weg vrij te
mak' n vermoedelijk voor weei een
nieuwe conferentie of conferenties.
Want te Genua zal meu nauwelijks
tijd overhouden om de voornaamste
vraagstukken aan te snijden, laat staan
te verorberen. En voordat die vervolg
conferentie daD bijeengeroepen is zijn
er natuurlijk al weer tal van misver
standen gerezen, zoodat opnieuw met
pionietswerk kan worden aangevangen.
Als sluitingsdatum der conferen
tie zou 2 Mei zijn vastgesteld. Het
slottooneel zal zeer plechtig worden.
Verkondigd zou n.l. worden dat de
conferentie het er over eens was dat in
de toekomst de aanval van de eene
mog-ndheid op de andere zal stuiten
op de afkeuring en verwerping van de
geherle wereld. Aldus de Voss. Zeitung.
Een grap is ook de houding vau de
vertegenwoordigers van sovjet-Rusland,
Tsjitsjerin en Krassiu, beiden als
heer vermomd, aan liet noenmaal,
door den koning van Italië, bij zijn
bezoek aan Genua ter tere van de confe
rentie, aan boord van het Italiaansche
oorlogsschip Dante Alighieri welk
een ontheiliging om een oorlogsschip
te noemen naar dezen onsterfelijken
dichter aan de gedelegeerden ge
geven. Tsjitsjerin heeft zelfs een speech
op V.ctor Emanuel III afgestoken,
waarin hij zeide //Indien ik de popu
lariteit van U. M. mag beoordeelen
10
DOOR
C. DE BLY.
Schrjjver van //Drie maanden Schooier"
Motto//Men8ch durf te leven".
Teu slotte was de behaarde onder
't praatje met den diamantfrik in Mor
pheus armen gevalien. Een der dames
kreeg opeens zulk een schik in 't liedje
van den baron dat zs volgens tante
in een historischlachen uitbarstte,
Kende ze de voorouders dier dame
wist ze hoe die gelachen hadden en
meende ze dat men in den goeden
ouden tijd zich om dergelijke liedjes
eveDeens vroolijk maakte of ge
bruikte ze weer eens een verkeerd
woordje f't Bleef 'n raadsel, maar
wat was dat...? De lachbui der his
torische juffrouw sloeg over in
suikdito 't gezelschap verstomde
men ontnuchterde de bron vloeide
dan ook rijkelijk Tante vond 't meer
dan ellendig en begon om haar gasten
wat af te leiden, opeens een griezelig
verhaal te vertellen, dat ze es ergens
gelezen had. Dat hielpDe een na
de ander maakte zoo spoedig mogelijk
aanstalten cm weg te komen. Alle»
naar de ontvangst, die men aan U. M.
heeft bereid, is cm rader ties volks".
Dat is nog wat anders dan Troelstra
op het Leo. Maar misschien speelt
de slechte kennis van het Engelsoh
Tsjitsjerin weer parten.
De Fransche bladen zijn vol sar
casme. Ze merken, niet zonder eenige
bitterheid, op, dat de koning, na aan
boord door Lloyd George begroet te-
zijD, dia op eigen initiatief den eersten
rang innam, zich daarna het eerst
Tsjitsjerin liet voorstellen, en vervol
gens pas de Fransche en de andere
gedelegeerden Maar dan tot de hou
ding van Tsjitsjerin komend, maken ze
zich vroolijk over de pracht buiging,
tot aan bet tapijt ongeveer", die
Tsjitsjerin maakte toen hij voorgesteld
werd. Ze spreken de (hoop uit, dat
een film-operateur dat moment niet
gemist heeft, evenmin als het oogen
blik, waarop Tsjit.-jerin met zijn glas
champagne hartelijk klonk met zijn
tafelbuurmaD, dea aartsbisschop van
Genua. Deze beide dischgenooten sta
ken eikaar ook bun menu's toe, waarop
ieder vau hen zijn bandteekenii.g
plaatste ter herinnering aan dit aan
genaam samenzijn.
Krassin was ook zeer brillaut aan
tafel en zong tegen een Itallaanscb
senator, die naast hem zat, den lof
van den koning van Italië. Zoo iemand
zou hij ook gaarne aan het hoofd van
een republiek zien.
Den avond tevoren, op de soiree
door de gemeente Genua aangeboden,
was Tsjitsjerin ook de held van den
avond geweest. De dames hadden
elkaar het genoegen betwist hem een
roode bloem in bet knoopsgat van
zij u rok te steken.
Een grap lijkt het ook dat de Russen
een document by de commissie voor
de Russische zaken heeft ingediend,
dat als twee druppels water lijkt op
het memorandum dat zij Zondag plech
tig introkken. Zij stellen weer de
eischen algeheele schrapping der oor
logsschulden, een moratorium (van 80
jaar) gedurende welken tijd Rusland
geen rente zal betalen aan zijn (voor-
oorlogsche) schuldeischers en zij gaan
uit van de veronderstelling dat de
mogendheden de Sovjet-regeering de
jure erkennen. Geen wonder, dat de
voorzitter der commissie verklaarde,
dat de Russen -wel konden vertrekken
en dat de geallieerde deskundigen aan
hun regeeriagen verslag uit zullen
brengen.
Polncaré beeft een redevoering
gehouden, waaruit blijkt, dat Frank-
lijk nog steeds het oude onverzoen-
rijke standpunt inneemt. Polncaré
likkebaardde reeds naar den Sisten
Mei, voor welken datum Duitschland
zich moet voegen naar het programma
der commissie van herstel, d.w.z. de
nieuwe belastingen was het niet
het bagatel van 60 milliard? moet
aannemen en het algeheel toezicht op
zijn financiën moet aanvaarden.
waren verdwenen en bleef ik met
tante of te wel m'n Mevrouw alleen
achter, ze keek me goedig lachend aan
en verklaarde, tevreden te zijn over m'n
serveeren. Dal viel mee, dacht ik, doch
'k had me te vroeg blij gemaakt.
„Kijk nu eens Jan", begon ze weer,
z/ik ben d'r dol op, om eens lijn te
gaan dineereD, daarom noodigde 'k je
uit als „chevallier", 'k deed 't niet
om jou, doch alleen voor mezelf, dat
heb je zeker al wel begrepen, hé
Tante scheen door overmatig gebruik
der cocktails, eenigzins in een ruzie-
makerige stemming te zijn en hegon
me nu te kleineeien 'k moest dus
op miju hoede zijn 't Is niet alles
man te wezen".
//Pardon Mevrouw, 'k begrijp de si
tuatie", bracht ik onderdanig uit.
z/Wat begrijp je nu weer man wordt
toch niet zoo vervelend, je moest je
wat meer op den achtergrond houden,
weten waar je staan moet, je bent
uitsluitend „Deoorum".
„O juist", prevelde ik.
z/Je irriteert me, zwijg, versta je,
Jan. Heb je 'n goed costume om 'n
dame te capuchonneeien
Ofschoon me bevolen was om te
zwijgen, waagde 'k 't op te merken
„Neen Mevrouw", aangezien ik in 't
geheel geen zin had met deze humeu
rige tante uit diueeren te gaan.
„Dat is geen bezwaar... Bel*.
//Hoeveel maal Mevrouw?" éénmaal
toch was voor den kellner, tweemaal
En als Duitsohlaiid zich verzet dan
zoo zeids Poincaré kau elk der
geallieerde lar.deu afzouderlijk zijn
maatregelen nemen voor de bescher
ming van zijn belangen. Poincaié zou
het natuurlijk prettiger vinden als de
geallieerden samen tot het nemen van
dergelijke maatregelen besloten, maar
blijkbaar ziet bij er geen been in dat
Frankrijk geïsoleerd optreedt.
Wij schreven echler in den aanvang
van dit ove zicht dat Barthou thans
uit de hand van Lloyd George eet en
het spreekwoord van de blaffende bon
den die niet bijten, zal bewaarheid
worden. De hond moet wel blaffen,
want de stok staat achter de deur
van het parlement.
Eer goede raad van Troelstra.
In een Ie Rotterdam gehouden rede
voering heeft de heer Troelstra den
S. D. A. P.ers den volgenden goeden
raad gegeven
„Wij gaan, wat directe verbete ingen
betreft, eeu niet zoo tleurigen tijd
tegemoet. Wij moeten ons op de moge
lijkheid voorbereiden, dat er in de
eerstvolgende jaren, noch op vak-, noch
op politiek gebied, veel directe ver
beteringen tot stand zullen komen.
Gebruikt dien min of meer stillen tijd
tot verdieping. Versterkt u geestelijk.
Wij zullen op het gebied van de socia
lisatie en de medezeggingschap een
harden dobber hebben. Zorgt, dat gij
geestelijk zult zijn toegerust om de
functies tot welke gij eens geroepen
zult worden, behoorlijk waar te nemen."
Een rede van dr. Nolens.
De leider van da R. Kath. Staats
partij, dr. Nolens, heeft Zondag een
politieke rede gehouden te Sittard.
Daarin heeft hij o.a. het volgende
gezegd
Wat mij betreft, wanneer nu of later
gevaar bestaat over te hellen naar den
kant van de personen, die op dit
oogenblik klagen, dat de regeering
te. veel gezien heeft naar de arbeiders,
dau zal ik overhellen naar dien kant,
waar in den regel de meeste nood en
de meeste, ontbering wordt geleden.
Zoo vaak heb ik er verbaasd over
gestaan, dat voor de regeering zoo
gemakkelijk het wierookvat werd ge
zwaaid, terwijl korte weken nadien er
op gescholden wordt, waarvan de grond
toon is Gij zijl eigenlijk de schuld,
dat het zoo slecht staat met de valuta.
Daarop komt toch alles neer.
Hij drong ten krachtigste aan de
eenheid in de katholieke partij te
handhaven.
Ee i commissie zonder werk
Op de vragen van den heer De
Jonge, betreffende het verstrekken van
een opgaaf v.n het aantal door den
Raad van beroep van het Mijnwezen
sedert zijn instelling genomen beslis
singen heeft Minister Van Ilsselsteyn
geantwoord, dat het aantal beslissingen
sinds 1 Nov. 1906, toen de Raad werd
ingesteld, heeft bedragen 1 November
1906—31 Dec. 1907 9 1908 4; 1909
geen; 1910 een; 1911 eeu beroeps
schrift behandeld, waarop geen beslis
sing is gegeven; 1912 dit beroeps-
schrift weer aanhangig gemaakt en
hierop nu beslist, 1918 en 1914 geen
1915 een 1916 geen 1917 2 T918,
19)9 en 1920 geen. Over 1921 is nog
geen verslag ontvangen.
De Tweede-Kamer verkiezingen.
De algemeens vergadering van het
Verbond tot Democratiseering der
Weerm. besloot met alg. stemmen den
heer G. B. v. d. Werf, oud-voorzitter
van den Ned. Iud. Bond van Euro-
peestbe Milnairen, candidaat te stellen
voor de Tweede Kamer in plaats van
den heer Wijk, die bedankt heeft.
Dezer dagen ie te Amsterdam op
gericht de Landelijke Kiezerspartij van
irandelsreizigers en agenten. Op Zater
dag 29 April a.s. zal deze nieuwe
partij in 'een te Amsterdam te houden
vergadering de candidateu voor de a.s.
verkiezing der Staten-Generaal stellen.
Ontslag spoorwegpersoneel.
Dinsdag heeft de directie der Ned.
Spoorwegen met de erkende spoorweg
organisaties geconfereerd over het ver-
leeneu der ontslagen aan het personeel.
De directie wees elk ingrijpen af en
wilde ook niet van een wachtgeldre
geling weten. Klachten over verleende
ontslagen zullen alleen in behandeling
worden genomen indien kan worden
aangetoond, dat de opzeggiug geschiedt
in strijd met de bepalingen van het
reglement dienstvoorwaaiden.
Voorts deelde de directie mede, dat
zij op voorstel van den r.k. bond St.
Raphael er aan dacht, de fabrieksraden
op te heften. (Tel.)
1
PLANTA
I VOEDZAAM HEERLIJK VOORDEELIG
voor 't kamermeisje en driemaal voor
den huisknecht. Was m'n vraag dus
zóó gek
„Mensch, mask me niet buiten me
zelf... Als ik verordonneer „BEL," dan
bel je".
„Allright Cokkie" dacht ik en 'k
belde.
'n Oogenblik later een tik op de
deur... een kellner trad binnen.
„Madame"
„Wie Leeft er om den kellner ge
beld Maar m'n hemel (tegen mij) be
greep je dan niet dat ik den huis
knecht hebben moest." (Poeslief tegen
den Ober): 't Spijt me zeer Marcel"
en frommelend in de bewuste tasch,
gaf ze hem vijf francs. De man be
loonde haar gulheid met stikum tegen
mij te knipoogen, als wilde hij zeggen
„Heeft ze weer een klap van den mo
len beet
't Toeval wilde dat tante me even
zag glimlachen, daar stoof ze op „Zoo
manneke, ben jij van die kracht, dacht
jij met je uitgestreken tronie en flee-
mende stem, mij voor den gek te hou
den, nn dan kan ik je verzekeren, dat
je bij de verkeerde bent aangeland
hoor.,.. Daarin ben ik doodkalm... Per
soneel veracht ik, dat is er uitsluitend
om mij te bedienen, doen ze dat naar
m'n zin dan ben ik 'n Moeder voor
zeI
Ik achtte het geraden niets te zeg
gen, slechts drie maal te schellen.
Én zoo verscheen een huisknecht.
„Ah juist, luister, 'k heb enkele
mijner koffers weg laten brengen, den
grootsten heb ik 'n oogenblik noodig,
breng dien even hier".
De man kwam na een oogenblik met
't gevraagde terug... kreeg daarvoor vijf
francs... Wellicht waren dat blijken
van Moederlijke toegenegenheid
M'n speurdersblik had oogenblikke-
lijk op den koffer twee reuzen-letters
ontdekt n.l. „S.L."
Tante 'naakte intusschen den co'os
sus open vóór me lag een complete
heerengarderobe.
„Pas dit costume, en dit ook. even
of neen doe deze smoking maar aan
't zijn de klee'ren van m'n man.
'k Nam de smoking mee naar m'n
verblijf op de zevende, en 'n schim
metje van licht begon me te dagen
aangaande de „S.L Zij toch noemde
zich Mevrouw Hitziügs, enfin 't zou
wel blijken... maar niet verder mod
deren.
Na 'n half uurtje trad ik 't salon
weer binnen, 't eostuum paste me
„helaas" perfect, 'k heb nu eenmaal
zoo'n schooiersfiguur.
„Je ziet er werkelijk krauig uit Jan
't zelfde figuur als m'n man* (prettig!)
We stapten nu dadelijk op en steven
den direct door naar de kurzaal, 'k
zocht 'n tafeltje vanwaar we uitzicht
op zee hadden... 'i spel zou beginnen.
„Lach dan Paljas, ge wordt er voor
betaald." Dooh eerlijk gezegd, 'k had
reuzensehik in 't geval, alleen vond
Arrondissements Rechtbank
tb
De ontaarde moeder.
Voor de rechtbank te Middelburg
werd hedenmorgen voortgezet de op 7
April geschorste behandeling van de
zaak tegen de 85-jarige J. F. C.,
vrouw van J. C. B., beklaagd van
zware mishandeling van haar 13-jarig
dochtertje Maria Stoutjesdijk.
Thans werd gehoord de getuige, die
de vorige maal niet verschijnen kon,
lil. C. J. Hendrikse, vrouw van P. M.
Tinbergen, die verklaarde 7 jaar naast
beklaagde te hebben gewoond in de
Heerenstraatzij kon goed zien wat
op de achterplaats van bekl.'s woning
voorviel en nam ernstige mishandeling
waar, het ergst van Marietje, maar ook
wel van de andere kinderen Zo j heeft
getuige op 5 Ootober gezien, dat bekl.
Marietje bij de keel greep, ook dat het
kind steeds op bloote voeten liep op
de achterplaats en dat bekl. het kind
meermalen met een harden borstel over
het hoofd schuurde.
Meer dan éénmaal heeft getuige bekl.
hooren zeggen „als ik w:st maar vijf
jaar te krijgen, vermoordde ik je".
Op 23 November vroeg het kind om
eten, het stond toen weer op bloote
voeten op de plaats. Het kind zeide
verbrand te zijn, het meisje moest
steeds hard werken tot laat in den
nacht, ook 's nachts hoorde getuige
het kind soms schreeuwen. Mishande
ling met een gloeienden pook of snij
den met een mes over de hand heeft
getuige niet waargenomen. Nadat het
ik 't idee, in de smoking te zitten van
den een of anderen plebejer, minder
amusant.
't Diner verliep zonder bijzondere
stoornissen, tante liet 't zich goed
smaken, en genoot ziohtbaar dat veler
blikken op ons gericht waren, wat ik
wanneer men 't als een compliment
wil beschouwen, geheel voor haar
rekening zet. Ze zag er voor „haar"
doen vrij aardig uit.
Een oogenblik had ik mceite m'n
lachen te bedwingen, toen ze den kelner
toevoegde: „Die Filet de „soie" is niet
te eten....» ze bedoelde „de sole", och
dat zijn van die „slips of the lip...."
Juist waren we aan het dessert
genaderd, toen tante plotseling van
kleur verschoot... eerst werd ze rood,
daarna nam haar gelaat een tint aan,
die ik niet omschrijven k»n... Onwille
keurig keek ik om naar de oorzaak
dezer „camelion* eigenschap, en zag
een ongunstig valsch lachend type
naar ons toekomen.
„Wel Loulou, je schijnt je verdriet
nog al gauw te boven te zijn schatje."
„Monster", siste ze, „ga heen" (ik
vermoedde wie hij was) „Hoe durf je
me aan te spreken, canaille".... tegen
mij: „Dat is ie nu."
„Nou kindje», begon „dat is ie nu»
maak niet zoo'n heibel, denk om de
menschel), 'k zag je zoo gezellig
zitten en
{Wordt vervolgd).