N». 16, Een beduidend mensch. Zaterdag 4 Februari 1922* 109 jaargang. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. DE ZOMERTIJD. FEUILLETON. BUITENLAND. Binnenland. ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f 2, buiten |Goes f 2, Afzonderlijke nummers 5 cent. VerschijntMaandag-, Woensdag en Vrijdagavond. «OBSCHE Uitgave Naaml. Vennootschap Goesche Courant COURANT ADVERTENT1ËN van 15 regels f 1,20 elke regc meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 110 regels f 2,40 Bewijsnummers 5 cent. en Klecuwens Ross' Drukkers- en Uitgeversbedrijf. Advertentiën worden aangenomen tot 13 uur voormiddag. Het denkbeeld, liet maatschappelijk leven een uur te vervroegen, is al van betrekkelijk ouden datum. Als wij ons goed herinneren, werd daarop jaren geleden reeds in de Maat schappij van Nijverheid gewezen, maar lot uitvoering kwam het nimmer. Het vraagstuk had slechts theoretische waarde en eerst toen de wereldoorlog tot groote bezuiniging op alle grond stoffen voor verlichting dwong, is de wet tot stand gekomen, die tot een betere dagverdeeling, tot een economi scher gebruik van het gratis beschikbare zonlicht leidde. Dat ging zoo eenvoudig mogelijk. liet was niet noodig alle openbare lichamen, alle instellingen van eenige beteekenis, alle bureaux en scholen aan te schrijven, een uur vroeger te beginnen en een uur vroeger te eiudigeu. Men zette op een bepaald tijdstip in het gehcele land alle klokken een uur vooruit en dag- en uurverdeeling kon den overal ongewijzigd blijven. Men leefde eenvoudig een uur vroeger. Men stond een uur vroeger op en men ging een uur vroeger naar bed. In de oorlogsjaren is door deze een voudige handeling werkelijk een be sparing van duizenden guldens ver kregen. Het uur daglicht, dat men tot dus verre 's morgens in bed ongemerkt en ongebruikt liet, werd thans ten volle benut en wanneer men op den gewonen tijd te bed bleef gaan, duurde toch de avond een uur korter en bespaarde men dus eiken avond een vol uur kunstlicht met al de daaraan verbonden kosten van kolen, gas, olie en andere verlich- tings-grondstoffen. Na den oorlog, toen de schaarschte minder sterk gevoeld werd, is de zomer tijd toch in stand gebleven. Zeer terecht. Want waarom zou men ook nu niet profiteeren van een doeltreffend gebleken bezuiniging. Waarom zou meu ook nu zijn arbeid niet meer naar den zonnetijd dan naar den kuustlichttijd richten, waarom zou men een uitstekenden maatregel voor de algemeene volksgezondheid niet toe passen, een maatregel die het geheele volk in den zomer vroeg opstaan en vroeg naar bed gaan voorschrijft. Ons land heeft in velerlei opzicht den weldadigen invloed van den zomer tijd ondervonden en het beste bewijs daarvan is, dat, ook nu verlichtings bezuiniging geen dringende eisch meer is, onze regeering in de lange dagen telken jare weer tot invoering van den zomertijd overgaat. Natuurlijk is een dergelijke, diep in het maatschappelijk leven ingrijpende 29 DOOK ANTHONY HOPE. N* eeu korte pauze begon de Over ste Het was tegen onzen wensch, mijne heeten, dal wij gedwongen waren, om onze toevlucht te nemen tot geweld. Maar de tijd om ophelderingen te ge ven is te kort. Het volk van Aureata- land heeft zich eindelijk onttrokken aan de tyrannie, die het zoo lang verdra gen heeft. Generaal Whittingham heeft de zaak der Vrijheid vertrapt. Met moeite heeft hij zich een plaats verworven onder de banier der Vrijheid, en die heeft hij gebruikt om de Vrijheid te vernietigen. De stem des volks heeft zich verklaard tegen de verdere uitoefe ning van zijn hooge betrekking. In mijn hand heeft het volk het zwaard der vergelding neergelegd. Gesterkt door deze verheven opdracht, heb ik mij tot het leger gewend. Het leger heeft bewezen, dat het trouw ia aan zijn overleveringen, trouw aan zijn hoedanigheid van beschermer, niet van onderdrukker des volks. Mijne heeren, wilt gij, die de aanvoerders zijt van het leger, niet de u toegewe zen plaats iunemen Geen antwoord volgde op deze roe- maatrege', niet zonder verzet ingevoerd. Wij herinneren ons nog heel goed hoe bij de invoering van den zomertijd tijdens de oorlogsjaren, allerlei bet weters hun best gedaan hebben tal van denkbeeldige bezwaren naar voren te brengen, bezwaren, welke bij de daar- tegenoverstaande tastbare voordee'en al heel spo.rdig ontzenuwd konden worden. Slechts de bezwaren van de zijde der landbouwers en veehouders zijn ten slotte belangrijk genoeg voor nadere overweging gebleken. Landarbeid, zoo zeggen de tegenstan ders van den zomertijd, richt zich nood gedwongen naar den zonnetijd en kan zich niet bij den zomertijd aanpassen. ™Het is geen kunst, den boer eeu uur vroeger uit zijn bed te haleu, tnaar hij kau niet een uur vroeger met zijn werk beginnen. Het melkersbedrijf leent zich daartoe niet en de landarbeid kan eerst goed verricht worden als de bodem niet voch tig van mist of dauw meer is, maar grond en gewassen door het zonlicht voldoende droog geworden zijn. Daarbij komt, dat het geheele huis houden van den boer in de war loopt, als het werk zich naar den zonnetijd en de schooluren zich naar den zomer tijd richten. Dat zijn in hoofdzaak de meest naar voren getreden bezwaren. Geheel weg te redeneeren zijn zij niet en bet is te begrijpen, dat men in enkele plattelandsgemeenten wel eens onwillig gebleken is, de nieuwe tijdsregeling in te voeren, al bleek dan op den duur dit verschil in tijd en dagverdeeling ten opzichte van omliggende gemeenten ook weer op groote bezwaren te stuiteu. Zooals bekend, is door het Kamerlid Deckers e.s. een wetsvoorstel ingediend tot afschaffing van den zomertijd, welk ontwerp dan in hoofdzaak op de voor het veehouders- en landbouwbedrijf bestaande bezwaren gebaseerd is. Het is nu maar de vraag of deze bezwaren geheel of gedeeltelijk te ondervangen zijn en het komt ons voor, dat dit laatste zeer zeker het Wat belet den landbouwers hun arbeid een uur later te beginnen [en te eindigen bij invoering van den zomertijd, zoodat zij, hoewel den zomer tijd erkennend, zich met hun werk zaamheden naar den zonne-tijd blijven richten De heeren Deckers e.s. hebben hiertegen aangevoerd, dat men van de landarbeiders niet kan eischen, dat zij een uur langer dan anderen zullen werken. Maar vergeet men dan, dat zij ook een uur later dan anderen beginnen en is het ten slotte zoo'n groot be zwaar dat het eene bedrijf in de lange zomerdagen op een ander uur eindigt dan het andere De argumenten der heeren Deckers e.s. lijken ons te dezen opzichte wel wat al te gezocht. rende toespraak. Hij kwam wat dichter naar hen toe en vervolgde dan Er bestaat geen middelweg. Of ge zijt vrienden van het vaderland of verraders, vrienden der Vrijheid of vrienden der tyrannie. Hier sta ik en geef u de keuze (usschen den dood of het leven, de eer, en de voldoening van al uwe rechtmatige aanspraken. Wan trouwt ge het volk Ik, als zijn volks vertegenwoordiger, bied u hierbij alles wat het volk u verschuldigd is. Schul den, die reeds lang betaald zouden zijn als de gelddorst van den grooten ver rader het niet verhinderd had. Terwijl hij sprak, ontnam hij een van zijn manschappen een paar zakken met geld en wier)) die kletterend neer op de tafel. Majoor de Chair keek eerst naar de geldzakken en dan naar zijn kameraden. God verhoede, dat wij ons de vrijheid zullen laten ontnemen, zei hij. Weg met de tyrannen En de heele bende brulde in koor mee. Welnu dan, mijne heeren, stel u aan het hoofd van uw manschappen, ging de Overste voort, Hierop trad hij naar liet venster en riep tegen den troep, die buiten stondMannen, uw edele officieren zijn aan uw zijde I Een hoera was het antwoord. Ik wischte mij het zweet van het voor hoofd en zei tot mezelf: Goddank, dat dkt voorbij is. Ik zal den lez«ff niet vermoeien met Er is trouwens meer dat hun alles behalve sterk doet staan. Naar uit de dezer dagen verschenen memorie van antwoord op het voor- loopig verslag over hun wetsontwerp blijkt, hebben zij er geen bezwaar tegen, dat het geheele maatschappelijk leven in den zomer een uur vervroegd wordt, mits dit slechts niet door in voering van den zomertijd geschiedt. Zij willen dus een omslachtige regeling om ten slotte tot denzelfden gewenschlen toestand te komen. En wanneer zij ten slotte hun goed keuring aan de vervroeging van het geheele maatschappelijk leven hechten dan zullen zij toch ook moeten erken nen, dat de landbouw zich zooveel mogelijk bij dien veranderden toestand zal moeten aanpassen. Het nut van den zomertijd, de enorme besparing aan kunstlicht met al de daarvoor benoodigde grondstoffen benevens de hygiënische voordeelen, zijn voor de geheele maatschappij van zoo groote beteekenis, dat de bezwaren vau den landbouw daartegenover geen voldoende gewicht in de schaal leggeu. Met erkenning en zooveel mogelijke wegneming van die bezwaren, zal ten slotte het belang van weinigen aan dat van velen moeten worden opge offerd. T. POOR HET PIEPE P*L .3 De verhouding tusschen Frankrijk en Engeland laat sedert eenigen tijd veel te wenschen over. Dit blijkt tel kens weer. Het is ook gebleken op de conferentie te Washington, waar Enge land met de virtuositeit, die het in dergelijke rollen steeds ten toon spreidt, den verontwaardigden zedemeester speelde omdat Frankrijk door vast te houden aan een sterk leger het herstel van het kranke Europa in gevaar bracht. De Matin betoogt nn dat dc Engel- sclien h«t achter <le mouw hebben, dat Engeland niet alleen het vijfvoudige van Frankrijk aan zijn vloot besteedt, maar bovendien nog 50 pCt. meer dan Frankrijk aan hun leger en bijna het viervoudige aan hun luchtmacht. De Matin geeft de volgende cijfers Engeland geeft voor 192122 uit: aan zijn leger 5,365,895,600fr8. aan zijn vloot 4,288,908,000 frs., aan zijn lucht macht 957,372,000 fiB. Frankrijk aan zjjn leger 3,709,345,454 frs., aan zijn vloot 843,618,295 frs., aan zijn lucht macht 254,652,440 frs. Men getoelt nu direct dat tocb dat streven naar ontwapening, zooals zich dat te Washington uit, eigenlijk maai' lak is, daar liet blijkbaar geens zins de bedoeling is een toekomstigen oorlog te voorkomen Het blijkt nu weer eens dat het de bedoeling is dat de sterkste de sterkste blijft. En zoolang de toestand zoo blijft dat een staat zich kan inbeelden dat verdere uitleggingen. Het is genoeg, als ik vertel, dat wij ons leger orden den en naar de Piazza marcheerden. Het bericht had zich intussohen al verbreid en in de eerste morgensche mering zagen wij dat de Piazza vol menschen stond, mannen, vrouwen en kinderen. Toen wij daar aankwamen, werden we ontvangen met een hoera, niet luid, maar meer een onderdrukt hoera, want ze wisten nog niet, wat wij doen wilden. De Overste hield een korte toespraak en beloofde hun vrele, zekerheid, vrijheid, overvloed en alle goede gaven des hemels. Met een [paar ernstige woorden waarschuwde hij hen tegen „verraad" en kondigde hen aan dat elk verzet tegen de voorloopige Regeering on middellijk gestraft zoude worden. Daar na deelde hij de compagnieën in op verschillende punten tot handhaving van de orde en rust. Nu, Martin, zei hij eindelijk, zullen we nu terugkeeren naar het Gouden Huis en den kerel in verzekerde bewaring brengen Ja, antwoordde, ik, en eens naar het geld uitkijken. Want in de alge meene opwinding leek het wel of het gewichtigste van de heele geschiedenis vergeten zou worden. Het was intusschen al tamelijk licht geirorden, en toen wij de Piazza ver lieten, konden wij aan bet einde der laan het Gouden Huis reeds duidelijk onderscheiden. Alles scheen daar in hij liet sterkste en best uitgeruste leger heeft, zal de lust blijven bestaan van dat prachtin8trument gebrnik temaken (om zijn zin door te drijven) en dus ook het oorlogsgevaar. Hoe weinig vredelievend vele men schen nog zijn, toont de volgende pas sage uit een artikel der Saturday Review van 21 Januari over de overeen komst i.z. vermindering van de oorlogs vloten, welke te Washington door de vijf groote mogendheden werd gesloten. Hef Engelsche blad schrijft o.m. „Wij zouden onzen lezers op het hart willen drukken het feit voor oogen te houden, dat de opperheerschappij van Engeland ter zee, die zoo moeilijk gewonnen, zoo roemrijk gehandhaaft en zouden wij eraan toe willen voegen zoo eerlijk en waardig gebruikt is, blijkbaar in den loop van enkele dagen is weggegeven, zonder dat eenige poging wordt gedaan, de werkelijke oorsprong en ingeving van de voorgestelde regeling degelijk te onderzoeken. Wij blozen bykrns bij de erkenning, dat wij Enge land s heerschappij ter zee als een kostbaar, ons toevertrouwd erfdeel be schouwen, dat ons ook toevertrouwd was om het weer over te gevenzoo onbehoorlijk lijken zulke gevoelens nu". Dergelijke woorden, vlak na een oorlog die millioenen djoden heeft geëischt, doen ons hniveren. En de opperheerschappij ter zee, die zoo eerlijk en waardig gebruikt is, o.a. om Duitseh- land te blokkeeren en vrouwen, grijs aards en kinderen het merg nit het lichaam te zuigen Laat men toch eens verleeren te stoffen op oorlogsdaden, oorlogsroem is altijd zoo vermengd met leed dat er alleen maar behoorde te zijn een gevoel van smart, maar niet van trots of van vreugde. In Engeland beginnen de oogen der menschen open te gaan voor de vele fouten die in de Staatshuishouding de laatste jaren zijn geslopen. Maakten we in ons vorig overzicht melding van een bezuiiugingsaetie, thans lezen we over een streven om de-belastingen te verlagen. Het Verbond van Britsehe industrieën, dat 4 milliard pond sterling aan kapitaal vertegenwoordigt, is tot de slotsom gekomen, dat een afdoende verlaging van de inkomstenbelasting en een afschaffiug van de dividend belasting van naamlooze vennootschap pen een eerste noodzakelijkheid was, om de nijverheid weer op de been te helpen. Kolonel Armstrong, de voorzitter van het Verbond heeft verklaard dat de fabrikanten zich bewust zijn „dat de hooge belasting slechts een van de vele factoren is, die medewerken tot de tegenwoordige depressie, maar hooge belastingen zijn een van de weinige dingen, die de regeering door snelle maatregelen kan verhelpen. De chaot'sche toestand van de wisselkoersen en de ongunstige flnancieele en politieke toestanden, die op vele der markten heerschen, tezamen met de ontreddering rust en de wachten liepen langzaam heen en weer. Toen wij dichter bij kwamen, zagea wij twee of drie be dienden van den President, die met hnn gewone ochtendwerk bezig waren. Een vrouw was bezig om met een schuurlap liet bloed van Johnny Carr weg te wisechen, en een timmerman bracht de voordeur weer in orde. Voor deze deur stond het rijtuig van den dokter. Komt zeker naar Carr kijken, zei ik. Wij gaven onze paarden over aan de soldaten, die ons begeleid hadden, en gingen het huis binnen. In het voorportaal ontmoetten wij den dokter, een sluw, klein mannetje, Anderson genaamd, een vriend van den President, maar geen aanhanger van de een of andere politieke partij. Ik heb een verzoek aan u, aldus sprak hij Moj Gregor aan, betreffende Mr. Carr. Zoo, is hij dood vroeg de Over ste. Als dat zoo is, heeft hij 't aan zichzelf te wijten. De dokter was zoo verstandig om zich betreffende de juistheid van deze quaestie niet uit te laten en vergenoegde zich met de mededeeling, dat Johnny niet dood was, en dat hij zelfs naar omstandigheden vrij wel was, Maar, ging hij voort, rust is volstrekt noodzakelijk, en ik wil hem mee naar mijn huis nemen nit die drukte hier. Nu is het hier tamelijk van het economische stelsel op de wereld ten gevolge van den oorlog, kunnen ten slotte verteteren, maar dit proeede zal lijd kosten. Een verlaging van hooge belasting echter kost geen tijd en moet daarom dadelijk plaats hebben". Een andere fabrikant heeft eeu mede werker van de Evening Standard er op opmerkzaam gemaakt dat men ook na de Napoleontische oorlogen, toen de belastingen hoog waren, overging tot het vermetele middel om de belastingen aanmerkelijk te verlagen. En toen kwam er, na vijf opeenvolgende begrootingen met tekorten, verlichting. De handel begon te herleven. In verhand met het bovenstaande zijn ook belangrijk de volgende woorden van den Engelschen oud-minister van financiën Mc. Kenna „Daar welvaart ontstaat door nieDSchcl(jke inspanning, moet men er de meeste zorg voor dragen niet hen te ontmoedigen, van wier ondernemings lust eeu zoo groot deel van de in- dustrieele ontwikkeling van het land alhangt. Uit het oogpunt van nationale welvaart en voorspoed, waarbij wij allen belang hebben, is het slechte politiek, aan zakenlieden den prikkel van een redelijk Inkomen voor hnn arbeid te ontnemen. Het mag moeilijk zijn om vooraf het hoogste belastingpeil vast te stellen, waarbij de nationale ondernemingsgeest niet ernstig lijdt, wij kunnen de oogen niet sluiten voor de teekenen, welke er op wijzen,; dat onze tegenwoordige belastingen waar schijnlijk die limiet overschreden hebben". Als eenig geneesmiddel noemt Mc. Kenna vermindering der uitgaven tot de uiterste grens, waarbinnen aan de contractueele verplichtingen van den Staat en de voorziening van onver mijdelijke staatsverrichtingen kau wor den voldaan. 0#k de Nederlandschc regec- ring zou de woorden van Mc. Kenna en die van de Engelsche fabrikanten wel eens mogen overdenken. Wij lezen in de Msb. Waartoe bureaucratische bezuiniging voert, blijkt weer uit het volgend ons ter kennis gebrachte feit Aan het gymnasium was een inwo nende concierge verbonden, die tegelij kertijd tegen een kleine vergoeding zorgde voor het schoonhouden van het gebouw en 's winters voor het aan- makeu van de kachels. Er kwam traktementsverhooging. Met de vergoeding voor het schoonhouden en kachelaanmaken zou de concierge echter volgens zijn inkomen komen in een hoogere klasse van ambtenaren. Dit mocht niet. Hij mag voortaan niet meer het gebouw schoonhouden en niet meer voor de kachels zorgen. stil, maar Zal hij zijn eerewoord geven, dat bij niet ontvluchten zal viel de Overste hem in de rede. Beste heer Overste, antwoordde de dokter, de man kan zich niet ver roeren, al hing zijn leven er van af en op het oogenblik slaapt hij. L' moet hem toch wakker maken, als u hem wilt vervoeren, opperde de Overste. Maar voor mijn part mag u hem meenemen. Laat u mij maar we ten, als hjj wel genoeg is, dat ik hem spreken kan. Ik stel u intusschen voor hem aansprakelijk. 't Spreekt van zelf, antwoordde de dokter. Ik ben volkomen bereid elke verantwoording voor Mr. Carr op mij te nemen. Best, maak dan maar, dat u met hem weg komt. Wij zullen nu maar eens naar Whittingham gaan kijken. Zou 't niet het best zijn eerst hel geld in zekerheid te brengen vroeg ik. Loop naar den duivel met je geld, riep hij, maar ik zal je eens wat anders zeggen —- ik moet wat eten, ik heb in geen twaalf uur iets door mijn keel gehad. Het ontbijt kan dadelijk klaar gezet worden, zei een van de bedien den, die dat hoorde. Hij bracht ons in een groote eetzaal, waar we weldra aan een voortreffelijk maal zaten. {Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1922 | | pagina 1