H°. 13 109 jaargang, Een beduidend mensch. Zaterdag 28 Januari 1922 Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. DE WERKLOOSHEID. FEUILLETON. BUITENLAND. Gemeenteraad van Goes. ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f 2, bniten ,Goes f 2, Afzonderlijke nummers 5 cent. VerschijntMaandag-, Woensdag en Vrijdagavond. (iOESCHE Uitgave Naaml. Vennootschap Goesche Courant ADVERTENTIËN van 5 regels f 1,20 elke rege meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 110 regels f 2,40 Bewijsnummers 5 cent. en Eleeutvens Boss' Drukkers- en Uitgeversbedrijf. Advertentiën worden aangenomen tot 13 nnr voormiddag. COURANT Een der ernstige gevolgen van den tegenwoordigen malaise-toestand is de werkeloosheid. Een fabrikant moge door de scherpe buitenlandsche concurrentie, in verband met de kostbare sociale maatregelen en geringe koopkracht van het publiek, genoodzaakt zijn een bedrijf tijdelijk stil te leggen, hij beschikt in den regel wel over de noodige fondsen om in dien tijd van stilstand het hoofd boven water te houden- Voor de bedrijfsleiders wordt in dien tijd wel gezorgd en de aandeelhouders moeten zich noodgedwongen maar eens een keer met een gering dividend te vreden stellen. Maar voor de talrijke arbeiders van een dergelijk bedrijf, aibeideis die door het stop zetten daarvan werkeloos worden, kan de onderneming niet meer zorgen. Hun aantal is in den regel te groot, hun financieele verzorging zon te zware offers vragen, wanneer zij in ruil daar voor niet meer hun arbeidskracht kunnen geven. Het gevolg is, dat bij elke nieuwe stopzetting van een onderneming het groDte leger werkloozen weer nieuwe arbeiders in zijn gelederen ziet treden. Zij willen werken, maar er is geen werk. Zij hebben niets te verkoopen dan hun arbeidskracht, maar er is niemand die in dezen tijd van economische in zinking aan die arbeidskracht behoefte heeft. Daardoor wordt een breede schare werkwillige en in den regel vak-bekwa me arbeiders met den ondergang be dreigd. Dit moet natuurlijk voorkomen wor den. De gemeenschap heeft tot taak die tienduizenden op de been te hou den tot de dagen van voorspoed weer aanbreken en hun arbeidskracht weer koopers kan vinden. Men heeft algemeen begrepen, dat die steun slechts in de allerlaaste plaats het karakter van armenzorg mag dragen, Armenzorg is bedeeling en bedeeling demoraliseert. Men heeft gelukkig ingezien, dat de tijden van het Steuncomité toen links en rechts de malaise-slachtoffers hun hand maar behoefden op te houden om zonder eenige tegenprestatie een behoorlijk weekloon in ontvangst te nemen, voor goed voorbij moeten zijn Dat draagt het karakter van armen zorg, dat doodt alle energie en brengt de verleiding niet te werken, voort te leven op kosten der gemeenschap zoo- dra de steunuitkeering slechts een ge ring bedrag verschilt van het weekloon, dat door eerlijken arbeid verdiend kan worden. Het is een gezond beginsel den ar beider in de kosten van eigen onder houd te laten meebetalen, hem voor de 26 DOOK ANTHONY HOPE. Het elfde uur was gekomen en voorbijgegaan. De oudste kapitein had een dronk gewijd aan de gezpodheid van den President, die was zwijgend aangehoord, en ik was de eeDige onder de aanwezigen, die hem geëerd hadden door van mijn stoel op te staan. De majoor had op het leger getoast en het leger had een diepen dronk gewijd aan zijn eigen edele „ik*. Een jongmensch met een zwak gezicht en vrij wankelig op de beenen had in buitengewone maar eenigszins onsamen hangende bewoordingen, een toast uitgebracht »op den handel van Aureataland, waaraan de naam van Mr. Jack Martin onafscheidelijk ver bonden is." En nn stond ik op om te antwoorden. O, die redevoering Op het pnnt Van langdradigheid, her halingen en onzin zal ze wel nooit haars gelijken gevonden hebben, On verschrokken redeneerde ik door, slechts kwade dagen reeds het noodige terzijde te doen leggen in de normale jaren van volle verdienste. Dat is het stelsel van werkloozen- verzorging dat wij nu kennen, de werkloozeuverzekering der diverse or ganisaties waar elke arbeider zijn premie betaalt en de regeering dit sparen voor de kwade dagen aanmoedigt door bij passing van belangrijke met de gestorte steunpenningen overeenkomende be dragen. Maar ook dit systeem, hoe bevredi gend voor een korten tijd van werke loosheid, is niet bii machte het kwaad te verhelpen wanneer het inalaise- tijdperk van betrekkelijk langen duur is. Een werklooze arbeider heeft in korten tijd aan steun al heel spoedig van zijn organisatie terug ontvangen, wat hij in den voorspoedigen tijd in vele weken met kleine financieele op offering bij elkaar bracht. Maar al te spoedig verstrijkt het aantal weken waarin hij recht op uit- keering kan doen gelden, de organisatie machteloos tot langere hulpver schaffing laat hem in den steek en hij wordt een „uitgetrokkene* een van Rijkszorg afhankelijke, die eigenlijk al een bedeelde genoemd kan worden". Het aantal weken, dat hij in eigen vak onafgebroken moet werkzaam zijn om weer Jrecht op nieuwe uitkeeriög bij werkeloosheid te kunnen laten gelden is zoo groot dat weinig arbei ders iu dat malaisetijdpcrk daarvan profijt kunnen trekken. Spoedig verstrijkt ook de tijd van Rijkszorg en de „uitgetrokkene" wordt een „dubbel uitgetrokkene", d w.z. hij wordt eigenlijk iemand die van de pu blieke liefdadigheid mag leven. Het Rijk heeft noodgedwongen een overeenkomst met de gemeentebesturen aangegaan waarbij gezamenlijk een steunregeling voor die ongel ukkigen in het leven wordt geroepen, die hen een te weinig om te leven en te veel om te sterven waarborgt. En daarbij zijn veel gemeenten nog tot den maatregel overgegaan dezen werkeloozen eerst dan dat luttel steun bedrag uit te keeren wanneer zij zich als armlastigen bij het burgerlijk arm bestuur melden. Hoevele crisis slachtoffers zullen door geleidelijke verkoop van hun schame- lijke bezittingen niet trachten het hoofd zoolang mogelijk boven water te houden eer zij er toe kunnen besluiten de red dende hand der publieke liefdadigheid te grijpen Men noemt dat een prikkel om werk te zoeken, maar waar het leger der werkloozen steeds grooter wordt is het duidelijk, dat de arbeidsgelegenheid van dag tot dag verkleint. En anderzijds kan men het den ge meentebesturen ook weer niet kwalijk nemen, dat zij hun uitkeeringen zoo laag en zoo moeilijk mogelijk te aan vaarden gesteld hebben. Een steunregeling mag niet ophouden of verslechteren en wie kan voorspellen hoe lang het komende tijdperk van malaise zal zijn, hoe reusachtig het leger van steunzoekende werkloozen zal worden nu en dan in de rede gevallen door een roep om meer wijn. Hoe langer ik sprak, hoe Rauwer de aandacht van mijn toehoorders werd. Het was reeds middernacht. D» stroom van mijn redenaarstalent vloeide al dunner en dunner, en nog hoorde ik niets daar buiten. Om kwart over twaalf begon ik het slot mijner rede voering voor te bereiden. Nauwelijks was ik daarmee bezig of een van de jongeren begon zachtjes een straatdeuntje aan te heffen. De een na den ander viel in, zoodat een zwellende stemmenvloed weldra mijn heerlijken woordenschat overschreeuwde. Ik was genoodzaakt te zwijgen. Ze stonden nu allen zoo goed en kwaad ze konden op hun beenen. Wilden ze al heengaan i In vertwijfeling bij die gedachte verhief ik mijn stem luid en helder (de eenigste heldere stem in de kamer) en stemde bij het liederlijkste gedeelte van dit schandelijke lied met hen in. Ik greep de handen van hen die naast me stonden, en begon lang zaam om de tafel heen te loopen. Dat was een gelukkige inval. Allen volgden die beweging en hel heele gezelschap danste, de stoelen die hun in den weg stonden met hun voeten omstootend, met loome schreden rondom de puin- hoopen van leege flesschen en sigaren- Voorzichtigheid met het geld der reeds onder zware belastingen 'zuch tende burgerij is dringend geboden. Ook onder die belastingbetalers be vinden er zich duizenden, die den terug slag der tijden in sterke mate in hun inkomsten kunnen constateeren. Er is momenteel maar één genees middel. t Geef geen geld zonder daarvoor werk te eischen. Zoek en verschaf productieven arbeid. De eerlijke werklooze verdient veel liever met handenarbeid een weekloon dan dat bij zich bij een bedeeling voor enkele guldens minder 'p een bestaan van rondslenteren en niets doen ziet aangewezen. Bedeeling schept zorgeloosheid en onverschilligheid, armenzorg demorali seert het gezin, roept kwade instincten wakker. Zoekt productieven arbeid, laat be langrijke werken uitvoeren, wegen maken of verbeteren, maar eiseh arbeid voor het geld dat toch moet worden uitgegeven. Duizend gulden voor productief werk zijn uuttiger besteed dan honderd gulden aan bedeelingsgeld, zoowel voor de ge meente, die in deze tijden nuttige werken tot stand kan brengen, als voor de werkloozen zelve, van wie wij over tuigd zijn dat zij over het algemeen niets liever wenschen dan door verkoop van hun werkkracht weer door eigen eerlijken arbeid een behoorlijk weekloon te kunnen verdienen. T. miSDADIGERS VAR THANS Het schijnt wel of in de ontwrichte wereld van thans ook de misdaad gruwelijker wordt. Aan het geval I.andrn en den moord te Kneppels- dorf, sluiten zich twee moordprocessen aan, waarvan dc Berlijasche correspon dent van het „Vad." verhaalt Wanneer een ordinair mensch in geldverlegenheid raakt, schrijft hij, loopt hij zich het vuur uit de sloffen, pakt iederen niet vernederenden arbeid dankbaar aan en tracht door hard werken het deficit aan te zuiveren Maar bij den Pruisischen adel gaat dat zoo maar niet, naar het schijnt. Is een lid,van een adellijke familie in Pruisen in (geldelijke moeilijkheden, dan koopt hij zoo schijnt het wat renpaarden, een auto, een wijn kelder, een landgoed op crediet en verdeelt zijn kostbaren tijd tusschen bezoeken aan nachtkroegen en der matologen, Intusschen zoekt een huwe lijksmakel&ar voor hem een goede partij, die gewoonlijk voortkomt uit een geslacht van spekslagers. Dan trouwt de hooggeboren heer en betaalt zijn schulden. De jonge graaf Hans Heinrich von Schlieffen beschreed lange jaren den weg van deze eervolle carrière, docb had dcveine. De rijke jonge dames wilden maar niet bijten. De nood steeg niet alleen bij den jongen edel man, maar ook bij zijn mama, de douairière gravin Eleonore von Schlief- asch. De kamer was gevuld met dikken rook en wijnlucht. Werktuigelijk zette ik het kooi in, terwijl ik in de uiterste spanning luisterde of er geen geluid van buiten kwam. Die beweging maakte me duizelig, en uitgeput door de vreeselijke overspanning mijner zenuwen voelde ik, dat ik binnen eenige minu ten de grenzen van mijn kracht bereikt zou hebben, toen ik eindelijk een lnid gebrul en (het door elkander schreeuwen van vele stemmen hoorde. Wat is dat? riep de majoor met een heesche stem en bleef plot seling staan. Ik liet zijn hand los en greep mijn revolver. Een ruzie onder drouken sol daten in de kazerne, majoor, zei ik, bekommer u daar maar niet over 1 Is moet er heen, antwoordde hij. Eere.... Aureataland.... leger... op het spel. De eene ezel noemt den ander langoor, hé, majoor riep ik. Mijnheerrr wat bedoelt u? stamelde hij, laat me gaan. Niet van uw plaats, of ik schiet, schreeuwde ik, mijn revolver voor den dag halend. Nooit van mijn leven heb ik grooter verbazing op een menschengelaat gezien. Hij vloekte en fen. Uit nood, wat men zoo nood noemt, besloot dit edele tweetal een oom der douairire, die rijk was en een groot landgoed bezat, naar de andere wereld te laten helpen. Het zélf te doen verbood de ptecies-een-eeuw- onde familietraditie. De jonge graaf won voor zijn plan een kettinghande. laar en een student. Deze laatste jongeman, die een lastig rudiment van burgerlijke bekrompenheid in den vorm van een geweten bezat, verklapte den boel en bracht den steen aan het rollen. De rechter, alles overwegende en uitspraak doende, veroordeelde de hcogwelgeborene vrouwe tot twee en een half jaar en haar telg tot ander half jrar gevangenisstraf Te Berlijn heerscht naar aanleiding van dit vonnis in democratische krin gen groole verontwaardigingmen vraagt zich af wat laaghartiger is het oordeel of de moordaanslag. In Duitsch- land, waar bijvoorbeeld roof met tucht huis en eerverlies bestraft wordt, is dit vonnis dan ook een klucht. De beide aristocraten zijn natunrlijk niet tot eerverlies veroordeeld. Een ander moordproces, minder geruchtmakend, is vaneen vreeseHJke tragiek. Voor het gerecht ston 1 de blinde mandenmaker Mebr terecht wegens pogiug tot moord op zijn kin deren. De man, eertijds een welvarend koopman, die door een netvlies ont steking blind was geworden, dreef te Posen tezamen met zijn vrouw een zaak in vlechtwerk, die vrij goed ging. Zijn vrouw stierf aan de griep. Kort daarop werd hij door de Polen geboy cot en trok hij met zijn twee kinderen naar Berlijn. Daar probeerde hij van de mandenmakerij te leven, doch moest dit ten slotte opgeven, omdat het Poolsche geld geen waarde heeft. Een goedhartige vrouw zorgde in haar vrije uren voor de huishouding van den armen man en zijn kinderen, doch eindelijk moest zij door eigen zorgen gedwongen hieraan een eind maken. Tot vertwijfeling gebracht besloot de ongelukkige blinde zich en zijn kin deren met lichtgas te vergiftigen. Zelf nam hij nog sublimaat in. De buren bemerkten de gaslucht en zoo werd het drietal gered. Thans stond de blinde terecht wegens poging tot moord op rijn kindereu. De jurij sprak bem vrij. Leerrijk is dit tragische geval in zooverre, dat het de houding der Polen tegenover de Dnitschers illus treert. Loonsverlaging in Engeland De nopens de gages der zeelieden getroffen overeenkomst bepaalt voor stoombooten op de groote vaart een loonsverlaging van 30 sh per maand van 1 Maart af, een tweede verlaging van 10 sh. van 1 Maart af, met een evenredige verlaging voor officieren. De reeders hebben oorspronkelijk een verlaging van 3 pond per maa \d van 1 Januari af voorgesteld. De onderhandelingen zijn van het begin tot het einde op de meest vriend schappelijke wijze gevoerd. riepHier, houd hem, hij is gek, hij wil schieten. De omstanders begonnen het uit te schateren, want ze hielden het voor een grap van mij en die vonden ze verbazend vermakelijk. Goed zoo, M artinriep er een. Breng hem maar tot de orde, want we gaan nog laDg niet naar huis. De Majoor ging naar het raam. Het was maneschijn en toen ik naast hem naar ouiten keek, zag ik dat de heele binnenplaats vol soldaten stond. Wie had het bevel over hen? Het ant woord op die vraag was voor mij van het grootste gewicht. Dat gezicht ontnuchterde den majoor eenigszins. Muiterij riep hij. De soldaten zijn in opstand Ga naar bed 1 antwoordde de jongste vaandrig. Kijk dan uit het raamriep de Majoor. Ze strompelden allen naar het ven ster. Toen de soldalen hen in 't oog kregen, hieven ze een luid geschreeuw aan. Of het een begroeting was of een bedreiging, kon ik niet onderscheiden. Ze beschouwden het als het laatste en ijlden naar de deur. Haltriep ik, de eerste die de deur opent, schiet ik voor den kop. Kalmeerende middels. Verleden week zjjn in de staats gevangenis van New Jersey twee neicers terechtgesteld. Op weg van hun cel Daar de kamer waar de elee- trocutie plaats vindt, speelde een gramofoon stichtelijke liederen. Dat was om hun zenuwen te kalmeeren. De ervaring leert n.l, dat sommige terdood veroordeelden kort voor de terechtstelling hun zelfbedwang ver liezen en een zenuwcrisis krijgen, gepaard met huil- en gilbuien. Dat brengt dan de toch al overprikkelde andere gevangenen in een staat van ongeloofeljjke opwinding en het wordt in de gevangenis een waar pandemo nium. De fonograaf schijnt ditmaal goed te hebben gewerkt. In den staat New-York wil men nu nog verder gaaD. Daar zullen ter dood veroordeelden aan den vooravond van hun dood vergast worden op een komische film. Ook al weer als zenuw- stillend middel. Donderdagmiddag vergaderde de ge meenteraad onder voorzitterschap van burgemeester Hajenius. Afwezig waren dhrn. v. d. Bout, Blaas en Goedbloed met kennisgeving wegens ziekte en dhr. v. Melle wegens het groot aantal zieken in huis. Na opening der vergadering hield de burgemeester de volgende Nlennjnarsrede. M. H. „Wil mij vergunnen, deze eerste ver gadering in het jaar 1922 aan te vangen met U het beste toe te wenschen voor het thans aangebroken tijdperk, zoowel voor U zelf als voor Uw huisgezin en niet minder voor de vctbc trillende be langen die Gij buiten den Raad hebt te behartigen. Een blik werpende op het jaar dat nu voorbjj is herdenk ik met leedwezen het overlijden van den Heer Plezier en het heengaan om gezondheidsredenen van den Heer Vau der Leeuw die vele jaren naar hun beste weten hun werk in den Raad met ijver vervulden. Als nieuwe Raadsleden mochten wjj de Heeren Oosterbaan, de Looff en Van Melle begroeten, terwijl de ledige plaats ontstaan door het vertrek van den Heer Van der Leeuw, op 31 December j.J. nog niet was ingenomen. Ik geloof te mogen constateeren, dat, overeenkomstig de bij den aanvang van het jaar 1921 gedane toezegging, het bestuur der gemeente op zoo zuinig mogelijke wijze is gevoerd, zonder dat werd verzuimd, al datgene te doen, wat inderdaad ook door Uwen Raad noodt zakelijk werd geacht en het was bij de behandeling der gemeente-begrooting voor het jaar 1922, voor het college van B. en W. eene voldoening te mogen ervaren, er in te zijn geslaagd, de cijfers zoo sober mogelijk te honden, zonder te vervallen in verwaarloozing van de belangen der gemeente En dit is toch M. H. inderdaad een taak, die niet zoo eenvoudig is, als in den regel wel Verrast keken ze mij aanik stond tegenover hen, met de revolver in de hand. Eren aarzelden ze, maar dan wierpeD ze zich op mij. Ik vuurde, maar schoot mis. Toen had ik een vage voorstelling, alsof er een flesch in de hoogte gezwaaid werd een oogenblik later trof mij een stomp in de borst, en ik tuimelde tegen den mnur. Terwijl ik neerzonk, viel de revolver uit mijn handen, en ze rolden over mij heen. Reeds dacht ik, dat alles verloren was, maar terwijl ze in hun dolle roes en woede heen en weer krioelden, zag ik tusschen hen door, dat de deur opening en een hoop menschen naar binnen drong. Wie stond aan hun hoofd Goddank, het was de Overste en zijn stem verhief zich boven het tumult Kalm, heeren, kalm. Ieder neemt zijn geweer op, en twee vau jullie brengt Martin hierheen, voegde hij er bij, zich tot zijn soldaten wendend. Ik was gered. Om uit te leggen, hoe dat gekomen was, moet ik ver tellen, wat er in het Gouden Huis bij de nachtelijke bestorming wae voorgevallen. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1922 | | pagina 1