N° 57 Zaterdag 14 Mei 1931 lij8 jaargang. Pinksteren. FEUILLETON. Orie maanden Schooier, Binnenland. ABONNEMENT Prijs per kwartaal, in Goes f 2, buiten Goes f 2, Afzenderlijke nummers 5 cent. VerschijntMaandag-, Woensdag en Vrijdagavond. (iOliSCH Uitgave Naanil. Vennootschap Goeselie Courant ADVERTENT1ËN van 1 5 regels f 1,20 elke regel meer 24 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 110 regels f 2,40 Bewijsnummers 5 cent. en Kleentrens Ross' Drukkers-en Uitgeversbedrijf. Advertentiën worden aangenome tot 12 nor voormiddag. Op den Tweeden pinksterdag, Maandag 16 Mei, zal de Goesche Courant niet verschijnen, Het was in enen Sinxendaghe Vat beide bosch ende haghe Met groenen toveren waren Elk jaar wanneer het Pinksterfeest nadert, herinner ik mij deze bekende eerste regels van het heerlijke tniddel- eeuwsche dierenepos „Vanden Vos Reinaerde" en het is, mét dat ik ze uitspreek, of daar een groot gordijn over alles optrekt en een nieuwe, een herleefde wereld voor mijn oogen ligt een wereld in feestdos van groen en bloemen, badende in het overvloe dig licht der zon. Zóó is het geweest, toen de oude Vlaamsche dichter voor meer dan zeshonderd jaren zijn onsterfelijke beschrijving gaf van het elk jaar te- rugkeereude wonder, een beschrijving in drie simpele regeltjes, maar door haar onopzettelijken eenvoud sugges tiever dan de meest verzorgde woord kunst zoo zal het nog zijn wan neer vele geslachten na ons het lief en leed van dit aardscheleven hebben doorgemaakt en hun oigen weer heb ben gesloten over 'het ondoorgrondelijk geheim der eeuwigheid. Vergankelijk is de schoonheid, die wij met onze zintuigen waarnemen, vergankelijk ja, maar onuitputtelijk en altijd weer een beeld, een uiting, een nieuw bewijs van de eeuwigheid vau den geest, die, één en ondeelbaar, zich manifesteerend in duizenderlei vormen, het menschelijk gemoed steeds weer door dezelfde ontroering zal ver ootmoedigen en zalig maken. Dit is voor mij de diepere beteeke- nis van het Pinksterfeest, van de uit storting van den Heiligen Geest, niet alleen op de Apostelen, die het loute rend vuur des geloofs, sprekende in alle talen, over de wereld hebben verbreid maar ook op ons, moderne, veelal te nuchtere en al te zeer door ons kleine zelf bezig gehouden sterve lingen. Ons leven, zoo gejaagd, zoo over laden, zoo zenuwsloopend en ziel— absorbeerend laat ons te weinig tijd tot mijmeren, geeftj ons te weinig rust om te bezinken, om in een s_feer van ongestoorden vrede tot de gene zende en sterkende erkenning te komen van ons eigenlijke, diep-inner- lijke wezen en van onze, door opper vlakkige beslommeringen te dikwijls versomberde levensvreugde. Maar met Pinksteren beseffen wij onze eigen blijheid, met Pinksteren, als „beide bosch ende haghe" staan te prijken, overdekt met groene loveren, als het weer zomer is, als het in harde of sombere wintersche tijden en op verraderlijk gure voorjaarsdagen nog feller begeerde geluk is gekomen, als de nog niet brandende, doch enkel weldadig koesterende zonnestralen het leven tot een zuivere weelde maken, als de geuren van Meien en Seringen, van appelbloesem eu jong vochtig ber kenhout de atmosfeer bezwangeren, als de vogels jubelen ten allen kant en in het dicht struweel de nachtegaal zingt DOOR C. DE BLIJ. Zonder er bij te denken, zette ik in „Till we meet again Tot me zelf komende en de muziek hooreude, vond ik die droeve melodie toepasselijk Had ik daareven niet onwillekeurig even raak geparodieerd Ik zag mijn heerlijke studeerkamer en dat warm intérieur in mijn geest terug!... Het publiek stond paf 1Zeker doo- mijn plunje Ik val van een wals in een marsch 1 maar het geraas was niet te overstemmen Ik werd razend eu streek als een bezetene Het hielp niet Heel dicht bij nu Ting ting ting Die lamme tram weer S.s.8. stop Hij staatWeg is mijn auditorium In de coupé's ver dwenen. Meewarige gezichten staren ons aan Lammelingen, créaturen glijdt van mijn lippen 1 M'n toegestoi bij dag en nacht, maar vooral in de stilte van den nacht zijn overvol ge moed uitstort in nu eens parelende, dan weer als uit broos en brekelijk glas gesponnen klanken, met Pink steren, als heel de natuur om ons groeit en bloeit van nieuwe levenslust, heseffen wij als met tooverslag hoe jong ons hart door alle jaren heen is ge bleven, hoe weinig het leed des levens, dat niemand blijft bespaard, ons ge deerd heeft, hoe dikwijls wij door denk beeldige moeilijkheden zijn gekweld en hoe eenvoudig, hoe goddelijk eenvoudig het echte, het ware geluk van dit leven vcor 't grijpen ligt, .in al datgene wat wij gewoon zijn als alledaagseh en van-zelf-sprekend te aanvaarden. Naar buiten, gij stedelingen ont vlucht de dorre steenwoestijnen, die men de centra van cultuur waantnaar buiten, niet om de bloemen te vertreden bij joelend gestoei of de vogels te ver schrikken door onharmonisch gegil, maar om u te verlustigen in de onge reptheid van het jonge groen, prachtig tegen het blauwe uitspansel, om u te verkwikken met de zuivere buitenlucht en u ontdaan te voelen van de maat' schappelijke ketenen en liet dagelijks te dragen gareel. Dan, diep-adem- haleud, zult gij u uw mensch-zijn ten volle bewust worden en zult gij werke lijk den Heiligen Geest over u voelen uitstorten, de heilige geestdrift voor al wat schoon en goed is zal u bezielen en in de ruimte, welke zich voor uw geestelijk oog ontsluit zullen alle waar- delooze nietigheden verzinken, daar het groote vertrouwen, het groote geloof u de duurzame kracht zal schenken om onder alle omstandigheden het leven, dat u gegeven is, te beminnen als een kostelijk geschenk en als een verheven en veredelende plicht. Duister nog zijn der menschen wegen, zoowel in het groote wereld gebeuren als in het henepen en kleine gedoe in onze onmiddellijke omgeving groot zijn onze nooden waar gebrek en ziekte rondwaren en even smarte lijk als talloos zijn de verliezen en teleurstellingen welke het leven ons bereidtzóó groot en dreigend is de hijgende smartkreet, die opstijgt uit de stoffelijke worsteling van het raensch- dom, dat de muziek der sfeeren, de manende, troostende en zalig sprekende stem der eeuwigheid voor te velen ver loren gaat als een ijl en onwezenlijk gegons maar toch is geen hart zoo verdorven, geen hoofd zoozeer vervuld van de jacht naar geld en goed en minderwaardige genietingen, of er leeft een sprank van hoop, een misschien onbewust eu heimelijk verlangen naar waarheid en recht, naar een innerlijke sshoouheid en zuiverheid en een moreele gezondheid, welke in overeenstemming zijn met de heerlijkheid en den een voud van Gods steeds weer herlevende natuur. Moge met Pinksteren de lieve zon in volle glorie schijnen over onze dier bare landouwen en diep, diep in ons hart de vonk wekken, welke ons alle talen doet spreken in ééne, de taal van arm en rijk, van zwart en blank, de taal der hooge, der goddelijke J.iefde. ken flambard die heerlijke schooieraar, waar ik zooveel fiducie in had, was leeg au bleef leeg. Hij gleed uit mr'n vingers Daar stond je nu druip nat in dien ellendigen regen aan gegaapt en uitgelachen doordie kleine schoftjes om me heen Ah! eet age est sans pitiéZij kennen ook zooveel désillusie. Kijk er hen maar op aan. Zij wisten, wat er in mij omging. Maar toch behielden ze dien heerlijken zin voor humor en ironie Die gladde reizigers met de tram genoien zonder betalen en hadden ons bij den neus genomen De Blij, voortaai déduceereu en combineeren Een uur van onbedachtzaamheid kan maken dat men jaren schreitMaar hier, was 't een zaak van minuten ge weest 1Eén minuut eerder begon nen, één minuut eejfler geëindigd En de recette was schitterend geweest 1 Verder, De Blij, maak je nooit weer boos strijdt niet tegen overmachtig geweld en bedenk, dat menschen ook halve duivels kunnen zijn Onbewust en onbeholpen als ik was Buitenland. DE E1SCHEN AANVAARD. Duitsehland heeft de eischen van de geallieerden cnvoorwaardciyk aanvaard. De contante waarde van de schadeloosstellingx is dus op 132") milliard gouden marken bepaald en aan de onzekerheid, den ?wevenden toe- staud waarin de wereldverkeerde zoolang deze schuld niet was gefixeerd, is een einde gekomen. Nadat Amerika feite lijk het beslissende „Gij moet" had uitgesproken, was niet anders te ver wachten of het ultimatum zou worden aanvaard. De moeilijkheid was nu een ministerie te vormen dat hiertoe genet gen was en hierin is de nieuwe r\jks kanselier dr. Wirth (centrum) ge slaagd. Het nieuwe kabinet bestaat nit sociaal-democraten meerder' heids-socinlisten, democraten en ceiltrnmmannen, zoodat de coalitie van 1919 weer is herteld. Uit de vroegere partijverbinding is dus de Duitsche volkspartij uitgetreden en heeft plaats gemaakt voor de sociaal democraten. Het nienwe kabinet is evenmin een meerderheids-ministerie als het oude, het kan rekenen op 220 stemmen van (Ie 460 in den Rijks dag. Het kan echter steunen op twee krukken, de linkerkruk bestaat uit 80 stemmen van de onafhankelijke socia listen de rechterkruk uit 60 stemmen van de Volkspartij, waarbij zich de Duitsch-nationalen nog zouden kunnen aansluiten. In de belangrijke zitting van Dins dagavond, die tot ver na het midder nachtelijk uur duurde, heeft het nieuwe ministerie bij monde van kanselier Wirth de aanvaarding van het ultima tum verdedigd. Hierbij zeide Wirth o m., naar een Wolff-bericht meldt, het volgende „Het gaat thans om de toekomst van ons zwaarbeproefd vaderland, het bestaan van het rijk en zijn eenheid Daarom heeft de Duitsche regeering besloten het ultimatum te aanvaarden, maar zij moet de verantwoordelijk heid vo r de ekonomisehe gevolgen van het nltimtitam min de tegen standers laten. Door deze inwilliging van de Entente- eischen voorkomen wij het dreigende gevaar eener bezetting van het Roer gebied. De herhaaldelijk geuite vrees, dat het in elk geval, of we onder teekenen of niet, tot bezetting van 't Roergebied zal komen, vindt in het ultimatum geen steun. Volgens de letter en den geest daarvan toch zullen, in geval van aauneming, de geallieer. den afstand doen van sancties, in het bijzonder van de bezetting van het Rier-gebicd. Dat wij bij deze moeilijke beslissing ook den-blik naar Opper-Silezië wen den, behoeft geen betoog. Wij ver trouwen in dit opzicht vast op een beslissing, die strookt met den uits'.ag van de volksstemming. Hel komt er thans op aan dat de Ententeregeeiin- gen de van Poolschen kant gedane poging om een tegen alle recht in- druischende beslissing te forceeren, te schande maken. Zij zullen niet mogen dulden dat een Poolscb dictator de weinige rechten, die liet vredesverdrag ons geeft, met voeten treedt. De nale- had ik warempel gecollecteerd bij de grootsten dier „ap>n"!.., „We binne zelf werkeloos Prosit 1 Hoe kwam nu dat woord in mijn brein op. Het neep mijn keel dicht. Ik zag tintelende champagne en wat zei Fehrenbach daar nu f „Ik begin honger te krijgen „Ja, ik zelf ook... eu we hadden ieder één centWaar de nood het hoogst is, enz.I Er kwam dan ook uitkomst Een brandhelder dienstmeisje kwam voor de deur staan Ze was m' een oogentroost Zou ze dat bem rkt hebben. M'n hoed ging met een zwaai van 't hoofd en een dubbeltje viel met gratie in mijn artistieken schooieraar 1 „Maar nou motte jullie ook een moppie spelen Zeker een excuus voor haar spilzucht botgevierd voor de harts tochtelijk geliefde muziek Vol dankbaarheid begon ik de melo die //O 1 lieve Mathilde als je eens wist wat ik wilde Deze muzikale invitatie van een straatmuzikant vond het lieve kind blijkbaar beneden haar stand I Zij sloeg de deur voor onze ving van het vredesverdrag dat ons zulke reusachtige lasten oplegt, moet ook voor de Geallieerden heilige plicht zijn. Nog onlangs heeft ook de Engelsche eerste minister dat onomwonden uit gesproken." Namens ds Volkspartij heeft daarop Streseinauu, die aanvankelijk als rijks kanselier was gedoodverfd, verklaard dat zijn partij het Ultimatum niet kan aanvaarden omdat het onmogelijk was los te krijgen, dat dan ook het lot van Odper-Silezië overeenkomstig den uitslag der volk-stemming zal worden beslist. Tegenover het betrek kelijk optimisme van Wirih, stelde Stresemann dus zijn pessimistische verwachtingen Hergt, van de Duitsche nationale partij vroeg of iemand ge loofde aan de volledige vervulbaarheid van de voorwaarden van het Ultima tum. Op deze netelige vraag kwam geen antwoord. Met .221 tegen 175 heeft de Rijksdag tenslotte het Ulti matum aangenomen. Het onmiddellijk resultaat hiervan is geweest dat de hevelvoerende gene raal der bezettingstroepen de voor bereidingen voor het verder opruk ken der Fransehe troepen heeft gestaakt. Wat de beslis-ing van den Oppersten Raad ten aanzien van Opper-Silezië zal zijn, moet natuurlijk worden afgewacht, maar jammer zou het zijn als het vertrouwen van Wirth zou worden beschaamd. De Poolsche ministerpresident heeft in den landdag verklaard, dat de Poolsche regeering in het geheel niet heeft deelgenomen aan de opstandige beweging en zij tracht de gemoederen tot bedaren te brengen om een beslissing te krijgen in overeenstemming met den geest van hel verdrag van Versailles en rekening houdende met de ware resultaten van de volksstemming. Dit laatste is wel eenigszins dub belzinnig. De agitatie der Duitscliers wegens den Poolschen overval neemt toe en er hebben verschillende botsingen met de Polen plaats gehad. Ook hebben de Franschen blijken van onwelwillendheid van de zijde der Duitschers omvangen, zoo is geschoten op het rijtuig van een Fransch generaal. Hoe begrijpelijk de verontwaardiging ook is, deze excessen zullen voor de Duitschers tot groot nadeel zijn wegens de onvriendelijke stemming, die e door bij de geallieerden gewekt zal worden. In Parijs heeft het bericht van de aanvaarding van het ultimatum maar matige voldoening gewekt wat geen verwondering kan haren, daar nu de hoop op bezetting van het Roergebied den bodem is ingeslagen,althans voorloo- pig. Het ministerie Wirth heefteen vrij goede pers, de goede trouw van den nieuwen rijkskanselier wordt algemeen erkend- Het Journal verwacht dat hij zich teg'en de groote industrie zal kanten en de nieuwe belastingen zal doorzetten om de oorlogswinstmakers te laten betalen. Voorts verwacht het blad dat het Wirth zal gelukken het verzet der Beiersche regeering tegen het ontwa penen der Orgesch, dat overigens al btgint af te nemen, te fnuiken. Het vraagstuk der ontwapening van Duitsehland zit den geallieerdeu nog hevig dwars. neuzen dicht 1 Pang 1 Daar stond je nu weer Toch was ik rijk met dat dubbeltje Het was miju handgiftEa wat had ik nu eigenlijk gedaan In de eersle plaats was ik te nat en te koud om een liefdesverklaring (zelfs op een viool) te kunnen afsteken en tweedens kon ik toch immers niet weten dat het meiske nu toevallig Mathilda heette. Maar het lieve kind had ons .de handgift gegeven en ons door de eerste moeilijkheid heen geholpen. Vol moed begon ik voor het huis „uaastan" een vroolijken marsch af te draaien. Ha Dat hielp Overal verschenen gezichten voor de ruiten 1 Meewarige blikken werden op ons gericht 1 Ja, ik meende zelfs iets van hartstochtelijk vuur te ontdekken in de oogen van een keukenmeisje, achter de tralies van een sous-terrain 1 Ik heb haar zeer verliefd „O sole mio" toegespeeldDat hart was voor me gewonnen, dat voelde ik, maar..., we moesteu-m.éér winnen geld.... centen... dubÜslIjea-l En...? ja lezer, ze kwa- ln de Petit Journal waarschuwt luitenant-kolonel de Thomassou tegen het gevaar van organisaties gelijk de Orgesch, die het herstel van de monar chie en de voorbereiding van de mobili satie nastreven. Duitsehland zal pas militair gcproi ken machteloos zijn als het niet meer voor zijn leger de bedragen kan uit geven, die de begrooting van 1920 daar nog voor bestemt, namelijk 1.200 millioen voor veiligheidspolitie, 5 mil liard op de oorlogsbegrooting, waarbij het jaarlijksche onderhoud van een sol daat op 24 000 mark geschat is4 milliard voor de zoogenaamde likwidatie van het oude leger en 2 milliard voor aankoop materieel. Ook de Duitsche militaire uitgaven moeten dus, zoo zegt de Thomasson, gecontroleerd worden. Uitvoer-van kapitaal. Op achttien dezer zal Prins Eitel Friedrich zich voor de Berlijnscho recht bank te verantwoorden hebben wegens uitvoer naar Nederland, en wel door bemiddeling van de bankfirma Grusser, Philips Co. van 337 duizend mark en twee duizend gulden. De pïiiïs ontkent het hem ten laste gelegde niet. Salarissen rijksambtenaren. Naar de Res.bode verneemt, is de regeering niet voornemens, te treden in het verzoek der samenwerkende organisaties van Rijksambtenaren, tliaus reeds tot een algeheele herziening van de salarissen te besluiten. De regeering achtte het tijdstip daartoe nog niet gekomen. Wel is de regeering bereid, het vraagstuk van de classificatie van de gemeenten te herzien. De regeering zal hiertoe een 'speciale commissie benoe men, die haar zal voorlichten. Het Had-it-me-maar ontwerp. Blijkens het Voorioopig Verslag over hel wetsontwerp tot aanvulling van de Provinciale Wet en van de Gemeente wet hebben nagenoeg alle leden over wegend bezwaar tegen dit wetsontwerp, dat bepaalt dat personen die onwaardig worden geacht het actief kiesrecht uit te oefenen ook worden uitgesloten van het passief kiesrecht. De bezwaren zijn van velerlei aard. Io de eerste plaats is er op gewezeD, dat de voorgestelde wetswijzigingen niet afdoende zijn om in het algemeen het zitting nemen van ongewenschte indi viduen in de vertegenwoordigende (en besturende!) lichamen te beletten. Wordt nu het zitting nemen van dezen burger belet, dan zai anti-slemplicht-actie bij bij een volgende verkiezing zich richten op het verkiezen van individuen, die niet door het onderhavige wetsontwerp worden geweerd, maar waarvan het zitting nemen minstens even onge- wenscht is, b.v. een prostituee of ander onzedelijk individu. Het uitoefeneu van censuur over de gekozenen acht men principieel onjuist. Wordt de methode der Regeering gevolgd, dan zal het een zeer bedenkelijk precedent vormen voor latere verkiezingen en ontstaat het gevaar, dat bij verkiezing van personen, die aan de Regeering en de meerderheid yen de Volksvertegenwoor diging onwelgevallig zijn, telkens een wetsontwerp wordt ingediend om het men 1Overvloedig Er was zelfs een kwartje bij 1 We stonden voor het huis van een slager 1 Nooit had ik elegantie gezien in een ijj leverworsten 1 En nu, ik doe er een eëd op, 't kwam zeker door miju leege maag, zag ik ze in een futuris tische visie M'n maat en ik bleken van dezelfde gedi chten en veroorloof len wij ons de luxe om van deze nooit volprezen lekkernij, ieder een ons te koopen „Aan een stukkie of gesne den „Aan een stukkie!" en je hoeft het niet in te pakken, we eten het zóó wel opGretig zetten we onze tandeu in het inmiddels ontvelde stukkie leverworst Generaal Hamilton was rijk met 2 eieren hem vereerd door een Chinee- schen Ma-idarijn. Hij had 4 dagen niets anders genoten dan wat „rauwe rijst en lauw water", door ziju Japanschen oppasser thee genoemd I Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1921 | | pagina 1