Sunlight- Zeep
Dinsdag 26 April U921,
168® jaargang.
Buitenland.
FEUILLETON.
KEIZER NAPOLEON
Binnenland.
N°. 49e
ABONNEMENT
Prija per kwartaal, in Goes f 2,
buiten Goes f 2,
Afzenderlijke nummers 5 cent.
VerschijntMaandag-, Woensdag
en Vrijdagavond.
GOESCHE
Uitgave Naaml. ^cnnoottclap Gcesehe Courant
ADVERTENTIËN
van 5 regels f 1,20 elke regel
meer 24 cent.
Driemaal plaatsing wordt tweemaal
berekend.
Familieberichten 110 regels f 2,40
Bewijsnummers 5 cent.
en Kleeutvens Boss' Drukkers- en Uitgeversbedrijf. Advertentiën worden aangenomen
tot 13 uur voormiddag.
COURANT
ONTWORSTELING
Zal Duitschland er aan ontkomen
om langzamerhand door de entente te
worden geannexeerd
Dat het Roergebied binnenkort door
Frankrijk zal worden ingepalmd stond
ais een paal boven water, op dit vette
kluifje is van den beginne af aan
gelikkebaard. Nu heeft Amerika te
verstaan gegeven dat het niet bemid
delend wil optreden tusschen beide
partijen. Het verzoek van minister
Simons aan president Harding, het
hoofd van den eenigen staat, waar
mede Duitschland nog in oorlog is,
moet worden beschouwd als een wan
hoopspoging, die van de honderd
negen en negentig kansen had te mis
lukken.
Minister Simons heeft het er toch
op gewaagd, ofschoon hij weten kon,
dat, bij het niet slagen van de proef
neming, hij ongeveer onmogelijk zou
worden, hij zou worden gehoord door
de linkerzijde, omdat hij niet nog
diepere kniebuiging maakte en door
de rechterzijde omdat deze wil, dat
Duitschland zelfstandig zal beslissen.
Bovendien zou ue entente het inroe
pen van de hulp der Ver. Staten, die
zich afzijdig hebben gehouden van het
entente-troetelkind, den Volkenbond,
ten hoogste kwalijk nemen. En toch,
ofschoon Simons dit alles wist, en de
gevolgen van zijn stap ook overeen
komstig het hierboven geschetste zijn
geweest, heeft Simons alles gezet op
die eene kaart. Hij maakte werkelijk
ook den indruk van een speler, die
geruimen tijd verloren hebbende, de
laatste rest van zijn fortuin inzet.
Er op of er onder
Tegelijkertijd, zoo werd bericht, wa
ren aan de entente de nieuwe Duitsche
voorstellen gezonden betreflende de
schadeloosstelling. Dit bericht was al
zeer zonderbaar, aangezien, indien het
juist zou zijn, het niet noodig zou zijn
geweest om aan te kloppen bij Ame
rika om een modus vivendi te vinden.
Het is dan ook gebleken niet juist te
zijn, Duitschland heeft alleen een
voorstel gedaan inzake het herstel van
de verwoeste, streken in België en
Noord -Frankrijk
Duitschland verklaart zich nogmaals
ten stelligste bereid met alle hesebth-
bare middelen en krachten mee te
werken aan het herstel en de regee
ring wijst daarbij op de volgende
mogelijkheden
Duitschland zou het herstel van
bepaalde steden, dorpen of gehuchten
of van bepaalde, een geheel vormende
gedeelten van het gebied, dat herbouwd
moet worden, met betaling van alle
kosten zelf op zich te nemen of dit
laten geschieden door een internationale
"onderneming. Duitschland ziet er voor
het oogenhlik van af dit voorstel nader
te verklaren, daar de beginselen, waarop
bet rust, tot dusver bij de geallieerde
regeeringen op bedenkingen gestuit zijn.
Duitschland is verder bereid, onaf
hankelijk van de voorgestelde regeling
spoedig voor den wederopbouw van de
verwoeste gebieden in Noord-Frankrijk
en België alle hulpmiddelen ter be
schikking te stellen. De Duitsche
iu don polder: De Zuid-Kraaijert.
(Onderstaand verhaal, geschreven door
dr. G. T. Callenfels, troffen wij aan in
het Jaarboekje voor Zeeland (1854). Wij
meenen dat onze lezers deze beschrij
ving van Napoleon's bezoek aan Zuid-
Beveland met evenveel genoegen zullen
lezen, als wij dit deden.
Eed. G. Ct.)
Alle voorvallen, ook kleinigheden,
uit hel leven van vermaarde mannen
worden steeds met zekere graagte ge
lezen, eu al leveren zij juist geen
belangrijke bijdragen tot de kennis
van hun persoon en karakter, zij heb
ben altijd iets onderhoudends, vooral
op en nabij het tooneel waar de lezer
verplaatst wordt.
Daarom zal men zeker hier ter plaatse
niet zonder belangstelling het verslag
aantreffen van een bezoek door keizer
schepen zoo menig schot gedaan had.
Maar hij ging, zoodra hij aan wal
vakvereenigingen hebben besloten, on
middellijk na bekendmaking van de
nadere wenschen der geallieerde regee
ringen, met het opruimingswerk te be
ginnen, pannebakkerijen, kalk- -en
cementfabrieken in bet verwoeste ge
bied te bouwen,'de noodige machines
en gereedschappen te leveren, onmid
dellijk met den bouw van tenminste
350.000 bonten woonhuizen te be
ginnen daarvoor de meubelen, kachels
en fornuizen enz. te leveren, en
volgens de plannen der Fransche
autoriteiten al het werk te laten doen
onder en boven den grond.
Ot dit voorstel blijkt, dat het
Duitsche volk genegen is om de ver
woestingen, die tijdens den oorlog zijn
bedreven, zooveel mogelijk te helpen
herstellen, en de krachtige steun der
vakvereenigingen moet hierbij niet
wordpn onderschat.
Wat het verzoek aan Amerika be
treft, de smeekbede van Simous heeft
toch wel eeuig resultaat gehad, Amerika
is bereid om voor postiljon niet
d'amour, te spelen en wil voorstellen,
welke de regeering der Ver. Staten
als geschikt beschouwt, overbrengen
aan de geallieerden. Dal is dus al
iets gewonnen. In de eerste plaats
toont de eigenlijke overwinnaar
van den oorlog weer eens feeia -gstel
ling in de gebeurtenissen in Europa
en geeft het standpuntin ons isolement
ligt onze kracht gedeeltelijk prijs. In
de tweede plaats is de mogelijkheid niet
buitengesloten, dat Amerika een andere
opinie beeft over de geschiktheid der
Duitsche voorstellen dan de entente
en verwacht wag wordeu dat de postil
jon niet alleen de voorstellen die door
hem aannemelijk worden geacht over
brengt, maar ook allen invloed zal
aanwenden om ze te doen aanvaarden.
Zou dit niet het geval zijn, dan zou
het aanbod van Amerika al zeer weinig
waarde hebben.
De moeilijkheid is nu voor Duitsch
land om met „geschikte" voorstellen
te komen. Hierover is al dagen lang
gezwoegd en bet vinden van een uit
weg door den doolhof van moeilijk
heden gaat met een slakkengang.
Toch zjjn de nieuwe voorstellen
Zaterdagavond naar Washington
verzonden, deze zullen Maandag aan
den Rijksdag worden medegedeeld.
Naar verluidt zouden zij gebaseerd
zijn op de volgende punten1) Het
door Duitschland genoemde bedrag
der schadeloosstelling is hooger, dan
het aanbod van de Duitsche vertegen
woordigers op de conferentie te Lon
den 2) Een voorstel inzake een
internationale leening om de eerste
annuïteit te kunnen betalen3) De
overneming van de geallieerde schul
den aan Amerika(Een slimme zet).
4) De levering van Duitsche producten.
Hoe staan de geallieerden tegenover
deze nieuwe wending die de kwestie
der schadeloosstelling neemt
Reuter meldt, dat de geallieerde
diplomaten te Washington de handel
wijze der Amerikaanschc regeering
hebben goedgekeurd, welke goedkeu
ring gevraagd werd alvorens het ant
woord naar Berlijn werd verzonden.
Maar dit laatste is al heel weinig
Amerikaansch.
In Parijs weet men met het
Napoleon op een der Zeeuwsche eilan
den gebragt in het jaar 1810, op het
hoogste toppunt zijner magt en groot
heid, toen hij nog weinig denken kon,
dat hij op een ander eiland na weinig
jaren als balling de laatste jaren van
zijn leven slijten zou, als het sprekende
voorbeeld van het vergankelijke van
alle aardsche heerlijkheid.
Dit eenvoudig verhaal is indertijd
opgeteekend uit den mond van een
reeds lang overleden lid van den raad
der stad Goes, een man die bij het
gebeurde tegenwoordig was en alle
geloof verdientzoodat deze anecdote
uit Napoleons leven de verdienste heeft
van letterlijk waar te zijn, hetgeen men
niet altijd zeggen kan van hetgeen op
naam van Czaar Peter, Frederik den
Groote en Napoien zeiven is opgedischt.
Het was Zondag den 11 Mei 1810,
's morgens te 9 uur, bij nevelachtig
weder, dat Napoleon in voornoemd
eiland aan wal stapte, door eene sloep
derwaarts van Middelburg gebragt
wordende. Hij was gekleed in zijn
gewoon costuum, grijze jas en broek
en driekanten hoed. In zijn gezelschap
lngezond-11 Mededeeling-.
Coat" Uw kinderen toch spelen! Dat" is gocjvoorze!
C|Ouw vuile kleertjes?Och,met:Sunlight" zeep zijn
ze in 'n oogenblikje-—Zonder1 slijtage weer schoon!
antwoord van Hardin? uiet goed
weg en de bladen roepen dat de be
zetting van het Roergebied moet door
gaan. Over de conferentie van Briand
en Lloyd George te Lympne, zwijgen
de heei'en als.... moffen. Zou Duitsch
land zich nog ontworstelen aan den
ijzeren greep van Frankrijk
Ds Engelsche mijnwerkers.
De Engelsche mijnwerkers hebben
den draad der onderhandelingen met
de tegenpartij, onder de auspiciën van
Lloyd George weer opgenomen. Ver
moedelijk zijn eenige toezeggingen
gedaan ten aanzien van den nationalen
reserve-pot en is dit de olie geweest,
die de woelige golven eenigszins tot
bedaren hebben gebracht. De inter
nationale bond van transportarbeiders
heeft, teneinde de mijnwerker in hun
strijd te steunen, besloten om het ver
voer van buitenlandsche steenkool naar
Engeland te verhinderen.
Bewakingsdienst op de groote
stroomen.
DeSteenkolen-Handelsvereeniging te
Rotterdam, meldt
Door enkele van de grootste instellin
gen, belanghebbend bij een veilige
vaart op de groote stroomen, is een
bewakingsdienst ingesteld, die ten doel
heeft aan de vele onregelmatigheden,
die in het bijzonder op de Waal en
in de Zeeuwsche wateren door de
schippers in samenwerking met de op-
koopers en kolenzoetelaars worden ge
pleegd, een eind te maken. Ter berei-
van dit doel is reeds de mede-
bevonden zich de keizerin Maria
Louise, Jeröme en zijne gemalin, twee
hofdames, vier generaals en een
mameluk, terwijl twee koetsen, eene
met acht en eene met zes bruine
paarden, vergezeld van L00 ruiters,
hem op de landingsplaats afwachtten.
Deze plaats was de Zuid-Kraaijert,
een polder uil welken, na den terug
tocht der Engelschen naar Walcheren
in 1809 de Franschen zoo dikwerf
doch vruchteloos getracht hadden de
vijandelijke schepen uit het vaarwater
het Sloe te verjagen. Zoo dit had
kunnen geschieden, zouden zij de
Engelschen in evengenoemd eiland
hebben kunnen aantasten.
Volgens zijn karakter draalde
Napoleon niet lang om de plaats te
gaan zien, waar men op de Engelsche
was, langs den zeedijk, naar de daar
liggende batterij no. 1, bezet met 10
stukken geschut, stampvoetende onder-
tusschen van kwaadheid dat zijne
reuzekrachten door een zoo smal
watertje gestuit waren.
Na deze batterij in oogenschouw
genomen te hebben begaf hij zich
uaar de daarbij liggende hofstede,
werking verkregen van vrijwel alle
hiunenlandsohe en van vele buitenland
sche reederijen en sleepbootonderne
mingen op binnenscheepvaartgebied.
Door dezen bewakingsdienst is een
snelvarende stoomboot in de vaart ge:
legd, voorzien van een sterk zoeklicht
en bemand met rijkspolitie, terwijl op
verschillende punten langs de stroomen
correspondenten zijn aangesteld, die op
de handelingen der schippers zullen
toezien.
Regeling Winkelsluiting.
Blijkens het Veisiag van de werk
zaamheden van den Middenstandsraad
over het jaar 1920, is door dien Raad
aan den minister van landbouw een
wetsontwerp betreffende de wettelijke
regeling der winkelsluiting toegezonden
waaraan de volgende bijzonderheden
zijn ontleend
Het wetsontwerp stelt het openings
uur op 5 uur des morgens, het slui
tingsuur op 8 uür des avonds. De
Zondagssluiting is er in opgenomen,
met dien verstande, dat de winkels
van des Zaterdagsavonds 11 uur, of
van een volgens artikel 6 te bepalen
vroeger uur, gesloten moeten zijn tot
des Maandagsmorgens 5 uur. Artikel
2 luidt„Onder winkels verstaat deze
wet alle open of gesloten ruimten,
waar voorwerpen of stoffen aan het
publiek in het klein plegen verkocht
te worden, Onder winkels verstaat
deze wet mede ruimten, waar pleegt
gewerkt te worden in eene barbiers-
of kappersonderneming. Onder winkel-
huis wordt verstaan elke open of be
sloten ruimte, die in eenige verbinding
met een winkel staat". Artikel 3 ver
klaart de bepalingen der wet niet
bewoond door Nicolaas Willemee
Honderdop welke plaats zich inmid
dels de keizerin en zijn gevolg bege
ven hadden, met last om voor zijn
ontbijt te zorgen. Het benoodigde
hiertoe moest van elders komen, doch
was er ongelukkig nog niet. Dit bragt
zooals men ligt bevroeden kan, alles
in rep en roer, men zond boden her
en derwaarts, om te zien of het ontbijt
nog niet in aantogt ware wel
wetende dat als alles niet in orde
was, het er duchtig op zoude zitten.
Intusschen kwam Napoleon mede op
de hofstede. Het eerste, zooals men
wel vermoed had, waar hij binnen
tredende naar vroeg, was of het
ontbijt gereed was. Na hierop een
oiitkennend antwoord ontvangen te
hebben, zeide hij op een zeer gram
storige toon „tout est en ordre et mon
dejeuné n'v est pas" galles is geregeld
en mijn ontbijt is er niet.)
Men begrijpt ligt, dat de gebieder
van genoegzaam half Europa, op wiens
wenken alles moest bukken, niet bleef
wachten.
Hij gelastte dat er dadelijk eieren
moesten gekookt, boterhammen gesne-
toepasselijk op a. apotheken, voorzoo
ver betreft de uitoefening van de
artsenijbereidkunstb. inrichtingen,
waar spijzen en dranken voor verbruik
ter plaatse worden bereid of verkocht.
Het wordt echter verboden, „in de
inrichtingen, genoemd onder b., ware»,
anders dan voor gebruik ter plaatse,
te verkoopen op de uren, waarop de
winkels volgens de bepalingen der wet,
of krachtens een op deze wet steunende
verordening, moeten gesloten zijn".
In een der artikelen komt de be
maling voor
Wanneer ten minste één derde van
het aantal tot een of meer groepen van
bedrijven behoorende winkeliers aan
het gemeentebestuur het verlangen
kenbaar, maakt, om het sluitingsuur
vroeger dan hel in de wet genoemde
uur te bepalen, zal het gemeentebe
stuur verplicht zijn om binnen twee
maanden een stemming uit te schrijven
onder de betrokken winkeliers.
Vrijstelling hroederdienst.
Naar het oordeel van de ministers
van binnenlandsche zaken en van
oorlog komen voor vrijstelling van
den dienst bij de militie wegens
hroederdienst niet in aanmerking
ingeschrevenen voor de militie, die
vrijstelling vragen op grond, dat een
broeder voor de lichting 1921 ter
inlijving bestemd werd, maar in ver
band rr.et de vermindering van het
contingent, aanvankelijk buiten oproe
ping is gebleven.
Een vloot/onds
Naar het Vad. meldt, worden er
pogingen in het werk gesteld, om een
nationaal vlootfonds te vormen. Men
wil f 200,000,000 bijeenbrengen eu
deze besteden voor den aanbonw van
2 slagschepen en 6l(kruisers voor de
verdediging van Indië en verder eenig
klein materiaal.
Naar men het blad verder meedeelde,
staat de indertijd met eenige verbazing
vernomen zending van kolonel Gooszen
naar Indië hoogstwaarschijnlijk mede
in verband met dit plan.
Voor miliciens van 't platteland.
Ï£Voor eenigen tijd is gemeld, dat de
Minister van Oorlog maatregelen ge
nomen had, om ook jongelieden die door
verren afstand of anderszins niet in de
gelegenheid zijn zich bij den Vrij willigen
Landstorm te oefeDen, doch zich op
andere wijze bekwamen op het gebied
van lichamelijke en militaire oefeningen,
alsnog gelegenheid te geven tot verkrij
ging van het diploma van algemeene
geoefendheid, dat aanspraak geeft op
korteren diensttijd.
Thans heeft de Minister nader be
paald, dat deze jongelingen, voordat zij
tot het deelnemen aan een oefenkamp
worden toegelaten, eerst een vrijwillige
verbintenis moeten aangaan.
Aan hen zal geen lakensehe kleeding
worden verstrekt, doch ze zullen in het
kamp een veldmuts en werkkleeding ten
gebruike ontvangen.
Voor de oefeningen buiten den Vrij -
willigen Landstorm worden geen ge
weren en uitrusting verstrekt, noch
leermiddelen van Rijkswege ter be
schikking gesteld.
De reis- en verblijfkosten, voort
vloeiende uit het deelnemen aan het
den en koffie gezet worden en gebood,
nu het eten toch maar op zijn boersch
was, dat hij ook in dier voege bediend
zoude worden, en wel door de dochter
des huizes zijnde een 17-jarig meisje
dat er niet onaardig uitzag en welke
hij reeds in het voorbijgaan een vrien
delijk lachje toegeworpen had. Binnen
een kwartier tijd was het bestelde
gereed.
Daar dit alles zoo spoedig in gereed
heid was, verdween bij Napoleon, een
liefhebber van snelle manoeuvres, spoe
dig die kwade luim, zoodat hij aange
zeten zijnde, op een vriendelijke wijze
met de jeugdige boerin begon Fransch
te pralen, gelijk Marie Louise in het
Duitsch trachtte te doen. Uit hoofde
van de vele Fransche troepen, welke
eenen geruimen tijd op deze hofstede
gelegen hadden en nog lagen, verstond
en sprak dit meisje een weinig Franscb,
door regeeringsleden uit Goes geholpen
wordende, wanneer zij iets niet ver
stond. Van het Duitsch daarentegen
begreep zij niet veel, behalve woorden
welke eenige overeenkomst met het
Hollandsch hadden.
Wordt vervolgd.)