101 FEUILLETON,
HET HUWELIJK VAN LADY
TARGRED.
y
Naar het Engelsen
van ELINOE GLYN.
Gelukkig hield >9 ervan de rniten
open te hebben, en was sg niet tegen
roeken, maar met die ongewone
aachtheid op haar gezichtje, en de
ganaeho aantrekkelijkheid van haar
weien, wat het toch iwaar te ver-
dnren, bijna twee nnr naaat haar ie
aitten, onder dezelfde plaid,
Na het eerate half nnr van iwflgen,
bevond haar echtgenoot, dat hij zijn
geest op één punt moest samentrek
ken, cm den last te bedwingen, haar
in i$ü armen te sluiten.
Het wat weer de oade geschiede,
nis. Twee jongs, geionde msniehe.
Ijjke wetens, die tegen ijzeren tralies
vechten. Want Zar» onderging da.
sellde gewairwordingen alt hg, en
lij had nog bovendien de wroeging,
dat de schuld aan haar lag, en de
heels situatie aan fitór te wjien.
En hoe nu over het onderwerp te
beginnen en haar schuld beltden Zg
wist hst niethaar gevoel van eer
zal haar, dat het verplicht wat, doch
sij wat hst twijgen 100 gewend. Dus
bleven ïlj swggen, tot hij in zyn
eigen landstreek kwam toen zag bjj
naar buiten en aaide t
Nu moet de auto worden opengezet
buig sn glimlach nu asjeblieft als
we door de dorpen rjjden, en iedereen
een kniebuiging voor je maakt.* De
jongeren doen het misschien niet,
maar rnjjn moeders oude vrienden wal.
Es zoo lensde Zara voorover toen
do kap der landaulefte neer was
gelaten, cn beproefde er stralend nit
te zien.
Hat eerste bedtjjf der dtoevige
eomedie was begonnen.
XXXIV.
De nieuws lady Tancred doorleefde
elk soort van emotie tosn sjj het park
naderden; tegen welks poorten het
dorp lag genesteld. Dit was het tehuis
van haar haar en haar liefste I en zy
moesten elkaar by de hand honden,
en denken, hoe zij daar samen zouden
leven, zoo vol van hart nu, haar
hart was vol genoeg, maar van angst
en l8ed. Want Tristram, bang te zul'
lsn toegeven, had een houding van
kille minachting aangenomen, waar'
door ig geen moed genoeg bijeen kon
rapen om ham te vertellen, dat zij
wist onrechtvaardig en onvriendeigk
te zijn geweest.
Nu kwamen xy door hoera-roepende
boeren aan de .South Lodge*, het
verste weg van het dorp en 100
onder een eerepoort van maagdepalm
door met wapperende vanen, en
motto's als ,God zogene 't jonge
paar', en .Gezondheid en lang leven
voor lord en lady Tsnered", en nu
nam Tristram haar band, sloeg zyn
arm om haar hees, toen beiden
overeind stonden In den wagen, en,
tsrwgi hy met ajn hoed walide, be
antwoordde hij vrooltk hua hulde:
Vrienden, lady Tancred en ik
danken U harteiyk voor uw vrlet.de'
ïgke wensehen, en uw welkom thuis.'
Toen gingen zy weer zitten, de
auto reed verder, zyn gelicht stond
we6r strak en hy liet haar hand uit
de i{ne glippen.
En bfj de volgende eerepoort, aan
de brug, bsgon hetielfde spel op
nieuw, alleen uitvoeriger want
bier waren alle pachters van de jacht,
voor wie Tristram een groote steun
was, te paard; aan het juichen en
wuiven kwam geen einde, en deze
ruiteroptocht volgde hen tot bulten
den normandisehen toren, en naar de
de groote poorten, waar eertyde de
valpoort was geweest.
Hier stonden tok alle dorpskinderen
en de oude vrouwtjes uit hst armhuis
in hun scharlaken mantels met de
aardige zwarte mutsen op, en alle
soort van wensohen werd over hun
hoofd uitgestort, en toen oen oud
kereltje sehrll boven het lawaai ultT
schreeuwde: .Veel geluk voor de
jonge mevrouw, en dat ze veel kleine
lords en ladies mag krfgen' werd
deze geestigheid met groot gejuich
begroet 1 By het hooien hiervan liet
Tristram plotseling da hand zijner
vrouw los, alsof die hem gebrand had,
om daarop, zichzelf waar behaerschend
haar weer vast te houden. Belden
waren bleek van opwinding en emotie,
toen sy eindelijk de hall bereikten,
in die verfoellQke, moderne vleugel,
en werden daar weer begroet door
het lu rjeu gesehaatde huispersoneel,
waarvan er twee, die 't huie bewaard
hadden, reeds oud en grQs waren, en
Hlchelham was ook wear terug in zjn
meaeter's oude thuis, met een deftig
knechtje als de tweede in commando
Tristram was een voortreffeiyk
meester en wist precies hoe alles
behoorde te gebeuren.
En de statige huismeesteres ia
zwarte zyde stapte naar voren, heette,
uit naam van zichzelf an alle onderge
schikten de nieuwe meesteres' welkouT,
en hoopte dat aij niet vermoeid war,
en bood haar een bouquet witte rozen
aan „omdat zyn lordschap ons vsn
telde, toen hy hier alles kwam regelen,
dat u zoo schooi was als aai witte
roos." Tranen welden op in Zsra's
oogen, en haar stem beefde, toen sy
hen dackte en traehtte te glimlachen.
Zg was geheel van streek, die lieve,
jonge lady,' vertelden zy elkaar later
„en geen wonder. Elke vrouw zou
dol ep zyn lordsebap zyn geweest,
dat is wel te begrgpea.
Wat hielden sy allen veel van hem,
daeht da jonge vrouw, en hy had
hun gezegd, dat zy een sehoone, witte
roos was zéé was zyn gevoel dus
voor haar, en zg had dit alles ver.
worpen, en nu zag hy op haar neer
met verachting en haat en daar
kan niets aan veranderd worden. Nu
nam hg haar hand weer, plaatiie die
op iQn arm, en ig schreden de lange
corridor door, tot aan do weidsche
hall, die door de gebroeders Adam
gebouwd was, met zgn statige trap
naar de bovengalery.
(Wordt vervolgd.)