HEREENIGD. N°e 146, Dinsdag 10 December 1918, 105s jaargang, MEll WMARS WE1CHSK 2, FEUILLETON ABONNEMENT Pr|s par kwartaal, In Goat fil,— buiten Goes f 1,25. Afiondorljie nommeri 5 cent. VorachSnt: Maandag-, Woensdag en Vrijdagavond. GOESCHE Uitgave Nstaml. Venn. „Goesehe Conrant". COURANT IDIrectonrj: 0. W. van Batneveld. ADVEBTENTIËN van 15 regels 75 cent, slk® regel moer 15 cent, Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 1—10 regel» f 1,50 Bewijsnummers 5 cent. Advertentiên worden aangenomen tot 12 uur woormiddagu. Zij, die^zich mat I Januari 1919 op dit biad abonnearen, ontvan gen d8 tot dian datum ver schijnende nummers gratis. in het Nieuwjaars-nommer wor den zooals gebruikelijk is, bij vooruitbetaling geplaatst tegen 50 cent, voor hoogstens 8 regels. Deze advertentiên zullen MAAN DAG 30 DECEMBER, vóór des middags twaalf uur, aan ons bureau moeten bezorgd zijn. DE ADMINISTRATIE. @11 Er wordt de laatste week in de ententepers een campagne op touw gezet tegen Nederland. Wij noemen het zoo, omdat aan de ineer of min gerechtvaardigde grieven zulke eischen worden ontleend, dat zij in geen ver houding staan tot de werkelijke feiten. Het zal velen bekend zijn, dat de toon der Eransche pers gedurende dezen oorlog, niet welwillend was voor ons land. Zelfs de tegenwoordige premier, Clémenceau, heeft zich dikwijls onaan genaam uitgelaten over ons in zijn blad „FHomme libre". Dit heeft ons des te meer gegriefd, omdat de stemming hier te lande zoo gunstig was voor het bedreigde .Frankrijk. Al zegt het spreek woord, dat de liefde niet van een kant kan komen, in dit geval werd hierop een uitzondering gemaakt, De genegen- beid bleef onverminderd. Want vrij algemeen werd aangenomen, dat ver keerde voorlichting, zelfs uit ons eigen laud, daaraan ten grondslag lag en aan onze regeerifig is meermalen het verwijt gemaakt, dat zij niet vlug genoeg der gelijke uitlatingen weersprak. Ook de geruchten, die reeds in 1916 1 ot ons doordrongen, als zoude er in het Belgische leger propaganda worden gemaakt voor een annexatie van Zeeuwscli-Vlaanderen, hebben ons volk niet ernstig verontrust na de verklaring van de Belgische regeering aan onzen gezant te Havre, „dat zij alle drijverij, die aantasting van de integriteit van Nederlandsch gebied zou beoogen, ten sterkste afkeurde''. Nu komt plotseling het reeds vergeten spook weer opdagen. De annexionistische partij steekt het hoofd op. De kring van maritieme inrichtingen te Brussel heeft dezer dagen na redevoeringen van Delleur (burgemeester van Watermael-Boitsfort) Leneau, Dubrucq en Devesse een motie aangenomen, eischeud de Westerscheide Belgisch j inlijving van Zeeuwsch-Vlaanderen inlijving van een deel van Limburg (tusschen de bocht van de Maas en 't gebied van Maastricht). Als eenige compensatie wordt daar tegenover gesteld in het belang van Holland de kanalisatie van de Maas lusschen Yisé en Venlo, overeenkomstig de conclusie van de officieele Hol- landsch-Belgische commissie. Over dit plan wordt aan de N. Rolt. Crt. uit Brussel gemeld, dat in de Kamer van Koophandel aldaar bij Oorspronkelijke Roman DOOR COSINUS. XII. Op aandringen ven Amelia, brscht Ik Henrietta dien avond neer huis en was toen xoo gauw mogolflk wear teraggakaard. De Botehlaan inslaand, Mg lk opeens iemand by ont de ■toep afgaan* 'tWa< Richter. HU asak haastig de straat over, koerde zich nog eens om, sohadde »jjn vnlit tegen net hais, sprong toen in een wachtende automobiel en wal ■poedig alt het gezicht verdwenen. Wht ik preclea op dat oogenhllk voelde, kon ik niet zeggenmaar 't aohokte me geweldig. Ik besefte per slot van rekenfng «lacht» één enkel feit, een vreemd' haait ondenkbaar afschuwelijk feit, dat alt een vlUmend scherpe pnnt alt den ohao» mijner gedachten naar voren drong. Amelia's zwakheid wa» hiermee onweerlegbaar bewezen. Machinaal keerde ik me om en liep snel de richting nit waarin de automobiel verdwenen was. Ik ging regelrecht naar *Qn kamers. een bespreking door den beer Vlemincx een nieuwe eiscli er bij is gevoegd n.l. de eilanden Zuid-Beveland en Walcheren. Aan deze laatste opvatting ligt zeker de gedachte ten grondslag, dat het Veiliger is om berde kuststrookerr in één hand te laten komen, waardoor alle conflicten werden vermeden. Op die wijze doorgaand, zouden de anrrexio- nisten al spoedig tot Botterdam komen. Terwijl deze begeerigen meer recht uit op hun doel afgaan, tracht het Handelsblad van Antwerpen van het losscheuren van Zuid-Litnburg zelfs een irredentiteitsquestie te maken. Vol gens dat blad zouden afdeelingen van dames van Maastricht, Roermond en Sittard brj den intocht van het Bel gische Koningspaar te Luik aan de koningin bloemen aangeboden hebben met //een verzoekschrift in hetwelk de aanhechting van Hollandsch Limburg bij België wordt gevraagd". Bij nauwkeurig onderzoek bleek aan bet Amsterdamscke „Handelsblad", dat er niets anders gebeurd is dan dat eenige dames, o.a. Mevr. Michels van Kesseniclr uit Roermond aan de konin gin bloemen hebben aangeboden maar zonder eenig verzoekschrift, zonder ook maar eenige mondelinge toespeling op Limburg. Zooals wij reeds iu ous biad be richtten, is de stemming der Belgische bevolking te Antwerpen tegenover de Nederlanders niet gunstig. Dat tusschen dit en bet voorgaande verband moet worden gezocht, komt ons waarschijnlijk voor, te meer daar ook van Kngelscbe zijde een dergelijke toon wordt* vernomen. De Amsterdamsche correspondent van de „Daily Express", die ook het onuoodige van voedselfoevoer naar Nederland heeft bepleit, seint nu weer aan zijn blad: „Men neemt aan, dat van Nederland gevraagd zal worden vergoeding te geven voor het verlof tot den inbreuk op zijn onzijdigheid, door aan de Duitsche troepen toe te staan door Limburg te trekken en tevens door Duitsche oorlogsschepen uit Antwerpen toe te laten. De aard van deze vergoeding moet nog beslist worden, behalve dan de afstand van grondgebied aan de Belgische grens, sedert bet verdrag van 1839 tot Neder land behoorend, als liet zuidelijk deel van Nederlandsch Limburg, dat hoofd zakelijk door Belgen bewoond wordt. „Weinig menseden in Nederland schijnen den ernstigtn aard te begrij pen van de domheden, door de Neder- landsche regeering begaan, vooral door te trachten de geallieerden te bewegen hun wapenstilstandsvoorwaarden ten gunste van Duitschland te verzachten. Des te pijnlijker zal dus hel ontwaken voor Nederland worden, wanneer de rekening met de geallieerden moet worden gesloten." Terwijl van Fransch-Belgische zijde nog al Pruisisch op den man af wordt gesproken zien we van Engelschen kant, haar natuurlijken aanleg volgend, een poging om de schuld van het stoute stuk, dat men gaat bestaan, van te voren op het slachtoffer te werpen. Uit het geschrijf van de Daily Express spreekt duidelijk de opvatting, dat Nederland zich als beschuldigd van Hy woonde op een bovenhal» in het Noordelnde, appartementen, die heel niet ln evenredigheid waren met de bescheiden Inkomsten waarover hjj ta beschikken had. Ik belds aaneen knecht deed me open. MJn naam? Hf) meende, dat mijnheer Richter juist thuis gekomen was, maar wist 't niet zekerof ik zoolang binnen zoa willen komen. Ik liep de voorkamer iu. Ren lamp brandde op een bureau ministro van geweldige afmeting, die geheel over* dekt lag met netjes op elkaar gesta- pelde velletjes drukwerk. Deze lamp,, onder een groenen kap, was het eenige lieht in de groote ralmto. Zwaar eikenhouten en leer-overirokkcn meu bels volden de kamer, terwijl op de vensterbanken, achter dikke gordijnen, potten met planten stonden. Een porttère werd terzijde gescho ven en Richter, met een verbaasd, maar tevens eanigszint uitdagend ge< zicht, trad binnen. .Mijnheer Van Aokeren Waaraan heb ik de eer van uw bezoek te danken Zjjn stem was een zacht keelgeluid en had iets gedecideerds in sieh. 't Wa» de eerste keer, dat lk Richter alleen «prak j en terwijl ik hom opnam, kon lk niet ontkennen, dat er al» 't ware een dynamische kracht van deze onbegrQpeltjke persoonlijkheid scheen uit te gaan. Twee volle jaren, misdrijven tegen de neutraliteit, zal hebben neer te leggen bij de gerechte straf. Gelukkig blijft protest van Vlaain- schen kant niet uit. Zoo schreef Julius Hoste Jr. in „Het Laatste Nieuws", dat verbreiding van onzinnige praatjes tegen ous land moesten worden tegengegaan, en de Indépendauce liet zich ook zeer welwillend over ons land uit. De bekende zanger Emiel llullebroeck protesteert in een ingezonden stuk reeds tegen dergelijk drijven, terwijl ten slotte de verklaring, die volgens de Tel. de Belgische gezant baron Fallon over deze questie heeft gegeven, nogal gerust stellend klinkt. De gezant verklaarde.: „Ik kan u verzekeren, dat de betrekkingen tus schen onze beide landen evengoed zijn als voorbeen. De Belgische regeering is met de beste voornemens bezield om de goede verstandhouding en de banden van vriendschap, die tusschen ous en Nederland bestaan, te handhaven en nauwer aan te halen." De gezant bevestigde echter, dat de houding der Nederlandsche regeeriug in zake den doortocht over Limburg op België en zijn geallieerden een slechten indruk bad gemaakt. Baron Fallon sprak zijn verlfouwen uit, dat de econo mische betrekkingen tusschen Neder land én België na het el uiteb-van den vrede zich krachtig zouden ontwikkelen. Betreffende de motie van de Cercle Maritime te Brussel, waarin annexionis tische weusohen werden geformuleerd, verklaarde de gezant, hiervan geen andere kennis te dragen, dan uit de dagbladen. Deze Cercle, die niet het minste officieel karakter draagt, was den gezant onbekend. Het is zoowel voor Nederland als voor België te hopen, dat een en ander- moet worden teruggebracht tot uitingen van onder den roes der overwinning verkeereude groepjes. De roemrijke bladzijden, die door onze Zuiderburen aan hunue geschiedenis zijn toegevoegd, zouden door een dergelijke daad veel van hun waarde verliezen. Voor alles, wat door Nederland voor het Belgische volk is gedaan en voor de warme gevoelens van bewondering en medelijden, gedurende dezen oorlog getoond, mogen wij al geen overdreven dankbetuigingen verwachten, een totale negeering van elke verplichting en eischen als aan een ouderworpen vijand worden gesteld, komen ons toch on denkbaar voor. Ook zelfs de twijfel aan de bedoe lingen van België lijkt ons nadeelig en een officieele verklaring der regeeriug, waardoor aan alle actie in die richting een einde zou komen, het beste middel om de ourust hier te lande weg te nemen. B. Buitenland. De woelingen te Berlyn. Tot nu too hseft de ontwikkeling van de Duiuche revolutie althans te Beriijn eau vr(j rustig verloop gehad en na de onvermijdelijke botsingen heel in 't begin, Is er naar buiten weinig uiting gegeven aan de tegen- Btrydigo stroomlngen, dte het inner- ljke weien der zaken natuurlijk nog vertroebelen. waren niet in staat gebleken, den Indruk, dien deze man" op Amelle ge maakt had, te dosn verzwakken. Waarin lag toch die kracht Duidelijk kon men hem zjjn Dultsch origine aanzteugroot en gespierd, zwaar van bouw en Ietwat langzaam in ajjc ba* wegingen. Oagensohgnlijk zou mee denken, dat hjj de gezindheid van een wild dier moest genieten, maar nie mand sou vermoeden, dat het hart spoedig weigeren sou zlju functies ln dat lichaam te verrlcbser,. Zijn heela verschijning was mannelijk en gebie dend factoren, waaraan hij afjn groote sucoes onder de zwakkere ssxe te danken had. En Amelia beminde dezen man I .MJnhear Richter," zei ik op een zeer gedeoideerden toon, .ikkommet een onaangename opdracht. Nog geen uur geleden zag lk u de stoep van mj)n huis afgaan. Ik kom u hierbij verbieden er ooit weer een stap op te zetten I" T. Hij keek me verbaasd aan. .ik heb er van mijn leven geen stap op gesot", antwoordde hij, terwijl een koppige trek om zijn mondhoeken verscheen. .Ik was geen twintig pas vanmja huls verwijderd", vervolgde ik, atoen ik a de stoep zag afgaan, de straat oversteken en daar in een automobiel springen. Ik veronderstel dat n bij mijn nieht geweest is. Ik betreur 't ten zeerste, dat ze zich zoover ver- Er weid geweldig veel gepraat en men hoopte reeds dat sl pratende da noodige kalmte en klaarheid ver kregen zou worden, die onmisbaar zga om ook verder ïonder bloed ver gieten den moeilijken weg der reroluiie te gaan en te komen tot een toestand van duurzame orde en een constitutioneels regeerlcg. Hot scbjjnt echter dat thans de zenuwen vs-n d» wgs sya goraakt en da gebeurtenissen een nienwe phase sjn Ingetreden, wa. iia zfi niet lang moeten blijven sis Duitsehlsad zich de vruchten van da revolutie niet wil zlsn ontgaan, waarvsn hot oogsten ook la ds gunstigste binnanlandsehe om siasdighsden toch reeds moeite genoeg zal kosten, geiler, de weinig tegemoet komende houding der vijanden en de moeilijkheden die zich buitan het politiak gebied voordoen, als de levens middelen- en brand stoffen voorilenirg. Voor zoover valt op te maken uit de berichten, welke thans tot onze beschikking staan en die nog een eenigszles verward beeld van den toestand geven, zjjn de gebenrteniisen van da laatste dagen voornamelijk het gevolg van do opgewondenheid, die de soldaten, wier aantal dagelijks toeneemt, bezielt en hen blijkbaar heeft gebracht tot esa al te voortvarende on te forecha houding tegenover de Duitsche boUjswiki, da aanhang van Liebknecht, van wien men zeer binnen kort een staatsgreep scheen te ver wachten. Ia hoeverre dese verwachting gegrond was, is moeilijk na te gaan, doch het schijnt, dat man de betes- kanis van zekere vergaderingen der onafhankelijke socialisten heeft over schat ea ook ia het niet onwaartchijn- Hj k dat duistere, contra-; evolutions aire krachten de stemming der aold&ten ais een wolkom troebel vischwater hebben beschouwd, waarin lij hun lokkend aas niet zonder succes hebben uitgeworpen. Het Is althans nog niet opgehelderd van welka zijde telefonisch de noodtge bevelen zün gegeven, krachtens welke de soldaten zijn overgegaan tot de gevangenneming dor uitvoerende commissie, waarvan beweerd wordt, dat sjj een bokjewts' tischen druk uitoefent op da regeorlng en de bijeenroeplng der Nationale Vergadering op de lange baan tracht te schuiven. Hiertegen zijn juist de soldaten het felst gekant. Zij wenschen Ebert te steunen, vooral met het doe), spoedig da orde te herstellen en zoo snel mogeljjk een langs legates weg ge vormde regeering te vestigen. Dat de soldaten bij bun gevangenneming van den uitvoerenden raad het slachtoffer zjjn geweest van een ot andere poli tieke intrige valt ai te lelden uli de verklaring van Ebert, toen men hem met 't gebeurde in kennis stelde, vol gens welke een baval om de leden van genoemden raad in hechtenis te nemen, nooit was uitgevaardigd. Gemeld wordt dat in esn J&ter gehouden vergadering van bot rjjks besiunr met den uitvoerenden raad gewichtige ophelderingen zjjn ver schaft. Waarin deze bestaas is ons tot heden niet bekend. Inmiddels hebben zich echter te Bsrljjn nog andere gebeurtenissen afgespeeld en wel naar aanleiding van de reeds genoemde vergadering der Onaibankelijken in de Germanla- zalen, waar een deserteur groote beroering tewteg bracht door de mededeoilng dat de uitvoerende raad gevangen wzb genomen, Ebert tot geten kon, om u te ontvangen. Maar daar het mjjn plicht Is in ieder op zicht voor haar welzijn op te komon, kom lk u hierby verbieden verdere pogingen in het werk ta stellen holzj om haar te zien, hetzij om naar te spreken. Ik hoop, dat u overtuigd is van den ernst van mijn woorden, daar ik me andetB verplicht zal sten u op een minder aangename wijze er van te overtuigen". Ik keerde hem den rug toe en stapte naar de deur met de bedoeling om heen te gaan, maar Richter hield me staande, en zei ,Een oogenblikje, als u 't me ver gunt. Ik wilde er u opmerkzaam op maken, dat ik hoegenaamd niets met juffrouw Van Aekeren, noch 'J met mij nit te etaan heeft". Ik keek hem minachtend aan. .Doe geen moeite esn leugen te verzinnen, mijnheer, 't Spijt me genoodzaakt geweest te (Un n te ontmoeten. Ik verzoek u nu mjj te willen laten gaan*. ,Ah!" voer h8 uit. ,1a dht de reden waarom u zich toegang tot mjjn ver blijf verschaft heeft? Enkel om me een leugenaar te noemen. Welnu, nadat.u mU dit ongekende genoegen aangedaan heeft, moet ik u verzoeken nog een oogenblikje te blijven". Iets ais bittere ironie klonk in zijn stem. terwQl by onheilspellend grijnsde, Opgewonden liep hy toen naar den schoorsteenmantel en ik zag hoe zijn president was uitgeroepen en soldaten met de bajonet op bet geweer de straten bezet hielden. Op dese woorden brak een onbe schrijflijk kabaal los. Plotseling slini gerda oen der aanwezigen zich op het tooncel en riep boven hst geraas uit: Kameraden, laten wy den Uitvoerenden Baad wreksD. Laten we de „r$ks- kanselsrykast" bestormen en Ebert aan de eerste de beste lantaarn op hangen. Volg mg. Toen de kop van den stoet, die zich hierop gevormd bsd, onder hoera geroep op Llebknecht den boek van de Inv&Uodenstraat naderde, werd den deelnemers een „teiug" toegeroepen. Daar dit vruchteloos bleef, ratelde miebioegeweervuur, door geweervuur ondersteund, los. Anderhalf tot twee minuten maar duurde het vuren. On der doordringend hulpgeroep en ge schreeuw stoof alles uiteen wegens het geheel «Ie straat bestrykecde vuur. Wie nog niet op den grond lag pro beerde zich in veiligheid te brengen. Zoo wat twintig menschen stortten zich ln blinden angst door hst groots uitstalraam van het warenhuis Fabiich. Da wonden niet tollend, welke de vluchtelingen opliepen, drongen allen achter da beschermende muren. Een trzmrytuig van Hjn 32, waarvan de bestuurder, van dan prins geen kwaad wetend, tot daar was gereden, raakte eveneens in bet vuur. Schreeuwend en luidkeels om hulp roepond, storm den de inzittenden, de ess den ander omtrekkend, naar bulten. Wat kon loopen, redde zich ln do dichtst hij zijnde huizen. Er schenen volgens do eetBta bet richten bij deze betreurenswaardige schietpartij elf menschen gedood te sün, terwijl er meer dan 40 ernstig gewond werden. Volgens sommige bladen is door de betoogers bet eerst geschoten. Hoe dit zij, zeker is het dat hij de soldaten geen slachtoffers waren* Na het straatgevecht begaven de soldaten zich in groot aantal naar bet rijkskanseliers-gebouw, waar de niets vermoedende Ebert naar buiten werd geroepen. Nadat een soldaat de menigte had toegeroepen dat de soldaten zich allen achter da regeering plaatsen, besloot hy met de woorden Om dodelijk een geregelde toestand iu het leven te roepen, roep ik op dit heilige oogenblik de jonge Duit sche republiek uit en tot haar eersten president kameraad Ebert. Na een langdurig gejuich nam Ebert het woord, tot rust aanmanende en opmerkende, dat ook de van het front torugkeerande soldaten inde gelegen heid gesteld moesten worden deel te nemen aan da verkiezingen voor de Nationale Vergadering. Een matroos uit Kiel riep uit, dat het niet langer gaat, sooals het thans gaat, woshalvehij Ebsrt ronduit vroeg .Wilt u het u door ons aangeboden eerste presidentschap der Dnüsche republiek al dan niet aannemen Ik sommeer n, koitweg ja of neen te zeggen I De spanning was ln de geweldige menigte ten top gestegen, dewijl nu ook nog tzllooze burgers te hoop waren goloopen. Man kon ten speld hoorei! vallen. Ebert zei deze vraag niet voetstoots te kunnen beantwoorden. Hy is niet het eenige lid van de regeering en kan alleen zoo'n beslissing niet nemen. Het antwoord werkte zlenderoogen ontnuchterend. De man,die de vraag hand beefde terwijl hy er een lucifer doosje van afnam en een sigaret opstak. ,U gelieft dus hier te komen", vor- volgde hy hoonend, ,en bevelen te decicteeren. Ongetwijfeld is a dat ge wend. Maar kan a zich eon reden indenken, waarom ik ze zon moeten eerbiedigen «Ik heb het recht, een ougowemcht persoon den toegang tot m8n huls ta ontzeggen; en dat doe lk hierbS". -Zoodus ik beu ongowenseht Ach ia, dat 1» ook zooik vergat 't een oogenblikje". Hy zweeg, sloeg de ascb van syn sigaret en vervolgde .Twee jaar geleden ontnam u my het eenige goede, dat lk in myn leven bezat. Ik bedoel niet het aangename, pleizierige of voordeelige, maar het „goede*. Ik stel er u althans ver antwoordelijk voor. U rukte Iets uit me, myn alles de spontane llofde van een medsmensch. Dat kon u gemakkeiyk doen, omdat niémand was, en lk niet meetelde. Dat is waarschijnlijk de reden, waarom lk als een nonlteit, dat weinige goede, dat Alles voor me beteekende, niet bezitten mocht 1" BS slingerde een stoel voor me neer en ging er in zitten. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1918 | | pagina 1