N°. 145. Zaterdag 7 December 1918. 105s jaargang» Bij dit no. behoort een Bijvoegsel. Is AND ARBEIDERS WET. FEUILLETON. HEREENIGD. ABONNEMENT PrQs par kwartaal, in Goes fil,— buitea Goes f 1,25. AfionderlQko ncmmert 5 cent, VortcbjutMaandag-, Woensdag en Vr{ dagavond. GOESCHE B COURANT Uitgave HaamL Venn. „Goesohe Courant''. w {Directeur;: G. W. Tan Barneveld. ADVERTENTIËN v*n 1—5 regels 75 cent, elke regel meer 15 cent. Driemaal plaatsing wordt tweemaal berekend. Familieberichten 1—10 regels f 1,50 Bewijsnummers 5 cent, Advertenslén worden aangenomen tot 12 uur voormiddag»* V Slot. Hei valt niet fe ontkennen, dat de Onteigeningswet liiefdoor eene groote en totnutoe vrijwel ongekende uit breiding ondergaat. Het doel evenwel is deze uitbreiding ten volle waardig', en zij, die meeuen, dat de intense bewerking van het land moet worden aangemoedigd, kunnen zeker niet au ders dan in dit opzicht de splitsing in kleine perceelen toejuichen. Men heeft aanvankelijk gemeend, dat het daar nevens gewenscbt zou zijn om in de wet waarborgen neder te leggen, dat bet aangewezen plaatsje of losse land, dus eventueel bet onteigende perceel, ook werkelijk wordt dienstbaar ge maakt aan de belangen, waarvoor bet heeft te strekken. Daartoe werd aan vankelijk in eene reeks van artikelen gesproken over de „geb~udenbeid van het onroerend goed" werden den land arbeider beperkingen opgelegd als het land moest zoo worden bebouwdhet moest zoo worden geëxploiteerder mocht geen grond bijgenoineu worden e.d. Bij Memorie van Antwoord werden deze bepalingen uit de wet genomen, inaar bij de mondelinge behandeling kwam een amendement, dat voor den landarbeider inhield een verbod van verhuring of andere wijze van inbruik- geving onder de levenden en van ver vreemding een verbod om het plaatsje met hypotheek te belasten eene be paling, die overeenkomsten, strijdig inet een dier verboden, nietig ver klaarde. Het bleek duidelijk, dat men in de Kamer aan eene dergelijke be perking van de vrijheid van den land arbeider niet aan wilde het betreffende amendement werd verworpen. Toen bleef evenwel de vraag over, of de vereeniging of de stichting of het gemeentebestuur, dat het perceel aan deu landarbeider uitgeeft, het recht heeft om zoodanige beperkende be palingen in de conttaetueelc overeen komst, die met den landarbeider per soonlijk wordt aangegaan, neder te leggen. Een amendement anderzijds om dit uitdrukkelijk fe verbieden, werd evenzeer verworpen. Geheel irt over eenstemming daarmede heeft de Minister van Landbouw bij de {behandeling in de Eerste Kamer verklaard, dat hij, naar aanleiding van deze gevallen uit spraken, in den algemeenen maatregel tot nadere regeling der wet de beper- kiug van de vrijheid vair den land arbeider niet kan regelenevenmin echter' zou hij in den algemeenen maatregel aan stichting of gemeente bestuur verbieden zoodanige beperkin gen in overaetrkomsten op te nemen. Het is niet waarschijnlijk, dat zoodanige be perkingen veelvuldig zullen voorkomen niet alleen mag men aannemen, dat beroep op Gedeputeerde Statenj in dit opzicht vele malen succes zal hebben, maar Iret zou de landarbeiders weer houden om het perceel te aanvaarden, vooral in verband met de mogelijkheid, dat zij op een gegeven oogenblik naar 26 Oorspronkelijk.a Roman door COSINUS. Na het licht op mUn schrijftafel half aangedraaid te hebben, brak lk den brief open. 't Wh a heel onduidelijk geldlieven, beverig,met veel vlakken; en op dat goedkoops papier, dat men enkel in de kleine landelijke winkeltje! krijgen kan. Nadat lk hem doorgele zen had, draalde ik, op haar verzoek het licht weer uit en sei: «Als ik je wel begrepen heb, wemch jé dui een echtscheiding*. ,Dat li te zeggen, ik vroeg er in den brief om. Maar dat ook alleen, omdat je er eens op geïnsinueerd hadt.' „IkWanneer dan toch?" „Je schijnt 't vergeten te z{jn. 't Was ook een heele tijd geledenmaar je hèbt 't gedaanen ik meende daaruit te moeten opmaken, dat je er een wensebte*. „OnmogeijjkIk kltn zooletf. niet bedoeld hebben. Ik herinner er me ook abiuluut niets van". „Dat zie ikmaar lk wélEn lk kon 't maar niet vergeten." „DuS terwille van een paar woor den, waarsehynlflk in een oogen- elders willen trekken. Nemen wij thans aan, dat de land arbeider in het bezit is gekomen van zijn plaatsje of in de pacht van zijn los land. Wat bepaalt de wet ten aan zien vaji de afdoening zijner schulden, ten aanzien van de verkrijging vau zijn volledig eigendom op het plaatsje De landarbeider, die een plaatsje in eigen dom verkrijgt, betaalt in de eerste drie kalenderjaren eene vaste rente van 4 °/o over het bedrag der koopsomdaarna geschiedt de betaling dezer rente ge zamenlijk met de affossing der schuld in 30 annuïteiten, die ieder 54/s °/o van het genoemde bedrag groot zijn. De landarbeider wordt in de gelegen heid geste'd zoowel de rente als de~ annuïteiten in wekelyksche termijnen te voldoeu omtrent vervroegde afbetaling en terugneming van het bedrag wordt steeds tusschen partijen overeengeko men. Tot zekerheid van de voldoening van het verschuldigde bedrag verleent de landarbeider eene eerste hypotheek op het plaatsje de notarissen zijn ver plicht om voor de hiervoor op te maken akte hunne diensten belangeloos te verkenen. De landarbeiderswet komt den land arbeider ook op andere wijze in de hem opgelegde finantieele verplichtingen tegemoet, door hem toe te staan, zulks voordat hij definitief gezegd heeft met de voorwaarden, waaronder hem het plaatsje in eigendom wordt gegeven, in te stemmen, een jaarlijksche grondrente op zijn plaatsje vestigen van ten hoogste 25 °/oook deze grondrente wordt berekend naar 4°/o per jaar; zij is afkoopbaar, doch eerst na de geheele aflossing van het overige gedeelte der schuld. Het losse land wordt ondershands en schriftelijk gepachtde pachtovereen komst bevat eene regeling betreffende bet wederinhurenden landarbeider, wiens overeenkomstig deze wet aan gegane pacht door eigen toedoen ge ëindigd is of eindigen zal, hetzij tus- schentijds, hetzij door afloop van deu termijn zonder wederinliuring, behoeft na twee jaren na het eindigen der pacht geen land verpacht te worden. Het is volkomen begrijpelijk, dat men maatregelen heeft willen treffen, waar door voorkomen wordt, dat den land arbeider zonder meer na het afloopeu van zijn pacht, deze pacht zou worden opgezegd. Evenwel, men moest zich wel met eene algemeene bepaling betreffende het wederinhuren tevreden stellen en aan partijen overlaten hoe de regeling betreffende bet wederinhuren zal zijn, want liet is onmogelijk oin in de wet de gevallen op te nemen, waarin de verpachter tot wederinliuring zal zijn genoodzaakt, en de gevallen te vermelden, waarin de pachter zijn recht op weder-inhuring zal verliezen. Men vergete toch niet, dat de landarbeider, die de voorwaarden van verpachting, dus ook de voorwaar den van weder-inhurihg, te bezwarend vindt, in beroep kan komen bij Gede puteerde Staten dat bovendien parti culieren, die land slechts willen afstaan onder te strenge voorwaarden, steeds worden bedreigd met onteigening 1 blik van ontmoediging gezegd, was je Tan plan ouzo leven» te doen mis lukken „Ja, totdat ik inzag, dat ik 'tolet kon." „Niet kon „Ja, totdat lk besefte, dat, wht jU dan ook gewenscht mocht hebben, lk 'tnièt wansehte." Haar stem klonk nanweljk» isarder dan eon heesch gefluister, terwijl zo angstig haar magere handjes tusschen haar knieën drukte en de oogleden zwaar over haar droevige oogen neervielen. Ik kwam dichter bij haar staan „Heuich, ik heb zooiets niet bedoeld. En mocht ik er op gezinspeeld heb ben, dan deed ik 't alleen omdat lk daeht, dat je ongelukkig was „Ik was 't ook; maar dat doet er minder tos. Ik weet nu, dat 't niet kan. Waarom souden we niet eem open met elkaar er over spreken? Mijn onder vinding, ea ik geloof, dat de moesten van ons dat me eens zullen zQd, is, dat getrouwd-zju evenveel zeggen wil als ongelukkig zijn; en dat het huwelijk oen ware ontgoocheling is. Dit Is een axioma, dat we meestal te laat leeren kennen. En plots staart het je te midden in je tneijjesgedroom aan, hoonend en grijnzend. Sommigen nemen hun lot zwijgend aan, omdat ze al dadelijk Inzien, dat ze 't aannemen moeten. Maar ik wilde niet zoo maar aan nemen en spartelde tegen. Dat wat De Landarbeiderswet is te beschouwen als eene proef, eene proef echter van groote sociale en economische betee- kenis. Slaagt deze proef, dan zal zij niet alleen leiden tot eene opheffing van de landarbeidersbevolking in baar geheel., maar kan ook de boiieinproductie er slechts voordeel van oudervinden. Slaagt de proef niet, dan zal moeten worden onderzocht aan welke factoren dit is te wijten. Want, evenzeer als de uitvoering van de Woningwet afhanke lijk is te achten van de wijze, waarop de woningvereenigingen hare taak op vatten evenzeer is het voor dc uit voering der Landarbeiderswet van groot belang, dat stichtingen of vereenigingen in alle deelen des Jands worden in het leven geroepen en dat. deze hare taak uauwkeurig en met groofcen ernst (er hand nemen. Deze lichamen, in het oorspronkelijke wetsontwerp de zedelijke lichamen genoem_d, kunnen er loe bij dragen, (lat de Landarbeiderswet een zegen wordt voor de land arbeidersbevol king zij kunnen ook, indien bij hen niet voldoende ernst voorzit, er toe medewerken, dat de Landarbeiderswet een fiasco wordt van wat zij bedoelt te zijn. Daarom is het te hopen, dat die lichamen in ons land, die op algemeen landbouwgebied werkzaam zijn of die zich de behartiging van sociale belangen ten doel stellen, krachtig in deze zullen optreden daarom zou opnieuw de vraag te stellen zijn of niet overweging zou verdienen de oprichting van een cen traal college, dat geen vereeniging be hoeft te zijn, hetwelk zich de oprichting van vereenigingen en stichtingen in gevolge de Landarbeiderswet in ver schillende deelen des lands ten doel stelt 1 Als de Minister van Laudbouw er toe zou kunnen besluiten om een der gelijk centraal college in het leven te loepen, dan zou daarmede niet alleen eenheid in de uitvoering der Land arbeiderswet, die ongetwijfeld van groote waarde is, zijn verzekerd, maar dan zou tevens worden bereikt, dat niet in een of ander deel van het land de uitvoe ring dezer wet aan de onwillige handen van een onwillig gemeentebestuur wordt overgelaten 1 Eu dat is van de grootste beteekeuis, Buitenland. Wilson naai' Europa. In weerwil van da geopperde be zweten is Wilson bij ajju besluit gebleven en heeft h(j do reis naar Europa aanvaard, teneinde da vredes conferentie persoonlijk: b§ te wonen Dit feit is van bijsoadare beteeksni», Biet alleen oia hst ongekende ver schijncel, dat Amerika aij a aandeel aal hebben in da regeling dar Euro- peesche zaken dit stead vast sinds Amerika deel nam aan dan oorlog doch vooral ls het van bflsoadare boteaken's om den persoon van Wilson wiens aan- of af'weitigheld bfl de ge wichtige besprekingen vau groot belaag kan bijjken te nyn. Wilson is in des loop van den oorlog een historische figuur geworden van den eersten rang hü Is te be- ichouwen ala de drager vau de rechtsbeginselen, die in de toekomst het lot der volkeu zullen moeten be palen, sn waarvan de verwezenlijking voor sen goed deel aal afhangen vau da kracht en het succes, waarmee Wilson deze schooae principes thans gaat bepleiten, Ds vrees (of de hoop?) dat Wilson de door hem verkondigde idealen, naar de verwezenljklng waarvan Duitschland thans eigenlijk het meest verlangt, reeds ontrouw zou sijn go- worden, ls baichaamd door hetgeen de president aan het Congres heeft medegedeeld, ln sijn belangwekkende boodschap, waarvan vooral het slot voor de geheele wereld van betee keuis is. Na hst congres in kennis -e hebben gesteld ysa sijn voornemen om ïlch Parüs bg dn vertegenwoordigers dar regeerlngen te voegen, welke in den strgd tsgsn de mlddantijken ver bonden sijn geweest, sceï het doel om mot hen over de voornaamste bepa lingen van hst vredes-erdrag ta beraadslagen, zei de pieBideot te be seffen, welk ongerief sljc vertrek uit Amerika, jabi op dit oogenblik", soa teweeg breagoD, doch aldus Wil son do conclusie war, dat het een voorname plicht .voor mjj ls om te gaan en hij voegde er de hoop aan toe, dat deze overweging voor hat Congres even afdoende xal zijn als sQ voor hem is geweest. Da regaarlsgan dor geallieerden zeo ging de president voort hebban ds vredecgrondalagen aanvaard, welke lk den 8sa Januari veor het Congres heb uiteengezet. Da mlddeurQken hebben dit tevens grdasn en zfi wenschen mijn persoonlijken raad ten opzichta van do opvatting en toe' passing ervan. Het is hoogst wenachc- Itjfc dat ik dozen geef, ten einde te waarborgen, dat het oprechte verlaa gen onzer regeering, om zonder zelf zuohtige doeleinden mede te werken tot de regelingen, welke tot gsmoan sebappelQk heil sullen strekken voor alle betrokken naties, ten volle tot uiting komt. De vredesbesluiten, waar over thans overeenstemming moet worden verkregos, zijn van bulten gewoon gewicht, zoowel voor on», als voor do overige wereld ca ik keu geaa zaken of beringen, dia zouden moeien voorgaan. Da-dappere mannen van onse strijdmacht te land en ter sas hebben met toewjdlng gestreden voor de Idealen, welke zij wisten dat de idealen van hun land waren. Ik heb gemeend deze Idealen uit te drukken. Zg zijn door de staatslieden aanvaard als hoofdbestanddeel voor hun eigen gadzehten en doeleinden. Daar da geassocieerde regeeringen ze hebban aanvaard, ben ik hot aan haar versohululgd om tos te zien, voor zoover hst aan mü ligt, dat er gsen onware of onjuiste verklaring van wordt gegeven en dat gsen mogelijke poging wordt veronachtzaamd om ze ta doen verwezenlijken. Het ls thans mijn plicht, mijn volle aandeel tonamen bj het verwezenlijken van datgene, waarvoor sj hun laven ea bloed hebben geofferd. Ik kan m0 geen roepstem van den plicht voorstellen welks hierboven gaat. Ik zal la nauw contact sijn met u ik zal mjj op da hoogte houden van de zaken aan dese zjjde van het groote water en gïi zult alles weten wat lk doe. Op mflm verzoek hebben de Engelsche en Fratsehe regeerln gen, de ceasuur, welks *U tot voor veertien dagen nog handhaafden geheel opgeheven en er wordt thans aan deze zijde hoegenaamd geen een suur uitgeoefend, behalve op pogln- verkeerd, zie je. Vandaar al mQn misère 1 En lk fieri meer verkeerds gedaan, véél meer1 dan je eigenlijk wei vermoedt. Alles heeft ma echter getoond Zs brak Ineens af. Een nauwslQkj waarneembaar geluld van iets dat zich scheen te bewegen drong tot ons door. Me omknerend, .zag lk op den drempel da donkere silhouet van een slanke gestalteen hot volgend oogen blik werd de drukkende stilte ver broken door den famtilarea uitroep „Daanl Hamel, .,wat een duisternis Kun je het licht niet opsteken, malle jongen 't Was Henrietta Heldxlnck Ik had er heel niet azser aan gedacht, dat ze me beloofd had om met den blos mist over de ain te brengen versla ringen in de reneptlezaal te spreken Ea met schrik ilchoot 't ma tevens te binaoo, dat lk haar voorgMtold had dan maar bij ons te bljvew dlnaeren. „Wacht even," antwoordde lk wre Ve}'kdraaide de knop van het licht om en het volgende oogenblik stonden we ons sprakeloos aan te staren. „O, mavroMw Vaa Acksrou," ïlep Henrietta uit, te gelQker tij d Annette met een beminnelijk glimlachje haar hand toestektrnd. Naast haar stond een van haar groots honden. „Welk een aangename verrassing 1 We had den u aiet védr morgen vnrwaoht. Annette stond als aan den grond geu tot het aanknoopen van handels betrekkingen met vijandelijke landen. Ik besef de belangrijkheid en da moeilijkheid van de taak, die ik onderneem en lk ben mij ten volle van haar ernstige verantwoordelijkheid bewust, Ik ben de dienaar der natie. Ik kan geen particuliere gedachten old oelelcden hebben bij bet ten uitvoer brengen van zulk een boodschap. Ik ga heon om het beste te geven wat in mij ls bfj ds gemeenschappelijke beraadslagingen, waarbij lk na mijn aankomst ln de conferentie met de andere staatslieden der geaeseoieerde rageerisgïK tegenwoordig moet zijn. Ik reken op uw vriendelijke gezind- he d en aanmoediging. N» nog verzekerd te hebben dat hij sijn afwezigheid zoo kort mogelijk zal maker, besloot Wilson zijn rede met hst uitspreken van de hoop, terug o keeren mot da gelukkige verzeke ring» d»t het mos-Iljit is geweest de groote ide.ieu, ,r »ar Amerika heeft gestreefd, n> wasenltjken. Da vriendelijke gezindheid en aan moediging, waarop Wilson van de zijde van het Congres hoopte, schijnen lnmiddls niet bijzonder groot. Vooral van de zijdo der republikeinen, met name in den Senaat, ondervindt bij een pijnl0ke tegenwerking, die, naar hot onz schSnt, nlot ken worden be schouwd als een uiting van de meer derheid van het Amerikaansche volk. De rspubltkeiniche senator Sherman ging zells zoovar, een motie voor te stellen, waarbij het ambt van president bjj Wilson's vertrek vacant zou worden verklaard. Bovendien is de ex president Roosevelt, Wilson reeds vooruitgesneld naar Frankrijk, naar het schijnt om stemming ta maken en de chauvinisten bjj de Ee teute op te warmes. De voorlpopige besprokingen dor Ententeleiders te Londen zijn inmld-, del» tot een einde gebracht en zooals gewoonlijk, i3 ook thans -weer vol komen overeenstemming verkregen. Vau dit gezelschap behoeft zulks niet te verwonderenhet zal er nu maar op aankomen ln hoeverre Wilson met het verkregen resultaat sceoord kan gaan en in boeverre zijn wil dan tot uiting zal worden gebracht. Verichillcrde nitlngen doen blijken, dat men van Dultssshe z'jde alle heil van Wilson verwacht en een onbe grensd vertrouwen stelt ln zijn goede bedoelingen. Zoo verklaarde een lid van de Duitsche commissie voor den wapen stilstand aan een Nederlandsch inter viewer blijkens da „N. R. Ct." dat de II punten van Wilson hun bgbei waroa. Op de vraag of zi) vertrouwen stelden in Wilson, klonk het„Ja zeker! Ik ben jaren lang ln Amerika werkzaam geweest, ken Wilson jar- soonlijk en lk heb veel geloof in hem Het ls echter voor ons ds groots vraag, of hij sterk genoeg zal stam tegen het chauvinistische drgven der anderen.' Ook de gewezen Duiiscbe kroon prins heeft zich tegenover een cor respondent van de „Associated Press" als een bewonderaar van Wilson doen kennen. HQ verwachtte stellig, dat WUscn een reohtvaardlgen vi ode voor het Duitiche volk tot stand zal brengen. Wij hopen het van harte, doch vrcezen dat deze blijken van tympatbis de geallieerden een beetje huiverig vastgenageld. „Ik besloot vandaag thuis te komen," bracht ze er eindelijk met moeite uit. Onderwijl waa ds kleino fix terrier kwispelstaartend tegen me op komen springen en ten toeken van herken ning vroolQk beginnen te keffen- Heariotte netteen de situatie heel amusant te vindenalthans, me koket tegen den schouder tikkend, zei ze plagend: „Wees nu eens een galante jongen, Daan, en help me met m8n mantel. Ach, ach, wat ben je toch nog onhandig Nu zit die vervelenden haak ln mQn hsar vast." Ik was genoodzaakt me over haar heen te buigen en vlak naast haar te gaan staan om de haak utt haar aware haar te kragen. Daardoor moest zQ haar hoofd wat opzil houden en keek ze me met groo e, siraltnds oogen aan „Wacht éven," zei ze toen lk van haar af grig, „hier zijn mQa hand schoenen." En me vasthoudend, deed ze ze op haar gemak uit en koek Annette triomfantelijk aan. „Aacette," zei lk tot rnfln vrouw, voelend, dat lk elndelQk eens een verklaring van het onverwachte bei zoek geven moest, .mevrouw Hel- drlnck is zoo vriendelijk geweest me oen handje met het arrangeeren der bloemstukken in de receptiezaal te willen helpên en dezen ongelukkigen man wat gazelschap komen houden. U kunt zich niet voorstellen hoe eenzaam hfi rich gedurende uw afwezigheid ge voeld heeft," viel Henriette me ln de reda-en keek Auuette daarbij uitda gend aan. Toen, als had za haar spel nog niet ver genoeg doorgedreven, voegde ze er aan toe: „Laat lk u ln geen geval ophouden, als u naar boven dacht te gaan. U zult wel wat ver moeid van de reis zijn. Daan, Is^die vervelende biosmtst er nog nlot leis Ia-wanhopig» I»g er voor een heel klein oogen blikje op Annettes gezicht. Toen cam a» met 0BI1 besliste beweging haar hoed en mantel op en *#i„Dn» u zal er me niet bij noodlg hebben „MQa Have mevrouw Van Ackeren— „Mevrouw £1- look blQft bil ons dlneeten", zei li, ■- laatste poging aanwendend, out a-oetta te beletten heen te gaau. „Misschien als je over een poosje wat uitgerust ben „O, zeker niet, Daan," viel Henrietta me nogmaals ln de rede, terwijl ze Annette spottend aanzag, „'til heel niet noodlg, dat ik nn blijf. Laat mijn rljtnig maar even wachten". Mijn vrouw, die al op den drempel van de studeerkamer stond, keerde ïlch nu om. Haar gelaat was hard en kleurloos; maar se had hsar zelfbe- heerschlng weer volkomen terug en zei met een vriendelijk lachje„Toe, blijft u, mevrouw Heldrlnek. Ik had toch geen plan meer beneden te komen." Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1918 | | pagina 1