uUI^lifu ftK IUIm i 1 rrscr ^rrrL.,- nAincmnin ate iM\i inmini - N°a 125. Dinsdag 22 October 1918* iO50 jaargang» Steenkolen uit Amerika. I FEUILLETON HEREEN1GD. Versengat: Maandag', Woensdag- JM-dB Pk.. .A ^LAMLMtLm-rn K^[' m tl *.A «•- BewUsnummeri 5 cent. en Yrg dagavond. gi^.^^8 Advertentiën worden aangenomen Uitgave Blsaml. Venn. „Ooesehe Courant''. J Directeur ft. W.jivan Barnereld. tot 12 uur woormiddaga. Door Amerika is aan de Nederl. regeeriüg een aanbod gedaan om ge durende 12 maanden maandelijks 100.000 ton steenkolen te leveren. Deze kolen zouden door onze eigen, nu stilliggende schepen moeten worden gehaald. Deze aanbieding is in de meest welwillende woorden tot ons gericht. De indruk, dien men daardoor moet krijgen is, dat Amerika alleen uit bezorgdheid over onzen toestand en begaan met het lot, dat ons dezen winter wacht, zichzelf opofferingen wil getroosten, teneinde daarin tegemoet te komen. Deze plotselinge bevlieging van op dringerige genegenheid, waarmee we van dien kant niet zijn verwend, komt ons bijna te mooi voor om echt te zijn. In den tijd, toen we meer verlegen zaten door het kolengebrek dan thaus, is ons van die zijde geeu enkele tege moetkoming verleend en waren we bijna geheei afhankelijk van Duitseh land, dat ons daardoor zware voor waarden kou opleggen. Nu dpor gebrek aan grondstoffen veel bedrijven stil liggen en het kolengebrek ons minder beangstigt, ontstaat aan gene zijde van den oceaan zulk een groote toeschie telijkheid. Is men iu Amerika niet op de hoogte met den werke'.ijken toestand hier te lande Het zou niet onmogelijk zijn, wan neer we zien, hoe lang de gezantschaps- post aldaar door onze regeering onver vuld is gelaten. Ook de mededeeling, dat wij naar Duitsehland levensmiddelen moeten uitvoeren, waaraan hier te lande behoefte bestaat, wijst op een onbe kendheid met den werkelijken toestand. Er wordt nu immers niet anders uit gevoerd dan het overschot aan groenten. Aan deze misvatting hebben we ondertusschen het vriendelijke aanbod te dankeu, want het onwaarschijnlijke der groote tegemoetkomendheid krijgt een ander karakter, wanneer we de er aan vastgeknoopte voorwaarde lezen „De liegeering der Vereenigde Staten vraagt voor zich zelve geen compensatie van Nederland voor deze kolenvoor- ziening. De eeuige voorwaarde is, dat de Nederlandsche regeering de geboden gelegenheid benutte om deu uitvoer van levensmiddelen naar Duitsehland te slaken." Hier komt de aap uit de mouw. Door deze toevoeging, vervalt de ge dachte aan welwillendheid en zien we slechts een poging om de uithongerings- politiek tegen Duitsehland te versterken. Wij zoudeu hier dus kunnen profi- teeren van het misverstand, dat er in Amerika bestaat over onzen uitvoer van levensmiddelen. Wanneer men in Amerika wat eerder tot dit aanbod was overgegaan, dan zou ons dat, bij de toen gevoerde onderhandelingen met Duitsehland, in heel wat sterker positie hebben gebracht en minder belangrijke tegenprestaties hebben noodig gemaakt. Met een schoon gebaar was dan door de entente een belangrijk voordeel bereikt. Men heeft echter aan dien kant ons geenerlei tegemoetkoming getoond en ons daardoor steeds meer afhankelijk van Duitsehland gemaakt. Nu komt OorsprcakeiSke Boman door COSINUS. „Ik had den moed niet, mooi, nietwaar, alt men zooleta bekennen moet, ik had den moed niet om te beminnen en te li] den om meielve op te offeren en met mijn hsele wezen, mijn Idealen en gedachten op te gaan in het zijn van dien ander. De onge< zonde omgeving waarin wg, jij zoowel all ik, ïUn grootgebracht, heeft iedere earlgke opwelling, ieder begrip van loyaliteit in om verstikt 1' Plot seling verborg ze haar gezicht in haar beide handen eo snikte,0, ik had den moed niet dien roep van het leven te beantwoorden I" „Amelia," trachtte ik haar te kal- meeren, ,je bent een weinig over- spannen. Je bent nog wat vermoeid van je reis. Mijn beste kind, je beseft heaseh niet wat je beweert. Je hebt onmogelijk een verstandiger beslnit kannen nemen. Er zoa geen geschikter echtgenoot dan Van Sprang voor je te vinden zijn. Jeinltdieongelakkige dat aanbod wel eenigszins als mosterd na den maaltijd. Het voorstel is in dezen vorm bovendien onaannemelijk, daar onze regeering, als neutraal land, zich uiet kan verplichten, om ten dienste van den hongeroorlog, allen uitvoer van levensmiddelen stop te zetten. Het zou voor Amerika dus voldoende moeten zijn, dat wij daardoor vrijer tegenover Dnitschlaud komen te staan en niet genoodzaakt kunnen worden meer uit te voeren dan ons past. Teneinde de noodige scheepsruimte, die deze transporten zouden vergen, weer uit te sparen, wordt voorgesteld om het graan, dat wij uit Argentinië zouden halen, te betrekken uit Amerika, dat ons ook daarin alweer met alle welwillendheid tegemoet komt. Ook dit voorste] is niet zoo voor- deelig als het schijnt, wanneer wij zien, dat daarover van klaarblijkelijk des kundige zijde aan „N. Rott. Crt." wordt geschreven, dat de thans geldende graanprijzen in Noord-Amerika meer dan tweemaal zoo hoog zijn als in Argentinië, doch dat bovendien de artikelen in Noord-Amerika ongetwijfeld zullen worden toegewezen door de Food Administration, evenals dit thans ge schiedt. Nu beantwoorden de artikelen, welke Nederland door bemiddeling van de Food Administration ontvangt, noch wat de soort, noch wat de kwaliteit betreft, aan de voedingsstoffen, welke wij noodig hebben. Daarentegen is het in Argentinië nog mogelijk, de beste graansoorten tegen, in verhouding tot Noord-Amerika, zeer lage prijzen te koopen, zoodat de duurdere vracht ruimschoots door deu lageren prijs van het graan wordt gedekt. Het schijnbaar zoo genereuze aanbod valt bij nadere beschouwing niet mee. Misschien, dat Wilson genegen is, in de onaannemelijke voorwaarde eenige wijziging te brengen. Het moet ook hem eenige voldoening geven, wanneer hij zijn schoone theorieën eens ergens in praktijk kan brengen. Het kleine, neutrale Nederland, dat zoovelen her bergt, die als slachtoffers van den oorlog hierheen zijn gevlucht, komt daarvoor wel in de eerste plaats in aanmerking. EEN AANWIJZING De aanbieding van Amerika om gedurende 12 maanden elke maand 100.000 ton steenkolen te leveren, wanneer van onzen kant daarvoor de uitvoer van levensmiddelen naar Duitseh land wordt stopgezet, komt ons in verband met de onderhandelingen die thans worden gevoerd over den vrede met Duitsehland, niet onbelangrijk voor. Wanneer Wilson, die als 't ware de beslissing over het einde van den oorlog in zijn hand heeft, voornemens is de onderhandelingen met Duitsehland tot het door bijna ieder gewensehte resultaat te leiden, dan -zou een dergelijke eisch op dit oogenblik vrijwel overbodig zijn. Moeten we daaruit opmaken, dat de strijd nog wel -een jaartje zal voort duren of dat ook na den vrede de oeconomische oorlog zal worden voort gezet B. episode alt je jeugd gauw genoeg vergetendat gaat vanzelf hoe langer hoe meer tot hst verleden behooreu. Natuurlijk begrijp ik Ze draaide zich mat een ongeduldig gebaar om. ,Je begrijpt nists absoluut niets I* riep ze wanhopig nit. ,Je kant gelijk hebben," antwoordde ik kalm, „maar je bent nog jong en andere bloemen zullen spoedig in dat hartje van je ontluiken, 'tZijnde emoties van een terugkomst na een lange reis, die al deze herinneringen in je wakker geschnd hebben. Op reis scheen je dan toch anders gevoeld en gedacht te hebben." „Je vergist je, Daan. Omdat ik Aatje van Sprang Ze brak af, want een der knechten was de kamer binnengekomen. Zonder dat we 't gemerkt hadden, was 't bfina volkomen donker geworden. Vlug en handig ontstak de bediende de vele lichten in de luehters, sloot de blinden, plaatste het theestel voor den haard en legde een paar nieuwe blokken hout op hetrooster. Vervolgens werden de couranten en brieven netjes op een tafeltje gerangschikt, en ging de man ten slotte even geruisloos als hij ge komen was, weer weg, zonder ook maar even op te kijken. Amelie was weer op de sofa gaan zitten en bleef met gebogen hoofd Buitenland. De groote beslissing. Wjj levun in steeds grooter span ning, naarmate da wereldoorlog nadert tot het punt, waarop de groote beslissing zal vallen, dia niet alleen vasi invloed zal «iju op het varder verloop van de geweldigs worsteling, doch, man voelt hat algemene, ook cp de ontwikkeling1 vaB da geschiedenis dec geheels mocscbheid gedurende hst leven van dit en de eerstvolgende gcslach'on. Dat zich da naweën van dezen ailss ontrsdderendtn oorlog nog tientallen van jaren zullen doen gevost len in den vorm van drukkende lasten, daaraan twijfelt niemand, doch het zal verschil mskea oi-de volken dezen tol betalen ia het bawnotzSn, dat de wereld er in zijn geheel msa gebaat is of, dut men het z ware hart tellings- werk verricht oader nog cm- gunstiger omstandigheden op politiek gebied, daa vóór don oorlog bes'tondun en aanleiding gaven tot de groote catastrophe. Het la van groot belang, dat «r spoedig een einde komt aan den oor log en de nog overgebleven lavaada energie zich kan rlehien op de werken des vrede», doch van nog veel groote:' belang is het wsik einde dezo periode van strijd zal besluiten, want daarvan alleen zal het afhangen of ar ten slotte een moreel batig saldo kan worden geboekt, dat ruimschoots op weegt tegen het materieel verlies en de geleden smarten naar lichaam en ziel. Dat zuik een uitkomst uitsluitend kan worden verknagen door rniddol van een zulveien vrada door recht hebben wit reads meermalen als onze vaste overtuiging te kennen gegeven. Er kan daarbij geen specials sym pathie voor daze of gano oorlogvoe rende partü gewicht Sn da schaal leggen, daar hst bjj den vrede moet gaan om het welzijn van de gahesle menschheid, goeden en boozen, gelijk men ze overal en ten allen tijde on scheidbaar vermengd bjj allo volken dar aarde heeft aangetroffen. Ofschoon w(j ale Nederlanders neutraal sljn, hebben wg allen al* wereldburgers, als denkende en voelende menschen persoonljjk onze bijzondere neigingen hotzg ten gunste van de Centrale of van de Er-tante partij, waardoor ons persoonlgk oordeel inzake de groote schuldvraag in dezen oorlog wordt bepaald. Daaraan ontkomt niemand m hat is ook volstrekt niet noodig zich daartoe bijzonders mueite te getroosten Ieder heeft recht er zijn persoonlijk inzicht op na te houden m dit, waar het pas geeft, te verdedigen, doch wjj zuilen goed doen in deze dagen, waarin de groote beslissing schgnt te znllec vallen en de harten reeds met bjzondere agitatie vervalt, te beseffen, dat ons persoonlijk oordeel over de schuldvraag, hetwelk trouwens groo tec deels enkel op gevoelsgronden bernst en zich vormde naar aanleiding van allerlei troebele en onbetrouw- bare gegevens, zeer weinig ter zaka doet, dwar het er thans niet om gaat uit te maken wie het meest schuldig staat aan da wereldramp van 1914, (dasrover zal het nageslacht een jals- er oordeel kansen Tallen) doch het er nu slechts op aankomt, hoe het bast de mogelijkheid wordt geschapen tot verwezenlijking eener regeling, dis naar manochoiyke berekening een her haling van de doorleden ellende voor komt en bovendien een voortgezette loutering der politieke verhoudingen in de verschillende landen bevordert, tot toenemende geruststelling van alle strak voor zich kijken, terwijl ik de kamer op en neer liep. Eindelijk bleef ik voor hasr staan en zei„Mjjn besta Amelie, ik kan me indenken, dat er manschen sga, die zich er over verheugen niet in onzen stand geboren ta zjjn en die zelfs geen neiging vertonnen ooit in onze samenleving opgenomen willen worden; maar is men eenmaal er in, dan kan man niet zonder berouw tot een lagere klasse neerdalen, 't Is misschien onbillijk en had anders ingericht moeten zijn in onze maat- schappij, maar wiAr is 't ook. Daarom, 't eenige, dat je overblglt is, met het verleden te breken on 't absoluut trachten te vergaten." ,'t Eenige „goede", dat ik ooit ge had heb," hield ze koppig vol, «zal ik nooit vergeten.", „En toch xnl je 't, kindje," zei ik overtuigend„housch, je zult 't. Alles zal er toe ssmenwerken om tje zoo gauw mogeigk uit je geheugen te zettenje nieuwe leven, je echtgenoot, je huis, ja stand „Mgn God, Daan' stoof ze ineens op, „scheid au als 't je blieft eens nit met 't altijd over „stand" te he bi ben. 't Is je afgod waarover je zelf je leven veil soudt hebben en waaraan je reeds je vrouw's geluk geoffer^ hebt. O, kun jij, kunnen w(j on, eerlijke vredevriondea. Aan at-zulken hst hier te lande, zoowel bjjj j Daitichgesindcn als Ententevrienden, naar wg vertrouwen, niet ontbroken, doeh va» groots!' betaekanis is het, hoe hut in dit opsieht is gostald bjj do oorlogvoerends volken an wel speciaal in ds macht hebben do kringen. De groots beslissing toch zal afhan gen van da vraag' ot aan waarlijk vredelievende stemming de gamoa- daren bohearsebt vaa hen, dia doos hun positie in desa gewichtige aangele genheid te'beslissen hebban. Als hut goed wae moest hat boo uijn, dat da beslissingen, door do betrokken regeerlagon te nemen, een zuivers weerspiegeling waren va» den waarachtiger* volkswil, doch hieraan oatbrookt nog vaal, ook in do zooge naamde democratisch bestuurde lan den. Er wordt ook daar cog over te vaal njiohtsmiddcles beschikt, die het sulvers 'naald van hetgeen do masca dor bevolking verlangt niet cot zijn recht laton komen, terwijl msa boven dien maar al te zoor ds kanat ver staat het volk te leiden eö zijn „wil" met allerlei min- of meer nobele middelen te bewerken, gelijk bes in ds kraam van een zekere uit den naam des vol al regeerer.de kliek te pita komt. Achter het mom Van democratie zien wü de oude autocratische be geerten veelal nog voortleven en nog is hst geen gebod, dat ook do naam des volks niet gdelgk mag worden gebruikt. Da wereld ia in het groot niet anders dat; w(j haar allen is 'n klein maai* al to gosd kennen en evenals onze ge- wooB.msEschrlUke samenleving wordt ook da samenleving der volken ver giftigd door eea onafgebroken ga- huichel, waarbij ieder rich laat lolden door datgene, wat bjj ais zijn eigen belang boféhouwt, Toch schuilt er, in weerwil van deze bedroevende feiten, in ieder menseb een goede kern, ook al ligt ze dikwijls diep verborgen. Eo ook hier is bet by da volken in hun geheel nlot anders. Op deze goede kernen moet onze hoop voor de toekomst gebouwd wor den, Vandaar moet de levenwekkende kracht uitgaan, die de gevoelets van wrok en weerzin verdrjjft, all sombere wolken voor het doorbrekend zonne licht. Vandaar moet thans by allo volken, zander onderscheid, de on verbiddelijke wil zich verheffen, de wil om dezen oorlog, waarvoor zij hun hartabloed hebben moeten offeren, te maken tot een winst, niet voor één volk alleen of een bepaalde groep, doch voor de msuschheid in haar geheel, die slechts gebaat ls door een oplossing, welke aan do meest uiteen- loopeuda en tegenstrijdige belcngen voldoening schenkt. Of da uitzichten op zulk een beslissing die op den duur wel komen zal, daar de wereld er behoefte aast heeft thans reeds groot zgn, moeten wij blijven betwg- felen. Wg leven, terwyi wg dit schrgvea, nog steeds in afwachting van het tieut we-Duitsche antwoord, waaromtrent reeds veel tegeostrydigs is gemold. Zoolang wö den volledige» en juliten tekst echter niet voor ons hebban kunnen wy alle beschonwlugan op dit punt veilig achterwege laten. Ia leder geval staat het vast, dat dit antwoord voor ons esn nieuwe vingerwijzing zal z8o omtrent da richting, waarin de groote beslissing zal vallen, of het, in de naastliggende toekomst zal zy»'oorlog of vrede an indien eie kansen op cam spoedigen dan maar niet om' ons dwaas voort oordeel hassszasten Wat is 't toch, dat ma belet ta handelen zooals ik 't voel. Ik vind dat idea van stand öe- •pottelijk en toch ach, had lk maar lots van myn moeder ln me, mis schien „Gerechte hemel 1" riep ik verschrikt uit, terwyi Hoüo/é'j vrouw ma in de gedachten kwam. „Ja, had ik maar iets van myn moeder, slechte, veelbesproken vrouw die se was, ia me, een hsel klein ietsje van dien goddelljkon vonk, die orq vrouw met vreugde ziebaelve doet weggeven, zonder tevoren te wegen wat ze er voor in de plaats kan krflgoa 1 Maar ik kan nietAh, dat doet zeerJe ziet 't, nietwaar, ik kan niet, al zou ik 't willen. En dat komt, omdat dat ietsje niet la me is, omdat er geen druppel gezond bloed meer in ons is, vergiftigd als 'tis door wanbegrippen, die God weet hoeveel generaties angstvallig aan gekweekt hebbent ,'t Gaat nu wel wat melo dramatisch klinken, vindt je niet vroeg ik droogjes. Ze keek me met een paar ernstige oogen aan, waarin een zekere min achting voor een niet'knnnen'begrü- pen lag. „Het leven is ook bón melo drama, vrede er door stijgen, of c.e wereld dun aal mogen rekenen op een vrede, die aan do elschen als hierboven om schreven, zal kunnen voldoen. Hiervoor zal ds vorautwoordeljk- hsid grooteudaels rusten op de schou ders der geallieerde!! en Amerika. Hopen w$ dus, dat men daar in deze dagen over voldoende kslmtan en inzicht beschikt om het belang der gaesche wereld te dienen. In afwachting van Duitsehland's antwoord. Ds Voss. Ztg. schrijft d.d. 18 Oct.: Naur wy vernemen, zal hes oorlogs- kabinet vanavond »yean komen om over het daaraan voorgelegd ontwerp der antwoordnota aan Wilson te bo- raadilagen. Voorts bestaat het voor namen, d® nota ook dea leiders der Rfjksdagp&rtyeu ter goedksnring voor to leggen. Zoo dit morgen geschiedt, zullen waarechyniyk ook vertegen woordigers der onafhankelijke sociaal democraten aan de besproking deel nemen. Dit geschiedt ook op uitdruk- kolyken wol ach dezer pang. De afga; vaardigden Haase en Ladebour zij 11 vandaag bij dan president van den BQksdag Fohrenbach geweest en heb ben hem den wsuseh der oualbar.'se- ïyko soclual-democrdten medegedeeld, deel to nemen aan ds parlementaire beraadslagingen over de antwoordnota, teneinde den eenparigen wil des volks tot da noodgedrongen verdediging tot nitlBg te brengen. Wilson's antwoord aan Oostenrijk- Hongarije. In s$u antwoord aan Oostenrijk vestigt Wilson de aandacht op de plaats in zijn toespraak van 8 Januari met de strekking, dat het volk van Oosten' ryk-Hoagarjje de meest vrije autonome ontwikkeling most worden toegestaan. Eveneens vestigt hij er de aandacht op, dat de Vereenigde Staten den Tijecho Slowakicheu raad als een de facto oorlog-voerende regeeiing heb ban erkend zoo goed als de rechtmatige Zuid-Slavische nationals begeerten. De president kan derhalve geen vrijheid vinden, een autonomie zonder meer dezer volken ais grondslag voor den vrede te aanvaarden. Binuenlaad. Zachte zeep. De minister van landbouw, ny ver heid en handel hoeft tot de gemeon. tebestureu een circulaire gericht waar. in hij mededeelt, dat, na de thans plaats vindende distributie van zachte seep, by de zeepfabrieken geen vol doende chemicaliën beschikbaar sfju om de voor de volgende 4 wakeiyk- sche periode benoodigde hoeveelheden zachts zeep te kunnen leveren. Ten gevolge hiervan is het isoodEa- k»]{jk de volgende periode van 4 weken voor de distributie van zachte zeep over te slaan. Ter vervanging van het zachte-zeep- rantsosu zal gedurende de maand November door het Bykskantoor voor zeep op de gebruikelijke wijze een extra rantsoen van 62 V» gram zeep poeder met eeu vetzunrgehalte van 10 pet. en vaa 100 gram harde zeep met een vatzuutgehalte van 25 pet. worden beschikbaar gestald. Ia Novembsr zal dus, behalve de reeds ln nitzlcht gestelde distributie van 100 gram harde zesp met mine rale bestauddeelen, welke, naar hy hoopt, ook reeds in die maand zal kunnen aanvangen, bovenbedoeld extra-rantsoen woeden toegewezen. Daan, en wel omdat wü kan» er toe gezien hebben het tot het grauwe niveau van bezit en stand terng te brengen," antwoordde ze bedaard en op een toon als beschouwde ze het onderwerp voor afgedaan. „Drink je een kopje thee, Ponkje vroeg ze naar do theetafel toegaand. „Dank je wel, kind." „Ik ook niet. Hoe vaak drinken wa eigenlijk tbee thnie of zijn we thuis om 't ta doen? En zjü we al eens een keer thnls, hoe vaak komt 't voor dat we er voor inde stemming zijn?' „Niet dikwijls, Amelie." „Wat gebeart er met al da thee, die we niet drinken en met al de koekjes, die onaangeroerd blQven lig gen, Peukje?" „Ik veronderstel, dat de bedienden daar wel raad mee zullen weten." „Johan neemt ze zeker voor Anna mee naar beneden, denk je niet?" „Waarsehflniyk 1" „Zouden we Johan dan niet teleur stellen door geen thee te zetten?" „Zoo'n vaart zal 't wel niet nemen, kindje Ik kwam naast haar te staan en staarde in het vroolQk knappende haardvuur met sijn rood-kronkelende vuurtongen. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1918 | | pagina 1