11
No. 77.
Art. 26.
Aan hen, die bij den Raad bezwaarschriften hebben
ingediend tegen hun aanslag, wordt de gelegenheid gege
ven hun bezwaren voor een uit en door den Raad be
noemde commissie mondeling toe te lichten, indien het
verlangen in het bezwaarschrift is uitgedrukt.
Zij dienen den Raad op de bezwaarschriften van bericht
en advies.
Art. 27.
Voor belastingplichtigen, die wegens overbrenging van
hoofdverblijf naar elders recht op ontheffing hebben, wordt
het bedrag daarvan vastgesteld door den Raad, na opgaaf
door den belanghebbende van den tijd, waarop deze over
brenging heeft plaats gehad.
Voor belastingplichtigen, die overleden zijn, wordt het
bedrag der ontheffing door den Raad vastgesteld op ver
zoek van één of meer van de erfgenamen of rechtver
krijgenden, na opgaaf van den datum van het overlijden.
Art. 28.
De invordering der bij deze verordening geregelde be
lasting geschiedt overeenkomstig de heden vastgestelde
verordening op de invordering van den hoofdelijken omslag
in deze gemeente.
Art. 29.
Deze verordening op de heffing van een hoofdelijken
omslag wordt voor de eerste maal toegepast over het
belastingjaar 19161917.
De thans geldende bepalingen omtrent de heffing en de
invordering van den hoofdelijken omslag worden niet
verder toegepast dan over de eerste 4 maanden van het
belastingjaar 1916, waarna zij zijn vervallen.
Zijnde aan deze verordening de vereischte goedkeuring
verleend bij Koninklijk besluit van den 6 Mei 1916, No.
72, met bepaling, dat de invordering zal geschieden naar
de voorschriften der in de Raadsvergadering van 17
Februari 1916 vastgestelde