N°. 48 1916
Donderdag 20 April
103
jaargang.
de
FEUILLETON
Het Geheim
van de „Neptunus".
Be uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en'Vrydsgavond
uitgezonderd op feestdagen,
frjs per kwartaal, in G06* f 0,7e, oaiten Goon, franco f iaSS„
Afzonderlijke nommers a cent,
ïa*8üïellng van advertentie op Maandag;, 'Woeauuss
en VRÏJDA.Q vóór ISt uren.
De prjfi der gewone adverteatlSn It van 1-5 regel. SO ct., elkeregei 10e«
Bj directe opgaaf vsa drlomaal plaatsing derzelfde adverti rdt
de pry. Biecht, tweemaal berekend,
Geboorte-, buwoiyk- en doodsberichten en do daarop b rekkio - bol ende
dankbetuigingen worden van 1—10 regsls f I,— bvréV-mï
Bewfinumnwrz' ïgccst.
Xeleloonniuanacf 8f.
o'itgsva van «ia Naassl Veascotsekap „G tss«k« Cowrast". Biiaiteur Of. W. tam Babnsvblp.
Onze lezers zullen vermoedelijk ken
nis hebben genomen van de circulaire
door onzen minister van Binnenland-
sche Zaken gericht tot de districts
schoolopzieners, waarin de heer Gort
van der Linden er de aandacht op
vestigt dat het kwaad der tuchteloos
heid, waaraan ouderen zoowel als jon
geren zich bezondigen, beter is te voor
komen dan te genezen en dat het hem
daarom toeschijnt, dat de lagere schooi
hij de bestrijding van dit kwaad een
gewichtige taak heeft te vervullen.
Inderdaad, het wordt tijd, dat aan
de tuchteloosheid onzer jeugd eens paal
en perk worde gesteld.
l)at de jonge Nederlanders ruw en
baldadig zijn en dikwijls leelijke dingen
deen, valt nie' moeilijk te bewijzen.
Glasruiten inwerpen van onbewoonde
huizen is een spelletjede lieden, die
er maar iels buitengewoon uitzien in
kleeding of voorkomen, na te roepen
en uit te schelden is een heele aardig
heid. Is er sneeuw gevallen, dan kan
men dagelijks de beminlijke handel
wijzen van deze hoop der toekomst
opmerken. Sneeuwballen gooien is op
zichzelf een onschuldig genoegen, als
men elkander werpt, maar dat doen de
lieve jongens bij voorkeur niet. Zij
vinden het een genot, van de half
ontdooide en vuile sneeuw stijve ballen
te kneden, om die bij voorkeur naar
weerloozen te werpen.
Het is een goede gedachte van den
minister om de hulp van onderwijzers
bij het lager onderwijs in te roepen
tol beteugeling van dit kwaad, dat in
de laatste jaren werkelijk ernstige
afmetingen heeft aangeuomeu
Zal het helpen
Daar komt ons in de gedachte een
noodkreet uit dat personeel van het
lager onderwijs zelf. Het is nog niet
zoo heel veel jaren geleden, dat er een
brochure verscheen, waarin bescherming
voor de onderwijzers werd gevraagd
„tegen bedorven, doortrapte deugnieten
in de school en tegen kwaadwillige
ouders." De brochure was van een
Amsterdamsch schoolhoofd, den heer
Gerhard.
De heer Gerhard, een man die veel
gereisd heeft, vindt dat de Nederland-
sehe jeugd veel ruwer en baldadiger
is dan de Zwitsersche, Duitsche of
Oostenrijksche.
Het merkwaardige in deze brochure
is, dat er uit blijkt, dat men van
paedagogische zijde niet ongenegen is
aan te nemen, dat het oude voorschrift,
volgens 't welk de roede niet gespaard
moet worden in de opvoeding, mits
zonder overdrijving toegepast, ernstige
29
„Ifc zie dat niet ln, want alles in
aanmerking genomen, ben ik geneigd
te gelooven, dat mevrouw Vorschoyle
een lengen verteld heeft."
,0, das je gelooft, dat zy dien
avond wel aau boord van de „Nep
tunus" kwam
Ronald knikte.
„Maar er is geen bewUs."
„Neen," zei Ronald ernstig, „maar
Roper's theorie, dat ze haar kamer
verliet, de deur sloot en toen te ug-
kwam, zonder dat Iemand haar zag,
lijkt mo 't meest waanehyaljk."
„Welnu, de zaak is eenvoudig
genoeg. Ga naar juffrouw Cotoner of
markies Vassalla en vraag hun of
mevrouw Ver.choyle aan boord kwam.
Zfi weten 't zeker.'
Ik geloof niet, dat Juffrouw Cotoner
er "iet. van weet," zei Ronald wrevelig.
Als io ratio had met haar zuster
vóór se 't thul. verliet, kun je er
zeker van zjjn, dat mevrouw Ver
.choyle aan boord kwam. Zy weten
't zeker."
Ik geloof niet, dat juffrouw Cotoner
er "iets van weet,' zei Ronald wrevelig.
Ala zo ruzie had met haar zuster
vóór ie 't huis verliet, kan je er
zeker van zjn.dat mevrouw VerBohoylo
op de boot niet in haar nabijheid
kwam.'
overweging verdient.
De school ontvangt vele lievelingen,
die thuis moeilijk te. regeeren zijn, of
zonder toezicht langs de straten heb
ben gezworven, soms reeds volleerde
deugnieten zijn geworden, en de ou
derwijzer moet maar zien, hoe hij het
met hen redt.
In de brochure vindt men het ver
haal van een beminnelijker) jongen,
die vloekte tegen den klasse onderwijzer
op ergerlijke wijze, dezen dreigde met
de vuisten en het hoofd der school,
die er bij geroepen werd, in de hand
beef.
Nog meer kijkjes uit de school
Een jongen wil op de aanmaning van
zijn onderwijzer niet uit de bank ko
men. Deze durft hem uit vrees
voor bestraffing door zijne autoriteiten
eu vau ontslag misschien niet aan
raken. Hij roept het hoofd; de jon
gen weigert, nog. Want de booswicht
weet meestal wel, dat de onderwijzer
zich in gevaar begeeft, als hij hein
een weinig onzacht aanraakt en maakt
van zijne bevoorrechte positie misbruik.
En ten slotte zijn de onderwijzer en
het hoofd der school genoodzaakt de
bank met den jongen op te nemen en
buiteii het lokaal te zetten
Op een andere school een soortge
lijke jongen.
Het hoofd roept een politieagent
en deze (die meer mag doen dan een
onderwijzer) pakt den jongen wél beet
en haalt hem uit de klasse.
Eeu jougen is brutaal. De onder
wijzer raakt hem niet aan, maar laat
den vader roepen deze komt en geeft
zijn zoon iu de school een ferin
pak.
In dat laatste geval bestond wel
dat ideaal van alle paedagogen de
schoonste samenwerking tusschen school
en huis. Maar dikwijls ontbreekt die
en heeft de onderwijzer niet minder
te stellen met de ouders dan met hun
veelbelovende spruiten.
Daarom vroeg de heer Gerhard be
scherming voor de onderwijzers tegen
bedorven, doortrapte deugnieten in ilc
school en kwaadwillige ouders.
Zoover zijn wij dus gekomen met
onze paedagogische wijsheid cu onze
schoone redeneeringen over de school,
het heil der jeugd, enz.
Dat hebben de oude schoolmeesters
stellig niet voorzien. Want zij waren
schoolvorslen en de plak en de roede
waren het teeken van hunne waardig
heid. Misschien hebben zij ze te veel
en te goed gebruikt en daarvoor boe
ten thans hunne opvolgers.
De schoolmonarch is afgezet en als
een modern schoolhoofd niet terecht
kan met een weerbarstigen jongen,
doet hij een nederig beroep op een
„Maar juffrouw Cotoner kan haar
zuster toch wel geilen hebban."
„Dat kan wel, maar ik vraag't haar
niet."
„Wel, waarde vriend," zei Postor,
wien deze sentimentele koppigheid
min of meer begon te vervalen. „Vraag
't dan aan Vassalla."
„Ja, dat zal ik doen. Hij is ln staat
me te zeggen, of mevrouw Veroehoyle
aan boord kwam of niet."
„Ongetwjfeld als 't hem gelegen
komt, het je te zeggen hernam
Foster droogjes.
„Wat bedoel je?" vroeg de Aus-
Btraller ongeduldig. „Je denkt...."
„Ik meen of denk niets," hernam
de ander. „Ga naar den markies en
vertel me, wat je te weten gekomen
bent."
„En dan?"
„Wel, van zijn antwoord hangt
voor 't oogenblik alles ai."
„Dan zal lk er onmiddellijk heen
gaan," zei Ronald H(j nam z(jn hoed
en handschoenen, riep op straat een
rijtuig aan en Het zich naar het
Langham hótel brengen.
Vassalla zat in zyn zitkamer te
ontbijten, toen men hem Montelth's
kaartje bracht. Garmela was met Sir
Mark uitgegaan, dus was de markies
gerust, dat ze elkaar niet zouden
ontmoeten. Hij vreesde die ontmoeting,
want dan konden er wel eens uitleg
gingen plaats hebben, die zQn wel
doordachte plannen ln de war zonden
staren. Toen hij het kaartje bekeek,
bedacht hl) tegelijkertijd, welke de
reden van Ronald's bezoek zou kunnen
politieagent als er een in de
buurt is.
Of wij die oude tijden tcrugwen-
scheu f
Neen, stellig niet, ir.oar toch zcu
het ons niet verwonderen, als op het
beroep van den minister op de onder
wijzers een tegeuverzoeh volgde, om
wat meer macht van den onderwijzer,
wat betreft het tuchtigen van een
deugniet.
Buitenland
Co strijd in en bulten Europa,
De Verasnigda Staten van Amerika
vormen een neutra,0.! gebied, ma t hst
mearnndacl der bevolking daarvan
heeft zich allerminst op een neutraal
standpunt geplaatst.
Jaist doordat het Amerikaan sehe
volk een verzameling is van vertegen
woordigers van de meest verschillende
nationaliteiten, doordat daarin Engel-
eeheit en Daltschsrs, en de afstamme
lingen daarvan, hun eigen karakter
en da liefde voor het oude vaderland
hobbon behouden, moeten in Amerika
wel de meeat verschillende sympa
thieën tot uiting komen.
Zij, die aan den overkant van den
oceaan iu dezen oorlog basltst party
gekozen hebben, zyn ratuurlyk inde
allereerste plaats de Dnitseh- Ameri
kanen en de Eogelsch-Amerikanen.
Amerika telt ze by müdosnen en
het is dan ook niet te verwonderen,
dat de etryd, die ln Europa door het
zwaard wordt ul'guvoehton, in Ame
rika op felle wijze door het woord
en de pen wordt gevoerd.
Maar juist die verschilleads diep
gewortelde sympathieën en antipathie
ën onder het Amerikaansche volk
maken een directe inmenging van
Amerika ln den huldigen strijd zeer
onwaarsehjolijk,
Want een openiyk part® kiezen
vau da Atnarikaauscheregoeriug voor
oeu der strijdende combinaties zou
onmiddellijk tot gevolg hebban, dat
de bevolking ziek iu twee groota
groepen tegenover eikaar stalde. Ern
stige ongeregeldheden soudan niat
uitbiyven en ds Amerikaan scha troe
pen zouden in het land zelf een zeer
zware taak kanoen krijgen.
Streeft de regeering er dan ook in
het algemeen tiaar, den vrede te be
waren, het is begrijpelijk, dat de
Engolsch Amerikanen, bjj dan tagoii-
woordigen stand van het krygsbadrü'f,
niets llaver zonden zien, dan dat
Amerika aan de eindelooss wisseling
der nota's een sinds maakte en zoo
spoedig mogeljk alle voorbereidende
maatregelen trof om Duitsehland op
krachtiger wijze de or tevreden held
van eon groot deel der bevolking
kenbaar te maken.
Thans hebben vjf honderd der meest
aarzienlBkeu uit de Ver. Staten een
adres tot de volkan der geallieerden
gericht, waarin aj rechtstreeks de
zijn. Hjj zei den kaliber, Ronald naar
boven te geleiden en ging door met
ontbytea.
„Zijn komst moet een rod6n hebben,"
mompelde hy. „Ik zal 't gauw gevoeg
weten. Maak j« niet druk. Monteith I
Vriend of vpand, 't is my hetzelfde."
Hy stond met een raadselachtig
glimlachje op, toen de Australiër bln-
nsntr&d, en reikte hem de hand- Da
ander nam haar na een lichte aarze
ling aan, dis door den sluwen Mal
tezer werd opgemerkt.
„Hm", dacht hij, niat vriendschap-
peiyk," Ronald ging zitten, bedankte
voor het ontbijt en begon te praten.
„Juffrouw Cotoner is uit," zei hy
kooltjes.
„Ja, met Sir Mark an zyn dochter.
Weuscht u haar te spreken?"
„Neen. ik kwam voor u."
„Voor mij De vreemdeling haalde
de wenkbrauwen op. „Wel, ik bon tot
uw dienst."
,'t Is omtrent den moord, die op de
„Neptnnns* plaats had," zei Ronald,
recht op zyn doel afgaande.
„Inderdaad een aeor interessant
onderwerp.Hobt n reads iets ontdekt
„Ja, wa habben een menigte aan
wijzingen."
„Die tot de ontdekking van de
misdaad zullen lelden
„Ik weet het niet," zei Ronald
kortaf.
„Dat zou jammer zya. Kan ik nop
eenige wijze van di6nst zyn
„Ik denk hat wel."
„Dan kunt u over mS beschikken,"
hernam de markies beleefd.
party der entente kiezen.
Wö, burgers van de Vereenigds
Staten, zoo heat het daarin, zender, u,
volken der geallieerde landen, dit
schrfjvtn.
Oss oordeel steunt n in uw pogen,
onze tympathie t-n hoop is met u en
uwe bondgenootea. Wfi spreken de
meenirg en hot gevoel nit van de
overweldigende meerderheid der Ame
rikanen. Hot Is onze plicht, eindelijk
niting to geven aan de gevoelens vsn
solidariteit me'. h»n, die e'rtjdec voor
de vryhsden der wereld en voor de
hoogste beschaving. Fes Amerikaan-
sehe geweten kan niet stilzwygen en
niet de kans loepen neutrca! tosehlj
con, zonder aau zijn eigen integritek
en san s(in eerbied zichzelf te kort
te does. Wfj zyn ons bewust van da
groots bydrsgen, file DultEcbland gaf
voor den gemeensehsppeiyken schat
der moderne beschaving, doch het
belang van dia beschaving en do
hoog3ta belangen van Duitsehland zelf,
eiachen, dat iu dezen Etrfid Duitsehland
en Oostenryk worden verslagen, wolk
resultaat w_fi met vertrouwen an hoop
tegemoet zien.
Da inval in België is een misdaad,
die nooit kan worden gerechtvaardigd
en hst geweten van het Ataeriksansehe
volk schreeuwt een protest uit togen
de misdaden door do centralou begaan
en tegen hun wij re van oorlogvoeren.
De heiligheid der gesloten trsotaten
en do reeinen der kleine naties, de
vrasg of hot militarisme zal heerschen
over de besobi-.vicg, dit alles is be
grepen in do eindbeslissing.
Eeu vrede moet tot herstel van
België leiden en tot erkenning van
de rechten der klaioo naties ln Enrops.
Het adres eindigt met het geloof
nit te spreken, dat het oneees der
geallieerden het herstel van België
on Servië en de onderdrukking van
het miUtalrlsme met zich zal brengen,
wpardoor de toekomstige beschaving
gediend zal worden.
Men ziet hot, 't adres van doze
vyfbonderd burgers van een neutraal
land is allesbehalve onp&rtydig en
geeft de duldaiykstekenteakenen door
een op den voorgrond tredende groep
Engekeb-Ams. iksrou te zyn opge
steld.
Welke zijn nu de plannen van da
Amorlkasnsehs regrering?
Van Engelsehe zijce wordt nadruk
kelijk betoogd, dat het tjdpork van
wisseling van nota's mat Duitsehland
zyn einde nadert ea dat Amerika op
het punt staat, naar de wapens te
grypen.
Da jongste nota van de Duitsche
regeericg heeft, naar men in Amerika
van oordeel is, eau zeer onvoldoende
antwoord gegeven op de Amerikaan
sehe vragen, betreffende het torpe-
deeren van een zestal mot same ge
roemde schepen.
Voornamelijk de Eagelsch Ameri
kanen, dia niets liever zouden zien,
dan dat Duitsehland ond6r Amerl-
kaanschen druk, zyn dnikbooton-aetie
„Dank u. Ik zal gaarne van nw
aanbod gebruik maken," zei Ronald,
naar het onbeweegiyk galaat voor
hem starend. Vassalla boog, ea da
srmea over elkaar alaaade, ging hy
achterover ln zyn stoel liggen om ts
luisteren.
„In da eerste plaats," zei Ronald
„Kende u hem
Vassalla schudde het hoofd.
„N3en, ik had niet de eer meneer
Ventin te kennen."
„Zijn naam was niet Ventin."
„Inderdaad?"
„Noeo.Hy was Leopold Versehoyle."
„Leopold Vorschoyle,herhaalde de
markies, hem scherp aanziende. „Dat
is de naam van den man, dia mjn
nicht huwde."
„Ja, en van wien zy daarna ge
scholden werd.'
„Juist," zei Vassalla. „Ik zie, dat u
er alles van weet, dus is hy de man,
dio vermoord werd
„Ja, en ik besloot den moordenaar
op te sporen."
De wenkbrauwen van den markies
werden ongeioovig opgetrokken.
„Ik hoop, dat u zult slagen," zei
by beleefd, „msar waarmee kan ik n
van dienst zyn
„Kent u iemand, die naar zyn dood
verlangde
„Nten."
„Zya vrouw ook niet?"
Vassalla sprong driftig op en keek
Ronald doordringend aan.
„Dat is een beleedlgiog, meneer,"
slsta hy tnssehen do tanden. „Durft
u myn nicht van die misdaad be-
op minder krachtige wijze vee ,e, of
wel geheel opgaf, doei; al hun best,
hot geheels land van de opv ting la
doordringen, dat een vriendschappelijk
antwoord thans niet meer op zfin
plaats is.
In de laatste dagenliesfthst.'gent-
sehap Reuter dan ook, biykbaar om
daarmede in Duitschlar tadrnk te
m°ker., verscheidene b -levamm - e-
pnbliceerd, waarin weijiod' .ocLeld,
dat de thans door de Amerifc:T>ril'ehe
regeering te zonden nota in werke
lijkheid de allerlaatste zou zyn.
Evenwel, met het oog op de zeer
verschillende sympathieën ln Amerika,
es tevens op don diplomaat Wilton,
die bö sgn a.s. herkiezing ook da
stemmen der Dnitseh-Amerikanen oe-
dig heeft, gelooven w,'i riet, d:.t bet
met een Amerikaanseh-Duitrel oor
logsverklaring zoo'n vaart zal lc
Wilson, de echte diplomaat, dost
natuurlijk weer haal geheimzinnig,
verkondigde aan een feestmaal te
Washington,dat hetjsyninnigst'. w-uso.'
la, Amerika bulten den alr?d te hou
den, maar vroeg onmlddeüyk das'
of zfin gehoor feoreid was, don str;
te voeren wanneer deso in het belang
der mensehheid noodzakelfik moch'
zijn.
Door dergeiyke redevoer i- "o:r wor
den zoowel de Duitscb- alt ds En-
golsch-Amerlkanen tevrëBen gesteld
en al twyfelan wy er niet aan, dat do
in de naaste toekomst rog te verzen
den Amerikaan sehe cota'E op krach'igo
wyze een beperking van don dutkboo-
tenoerlOK zullen bepleiten, dat hst tot
een openiyke brenk tuaaeiien Amerika
en Duitsehland zal komen, achter wy,
met het oog op do zeer sterke, doch
verschillende, sympathieën oude0 de'
Amerikaansche Bevolking zelve, ze r
onwaarschyoiyk.
De Biand van het krfgabedrBf v>: i t
voor hadan geen afzonderlijk*
«prekiag. Slechts verdient vorm ;:ai:
dat do DuiSsehers opnieuw tueicbon
da Maas en de Douanmoat hebben
aangevallen. Ten Z. van het Ch ,uf-
fourbosch, dat svau ten W. van hst
dorp Dontamont is gelegen, kwam
het tot infanterie gevechten. Hier
wisten de Dultachera eenlg terrein
te winnen.
De volgende telegrammen taekonen
don stand van het krijgsbedrijf.
Parijs. Op den linker Maasoever
krachtige beschieting dor Fransihi
stellingen in hot Bosch van Avoeonrt
en op het front Mort Homine Cutnlèr 'S.
Op den rechter oever io het betrek
keiyk rustig gebleven, behalve in de
streak ten Z. van het boseh v»P.
Haudromont, waar de artillerie vrij
groots bedrijvigheid heef ontwikkeld
Petrogad. Op het front aan de
Dnna heeft de Dultseha artillerie ho
bruggehoofd van Usknul en onze
stallingen ten Z van Garboooowka
beschoten.
In do Btreek ton Z. van Duuabnrg
ecbuldigtn
„Ik beschuldig niemand," antwoord
de Ronald koeltjes. „Ik vroeg u slechts
of zyn vrouw om zijn dood e ard
zou hebben."
Vassalla Hot zich met sen nydlg
lachje weer ln zyn stoel vallen.
„Op myn woord, meneer," zei by
sarcastisch, „ik ken u eigenljk het
reoht niet toa, me over zuiko dingen
te sproken. Maar daar u er zoozeer
op gesteld sehynt, het te walen, wil
ik 't u wel ïfggen, dat ze er inner-
daad zesr bedroefd om zou zjja ge
weest."
„Dus dan beminde zy hora nog
steeds?"
Vassalla richtte de oogan naar het
plafond.
„Hartstoehteiyk."
„Dat is vreemd," zei Ronald ironisch,
„daar ik een document in mjn z't
heb, vyf of zes jaar geleden gesohio
ven, waarin zo hem dreigt, hem te
doodep."
„Inderdaad, en hoe hebt u dit doca
ment bekomen
„Ik vond het tusschen papieren, din
Versehoylo aan zyn zuster, mevrouw
Tauoton, In bewaring had ge.ïevc
„Ah I" Vassalla dacht een oogenblik
na: dit was dus da rsdr-n, dat m ;a
mevrouw Taunton on Ronald zoo v aak
samen zag, 't Waren zaken en geen
Heide, dio hen byeenvor de H; zou
in elk geval zorgen, dat Carraola 't
niet hoorde. Na een oogenblik na
denken» keek hy zyn tegenstander
onbevangen aan.
Wordt vervolgd