N°. 16 1916
Zaterdag 5 Februari
103do jaargang.
Bij dit no. behoort een
Bijvoegsel
44 FEUILLETON
Oe verwisselde Kisl
Deluitgave des er Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en'VrydagiVond
uitgezonderd op feestdagen.
Prjjs per kwartaal, in Goes Jf 0)78! halten Goes, franco f I^S.
Afzonderlijke nommers cent.
Inzending van advettentlën op Maandag, Wcenndag
en VRIiöA-ö vóór 13 hïöe.
De pr{8 der gewone advertentlên is van 1-5 regels 50 ct., elke regel meer 10 et.
B8 directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prys sleohts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwel?k- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden vaa 1—10 regels 1,— berekend.
UawSsnnnunert 5 sent.
Telefoonnummer 88. Birestaw G. W. yah BkBNavsi.ii. Uitgave vaa de Naam!. VewBootsskap .Seessha Comraat Beofdredtteteur W. J. C. yah Sahtbh
vnldige beschouwingen aanleiding
gegeven.
Ben gezaghebbend rechtsgeleerde
verklaart in da Westminster Gazette,
dat een schip, dat eenmaal is prQs-
gema&kt, behoort aan het land, dat
prjsmaakto. De Appaia" moet dns
behandeld worden also! hat nimmer
een Engelsen vaartuig ie geweest.
Volgons do Hasgsche conventie mogen
prezen, die om geldige redenen in eon
centrale haven vlnchtten, daar niet
langer blijven dan den tyd, dat sfl
daarop recht hebben, op straffe van
teraggave aan da oorspronkelijke
eigenaars.
De Duitseho gezant Bernstoiff heeft
Lansing in allen vorm medegedeeld,
dat de „Appam" als prijs binnenge
bracht was volgens de bepalingen van
het Prnisisch-Amerikaaosche tractaat,
dat haar bezit aan da prjjsmakers
waarborgt.
Het komt er dus maar op aan, hoe
de Amerikaanscbe regeering het
schip beschonwt.
Dat het vrijwillig vertrekken zal, is
niet waarschijnlijk en van Daitsche
zijde is bij het opbrengen naar Amerika
natuurlijk de hoop gekoesterd, dat hot
daar tot na den oorlog voor Duitsch-
land zou worden bewaard.
De bemanning rekent or blijkbaar
op, in Amerika geïnterneerd te wor
den, ook do 20 krijgsgevangenen, die
kort te voren op de .Appam" naar
Engeland onderweg waren.
De laatsten schjjoen er in allen ge
valle niet rouwig om te zijn.
Zooals wij reeds mededeelden, mili
taire waarde heelt de vermeestering
van da .Appam" niet.
Maar waar van Engeische zijde
steeds zoo hoog van het volkomen
behearschen dar zee wordt opgegeven,
ia de actie van do „Möwe" een staaltje
van durf en onverschrokkenheid, ds.t
zelfs in da vüandsiyke landen niet
anders dan als zoodanig erkend is
geworden.
Belangrijk nieuws van een der slag
velden is er niet.
De volgende telegrammen geven
voldoende den stand van hst krijgs
bedrijf weer.
Londen, De vjand beproefde een
overval op onze schansen bfj den weg
van Yperan naar Pllken. Wg weer
den dezen aanval at.
Weenan. Voor de brugschans ten
N.W. van Uscieczko dwongen wij den
vijand door mUnontploffingen tot
ontruiming van zijn voorste loopgra
ven.
Weenen. Ia het Suganadal ten
W. van Boncegao sloegen wij ver
scheidene aanvallen van Italiaanschs
bataljons af.
Rome, De vfj&nd desd vruchtelooz9
aanvallen op onze stellingen tan N.O.
van Mozi.
Petrograd. 8turmer, de in da
plaats van Goremkln opgetreden Rus
sische minister president, heeft ver
klaard, dat hfi den oorlog tot een
goed ciudo wil brengen en niet in
een afzondeiljjken vrede zal toestem
men.
Londen, Het volkomen onjuiste
verslag in het officieele telegram uit
BerLJn, waarin zoogenaamd de uitwer
king van den Duitschen luohtaanval
in den nacht van 31 Januari geschre
ven werd, levert een nienw bewijs,
dat de aacvallerB in het geheel niet
in staat zjn, om zich te orlënteeren
of hun koers met eonigs mate van
zekerheid te bepalen.
Een aantal lichte verwondingen zijn
gemeld sedert de vorige opgave ver
spreid Is en de definitieve getallen
z(jn nugedood 33 mannen, 20 vrou
wen en 6 kinderen j gewond 51 man
nen, 48 vrouwen en 2 kinderen. Een
kerk enten congregatieDslistischeka
pel werden zwaar gehavend en een con
sistoriekamer vernield. Veertien hnizen
werdon verwoest en een groot aantal
minder ernstig beschadigd, doordat
deuren vensters, enz. weggeslingerd
worden. Op twee plaatsen is eeniga,
maar niet zeer ernstige schade aan
spoorwegeigendommen toegebracht.
Slechts twee iabrieken, die geen van
beide van militaire beteekaais waren,
on een brouwerij zju zwaar bescha
digd en twee of drie andere fabrieken
zjo licht beschadigd.
Het gehaelo aantal hommen, dat
tot dusver ondekt is, gaat de 300 te
boven. Vele vielen op plaatsen op
het platteland, waar in bet geheel
geen schado werd aangericht.
Binnenland.
De Drinses Juliana.
Naar Benter aan de N. S. Ct. seinde,
is het stoomschip .Prinses Juliana*
Dinsdag togen kwart voor 1 nar op
een mijn geloopen. De ontploffing
wss geweldig.
73 P*E»agiers en da bemanning zijn
te Harwich aan Und gekomen. Ook
de mail is gered. Er wordt niemand
vermist.
Keuter seinde later aan de N. S. Ct.
Een passagier van de .Prinses
Juliana* meldt, dat aan boord ook
vele Fracsche nonnen waren. De ont
ploffing was vreeseiyk. Een groot
gedeelte van den grond van de salon
werd stnk geslagen.
Het schip zonk langzaam. De manne
lijke passagiers hielpen do bemanning,
om de vrouwen van reddingsboelen
te voorzien. De sloepen werden uit
gezet, gereed voor gebruik, maar men
behoefde er geen gebruik van te
maken. De zee was gelukkig zeer
kalm en het schip kwam Bpoedig aan
den wal. Alle passagiers werden van
boord gebracht, de kapitein en de
bemanning bleven op het schip, dat
zinkende was, toen wij het verlieten.
De Belgische minister van justitie
was een van de passagiers. H Ij zeide,
dat iedereen kalm was en nauwelijks
vermoedde, wat gebeurd was. Da
Engeisehen namen het geval op als
sen goede ,mop*. ZJ zongen het
Tipperarylled, lachten en maakten
gekheid met de vrouwelijke passagiers,
om dezen gernst te stellen. Daar er
werkeljk geen gevaar was, waren wfj
allen binnen tien minuten van boord.
Buitenland.
De strijd In en bulten Europa.
Engeland bebeerscht de zee en is
daar niet weinig trotsch op.
Na de opwindende jacht, in het
begin van den oorlog op de weinige
Daitsche kruisers gehouden, welke
zich toen ter tfjde nog op den oceaan
vertoonden en geen kans meer zagen,
het veilige moederland te bereiken,
heerschte alom de meoniDg, dat de
wereldzeeën volkomen van alIe- Duit-
EChe vaartuigen waren gezuiverd.
Van alle Duitseho vaartuigen, be
halve van onderzeebooten.
Want deze vlugge oorlogsbodems
gleden onzichtbaar door de Engeische
bowakingslinios en op de oogenbllk-
ken, waarop men ze het minBt ver
wachtte, kwamen zij in alle zeeën
rondom Enropa plotseling aan de
oppervlakte om een geen kwaad ver
moedend vijandelijk schip een doode-
Hjk torpedoschot toe ta brengen.
Dat was iets, waar tegenover zelfs
de beheerachers der zee zich machte
loos gevoelden.
Op verscheidene plaatsan, waar men
vermoedde, dat de Daitsche onder
zeeërs hun weg zochten, werden
groote vangnetten neergelaten in de
hoop, dat de duikbooteu tussehon de
mazen zonden vaBtraken en de op
varenden aldus zouden moeten om
komen.
Nog niet zoo heel lang geloden
dreven ook op de Hollandsche kast,
na krachtlgen wind, zonderlinge gla
zen ballen aan, sommige geheel lucht
ledig, en het vermoeden werd al heel
spoedig uitgesproken, dat zij dienst
hadden gedaan om in zee da duikboot*
netten rechtstandig drjvando te hou
den, zonder door hun groene kleur
al te zeer togen de omgeving af te
steken.
Zjjn er in deze netten inderdaad
onderzeeërs opgevangen en naar de
diepte gegaan?
Het is moeilijk ta zeggen.
De entente kan het bezwaarlijk
coBtrolasren en van Duitschs zijde
zal men hot den vfland niet meege
deeld hebben, wanneer een onder-
zeeëer, die was uitgevaren, spoorloos
verdween en nimmer terugkeerde.
Eageland behesrscht de zoo en geen
Duitsch vaartuig, een ongrijpbare duik
boot uitgezonderd, zal op den oceaan
zijn vlag meer vertoonen.
Het is al zoo dikwijls ea mot zulke
begrijpelijke trots vermeld, dat de
geschiedenis, welke zich dezer dagen
met het s.s. .Appam* afspeelde, zonder
twijfel de aandacht verdient van allen,
die in den zee oorlog belang stellen.
Militair belang heeft het gebeurde
niet, het zal niet den minsten invloed
hebben op het verloop van den krijg,
maar het is vermeldenswaard als oen
Btaaltja van buitengewone durf en
brutaliteit.
Terwijl de machtige vloot der En-
Boman, naar het Engeltch
van KOBEBT LOUIS STEVENSON.
De broeders traden binnen de deur
viel achter hen toe en plotseling
greep John Morris bj de schouders
en schudde ham haan en weer, zooals
een hond, die een rat tnsschen ds
tanden heeft. ,Jou gameene, kleino
lafbek," zei h8. -Als Ik je do hersens
insloeg, had je je verdiende loon I"
En bfl schudde hem opnieuw heen en
weer, zóó hard, dat zfin tanden klap
perden en zijn hoofd tegen den muur
bonsde.
„Maak je niet zoo driftig, Johnny I"
zei Morris. „Dat helpt nn toch niet
meer.*
„Houd je mond,* brulde John. „Nu
la 't jouw beurt, om te luisteren.*
Hij stapte de ejtkamer binnen, viel
in een leunstoel, trok een van z8n
kapotte laarzen uit sn wreef zfin voet,
alsot hjj ondragelijke pijn had. „Ik
ben voor mijn haele leven kreupel,*
zei hij. „Wat krijgen we te eten
„Niets, Johnny."
„Niets Wat beduidt dat Met
praatjes hoef je bij m(j niet son te
komen.'
„Ik bedoel, dat er niets is," zei zjn
tante zorgvuldig de zeeën afzocht om
alle spoten van Daitsche onderzeeërs
onmiddellijk na te gaan, terwijl een
stsrko linte van oorlogsvaartuigen de
opdracht had, te beletten, dat eonlg
vijandelijk vaartuig zich buiten de
Daitsche havens zou wagen, verliet
het Daitsche opmotingsvaartuig de
„Möwa", naar wordt medegedeeld
de haven van Kiel en glipte onopge
merkt door de linies van de Engei
sche vloot in do Noordzee en den At-
lantischen Oceaan.
Hat vaartuig had etn volle bewa
pening met kanonnen van 25 cM. en
boorde daarmede tal van vijandelijke
schepen In den grond.
Een telegram nit Newport-News
vermeldt niet minder dan zeven stoom-
BChapon, welke door de „Möwe" tot
zinken gebracht werden.
Dan laatsten ">8<1 bleef de „Möwe"
op de „Appam" wachten, wier spoedig
vertrek uit Amerika gesignaleerd was.
Da Timet meldt, dat de „Möwe* als
vrachtzoeker vermomd was en op 16
Januari jl. op 60 mijlen ten N. van
Madeira de „Appam* onder Engeische
vlag naderde. 741 praaide het schip
en verwisselde plotseling de Engeische
vlag voor de Daitsche. TegelJjkertSd
vielen de looze scheepswanden weg
en vertoonde de „Möwe* oen volta
bewapening met kanonnen van 25
cM., waarmede twee schoten langs de
boeg van de „Appam" werden geloBt.
De kapitein van het Engeische
schip gaf zich over en de Duitschers
brachten daar oen pijjsbemanning van
22 man en een luitenant aan boord.
Tegelijkertijd werden een groot aan
tal gevangenen, die van verschillende
vernietigde schepen op de reis over
den oceaan waren opgenomen, naar
het prjsgemaakte vaartuig overge
bracht.
De Duitsehors schfinen de passa
giers zoo goed mogelijk behandeld te
hebben en lieten de van andere sche
pen overgenomen dokters voor de
gewonden zorgen.
Do Duitseho officier gebruikte ver
volgens de „Appam*, die een drie
duims kanon op den voorsteven had,
als hnlpkrniier en vermeesterde, naar
sommige telegrammen melden, mat
dit schip nog oen tweetal Engeische
vaartnigen.
Daar voor New-York Engeische
oorlogsschepen kruisten, voer do „Ap
pam" tusschen de kapen van Virgi-
nlë door, antwoordde draadloos aan
het fort Monroe, dat »y de Daitsche
kralBer „Buffalo* was en kwam onder
den naam „Seiner Majeslais Appam"
te Norfolk aan.
De „Möwe" had ziah inmiddels
van de „Appam* niets meer aange
trokken maar zette een Engeische
vleeschboot nlt Australië na,welke slsg
leverde en in den grond geboord
werd.
Behalve de oorspronkelijke beman
ning van 134 koppen en 166 passa
giers, most do „Appam* 133 overle
venden van de andere schepen, die
vernield waren, aan boord gehad heb
ben. Voorts bevonden zich reeds 20
Daitsche gevangenon aan boord, die
naar Engeland gevoerd zonden
broer. „Ik heb niets te eten en geen
geld, om iets te koopen. Ik heb zelf
den heelan dag nog niets gehad dan
een kop thee en een sandwich.'
„Niets dan een sandwich Jg vindt
straks nog, dat ja te beklagen bent.
Maar je mag wel oppassen; mijn ge
duld is ten einde en ik zal je eens
wat vertellen. Ik ben van plan, van-
daa? te eten. En goed ook. Verkoop
jg je zegelringen maar."
„Dat kan vandaag niet,* zei Morris.
,'t Is Zondag."
,Ik zeg je, dat ik eten wil,* riep
zgn jongera broeder uit.
„Maar als dat nu toch onmogelijk
1b, Johnny hield Morris vol.
„Stommeling I" riep John uit. „Zija
w(j dan geen fatsoenlijke, gezeten lui
Kennen ze ons dan niet in dat hóle!,
waar oom Parker altoos at Gauw er
heen, en als je over een halfuur niet
terug bont en 't eten niet in de puntjes
is, dan gesf ik je eerst een pak slaag,
tot ja er bfl neervalt, en dan loop ik
naar 't politie-bureau en geef alles
aan. Begrepen, Morris Finsbury Als
je 't snapt, dan zorg je, dat je beenen
maakt I"
Het denkbeald lachte zelfs den on-
gelnkklgen Morris toewant hg ram
melde van den honger. Hij liep haastig
heen en vond bij zijn tsrngkomst
John nog in den armstoel zitten, bezig
zij a voet te wrijven.
„Wat wil je er bg drinken, Johnny
worden.
Zoodra de prgsbemannlcg aan boord
van de „Appam* overgebracht was,
werden deze gevangenen natnurigk
allereerst in vrijheid gesteld en hiel
pen op hnn beurt de Engeische be
manning bewaken, welke in verschil
lende hutten werd o gesloten.
Bemanning en passagiers kregen
vergunning, zich dagelijks te vertreden
echter bij kleine getallen tegeigk,
waardoor het gemakkelijk viel, aan
het handjevol Dnitsehcrs om over de
honderden gevangenen baas te big ven.
Da „Appam* was op 16 Januari
genomen, doch op 17 Januari viel de
„Möwe" de „Clan Mactavlich* aan,
die na een spannend gevecht zonk.
Da „Appam", die al verscheidene mij
len verder was, keerde terug en redde
vier man van het in den grond ge
boorde vaartuig.
Daarna stoomde de „Appam" naar
Amerika terwijl oen Daitsche telegra
fist aan boord nanwkenrig alle draad-
looze telegrammen, welke in den
omtrek werden gewisseld, opving,
zonder daar evenwel op te antwoorden.
De „Appam" ligt thans onder het
bereik der kanonnen van de vesting
Monroe en zal daar bigven totdat het
departement van bultenlandsche zaken
beslist heeft, wat or met het Bchip
zal moeten gebouren.
Binnen weinige dagen hoopte men
het schip naar Norfolk ei Newport-
News te kunnen laten doorgaan en
de passagiers te vergunnen, zich aan
land te begeven.
Met begrgpeigke belangstelling
wacht men inmiddels af, welke hou
ding de Amerikaansche regeering
tegenover dit vaartuig zal innemen.
Want is de „Appam* op het oogenblik
een Daitsche prgs of is zg, na als
hulpkrniser dienst te hebben gedaan,
een Duitsch oorlogsschip geworden
In het eerste geval zal zij, zoodra
in hare behoeften voorzien is, moeten
vertrekken. Gebeurt dit niet, dan
wordt de prijsbsmanning geïnterneerd
en zullen de passagiers en de be
manning van het schip vrijgelaten
worden. Wordt voor de komst te
Norfolk niet een dege'.gke veront
schuldiging gevonden, dan koert de
prjjs van zelf tot do vroegere reeders
terug.
Wordt het schip als een Daitsche
hulpkrniser beschouwd, dan zal het,
wanneer het niet wenscht te vertrek
ken, met de bemanning geïnterneerd
en tot na den oorlog Duitsch eigen
dom bigvon.
Natnurigk zullen de Engeisehen
alles doen om het laatste te voorko
men.
Keeds heeft de Engeische gezant
in allen vorm de overgave van de
„Appam* verzocht Ingevolge de
Haagsche conventie.
Uit New.York werd gemeld, dat da
Engeische gezant aan minister LanBing
zou verzoeken, het schip vrjj te laten,
taczg gebleken is dat het werkelijk
ia een hulpkrniser Is veranderd.
De Amerikaansche regeering schijnt
in deze nog geen beslissing genomen
te hebben-
Da zaak heeft natnurigk tot veel-
vroeg hij op verzoenenden toon.
„Champagne," zei John. „Van de
beste, op de achterste rij, en dan een
flssch van die oude port, waar Michael
zoo op geBtsld waspas op, dat je de
flesoh niet schudt. Zeg, maak het vuur
eens aan, steek het licht op en laat
da gordgnen neer't is koud en 't
wordt donker, jy kunt de tafel wel
dekken. Haal mg ook wat kleeren van
boven; vlug wat."
Toen het eten werd gebracht, was
de kamer vry wat bewoochaarder ge
worden, en het diner was goed; lek
kere groentesoep, tong, sehapencote-
latten met tomatensans, gebraden
OBsevleesch met gebakken aardappelen
pudding, en een flick stuk kaas met
soldery, een door en door Eogelsch,
stevig maal.
„Goddank," zei John, terwijl hy met
opgesperd» neusvleugels den genr vsn
het gebraad insnoof, en in zijn biyd-
schap zich die ongewone dankzegging
vóór den maaltyd liet ontvallen. „Nu
ga lk in dezsn stoel zitten, met myn
rug naar 't vnur't heeft de twee
laatste nachten hard gevroren, en de
kou zit my In merg en been.Die solde; y
is naar mgn zin. Ik ga hier zitten en
jg kunt blijven staan, Morris, en voor
knecht spelen."
„Maar ik heb zelf zoo'n honger,
Jobnoy," zol Morris.
„Je kunt krygen, wat ik overlaat,"
5 besliste zyn broer. „Je begint nog
maar pas met boete doen, jocgmensch
je hebt nog vry wat op je kerfstok,
pas maar op." Er was iets zoo ver-
schrlkkeigk dreigends in het gelaat
en da stem van John by het uiten
dezer woorden, dat Morris ineenkromp
van angst. .Ziezoo," ging de smullen
de gast voort, „eerst eon glas cham
pagne om te beginnen. Groentesoep!
Ik verbeeldde mg wel eens, dat ik
daar niet van hield. Weet je wel,
hoe ik hier gekomen ben vroeg hy
met een vernieuwde uitbarsting van
toorn.
„Neen, Johnny, hoe kan Ik dat
raden zei Morris onderdanig.
„Ik ben komen loopen 1" riep John
uit„den testen weg van Browndean
af 1 Ik heb loopen bedelen 1 'k Wou
wel eens zien, dat jg 't my hadt na
gedaan. 't Is zoo gemakkeiyk niet, als
je denkt. Ik gaf mg uit voor een zee
man, die schipbreuk had geleden in
Blyth, ik weet niet waar dat ligt
jg wol maar 't klonk nog al natuur-
ïyk. Ik vroeg een aap van een jongen
om centen maar dio diepte een touw
tje op uit zijn broekzak en wou, dat ik
ean schfppersknoop zon leggenik
deed het en goed ook; maar hg
was er niet moe tevredendat was
geen Bchlppersknoop, zei hg, ik was
een bedrieger en hy zou 't aangaven.
Toen sprak ik een zeeofficier aandie
liet my geen knoopen leggen, maar
gaf mg een traktaatje't is wat moois
voor een Engelsch zeeman 1 En toan
kreeg ik een stuk brood van een
weduwe, die snoepgoed verkocht. Een
andere meneer, dien ik tegenkwam,
zei, dat Iedereen wel te eten kon
krijgen, dan sloeg je maar een ruit in
en zorgde, dat je in de gevangenis
kwam, Dat leok mg zoo'n kwaad plan
nlot. Geef mg 't vleesch nog eens aan.*
„Waarom bleef je niet in Brown
dean waagde Morris is vragen.
„Nonsens," zei John. „Wat moest ik
er doen, met een geïllustreerd stuivers
blad en een godsdienstig blaadje Ik
moest weg uit Browndean't kon niet
anders II k kreeg credlet in de herberg,
toen lk voor den grooten Vance ging
spelen dat zon jy ook hebben gedaan,
als ja je zoo beestachtig had verveeld.
Ze hielden mg vrg, ik dronk bier en
van alles door elkaar en vertelde van
de komedie, en dat ik met zingen een
hoop geld verdiende. Toen wilden ze
een liedje van mg hoeren en toen ik
hnn wat had voorgezongen, beweerden
zo, dat ik onmogeiyk Vance kon zijn.
Ik hield ai jjf en strak vol, dat het waar
was. 't Was ezelachtig van mg, om te
gaan zingen, dat spreekt, maar ik
dacht, dat ik dien boerenpummels wel
wat op dn monw kon spelden. In de
herberg hadden ze genoeg van my,"
zei John met een zucht. „En toen
begon de timmerman ook nog....*
Wordt vervolgd.)