N°. 139 1915 Donderdag 25 November 102 jaargang. de FEUILLETON De verwisselde Kist. Buitenland. Binnenland. GOESCHË De uitgave dezer Courant geiohiedt Maandag-, Woensdag- en'Vrijdagavond Uitgezonderd op feestdagen. Pr8« per kwartaal, in Gooi f 0,ïö, buiten Goes, franco l,EB. Afzonderlijke nonuneri 6 cent. nsending van advortentlën op Maandag, Woensdag en VRIJCA.GI vóór l'A uren. De prjs der gewone advertentlSn ie van 1-5 regel» 60 ct., elke regel meer 10 et BJ dirbcte opgaaf van driemaal paatsing dsrielfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—10 regel» i f l,-~ bereksnd Kewlsnummers 6 sen*. Telefoonnummer 88. Bireeteur GO W. vak Babnkvbl». Uitgave vaa de Nasnel, Veancotaekap a9esstke Courant". Hoofdredaataur W. J. G. vak Sakt»k Teleurstellend. In ons Kamer-overzicht wezen wij reeds op hel feit, dat Minister Plette ten aanzien van het openbaar onder wijs in Indië een zeer merkwaardige houding heelt aangenomen. Aan de bijzondere, gesubsidieerde scholen was de verplichting opgelegd, om daar, waar geen andere gelegenheid bestond tot het ontvangen van behoorlijk on derwijs, de kinderen van ouders, die zulks wenschen, vrij te stellen van godsdienst-onderwijs. Aanvankelijk vond dit stelsel eu terecht in den Minister Pleyte een warm voorstander en verdedigernu hoorden wij, bij de behandeling der begrooting, piolseling, dat die eisch van vrijstelling van godsdienst-ouderwijs niet kon worden gesteld aan scholen, welke op 1 Augus tus 1915 reeds bestonden. Wat zou daarvan het gevolg moeten wezen Ditdat op vele plaatsen een zeu- dings school is gevestigd, waar, wijl er geen andere behoorlijke gelegenheid bestaat, om onderricht te ontvangen, allekindereu gedwongen worden, het godsdienst-onderwijs le volgen en zulks, omdat de regeering zich verbonden heeft, dsarnaast geen andere scholen te stichten. Hoe komt de Minister zoo gedraaid liet is toch een feit, dat hij nog maar kort geleden vóór de facultatief-stelling heeft gepleit. Het zal wel een raadsel blijven, hl ven goed als het ons een raadsel is, hoe de Minister het zoo druk kon hebben over de verkregen rechten der bijzondere scholen, waar uit de ouder- wijs-ordonnantie van L9UC5 glas-helder blijkt, dat het recht der overheid wordt voorbehouden, en met nadruk nog wel, om nieuwe eischen aan de subsidie bepalingen toe te voegen. Hoe kau nu de Minister zeggen, dat het godsdienst-or.derwijs verplichtend moet worden gesteld voor kinderen, wier ouders daarvan niet gediend zijn, op grond vanverkregen rechten der bijzondere scholen Blijkt uit de onderwijs ordonnantie van 1906 on der het Kabinet-De Meester niet geheel anders NeenMinister Pleyte is op den verkeerden weg. Van vrijzinnig standpunt moet met» verzet aanteekenen tegen den dwang op het stuk van godsdienst-onderwijs, welke anders-denkenden worden aange daan. Van vrijzinnig standpunt moet Goesche Ct. van 20 Nov. jl. 15 Roman, naar het Enge, ach van ROBERT LOUIS STEVENSON. .Ia het toch waar?" zei de oude heer, torwfjl hfj den bediende den wissel weer afnam. Maar doze wissel is gedateerd te Landen en op dezen datum", voegde by or bfj. ,Hoe ver klaart u dkt dan „Dat... dat is een vergissing", stot terde Morris, terwjjl hy rood werd tot achter z{n ooren. Juist, juist", antwoordde de oude heer Judkin, maar h(j bleef Morris toch vragend aanzien. ,En bovendien", zei Morris, „al was er nu geen geld meer ln de Bank. dit is toch maar een kleine som onze firma de naam Finsbury moest toeh voldoende wezen „Dat spreekt vaa zelf, meneer Fins bury", antwoordde Judkin, ,en als u er op gesteld is, wil ik welmaar ik geloof niet,om u de waarheid te zeggen, meneer Fiosbnry, ook al waren er vorder geen bflzoröere om standigheden de onderteekenlng komt ons op zich zelf vreemd voor". „Dat doet er niet toe," viel Morris hem zenuwachtig in de rede. „Dan zal ik mijn oom wel om een andere vragen. Weet n, wat het is?" ging hg, met een kloek besluit, om zich goed te houden, voort, „mfjn oom Is eigenlijk zóó ziek, dat bU den wissel niet zonder mfjn hulp kon teekenen en ik denk, dat het seariit wat vreemd is, doordat ik de pen voor hem moest vasthouden". men vasthouden aan de volstrekte be voegdheid van de overheid, om overal scholen op te richten, waar zulks noo- dig blijkt. Doch Minister Pleyte geeft die bevoegdheid voor een zeer groot gedeelte prijs. De teleurstelling in het optreden van den Minister van Koloniën is aan de geheele linkerzijde vrijzinnigen en sociaal democraten begrijpelijker wijze zeer groot. Hij, die zich op een breed standpunt plaatst, zal niet willen hebben, dat ouders, die tegen het openbaar onderwijs consciëntie-bezwaren in het midden brengen, gedwongen wordeu, hun kinderen naar de opeu- bare school te zenden. Maar dan van de andere zijde ook geen dwang (le lijke monniken, gelijke kappen. Met dit al heeft de Minister een zeer groot stuk vertrouwen ingeboet. an unie-liberale zijde werd hem te kennen gegeven bij monde van den uiterst bezadigde» heer De Meester dat liet vertrouwen ia hem een ge- duchten klap heeft gekregen; van vrijzinnig-democratische zijde kreeg hij te hooren, dat er voortaan dubbel op de woorden van dezen bewindsman diende te worden gelet. Eu van sociaal-demo cratische zijde werd het omomwonden uitgesproken, dat, als de houding vau Minister Pleyte een gevolg is van 1913, men hem volkomen heeft misverstaan. De Minister heeft dit reeds eerder opgekomen en steeds toegenomen ge brek aan vertrouwen van de Kamer aan zich zeiven te wijlen. Het is in successie gegaan. Bij de Indische leening verzweeg hij aan de Kamer juist datgene, waar het op aankwammen geioofde zijn excuses eu wilde geenszins uitspreken, dat hij met opzet aldus gehandeld had. Toeu kwam de fout met de tinruil aan Duitschland. Vervolgeus de onver klaarbare motieven, welke aan de be noeming van den nieuwen gouverneur- generaal van Nederlandsch-Indië ver houden schijnen te zijn. Daarna het échec met de Djambi-coucessies. Eu nu dit met het onderwijs 1 Vijf misslagen in den tijd van een jaar en van die vijf toch zeker vier belangrijke. Is het wonder, dat men in hem zich steeds meer teleurgesteld gevoelt f Da strijd In en bulten Europa. De Balkan blQft nog maar eteeds da plaat» van loven en biaden, waar- bil na eens de•e, dan weer gene partij Jadkin zag Morris eanige seconden scherp aan on wende zich toen tot zijn bediende Bell. „Ik bagin te vreeian", zei hj, „dat we het slachtoffer zijn geworden van den één of anderen oplichter. Zegt n maar aan meneer Finsbury deze woorden warden tot Morris gericht dat we onmiddellijk de politie met do zaak in kennis znllen stellen. Wat aezen wissel betreft, het spijt me, dat ik het zeggen moet, maar, de or.der- teekeulng in aanmerking genomen, kannen wfj dien bezwaarlik accep teoren." En hij schoof Morris het papier over de toonbank too. Deze nam hot werktuigelijk aan hfj was vervaid met iets anders. „In dat geva! vermoed ik", zal hg, „dat w|J ik bedoel: mijn oom en ik hot verlies moeten dragen". „Volstrekt niet, meneer," antwoordde Bell. „De Bank is daarvoor verant woordelijk en zij zal deze zaak onder zoeken, of n het geld ternggeven. Daar kunt u op aan." Morris' gezicht bstrok, doch een oogenblik later klaarde het weer op. „Weet u wat?" zei h(J. „Laat do zaak maar aan mij over. Ik zal dat wel ultvlsschon. Ik heb mju ver moeden en als u er detectives ln haalt, wordt hot duur." „Dat kan de Bank niet doen," mengde de heer Jadkin zich weer in het gesprek. „WJ5 verliezen misschien een aanzienlijk bedrag, maar vóór alles moet dit geval opgehelderd wor den. Een onontmaBkerde bodrleger is een gevaar voor de maatschappj. We zullen zorgen, dat de waarheid aan het lieht komt, meneer Finsbury; daarvoor behoeft u zich geen oogen blik ongerust te maken." „Dan zal ik het verlies vergoeden," oen voordeoltje te boeken krijgt. Op het oogenblik schijnen, althans wat do houding van Grieken land betreft, do papleren van de Entente weer wat gerezen te zijn. Voor menigeen bleef het eeu open vraag, of de centrale mogendheden en Bulgarije op den duur met een noutraal Griekenland genoegen zullen kunnen nemen en z$ helden over naar do meening, dat vooral Duitschland het koninkrijk zal moeten dwingen, de vreemde troepen Servischs, Fransche en Engelsche óf te ontwapenen, óf van zijn ge bied te verjagen. Outkennon zal men echter ook niet, dat de Entente in staat is, op Griekenland ernstige dwangmiddelen toe- te passen. Da blokkade van de Grieksche kust is afgekondigd, in afwachting van het besluit, dat koning Constantljn nemen zal. Door twee steeds feller oplaaiende vuren wordt do autocratische vorst bestookt eu het staat te bezien, ol hg er wel zonder brandwonden zal ai- komen. Naar thans echter wordt medege deeld, is de kwestie, welke houding Griekenland zal aannemen b|j een mageiykon terugtocht dtr Entente troepen, volkomen geregeld. Is dit zoo, dan geschiedde dit niet dan na hot houden vau uitvoerige besprekin gen en, zonder twijfel, na het uitoe fenen van de noodtge prtssle. Een foit is het, dat b|j de Entente de vrees heett bestaan, dat haar troepen door de Grieksche regeering zouden geïnterneerd worden. In verband met die vrees stond do reis van Denys Cochin, den Franschea minister zon der portefeuille, en die van lord Kitchener naar Athene. De bespre kingen vau deze ministers met het Grieksche kabinet, vooral met Skoe- loedis, met den koning en met den chef van den Grlekachen generalen staf, Doustnanis, hebben geleid tot de zekerheid, dat Grlokenland, na een maal aan do Ententetroepen toegang en doortochtsreeht te hebben verleend, niet voornemens is, dien troopen eenlgo moeilijkheid in den weg ta leggen, wanneer zfi tot den terugtocht uit Servië zouden moeten overgaan. Ten minste, de Timet kan vorklaren, dat, hoewel de officieele resultaten der gehouden besprekingen niet bekend zjn, de bladen in Athene verzekeren, dat de regeering bereid ie, om aan de geallieerden alle waarborgen te geven, die noodig zja om de vrees weg te nemen, die in Entente kringen bestaat. Griekenland's regeering, zoo wel als da koning, heb oen Kitchener de verzekering gegeven, dat Grieken land nooit de geallieerds troepen zal aanvallen. De regesring wenscht in den rulmsten zlu te voldoen aan de wenschen der Entente, ic zooverre haar verhouding tot andere oorlog- zei Morris dapper. „Ik moet u ver zoeken, de zaak te laten rusten." Hy verkoos niet, dat ze navraag zouden doen. „Ik vraag u wol excuus," was het antwoord van den hser Judkin, „maar wij hebben in dat gevel niet met u te doen; de zaak gast tusschen uw oom en ons. Als dezo dezelfde nueaing is toegedaan en hier wil komen, of mij bj zich aan huls ontvangen „O, neen, dat kan nietriep Morris uit. „Ja, maar dan begr§pt u toch, dat ik de handen niet vrQ heb en de zaak onmiddellijk bg do politie moet aan geven." Morris vouwde werktuigelijk den wissel weer op en stak hem in zgn portefeuille. „Goeden morgen, hoeren," zei hij en maakte, dat hfj wegkwam. „Ik begrijp niet, in hoever zij achter docht koesteren," dacht hij. „Ik be grijp hua optreden niet; hun heele houding is al bjzondsr weinig zakelijk en gepast. Maar het geeft niet; do boel is toch al bedorven. Het geld Is betaald; de politie heeft ons in de gatendie ezel van een Pitman zit over eeu paar uur aehtir slot en het beele verhaal van het lijk Btaat van avond In de courant." Als hij gehoord had, wat na zfln vertrek door do heeron in de Back werd besproken, zon hg misschien niet zoo angstig zijn geweest, maar nog veel wanhopiger dan nu. „Dat was oen rare geschiedenis, meneer Bell," z6i de hoer Judkin. „Ja, meneer," antwoordde deze, „maar wo hebben hem nog a! baDg gemaakt." „O, we zullen van Morris Finsbury wel niets meer hooren, denk Ik. Het was de eerste maal en zo zijn zulke voerenden daaronder niet zou 10den. Zonder twijfel Is het moeilijk, de beuekenis van de laatste restrictie ra te gaan, aangezien zoowel de forma- leering der wenschen van de Entente, als de omvang der verzekeringen, welke Skoeloedls en koning Constan tljn aan Kitchener hebben gegeven, totaal onbekend zijn. De mededeeling echter, welke de limes ontving over do resultaten der besprekingen endabeoordeelhsg er van in de Grieksche bladen, geett de overtuiging, dat de aanleiding tot bezorgdheid In de Entente-kringen volkomen is weggenomen. Het Servische leger wordt hoe langer zoo meer in hst nauw gedreven. Bijkans heel Servië is door de Duitsch OostenrlikBche en Bulgasrsche troepen bezet. Neg sleebtB een smalle strook langs de grens van Albanië is in Servische handenPriarend en Monastlr zfjn benaderd, terwfll het Servische leger van de hulptroepen der geallieerden, welke tusschen de Corna en de Warden pogen voort te dringen, afgesneden is. Het leger van Von Kövess is van Nova Varos naar Novl Bazar opge trokken, dat werd bezet. De linie Sjenetsa-Doega Poljana-Baska is over schreden, de Frepolaj-hoogten en het Goljak-gebergte z|jn in 's v(janda bezit, zoodat oud-Servlë thans geheel door de Serviërs is ontruimd. Eenigszics bevreemdend doet in dit verband de mededeeling aan, dat het Servische leger een overwinning zou hebben behaald tusschen Nisj en Les- kowac. Cp dit punt toch is sinds vele dagen niet meer gestreden. Vau twee zijden evenwel wordt de mededeeling bevestigd, zcodat er wellicht inderdaad voor de ServiërB een succes te boeken valt. W(j zijn er benieuwd near, te vernemen, waar sulks is geschied, d»ar een gevecht op het door de telegrammen aangeduide punt naar onze meeulrg onmogelijk ls. Daarentegen laten de berichten, dat de Russen een belangrijk sncces heb ben behaald, voortw(jfel geen plaats. De Dultschers hebben Tsartorysk, aan den spoorweg Kowel—Sarny, moeten ontruimen. De Russen, die verleden week over de Styr werden tcrugge- geelagen, hebben van hun zijde de Dultseh Óostenrjjksche legers genood zaakt, weder op den westeljkoc oever aan do Slyr terug te gaan. Uit de nader daarover ontvangen berlchteu bigkt, dat de Russische artillerie, die, aan de overzijde van de Siyr, ln een hooger terrein was opgesteld, de positie der Duitsch Oo3ieurljkscho legers on houdbaar maakte, en hen daaruit verdreef. De herneming van Tsarto rysk heeft aanleiding gegeven aan de oudo klanten, dat ik hem maar niet te bard wilde aanpakken. Het is tcch niet mogelijk, nietwaar, dat er een vergissing heeft plaats gehad? Het was toch wel degelijk meneer JoBoph Finsbnry zelf, die gisteren hier is geweest?" „Daar viel niet aaa te twijfelen," zei Bell glimlachend. „Hij legde ma de beginselen van het Bank-systeem uit. „Zoo, zoo," antwoordde Jndkia. „AU hU terugkomt, moet n hem niet ver geten te zeggen, dit ik hem graag aen: zou spreken. Hfj dient in elk geval gewaarschuwd te worden." VII. De heer William Dont Pitman woon de in Norfolk-sireet, KingU Rd., en noemde zich artiest. Maar als zoovele artiesten, werd ook hij door het nood lot achtervolgd. Het beeldhouwen leverde hem geen droog brood op en als h|i niet als leeraar in die edele kunst aan een jongedames kostschool verbonden was geweest, ware hg al lang van den honger omgekomen. Alleen de avonden had hg voor zich zelf en hg placht deze tot laat in den j nacht te verlengen, terwijl hy nu eens een landschap op het doek wierp, dan aan een borstbeeld arbeidde. Op den avond van den dag, die zooveel merkwaardige verrassingen had gebracht, zat Pitman alleen ln ztin „atelier". Vóór hem, In den hoek by de deur, stond een dik-gobuikt vat en waarheen bg zijn bltk ook richtte, filtoos weder keerden zoowel zfln ocgan als agn gedachten naar het vat terug. „Zoa ik het open maken Zou ik het terugzenden Zou ik schrijven aan Scmitopolis vroeg hij zich zelf Russen, om hun aanval ln Westeiyke richting voort te zetten en Kostinitza, vier mgien ten N.W. van Tsartorysk, eveneens te hernemen. Op het westoigk oorlogs-terreln onderging de toestand geenerlei wgzi- E'ng. Voor het overige meenen wy te knnnen volstaan, met naar onder staande telegrammen te verwyzen. Parijs (officieel.) De Fransehen heb ben de Bulgaren 19 November aan de Cerna teruggeslagen. Het gevecht werd op den 20Bten hervat. Berlijn (officieelDe Serviërs zgn ten N. van Mltrowitsa en ten N. en N O. van Pristjlna in achterhoedege vechten teruggeslagen. Petrograd (officieel.) ln de buurt van het dorp Poelkarn, Z O. van Riga, wier pen wg d6n vyand een weinig terug. In Galicië hadden op den oosteigken oever van do Strypa oenige ontmoetin gen met de voorhoeden van don vyand plaats, dlo over de rivier waren ge stoken. Vyandelyke afdeelingen, die aan den oever van het meer Iszkuw, by Bieniawa, tot den aanval overgin gen, werden met een krachtig vuur ontvangen en teruggeworpen. Ten W. van Chmlelewka duurt het gevecht voort. Ten N. O. van Buozaez wierpen wy den vgand uit het dorp Petlikowce. Meer naar het Z. bezetten de vyand het dorp Janowka. Rome (officieel.) De gevechten tus schen Podgara eu Sabotino zgn in hevigheid toegenomen. De vyand heeft verwoede tegenaanvallen gedaan om de vertoren stellingen te heroveren, waarbg hg een geweldig artillerievuur ontwikkelde. Onze troepen wekeu geen voetbreed en wierpen zich met de bajonet op den vyand, die zware ver liezen leed. Een kwart-eeuw Koningin. Gisteren, 23 November, was het 25 jaar geleden, dat Koning Willem III overleed, zoodat dus gisteren een kwart eeuw Koningin Wllholmina over ons land den scepter voerde. Door de tgds omstandigheden zal dit feit niet ieesleiyk herdacht knnnen worden. Doch zonder twgfel zullen alle patriot ten den wenseh deelen, dat H. M. de Koningin nog een lange reeks van jaren de teugels van hot bewind in handen moge houden en dat geluk en voorspoed het deel zy van haar en haar gezin. Buitengewoon congres van de 8. D. A P. Bet Volk meldt, dat het partgba- stuur van de S. D. A. P., met het oog op het groote gowlcht van de ver telkens af. „Neen", zei hy ten laatite, „ik doe niets, eer lk den raad van advocaat Flnabury heb ingewonnen." Hg voegde de daad by het woord ou schreet, langzaam en omslachtig, den volgonden brief; Waarde Heer Finsbury, Zou het te veel van uw welwil lendheid zgn gevergd, als lk u verzocht, mij vanavond none te komen spreken Het is geen onbe duidende zaak, waarvoor ik nw gewaardeerde hulp Inroep. Wat be hoef lk u meer te zeggen, dan dat het de veiligheid betreft van het Btandbedd van Hercules, een kunst werk, toebeboorend aan den heer Semitopolls Ik ben zeer oDgernst, want lk heb reed» navraag gedaan en vrees, dat dit juweel van antieke kunst verloren Is gegaan. Boven dien word ik gekweld door zorg omtrent een andere aangelegenheid, die met do eerstgenoemde ln nanw verband staat. U om verschooning verzoekend voor dit slordig ge krabbel, in haait, de Uwe, William Dint Pitman. Met dezen brief begaf hg zich naar de woning van advocaat Michael Finsbuty. Pitman had met hem kennis gemaakt bij gelegenheid ven verkie zingen in Chelsea. Michael, die veel gevoel voor humor had en goedhartig van aard was, zocht hem obds op, begon met om hem te lachen en ein digde met bem een half verachteigke, hali beschermende vriendschap te schenken. Thans, vier jaar na hun eerste kennismaking, zou William Dent Pitman voor zgn vriend door het vuur zijn gegaan. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1915 | | pagina 1