N°. 125 1915 Zaterdag 23 October 102de jaargang. Oe uitga.70 dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en'Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prjs per kwartaal, In Goes f <óB7Sr bulten Goes, franco f !r8»r Afzonderlijke nomnsars S cent. inee&dlBK van ailvertontlÖM op Maandag, Woensdag en VRIJDAG vdót 13 urea. Do pr^ö dor gewone ad^ortentiën is van 1-5 regels 50 et., elke regel meer 10 olt Bfl directe opgaaf van driemaal paatsing denselfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend, Geboorte-, hswelflk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—3.0 rog9le 1,- berekend BewSsnummass 5 sent. jCelefooimammer 83. Biiecfcenr G. W. vak Barneveld. Uitgave van de Naaail. Vennoots«kap *8«esahö Courant". Hoofdrsdasteur W. J. C. vak Sahtïk In ons vorig nummer hebben wij medegedeeld, dat dertien Nederlaudscbe metaalbewerkers, die naar Engeland zouden oversteken, om aldaar tegen hoogere betaling dan in bet eigen land werkzaam te kunnen zijn, doch op last van de militaire autoriteiten te Vlis- singen van boord werdeu gehaald, toch de Noordzee hebben mogen oversteken, dauk zij stappen, door het lid der Tweede Kamer, den beer Spiekman, in bun belang bij den Minister van Oorlog gedaan. Ten vervolge hierop heeft er Woens dag een conferentie plaats gehad tus- scben den beer Spiekman en twee leden van het Hoofdbestuur van den Metaal bewerkers-Bond, en den genoemden bewindsman. Door den heer Spiekman werd,-blij kens een mededeeling in Het Volktij den Minister de zaak ingeleid en te keianeu gegeven, dat men zich dezerzijds moeilijk kon neerleggen bij een maat regel, waarbij het den arbeiders on mogelijk werd gemaakt, om, indien zij dit voor hun belang noodig achtten, naar het buitenland te vertrekken. De leden van het hoofdbestuur vau den Metaal bewerkers-Bond betoogden, dat, indien het verbod mocht worden gehandhaafd, hetgeen ze zouden be treuren, er dan door de regeering diende medegewerkt te worden, om ook hier ie lande de loonen voor de metaalbe werkers belangrijk te verhoogeu. Door den Minister werd medegedeeld, dat hij zich, hoewel noode, gedwongen heeft gezien, tot dezen harden maatregel over te gaan in het belang van het land. Hij beriep zich op zijn wettelijke bevoegdheid eu meende, dat het lands belang in deze, evenals in andere soort gelijke omstandigheden, diende te gaan boven het belang van particulieren. Omtrent de medewerking aan de verhooging der loonen kon de Minister, hoewel de zaak in ernstige overweging is, nog geen toezegging doen. Voor de werklieden, die zich reeds verbonden hebben, om naar het buitenland te gaan, zal zooveel mogelijk de gelegenheid daartoe worden gegeven. „Zooveel mogelijk"; een ondubbel zinnige toezegging was dus blijkbaar van den Minister niet te verkrijgen. In het Algemeen ILandeUhlad van Woensdagavond komt een krachtig protest voor tegen dit „uitvoerverbod vau inenschen". Wanneer de excursie, in het bijzonder van metaalbewerkers, zulk eeu omvaug heeft aangenomen, dat daaraan paal en perk dient te worden gesteld, dan zou dit moeten geschieden door regeerings-maatregelen i FEUILLETON. Oe verwisselde Kist. Roman, naar het Engelsch van ROBERT LOUIS STEVENSON. L Het stelsal-Tontl maakte vóór jaren ia Engeland wel «enigen opgang, maar het wilde er toch nooit goed in. Waarin het bewuste stolsel bestond Een aantal jongelui moest een som geldB bijeenbrengen, welke zorgvuldig belegd en beheerd werd door deskun dige zaakwaarnemer.. Ongeveer drie kwart eeuw later mag do langat-over- levende van het clubjo zich verheugen iu het kortstondig bezit van het in middels aanmerkelijk aangegroeide kapitaal, tenzij hij te doof Is, om te vernemen, welk fortuin hooi ten deel la gevallen, of stervende is, in welk geval het kapitaal voor hem niet de minste waarde heeft. Joseph Flnsbury en zijn broer Masterman waren nog maar héél kleine jongens, toen hun vader, een gegoed koopman ln Cheapside, hen liet deelnemen ia een kleine, maar voor- daoligo verzekering, welke veel over eenkomst had met het stelsel-Tont!, gesloten door zeven-en dertig leden. Da som, welke gestort moest worden, bedroeg twaalf duizend gulden, ln 1840 leefden al de zaven-en-dertig deelnemers nog; ln 1850 was hun aantal met zes verminderd j in 1856 en 1857 had de opruiming op grooter en niet op last van militaire comman danten. Hel Hundehblad is van meeuing, dat de bijzondere militaire bevoegdheden voor den /staat van beleg" geschreven zijn voor de bijzondere omstandigheden vau den hoogsten militairen nood. Een vesting, die belegerd wordt, of belegerd dreigt te wordeneen gebied, dat de vijandelijke bezettingsmacht voelt nade ren, ja, dliftrvoor moet de militaire autoriteit inderdaad op tal van grond wettelijke rechten inbreuk kunnen maken. Want dan handelt zij ook als militair, en aanvaardt ieder haar leiding. „Maar", vervolgt het Amsterdamsche orgaan, „de wet als regel te gaan ge bruiken voor geheel andere, veel aan- gemeener toestanden, dat wordt mis bruik. Zoo is het ook met hetreis-verbod, waarvan nu sprake is". En verder „Is het noodig, eeu groep of groepen Nederlanders binnen het land te houden en te beletten, elders te werken, dan is er slechts één weg, om dit verbod te bereiken een bijzondere wet". Wij gelooven, dat het Algemeen Han delsblad hier den spijker op den kop slaat. Een feil is het, dat tal van Neder landers, die werkzaam zijn bij de metaal bewerking ten onzent, sedert Mei j.l. naar Duitscbland zijn getrokken, om aldaar hun arbeid tegen een hoog loon betaald te krijgen. Iiuim vijf maanden is dit getolereerdde Minister vau Oorlog, noch de militaire autoriteiten achtten een reden tot ingrijpen aanwezig. Thans bet kan zeer goed een toe valligheid zijn, dat het hier de reis naar Engeland betrof komt het reis-verbod. De Minister van Oorlog zegtdeze harde maatregel moest ge nomen worden in het belang van het land belangen van particulieren moeten daarbij op den achtergroud komen te staan. Alles goed en wel. Maar moet dan in het „uitvoerverbod van menschen" eeu verscherping van den toestand worden gezien Dreigt de politieke situatie van Nederland gevaar Zoo ja, heeft dan ons volk, waarvan de regeering de grootst moge lijke bereidwilligheid, het volste ver trouwen van het begin van den Euro- peeschen oorlog af ondervindt, niet het recht te eischeu, dat althans een tipje van den sluier wordt opgelicht Wij gelooven niet, dat het reis-verbod, zonder eenigc dan een vage, algemeene aanduiding, ons volk bevredigt. En in de Kamer zal de regeering er waar schijnlijk wel meer over kooren. schaal plaats, want de Krim-oorlog en andere moorddadigs verwikkelingen dadon er n'.ot minder dan negen ver dwijnen. In 1810 waren nog slechts vijf van de oorspronkelijke deelnemers overgebleven en op het oogenblik, dat deze roman begint, behalve de ge broeders Flnsbury, nog maar één. Masterman was twee en-zeventig jaar oud, had reeds lang geklaagd over do kwalen van den ouden dag, zich uit de zaken teruggetrokken en leefde nu een stil en afgezonderd leven mat zijn zoon Michael, een be kwaam rechtsgeleerde. Joseph daarentegen was nog frisch en gezond, en vei toonde zich, al zag hjj er nu niet direct eerbiedwaardig uit, gaarne in het publiek. Grooter contrast, dan tusschen de beide broe ders bestond, was nauwelijks deuk- baar. Mastermanhet type van den Britsehen handelsman, arbeidzaam, ordelijk, geen winstje, hoe gering ook, versmadend; Joseph, dia twee ja»r jonger was, onderscheidde zich door zijn luiheid en zonderlinge opvattin gen, tot groote verontwaardiging van familie en kennissen. Oorspronkelijk bestemd voor den leder-handel, had hg al spoedig genoog gekregen van de zaak, waarvoor hj trouwens ook niet den minsten aanleg toonde. Zijn lust en zjjn leven was, in het publiek te kunnen optreden. Hg was geen geleerde; zijn kennis beperkte zich tot de elementaire beginselen en den inhoud van de kranten. Uit een en cyclopedie zou hU niet gaarne zijn kennis verruimd hebben ,het leven was zijn boek', placht hij te zeggen. Buitenland. De strijd In en buiten Europa. Reods vroeger hebben wij gelegen- held gehad, op do verschillende samen werking in de oorlogvoerende groepen te wijzen. Noemen w{j de eaae groep, naar het rijk, dat daarin ontegenzeggelijk de eerste plaats bekleedt, de Daitscbe, dan vinden wij daarin een staat, wiens leger, In vergelijking met dat ageer boDdgecooten, van buitengewoon groo te kracht en onberispelijke militaire africhting is, wiens organisoerend talent het grootste is en vanwaar hst initiatie! tot iedere militaire actie tel kens weer uitgaat. In vast vertrouwen op Duitschlaods onoverwinnelijkheid hebben Oosten rijk, Turkije en in de laatste dagen ook Bulgarije, zich aao zijn zgda ge schaard en alleen het lelt, d»t in al deze legers Dultsche officieren als bevelhebbers, instructeurs ol hervor mers optraden, wijst er al op, dat van Duitschiand da leiding van ladere krijgsverrichting uitgaat en dat er éér centraal punt Is, van waaruit hoogst bekwame, in volkomen har monie samenwerkende strategen hun bevolen naar alle uithoeken van het gezamenlijk oorlogstenein doen uit gaan. Die eenheid van leiding en inzicht, alsof het alaebta één machtige oorlog voerende staat gold, wiens bekwaamste mannen op het schaakbord van den strijd naar een weioverwegend plan de stukken verzetten, doet van de krijgsverrichtingen dezer combinatie een buitengewone kracht uitgaan. Eendracht maakt macht en ook hier leidt eendracht tot eer. buitengewoon krachtig optreden. Beschouwen wij nu da andere groep van svrijdvoeronde mo 'eadheden, dan missen wy daarin de éénheid van leiding en handeling, welke voor het gemeenschappelijk welslagen toch on ontbeerlijk geacht mag worden. Zeker, er bestaat verband tusichon do krijgsverrichtingen van Frankrijk en Engeland, er zjn bepaalde afspra ken gemaakt hoe mon elkanders actie het best zal kunnen steunen en aan vullen, maar de machtige centrale leiding, de éénheidsgroep, in wior handen de draden uit alle onderdooien van het Europeeseha gevechtsterrein samenkomen, ontbreekt. De bondgenoot Rusland vecht op zjjn eigen houtje, naar eigen inzichten en trekt torug of houdt voor de leger scharen dor centraion stand, naar mate hij tijdelijk over minder of meer munitie kan beschikken. Italië toont zich voor de krijgs verrichtingen van zijn etrgdmakkers tameigk onverschillig. Op bet Oost of Westfront, noch aan de Dardanellen Is er tot an toe van Itallaansche hulp iets bemerkt, Italië strijdt slechts ter vergrooting van eigen grondgebiod Hg sprak over alles er, nog wat; Bchreef brochures over da meest ulteenloopende onderworpen. Het hoogte punt van zijn roem meende hij bereikt te hebben, toen een. vereeai- glng van bootwerkers, voor wie hij een lezing ovor lerens-vorzekerlng had gehouden, hom tot eero-vooizlttcr be noemde. Een baantje, dat ham ver plichtte, jaarlijks do vereeuiglng met een niet onaanzienigke sub sidie te gedenken. Dat kwam er voor hem minder op aanzjjn ijdelheld was gestraald en dat was het voornaamste. Terwijl Joseph zich op deze wflzo eon vrij bedenkelijke populariteit had verworven, werd zijn huiselijke kring onverwacht uitgebreid door een toe- vlood van ouderloozon. Joseph's jong ste broeder die, als nakomertje, balten hot beroemde stolsol-Tontl was gebleven overleed eu liet twee zoons, Morris en John, achter. Joseph nam ze bij zich lit eu in den loop van het jaar werd het gezin nog ver meerderd door de komst van eon klein meisje, het dochtertje zen zeke ren John Henry Haitdtine, iomand met weinig geld en nog minder vrien den. Da heer Hazeltine bad Joseph Finsbnry slechts eenmaal in zijn leven ontmoet en wel, toen hij den laatste to Hollo way één zijner merkwaardige voordrachten over naastenliefde ten beate hoorde geven. De voordracht maakte op den hoer Hazeltine zulk een Indruk, dat hg, thuis gekomen, onmiddellijk zijn testament veranderde, waarby hij zijn doehtor'.ja, met al wat zy bezat en dit was ln het onder havige gaval nihil aan deu moder- en jaagt slechts eigen idealen na. Wy treilen hier dus een groep mogendheden aan, die wel hetzelfde doel nastreven, de vernietiging der contralet!, maar waarbg slechts op bepaalds punten van bet gevechts terrein van samenwerking sprake is. Dia punten zijn het Westeigk front, waar Belgische, Engelsehe en Fran- sche soldaten een saneer,sluitenden dam voor den DuUschen vloed hebben opgaworpen en de Dardanellen, waar de Franschen en Engelsehan, met hun al of niet gekleurde hulptroepen, den toegang naar Konotantlnopel trachten te forceeren. Deze gedeeltelijke samenwerking heeft tot nu toe nog niet tot succesten van beteekenis geleid. Weliswaar zgn op het West front de DuUschors er niet in geslaagd, den onderbroken opmarseh voort te zetten, maar daar staat tegenover, dat het offensief der geallieerden ook nu weer op niets is ultgsloopen en dat zij tevergeefs getracht hebben, het Duit- ecbe front te doorbreken en te om vatten. Hoewel van Engelsehe zijde, voor- namoigk met betrekking tot de Duitach- Amerlkaanscha verhoudingen, telken male beweerd is, dat de Dultsche diplomaten voor de Engelsehe de vlag moesten Htrfjken, is het een feit, dat op den Balkan de Engelsehe diplo matie tegenover' de Dultsche een nederlaag^eft geleden. Bulgat ,.e heelt, ondanks alle schoone beloften, do zgde der centraion ge kozen, Roemenië bleef werkeloos en de Grleksche hulp, waarop men vast had gerekend, is tot nu toe uitgebleven. Wanneer twee of maar personen tot hotzellde doel samenwerken, zal dit ln den regel in goede harmonie gaan zoolang de behaalde successen met de gekoesterde verwachtingen overeen stemmen. Leidt de samenwerking echter tot tegonelrg, dan zal al heel spoedig een verschil van lazleht ontstaan, waarbg de een den ander de oorzaak der mislukking zal wgtan. De actie aan de Dardanellen kan voor Frankryk en Engeland gerust een mislukking worden genoemd en het nieuwe krygsplan te Saloniki draagt, door de tegenstrgdlge bevelen, daar ontvangen, allerminst den stem pel van éénheid in leiding en inzicht. Teeksnond zijn daarbij de dezer dagen opduikende mededeelingea, dat do vriendschapsbanden tusschen Eegeland en Frankrgk nimmer zoo sterk waren als thans. Dit zou er bgna op wgzen, dat het publiek deze op cr Itieko oogenblikken meermalen her haalde verzekering ook nu weer noodig heelt, om ieder vermoeden van het tegendeel den kop in te drukken. In werkelijkheid hebben er dan ook in de laatste dagen verschillende ge beurtenissen plaats gehad, welke er op wjjzen, dat er onder de Frassche en Engelsehe leidende personen alles nen Demosthenes toevertrouwde. Joseph was een goeie vent, maar toeh nam hg niet zonder eenige aar zeling deze nlenwe verantwoordelijk heid op zich, plaatste een advertentie, waarin een kindermeisje werd ge vraagd en kocht een tweede-handsch kinderwagentje. Morris en John be groette hij met meer ingenomenheid, niet zoozeer vanwege do banden des bloeds, als wel, omdat de leerzaak, waarin hij zonder eonlg gewetens bezwaar hun kapitaaltje van drie honderd duizend gulden belegde, in den laatstee tijd bedenkaiyke teokenen van verval begon te vertoozen. Een jonge, bekwame Schot werd aan het hoofd van da sa&k geplaatst en van dat oogenblik af werd Joseph Flnsbury niet langer door zorgen over zaken gekweld. Do kuappe Schot zou zgn pnplllen volgons overeenkomst tot niet minder knappe zaken-menschen opleiden en Joseph kon eindeigk zyn uitgestrekte reis door Europa en Azië beginnen. Met een nienw testament in alle talen in de eene, een vocabulaire in de andere hand, zocht hij zyn weg temidden van elf verschillende talen sprekende Europeesche naties. Ver scheidene jaren bracht hij zoo zwer vende door en hy keerde pas naar Engeland terug, toen zün pupillen, die inmiddels tot jonge mannen waren opgegroeid, zyn zorg noodig hadden. Morris en John waren op een gotd- koope, maar gosde school geweest, waar z? behooriyk handels onderwys hadden ontvangen, hetgeen nu juist niet gelukkig trof, daar de leerzaak behalve eenstemmigheid heerschte. De Fransche minister van Buiten- landsche zaken, Delcassé, nam zgn ontslag, daar hjj zich met de nlenwe Balkanpolitlek niet kon vereenigen, Bir John Hamilton, de opperbevelheb ber van het expedltieleger in de Mid- dellandsehe zee, heeft z|n betrekking neergelegd en is naar Engeland terug gekeerd, sir Edwar CarBon is nit het Britsche ministerie getreden. Zeker, voor de buitenwereld wordt nog de schgn bewaard alsof hier slechts van ondergeschikte meenlngs- versebillen sprake Is. Vivianni, de minister-president, deed het voorko men alBof Delcassé's aftreden grooten- deels aan diens slechten gezondheids toestand te wyten zon zijn en sir John Hamilton komt z.g.n. naar Engeland om persoonigk een boodschap over te brengen. Maar vast staat, dat Delcassé zelf erkende met de landing te Saloniki niet accoord te kunnen gaan, dat een opvolger van sir Hamilton Inmiddels reeds benoemd is en dat sir Edward Carson Woensdag in het Lagerhnls mededeelde, onmogelijk de politiek van het kabinet langer te kunnen volgen. Wel wordt de toestand voor den buitenstaander zoo optimistisch moge- ïgk voorgesteld, wel seinde Vtviani aan alle bondgenoeten zgn onveran- derigke trouw, wel drukte sir Edward Carson zich aldus uit, dat hy in de gegeven omstandigheden meende slechts een bron van zwakheid voor het kabinet te zijn op een tydstlp, dat groote kracht en constquentie vereischte, maar het feit biSft bestaan, dat aan do zyde der geallieerden, bg de mogendheden, die tot na too direct samenwerkten, by verschillende lei dende personen ernstig verschil van inzicht in de te volgen militaire actie blijkt te bestaan. Bat dit het gemeenschappeiyk op treden verzwakt, oehoeft gc.cn betoog meer. De jongste gebenrtenissen te Salo niki toen de meest tegenstrydige be velen de landing ln de war staarden en een tydigen opmarseh belemmer den, waren reeds de oorzaak, dat er van een krachtig samenwerken van geallieerden en Serviërs, ter bescher ming van de Servlschen hoofdstad, geen sprake heeft kannen zyn. Servië komt meer en meer in het gedrang. De Oostenryksoh-Dultsche troepen rnkken steeds moer Zuidwaarts en do Bulgaren, die op vtf plaatsen tegeigk het Servische gebied binnen drongen,sneden o.m. den spoorweg van Nisj naar het Roemeensch gebied af, den eenigen spoorweg, welke eeu ver binding met Rusland vormde. Tevens werd, door de bezetting van Wranje, de spooriyn van Saloniki naar Nisj voor do Servische troepen en het expeditie-leger onbruikbaar gemaakt. LangB de geheels N. en O. grens wordt Servië aangevallen en hoewel in een alles behalve bloeienden toe stand verkeerde. Toon Joseph de boeken nazag, alvorenB verantwoor ding te doen van het hem toever trouwde kapitaal, ontdekte hg tot zgn schrik, dat het kapitaal van zyn broe der onder z'jn beheer niet was ver meerderd en dat, zelfs wanneer hg z$n belden papillen eiken cent, dien hy zelf nog op de wereld bezat, over liet, er nog oon tekort van eirea hon derd duizend gulden overbleef. Toen, in tegenwoordigheid van een advocaat, de twee broeders omtient den stand van zaken sierden Inge licht, dreigde Morris Flnsbury zyn oom met een gereohteiyke vervolging en het kostte den advocaat heel wat moeite, hem van dit voornemen af te brengen. ,Plnk eens vtêren vaneen kikvorschl'* deed da man der wet hem opmerken. Morris begreep hem en kwam tot een schikking. Joseph deed afstand van al zgn bezittingen en vermaakte zyn neven het recht op het verzekerde kapitaal, dat ten deel sou vallen aan den langst levende, hetgeen, in de gegeven omstandig heden er waren nu nog maar twee overgeblevenen van de zeven en der tig oom Masterman en oom Joseph een veel belovende specnlatie mocht worden geheeteu. Morris zou, als vergoeding, zgn oom Joseph en mits Hazeltine kost en inwoning ver- leenen en hun ieder san maand geld uitbetalen van twaalf gulden. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1915 | | pagina 1