N°. 12i 1915 Donderdag 14 October 102de jaargang. i FEUILLETON De Man, die altijd pech heeft. öb nitgava dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en'Vrfldagavond uitgezonderd op feestdagen. Prfls per kwartaal, In Goes f 0,75, bulten Goes, franco f l,H, Afzonderlflke nommers G cent. trending van sdveriontlën op Maandag, Woensdag en VRIJDAG vóóz 13 uvea De prfls der gewone advartentiën is van l-8regels50 ct., elke regel meer 10 et. Bfl directe opgaaf van driemaal paatsing «ierzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelflk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebband» dankbetuigingen worden van 1—10 regels h. f bsrekrnd Bewlsamsmsfr 6 «es*. Telefoonnummer 88. «lires tear G. W. tam Babnsvïld. Uitgave vai de Naaml. Veaaootssisap aGc«s«ka Co graat". HoofdredMteur W. J. C. va» Saktb» Uit eigen kring. „Inderdaad mag wei de vraag gesteld worden, of mede voor dr. Kuyper zelve niet gewenscht ware geweest, als hij zich na 1905 uit de practische poli tiek meer had teruggetrokken. Politieke lauweren heeft hij toch in het laatst- verloopen tiental jaren niet in rijken oogst behaald. Maar in stee van op zulk een terugtrekken bedacht te zijn, schijnt dr. Kuyper nog belust op het clirigeeren van den stembus-strijd ter rechterzijde in zijn tachtigste levens- jaai". Een oordeel over deu „van God gegeven*' leider van paganistische zijde..? Men vergist zich. liet oordeel is afkomstig van een wasch-echt antirevolutionairvan nie mand minder dan professor Fabius in zijn jongste aflevering van „Studiën en Schetsen". ftooit is er iemand geweest, die dr. Kuyper in zijn verre van christelijke eerzucht zuiverder teekende dan pro fessor Fabius. Wij hebben er geen belang bij, dezen anti-revolutionair uit te spelen tegen zijn partijde vrij zinnigen weten, dat zij in professor Fabius een ouverzoealijken tegenstan der hebben. Zij respecteeren hem even wel, wijl hij zijn beginsel steeds getrouw is gebleven en wars zich weet van dat soort opportunistische politiek, hetwelk niet heeft kunnen bijdragen tot meer dere glorie van den naam des heereu Kuyper. De leider der anti-revoluti onaire partij wil zijn doel bereiken, zonder zich te bekreunen om de middelen, welke daartoe leiden professor Fabius is de hoogstaande politieke tegenstander, die liever onder gaat, dan iets te doen, wat hij met zijn geweten niet kan'overeenbrengen. Vandaar ook de antipathie, welke dr. Kuyper jegens professor Fabius koestert. En geen wonder. Want de heer Fabius doorschouwt den eerzuchtigeu, verre van scrupuleuzen dr. Kuyper beter, dan iemand anders. Wij onderschrijven het ten volle, als professor Fabius zegt, dat het, ten aanzien van het optreden van dr. Kuy per, soms lijkt, of de beginselen vooral moeten strekken om iets te bereiken, wat geheel buiten het terrein daarvan ligt, en dat zij opgeborgen worden, als zij daarvoor dienst hebben gedaan. Zoo kan de oppervlakkige wanen, dat met beginselen waarlijk ernst wordt ge maakt. En professor Fabius vervolgtOok mag niet worden gezegd, dat dr. Kuyper daarvoor botweg onverschillig is. Zijn leven toont dit eeüerzijds op voldoende wijze (hetgeen wij in ernstigen twijfel trekken. Red.) Veeleer moet het Humoreske, vrfl Baar JEROME K. JEROME. Da pech man steeg te Ipswich in den trein, met aen respectabel aantal tfldachriften onder z'n arm. Ik zelf kreeg al gsnw in do gaten, dat elk van die tijdschriften z'n lezer tegen dood of spoorwegongeluk verzekerde. De pech-man schikte z'n bagage boven zicb in bet net, zette z'n hoed van buitengewoon model af, legde die op de bank tegenover zieh, veegde z'n hoofd, waarop misschien vroeger het haar welig had getierd, af met een rood-zflden zakdoek van reusachtige afmeting en begon toen kalm z'n naam en adres op de daarvoor bestemde ruimte der tijdschriften te schrijven. Het waren er minsten» een paar dozijn. Ik zat tegenover hem en las de .Punch'. Wel, ik houd van humor op reis, omdat het, bfl gebrek aan beter, de zenuwen kalmeert Bfl een krom ming te Manningham kreeg de trein een schok en een hoefijzer, dat de pech-man zorgvuldig ia het net had gelegd, gleed van het net af en viel met een metalen klank op z'n hoofd. Da man deed heelemaal niet ver wonderd. Boos was hfl ook niet. Na do wond met z'n zakdoek eenigszins te hebben verbonden, bnkte hfl zich en raapte het hoefijzer op. Ik meen te hebben kunuen constateeren, dat gescharrel met beginselen daaraan wor den taegesclireveu, dat dr. Kuyper geen kans heeft gezien, beginsel-vastheid met practische politiek te vereenigen. Deze laatste is hem naar het schijnt te machtig geworden. Zij heeft hem als het ware verstrikt. Hij is in haar verdwaald geraakt. Zoo iaat het zich begrijpen, dat dr. Kuyper meer en meer den indruk wekt van de kluts kwijt te zijn; geen lijnen meer te kunnen trekken niet meer in staat, zijn licht te doen stralen. Het kan er mee door! Verder heet hel, dat de journalistiek van dr. Kuyper, hoofdredacteur van „De Standaard", niet meer opbouwt, doch veeleer in bedenkelijke mate verwarring sticht; politiek scepticisme kweekt, al lengs de partij meer uitholt, dau ver sterkt. En boveual teekenend zijn deze woor den van professor Fabius„Het is ook opvallend, dat de groote beginsel-ver slapping ongeveer samenvalt met de aan zienlijke uitbreiding van het kiezers personeel vóór twintig jaar ongeveer." Wij constateeren alzoo, dat professor Fabius, die het weten kan, de anti-revo lutionaire partij en natuurlijk in liet bijzonder dr. Kuyper als leider be schuldigt van „gescharrel met beginse len", van te loopen op een verkeerd pad, van „groote beginsel-verslapping". Wij constateeren voorts, dat prof. Fabius het voor de anti-revolutionaire partij een zegen zou achten, zoo dr. Kuyper zich van de politieke erve terug wilde trekken. Altegader dingen, welke wij reeils lang hebben gezegd. Maar het doet toch goed, als ze eindelijk ook eens uit eigen kring vernomen worden. Misschien gaat daar van meer effect uit. Buitenland. Da strijd In en bulten Europa. Servië, de kleine Balkanstaat, van waar de vonk naar hst Enropeeiehe kruitvat li overgesprongen, heeft In den huldigen weroldptrjjd nog niet veel gelukkige dagen gekend. In het begin van den oorlog be schikte het over een leger, dat op oorlogssterkte gebracht bflna een half mülioen man telde, door Engelands hulp kon het ruimschoots over geld, door Frankrflko medewerking over modern gesohut en munitie beschik ken. Daardoor kon deze Balkanstaat den strjjd tegen den Oostenrflksehen vijand oenigen tijd met tuccea volhouden en slaagde deze en slechts met groote moeite in, Belgrado te nemen. Over de Drina binnendringend, tastten de Oostenrijkers Belgrado van de Z.W. zflde aan en dwongen hun tegenstan ders, do stad te ontruimen. Daarna hoeft het verloop van den h(j er een vorwfltaoden blik op wierp. Ik kan me ook vergist hebben. Een feit is het echter, dat hfl met een aiorljjken zwaai, zonder drift, het cor pus delicti door het raam van onze coupé deed verdwijnen. .Hebt u zich pijn gedaan vroeg ik deelnemend. Misschien een malle vraag, nietwaar? Ik bemerkte het zelf, toen ik ze ge daan had. Het hoefijzer was van respec tabele afmeting eu woog minstens ean kilo of twee. Het was bijzonder groot en zwaardat kon je zoo zien. Da buil op het hoofd van den pech man zwol zichtbaar op iedereen, behalve een idioot, moest zien, dat hfl pijn had. Ik verwachtte een nijdig ant woord. Dat zou ik tenminste gegeven hebben, als ik in z'n plaats geweest was. Maar de pech man scheen de vraag zeer logisch te vinden en mis schien ook wel een uiting van sym pathie. „Ja, een beetje,* antwoordde h(j. „Wat doet u met zoo'n bijzonder reis-artikol vroeg ik. „Da meests mensehen nemen andere dingen dan hoefijzers mee op reis.' „Ik vond het op dan weg naar het station," zei hij eenvoudig. „Ik raapte het natuurlijk op. Ik hob altoos ge hoord, dat een hoefijzer, dat je opraapt, geluk aanbrengt. Daarom kon Ik bet licht probearen.' By veegde mat z'n zakdoek de buil af. Ik zei ondertusschen een goed bedoeld en vriendelijk woord over do ondoorgrondelijke wegen der Voor zienigheid. „Op m'o woord,' zei m'n reisgenoot, strijd het optreden van Oostenrflk- Hongaarsche troepen tegen de Ras- sischa legerscharen noodzakelijk ge maakt. Belgrado werd heroverd, de Russische troepen hielden de Oosten rijkers volkomen bezig en Servië kreeg gelegenheid, zich te herstellen en voor een nieuwen veldtocht voor te bereiden. Tot heden toe is da&'na van eenige militaire actie van Servische zijde niets meer vernomen. Bet scheen wel of deze klelü6 Balkanstaat, door wiens toedoen de wereldoorlog ls uitgebro ken, ln de meening verkeerde zijn aandeel in dan strijd verricht te heb ben en, uitrustend van do vermoeie nissen, vol belangstelling afwachtte of het noodlot wilde, dat zfln vflanden, dan wel of het geluk bewerken zou, dat zfln vrienden de overwinning be haalden. Het Servische leger en het Servlaahe volk schenen don oorlog liever door anderer dan door eigen bemiddeling te zien uitgevochten. Het leger had in den strijd tegen de Oostenrijksche troepen harde klap pen gekregen en tot overmaat van ramp Bloop de vlektyphus, de vrese lijkste aller ziekten, de Servische ge lederen binnen en velde by dulzondon de jonge mannen, die ln den stiljd op het slagveld gespaard waren ge bleven. Zonder twijfel heeft da sterkte en de str'y dwaarde van het Servische leger daardoor geducht geleden. Andermaal heeft thans de ontwik keling van hot krflgsbedrflf Servië als oorlogs-slagvold aangewezen en de omstandigheden, waaronder het thans den atrfld aanvaardt, zfln vrfl wat on gunstiger dan vroeger. In het Noorden wordt het niet meer alleen door Oostenrflk Hongaarsehe troepen bedreigd, maar staat een sterk leger, voor een groot deel uit Duit schors bestaande, onder de doortas tende leiding van den bekenden maar schalk Von Mackenson gereed, het rflfc te overweldlgtn. Op Grleksche hulp behoeft, ondanks het Servisch-Grlekiche verdrag, ca het aftreden van het ministerie Venl- zelos, niet meer gerekend te worden en aan de Oostzijde, samengetrokken op strategisch belangrijke punten van de Servische grens, staan sterke Bul- gaarseha troepenmachten gereed, een aanval te doen op Macedonië, de jongste landaanwinst, welke Servië tot zich nam toen het na den eersten Balkanoorlog zich krachtiger dau zijn bondgenooten voelde. Do eonige hulp, die Servië te wach ten heeft ls van het Fransch-Engel- sche expedltio-leger, dat thans te Saloniki geland wordt. Maar deze hulp staat niet in var- houding tot de bedreiging van de Noord- en Oostzfjde. Nog moet worden afgewacht of Griekenland den expeditie-troepen toe stemming tot den doorraarsch zal „ik had een bende gelnk kannen hebben, maar het is er nooit toe ge komen. Ik ben geboren op een Woens dag, en die dag ie, zooals n weet, de gelukkigste, waarop iemand kan ge boren worden. M'n moeder was een weduwe en niemand van m'n bloed verwanten wilde iets voor me dosn. Zfl beweerden, dat ze even goed water naar de zee konden dragen, als een jongen helpen, die op een Woensdag geboren was. En m'n oom liet by z'n sterven a'les na aan m'n broeder Sam, als een schadevergoeding, omdat ie op een Vrijdag geboren was. Het eeuige, wat ik van het versterf kreeg, waren raadgevingen omtrent de plichten en verantwoordelijkheid, die ik zou moe ten dragen, als lk fortuin maakte, en m'n hartelijke familieleden gavon my den christelflken raad, m'n armere bloedverwanten niet te vergeten, als ik mij in weelde zon baden. Want, ziet u, ik b6n nu eenmaal op Woens dag geboren een geluksdag.' De peeh man zweeg oven, vouwde al z'n kranten op en stak ze in den binnen-zak van z'n jas. „U weet," vervolgde hy na oen oogenblik, „dat zwarte katten den naam hebben, geluk aan te brengen. Of weet u het niet Ook goed 1 Maar bet héét zoo. Nu, een kat, die zwar ter was dan het dier, dat mU naar m'n kamer in Balaover street volgde, was niet te vinden. De duivel in eigen persoon kan zoo zwart niet zyn. Ik nam hot dier do kal, wel te verstaan met den duivel wil ik niets uitstaande hebben mee nsar m'n kamer.' geven en bovenal of Griekenland zfln neutraliteit zoo opvat, dat daarbij door deze troepen van den spoorweg SalonikiUsknb—Nisj mag worden gebruik gemaakt. Dit is nog geenszins zeker, maar vast staat daarentegen, dat de Duit- schers en Oostenrykers inmiddels krachtig doortasten en reeds met 400000 man rechtstreeks de overgan gen van der, Donau forceerden en Belgrado namen. Is da, voor aen groot deel uit Gal- lipoli overgebrachte, expeditiemacht der entente, welke men op 120000 Fcanschen en 30000 Engelsehen schat, niet spoedig geland en opgerukt en een landing neemt veel tyd ln beslag dan ls het te verwachten, dat zy te laat zal komen om Servië wer- kelflk nog van eenig nnt te zyn. Tegenover deze macht kunnen bovendien nog 400.000 Bulgaren en 200.000 aan de Dardanellen vryko mende Turken gestold worden, terwyi, zooals wij reeds opmerkten, op de hulp van Griekenland door Servië niet ge rekend behoeft te worden. Het eenige waartoe de thans gelande expeditie-macht waarscbflnljjk zal kun nen overg.an, is het beschermen van de spooriyn Saloniki Usknb, waarvan evenwel de spoorwegbrug bij Demir Kapoe reeds door Bulgaarsche benden ls opgeblazen. In Frankrijk ia de loopgravenstrfld weder als van ouds hervat en worden met afwisselend gelnk kleine uitvallen gedaan. In het Oosten wordt voor Dunaburg nog krachtig gevochten, waarbfl de Dultschers de laatste dagen eenig terrein winnen. In het Z. hebben de Duitscho en Oostenrijksche legers thans op den Oosteljjken oovèr van de Styr vasten voet gekregeD. De volgende telegrammen geven nog eenige bijzonderheden. Berlijn- Aan de Drina nieuwe ge vechten. Aan het front tusschen Sabatsj en Gradlsta is de overtocht over den Donau voltooid. Ten Z. van Belgrado zfln de henvelen tusschen Zarkowo en Myrlorvo veroverd. Verder naar het O. duurt de aanval voort. De Anatema- positle in de Donaubocht by Ram is genomen. Weetien- De over Belgrado opruk kende strydkrachten wierpen de Ser viërs uit hun verschansingen ten Z.O. en Z.W. der Btad. Wtj bestormden den Groenen Berg en Velky Vracer. Bfl SemaDdria en Pozerovac wonnen onze bondgenooten terrein. Parlja- De Duitschers bombardeer den onze stellingen ten N. van de Scarpe en ln Champagne by Soualn. Duitscha tegenaanvallen op onze en de Engelsche linies voor Loos zyn de laatste dagen mislukt. Berlijn- Bij Souchez, Neuvllle en „En bracht het dier u geen geluk aan vroeg ik, daar hy zweeg. „Ach,' antwoordde lifl peinzend, „wat zal ik u daarvan zeggen Mis schien pasten wfl niot by elkaar. Een schrale troost, nietwaar Maar lk had allicht een beteren weg kunnen inslaan.' De pech man staarde uit het venster van de eonpé. Gornimen tfld hing er stilte. Ik Het hem aan zyu overpein zingen over, maar vond het toeh ton slotte noodig, het stilzwygen te ver breken. „Wat gebeurde er dan „O," was z'n antwoord, „niets bfl- zonders. M'n meiBje had een kanarie vogel en ik een kat. Althans wat, om te beginnen met het opzetten van een huishouden. Maar m'n meisje moest voor een dag of wat naar Lon den en ze vroeg me, gedurerde dien tyd te willen zorgen voor haar ka narie. Ja, meneer, aan dat beestje hing ze met haar gehesle hart, nog meer dan aan my. En toenZ'n stem ging over ln een 6ntk. „Kat en kanariekan men niet even goed probeeren, water en vuur by een te brengen „Maar u kon het toeh niet helpen," troostte lk hem. „Noen, ik deok het ook niet', stemde hy meewarig toe. „Maar sinds door myn kat de moord werd gepleegd op haar kanarie, werd ze merkwaardig koel tegen me en andere liefhebbers maakten daar gebrnlk van.' Hy' scchtte diep. „En ik wou haar de kat nog al cadeau geven,' voegde hy aan z'n verzuchtfDg toe, moer tot in Champagne zfln vflandeljjke aan vatten afgeslagen. Berlijn. Voor Dunaburg en ten N. O. van Widiy werden RussiBohe aan vallen afgeslagen, evenals ten O. van Baronowitsj. In eavaleriegevechten bfl Kuehoka en Wola is de vfland tot achter de Brzemserwaja en de Wis- jloka teruggedreven. Ton N. van Biilskaja Wola is de vijand eveneens achteruitgedrongen. Wfl namen de hoogten ten Z. van Hladki aan de Serath, 10 K.M. ten N.W. van Tarnopol. Weanen. Russische aanvallen op onze linie aan de Strypa mislukten. Tusschen Zalernica en de beneden- Styr ls de vijand naar het N.O. terug geworpen. Berlijn- Over het geheele front hoeft onze voorwaartsche beweging goede vorderingen gemaakt. Wfl na men de stad en de vesting Semendria. Parijs- Wfl wonnen terrein in het bosch ten W. van den spoorweg van Souchez naar Angres, in de Souehez- vallel, ten O. van het veldwerk in het bosch van Glvencby, op de heuvelen in de richting van la Folie ea ten N.O. en Z O. van Tahure. Berlijn. Ten Z.W. van Loos sloegen wy Franseho aanvallen af. Vflande- lflka aanvallen van ten N.O. van Souchez tot tan O. van Neuvllle, mis lukten, evenals aanvallen bfl Tahure. Petrograd- By Dunaburg duurt de strfld voort. Wy wierpen den vfland nit Garboenofka en nlt zün loopgraven «usichen Lautsesjei en Girwjoki. Wfl namen bij de vervolging een linie in tusschen de Z.O. punt van het meer Nedmoeske en Lautsesjei. Wfl bezetten Oestje. Bfl den spoorweg Sarni—Kowel trekt de vfland naar de Styr op. Bfl het dorp 8snkl bezetten wfl de derde linie vijandelijke loopgraven. Berlijn. Op hot N. front van Duna burg bestormden wfl do vflandelflke stellingen ten N. van Illoekst, over een frontbreedto van 2Vs K.M. Binnenland. Suikerbieten. De minister van landbouw heeft aangewezen om zitting te nemen in een commissie voor eontróle van den uitvoer van suikerbieten uit Zeeuwseh- Vlaanderen naar België, de jheeren G. A. Vorsterman van Oyen te Aarden- burg, G. Vogelvanger te Hulst en A, Sonnevylle te Axel. Erwten en boonen. Als gedelegeerde van de commissie van toezicht op de erwten- en boonen- vsreenlging in de centrale commissie van toezicht op de beschikbaarstelling en distributie van levensmiddelen Is in de plaats van dr. Nolens, die be dankt heeft, gekozen het Ud der Twee- do Kamer de heer De Jong. zich zelven dan tot mfl. Een poosje zaten wfl rookend tegen over elkaar. Ik bemerkte, dat tegen over znlk een pechvogel het moeilijk zou zijn, tioost redenen te vinden. Ach, had er maar een dominee ln den trein gezeten I Die zfln van alle markten thuis. „En dan zeggen ze," verbrak m'n reis genoot het stilzwijgen, „dat schim mels geluk aanbrengen- Ach ach.... ach.... Meneer, ik heb eenmaal een schimmel gehad." „Werkelflk „Op mijn woord van edelman, meneer.' „En heeft die schimmel je dan ook al ongeluk aangebracht?* „Ongeluk, meneer? Hfl dat ver. vloakte beest deed me het baste baantje verliezen, dat ik ooit gehad heb. M'n patroon wss heosch de be roerdste kerel niethfl heeft genoeg patiëntie met me gehad; dat moet ik eerlflk bekennen. Maar je kan toeh Iemand, als patroon zijnde, niet in ja dienst houden, als-Ie altfld, doorloo pend, dronken is? Hé? Nou ul O, zoo 1 Het geeft zoo'n slechten saam aan de iirma". „Natuurlijk," gaf lk toe. Ik snapte hat verband ganschelflk niet. Al] alle menschen alleen dronken worden door een ecblmmol, nn, dan zal het nog wel gaan. We zwegen das weer. Dat kwam door m'n overpeinzingen. Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1915 | | pagina 1