N°. 113 1915
Zaterdag 25 September
102de jaargang.
fill
Bij dit no. behoort een
Bijvoegsel.
42 FEUILLETON
Het Geheim van de Hoeve.
GOESCH
O» uitgave dozer Courant geschiedt Haandag-, Woensdag- on'Vrgdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prjs per kwartaal, In Goer f 3,ïS, balven Goes, franco f 1,21.
Afzonderlijke nommeri S cent.
inzending van advertentiün op Maandag, Woensdag
en VRIJDAG vóór 13 uren.
Telefoonnummer S3. Birecteur G. W. van Babneveiu. Uitgave
De prjs dar gewone advertentlfin ls van 1-8 regels 80 ct„ elke regel meer 10 et.
Bjj directe opgaaf van driemaal paatsing derzelfde advertentie wordt
de prjjs slechts tweemaal berekend,
Geboorte-, hawsUJk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebband»
dankbetuigingen worden van 1—10 regels h f J,— berekend.
ElawJjrurmmert ,8 tantj
Conrant". Hoofdiedazteiii w. J. C. vak Saktik.
Zij, die zich met ingang
van I October a.a. op ons blad
abonneeren, ontvangen de iot
dien datum verschijnende num
mers gratis.
y*De Staats-begrooting
Het departement van Financiën is
nimmer een bij uitstek dankbaar geweest,
maar hoe moet de bewindsman zich
wel gevoelen, wanneer hij op den
gewonen dienst een te-kort raamt van
ruim £4 millioen, dat, door wat be
sparing hier en wat bespariug daar,
teruggebracht wordt tot de toch zeer
respectabele som van iets minder dan
221/* millioen gulden Er zullen weinig
financiers zijn, die bij voorkeur in de
schoenen van Minister Treub wensclien
te staan
De uitgaveD worden in totaal ge
raamd op f 269.461.866.64ya men-
ziet: het traditioneele halve centje
ontbreekt ook ditmaal nietwaarvan
buitengewoon f26.036.736, zoodat er
blijft een bedrag van f243,425.129.644/2
Op het hoofdstuk Binnenlandsche
Zaken wordt o.a. méér gevraagd voor
subsidies voor vak-onderwijs en speciale
inrichtingen voor onderwijs f L52.881,
voor drinkwater-voorziening f S3 000,
voor bijdragen Woningwet f 25.000,
voor bestrijding der tuberculose f 20.000,
voor bestrijding der kanker f 11.000
en voor buitengewone subsidiën aan
gemeenten krachtens de onderwijswet
f 100.000.
Justitie is f332.377 hooger. Een
bedrag van f 105.075 is het gevolg
van het voor de helft uittrekken van
de bedragen, ten vorigen jare voor lots
verbetering voor lagere beambten aan
gevraagd, doch wegens de crisis terug
genomen en tot een bedrag van f 209.690
het gevolg van periodieke traktements-
verhoogingen van de leden van de
rechterlijke macht en van de bedienden
en schrijvers bij de gerechten.
Het hooger eindcijfer van het hoofd
stuk Marine ad f6.971.068 komt tot
een bedrag van f5.841.018 voor reke
ning van nieuwen aanbouw, waarvoor
f 6.825.418 is uitgetrokkeu, tegen
f 1.484.400 ten vorigen jare. Overigeus
is meer benoodigd voor materieel der
zeemacht f 1.151.792, voor personeel
der zeemacht f 318.642, voor pensioenen
f 50.960.
Dat het hoofdstuk Financiën
f 1.220.569.57 hooger is, is voorname
lijk het gevolg van de stijging van de
afd. Pensioenraad en pensioenen met
f411.654 (waarvan f 200.000 in ver
band met de Pensioenwet voor de
gemeente-ambtenaren), van de stijging
der uil keeringen aan gemeenten met
f90.000 en van uitbreiding van het
personeel der directe belastingen wegens
de Inkomsten-belasting met f 147.000.
Op het hoofdstuk Oorlog wordt o.a.
meer geraamd voor bezoldiging van
personeel f290.879 voor kleedingen
uitrusting f83,169, voor huisvesting,
stalling, nacht-ligging en reiniging
f 225 000 voor uitbreiding van de
Juchtvaart-afdeeling f 127.800 voor
gebouwen en werken en de aanschaffing
van oefenterreinen f950.950.
De stijging der gewone uitgaven van het
hoofdstuk Waterstaat met f669.642.756
komt voor f 505.020 op de afdeeling
Waterstaat, voor f 286.800 op de af
deeling Spoorwegen.
Het hoogere eindcijfer van het hoofd
stuk Landbouw enz. ad. f 1.784.988,
wordt voor een som van f 1.700.999
veroorzaakt door de hoogere raming
van de exploitatie-kosten van de staats
mijnen en mitsdien ruimschoots opge
wogen door de daarmede verband hou
dende hoogere raming der inkomsten.
Opmerking verdient, dat crisis-uit
gaven slechts voorkomen op het hoofd
stuk Financiën, aangezien hetgeen
daarvoor op andere hoofdstukken zal noo-
dig wezen, suppletoir zal worden aange
vraagd.
Vermelden wij ten slotte nog, dat
wij op de Waterstaats-begrooting o.a.
aantreffen een post, uitgetrokken voor
het kanaal door Zuid-Beveland. Deze
strekt, om de verlichting van de oude
sluizen te Hansweert, welke geschiedt
met Aladdin-lampen, te vervangen door
een electrische verlichting.
Met het vernieuwen en herstellen
van de sluis deuren moet worden voort
gegaan.
Buitenland.
De strijd In en bulten Europa.
De toestand op den Balkan ver-
elseht in de laatste dagen onze on
verdeelde belangstelling.
Daar waar, zooals men het dikwijl»
uitgedmkt heeft, het kruitvat van Eu
ropa staat, waar de kleinste ronk tel
ken» weer een hevige explosie te weeg
bracht, is tot na toe niets gebeard,
dat aan den hnldigen wereldstad
eon bjzondere wending heeft gegeven.
De Balkanvolken, anders bU de
minste coiziak strijdvaardig, hebben
zich |tot nn balten den strijd ge
houden en met belangstelling toege-
ken hoe de gebenrtenissen op bet
Europeesche oorlogstooneel zich zou
den ontwikkelen.
En bijzonder opmerkelijk is dit,
va» de Numl* V6»»cotszkap ,G»»9«ke
daar Turkije, de oude en eonwige
tegenstander zich reedB dadelijk in
den strijd heeft geworpen en da
geallieerden, door pogingen tot for-
csering der Dardanellesbezig »ijn,hnc
Rusaischen bondgenoot in het onge
stoord bezit van Convtantinopel en de
zeestraat te brengen, een regeling,
waarbij allo Balkacstaten toch zeker
ten nanwste syn betrokken.
Ongetwijfeld zou een deelnemen van
de Balkanrijken aan den wereldstrijd
dezen een geheel ander karakter geven.
De Balkanrijken beschikken over
krachtige en goed gewapende legers,
die in de laatste oorlogen alle gelegen
heid gehad hebben, zich duchtig in
de krijgskunst te oefenen.
Waar de steun dezer rjken voor
beide partijen van hot grootste belang
is, en waar gebleken is, dat de staten
in den Balkanhoek, wanneer zj) slechts
kans hebben op gebiedsvermeerde
ring, heel spoedig tot den oorlog ge
reed zijn, is hot te begrijpen, dat van
belde zijden ernstige pogingen zjjn
aangewend om deze staten tot aan
sluiting bfj rn der strijdende partjen
over te halen.
Voornamoljk de Entente-mogend-
heden, wier leger» toch reeds uit de
meest verschillende volkeren en men-
sehenrassen zijn samengesteld, hebben
herhaaldelijk pogingen aangewend, de
Balkanstaten, tot een bond vereecigd,
aan hun zijde te krijgen.
Daardoor toch zou he*, met Turkije
ongetwijfeld gedean zijn en zou de
toectand op het Oostelijk oorlogster-
rein een zoodanige wijziging onder
gaan, dat van een verder vooruitdrin-
gen der centralen in Knsland waar
schijnlijk geen sprake meer zou z{|n.
Er is evenwel een factor, waarop
men niet voldoende heeft gerekend
en die werkelijk in staat schjjnt te
zijn, alle mooie verwachtingen der
geallieerden in den Balkan in de war
te staren.
Dat is do volkeren-haat en het
onderling wantrouwen, dat na de
jongste Balkan oorlogen Bterker dan
ooit ls geworden.
Om dit goed te kunnen begrijpen
is een korte terugblik naar do Balkan
oorlogen noodzakelijk.
In den eersten Balkan-oorlog ging
het gezamenljk tegen Turkije en
scheen de Balkan-bond sterker, sche
nen de volkeren der Christen staten
eendrachtiger dan ooit te voren.
In bet bijzonder waren Macedonië
on Monastlr de gebieden, welke men
Turkije afhandig maakte en welke
Servië ln bezit nam met de belofte, ze
na den oorlog aan Bulgarge af te
staan, wanneer dit rijk zich met de
verovering van Tbraclë wilde belasten.
Na den oorlog werd evenwel over
afstand van het veroverde gebied door
Servië niet meer gesproken en in zijn
vertrouwen teleurgesteld, wierp Bul
garije zich ln een tweeden Balkan
oorlog op zjn vroegere boudgenooten
Servië en Griekenland, maar moest,
niet tegen de overmacht opgewassen,
het onderspit delven en alle pogingen
tot verovering van het zoozeer be
geerde gebied voor goed opgeven.
Uitgeput door den strijd was Bul
garije tevens gedwongen tot afstand
van Adrlanopsl met een deel van het
zoo juist verworven Thraeië, waarvan
Turkije in dese voor Bulgarije zoo
moeilijke oogenblikken zich opnieuw
meester gemaakt had.
Uit dezen Balkanoorlog is, wat na
het gebeurde niet te verwonderen valt,
een haat tusschen Bulgarije en den
ontrouwen Servlschen bondgenoot go-
boren, zoo groot, dat van een samen
gaan van deze belde staten, zonder
dat eerst de Macedonische kwestie op
een voor Bulgarije bevredigende wijze
ls opgelost, geen sprake kan z{jn.
Bulgarije toch blijft zich beschouwen
als de rechtmatige eigenaar van het
thans in Servische handen zijnde Ma
cedonië.
Hier zullen wij thans onze Balkan
beschouwingen afbreken om ln een
volgend nummer na te gaan, wat zich
tijdens den huldigen wereld-oorlog op
het Balkansehiereiland verder heeft
afgespeeld.
Blehten wij thans den blik naar het
Oosteigk oorlogsterreln, dan blijkt daar
de toeBtand niet noemenswaard ver
anderd.
Door de beproefde taktiek van den
grootvorst op te geven en te lang bij
Skidel en Wilna stand te houden zjjn
de Russischs troepen daar ln een zeer
nadeellge positie gekomen, waarbij
men zich ernstig mag afvragen of zij
er nog in zuilen slagen, zich nitda Duit-
Bche val terug te trekken voor deze
onherroepelijk achter hen wordt ge
sloten.
In allen gevalle is het Russische
front-leger, dat tot nu toe het onder
ling verband tnsschen de verschillende
groepen volkomen bewaarde, op som
mige plaatsen doorbroken en zijn er
op het ooganblik van Riga tot Dana-
barg, van Wilna tot de moerassen en
ten Z. daarvan, tot de uitmonding van
de Screth in den Dnjestr, drie Russische
legergroepen, die los van elkaar een
afzonderlijken strijd voeren.
Dat het Russische leger in zjjn geheel
daardoor buitengewoon verzwakt Is,
laat zich begrijpen, te meer daar de
verschillende bevelhebber», voor den
strijd op ieder gebied een ander in-
ileht blijken te hebben en dns eenheid
bfl de legerleiding vrijwel schijnt te
ontbreken.
Dultiche cavallerie, door troepen
verplaatsing vrijgekomen, trok onge
hinderd tnsichen Wilna en Dunabnrg
door en sneed de terngtochtswegen
der Russen nit Wilna af, bezette den
spoorweg bU Wiloika en MolodetBjno
en veroorzaakte door deze schitte
rende militaire prestatie, dat de Rassen
uit de geheele linie van Wilna tot
Slonim op den terngtochtsweg met da
grootste moeilijkheden te kampen
nieuwe verwikkeling gekomen ln de
toch reeds zoo dnistere zaak
.Juffrouw Gu litt ls ook hier ge
weest, dokter', zei da bediende. „Zij
kwam gisteravond omstreeks acht nur
en scheen erg teleurgesteld, dat n er
niet was. Zij heeft mfj opgedragen u
te vragen, haar zoodra mogelijk in
haar hö'.el te komen opzoeken."
„Kwam zij vóór of nadat maneer
Hope vertrokken was
„Daarna. Z(j informeerde, of h(j uit
Brighton terug was, juist, alsof zj
van zjjn reis lots afwist.'
Aihbey ging naar z(jn slaapkamer
om zich te verkleeden. Toen h(J een
andere jae aantrok, ritselde er lets in
den borstzak en hij haalde er de kaart
nit, die h(j ln de Fltzroystraat in een
oude jas van Schiller had gevonden.
Hij bskeek die nog eens lang, maar
werd er niet wijs uit. Onwillekeurig
stak hij ze weer in zjjn zak, voltooide
zBn tollet en ging naar hot Bucking
ham l'alaee Hotel.
Ellen was juist van de lunch opge
staan en stond nu voor het raam te
kijken in gezelschap van de oude
barones, toon de kelner hem aan
diende.
Zjj schrok en keek naar de barones,
als vreeBde z(j een berisping, kwam
toen naar Ashbey toe en zei
„Heuieh, dokter, dit is een onver
wacht genoegen; ik meende, dat u
buiten de stad was."
„Ik ben op relB geweest, en juist
weer terug".
Daarop maakte hij een uiterst be
leefde buiging voor de oude dame,
die echter ditmaal vast besloten scheen
zullen hebben. Waar inmiddels de
Duitscho legers de insluitende ring
nauwer en nauwer maakten en de
nieuwe Russische legerleiding te lang
met het bevel tot den aftocht wachtte,
mag met belangstelling afgewacht
worden in boeverre de Russen zonder
kleerscheuren uit dit gevaarlijke gebied
naar veiliger terrein zullen kunnen
terugtrekken.
Om Dunaburg wordt ernstig ge
vochten en de val van de itad »cbi)nt,
ondanks de dappere tegenstand der
Russen, aanstaande.
Ten Z. van de Njemen bleef de
toeBtand vrijwel onveranderd. Prins
Leopold van Beieren slaagde er in,
de linie MoltschadNovo Mysz te
bezetten an bereikte den spoorweg ten
Z. van Lida, waardoor da Rnssischo
terugtocht niet weinig bemoeiljkt
wordt.
In het Z. zijn de Ruaion weer achter
de Sereth teruggetrokken, hoewel z\j
daar,zoowel als in den vestingdriehoek,
den Dnitsch-Oostenr(jkschen opmarsch
ten sterkste bemoeileken.
De volgende telegrammen mogen
nog eenige bijzonderheden melden.
Parljm. Op het front in België vrjj
hevig geschutvuur in de streek van
Boeaingho.
In daa sector van Atrecht en Agcy
z(jn levendige geweervuurgeveehten
geleverd.
Artillerieactie ten N. van Camp de
CbaloDS, tussehen Aisne en Argonne
en in Lotharingen in de streken van
Regicourt, Xousse en Leintrey.
Berlijn* Ten Z.W. van Lonnewaden
zijn de Russen een aanvallende be
weging begonnen. De strijd duurt nog
voort.
Ten O. van Smelina zijn onze troe
pen over een breedte van 3 K.M. de
vijandelijke stelling binnengedrongen.
Ten N.W. en Z.W. van Oschmjana
maakt ons offensief goede voortgang.
W5 zjjn de Gawca aan beide kanten
van Snbotnikl overgetrokken. De
rechtervleugel ls tot de Btreek ten N.
van Nowo*Grodek vooruitgekomen.
De Molczadza z{jn wQ ook ten Z.
van het gelijknamige plaatsje over
getrokken.
Onze troepen hebben de Russische
stellingen aan den rechteroever van
do Myschanka aan beide zjden van
den spoorweg Brest—Minsk bestormd.
Verder naar het Z. hebben w5
Ostrow na een gevecht in de huizen
genomen.
De over het Oginsklkanaal, bj
Telechany, opgerukte afdeeliugen heb
ben de Russen in de richting van
Dobroslawka teruggeworpen. Ten O.
van Logischin zjjn kleine gevechten
geleverd.
Weenen. In Oost-Galicië en Wol-
hynië - ls de toestand onveranderd.
Aan de Ikwa zijn op enkele sectoren
hevige geechutsgevechten geleverd.
Op zichzelf staande pogingen der
Rassen om over de rivier te komen,
hen niet alleen te laten en zich in een
leuningstoel installeerde. Het gesprek
moest dus noodwendig tot alledaagsch-
heden beperkt blijven.
Ellen maakte een opmerking over
het afschuwelijke weer en vertelde,
dat zjj de barones had voorgesteld,
oen week of wat ergen» op bet vaste
land wat zonneschijn op te gaan zoe
ken,maar dat zij liever te Londen bleef.
„Mijn lieve Ellen,' zei de onde dame,
„waar kan je nn naar toe gaan? Aan
de Riviera, Florence en Rome heb je
een hekel. Egypte is buitengesloten en
Sicilië ook. Neen, blijf te Londen. Over
een paar maanden krjgen we weer
mooi weer.'
„Ik heb eon hekel aan LondeD," ver
klaarde het meisje. „Als we dan toch
in Engeland moeten blijven, ga ik nog
liever naar bulten. Daar kan ik ten
minste rijden en golf spelen."
„En met boerenzoons flirten," zei
ds oude dame hatelijk.
Ashbey keek Ellen verbaasd aan en
zag, dat die opmerking haar zeer
ergerde. H(j vroeg zich af, wat ze te
beteekenen kon hebben Wie was de
boerenzoon, met wien zij geflirt kon
hebben
Maar met bewonderswaardige zelf-
beheersching antwoordde zfl
„Er zijn heel veel fatsoenlg kernen-
scben, lieve barones, zelfs onder den
boerenstand." En haar stem latend
dalen, fluisterde ze tegen Ashbey„Ik
wou, dat ze in 's hemels naam maar
ging! Ik heb n iets heel belangrijks
te vertellen."
[Wordt vervolgd).
„J»,ken je hem?" vroeg Ashbey »nel.
„Ik geloof, dat hij een vriend van
de patroons is," antwoordde Manby.
„Is hij wel eens hier geweest
„O, zeker. Wij hebben hem een paar
mail overgezet naar Noordwyk."
„Waar ligt dat
„Hier tegenover in Holland, 't ls
oen dorpje ln de duinen, dicht bij
Lolden."
„De snelste weg naar Duitschland
voor iemand, die stilletje» nit Engeland
weg wil komen, niet waar
„Dat 1b zoo,meneer. Maar de patroon»
zorden het voor niemand gedaan heb
ben, dan voor een vriend, zoo?'» ma
tteer Schiller."
„Wanneer heb je dien Smlthson voor
het eer»t gezien informeerd Ashbey.
„Hier in het „Witte Hert"hij kwam
den patroon opzoeken en praattemet
hem, toen meneer Schiller binnen
kwam. ZJherkenden elkander en
schenen toch heel verbaasd, elkaar te
ontmoeten."
„Z|j gingen zeker vriendschappelijk
met elkaar om?"
„Nu, dat kan Ik niet precies zeggen.
Zjj leken njjdig en Smithson vroeg
Schiller toen, met hem naar bulten te
gaan, daar h(j hem iets onder vier
oogen wilde zeggen. ZS gingen samen
weg en ik heb Smithson daarna nooit
meer gezien."
„Heb je wel eens een dame Jn ge
zelschap van Schiller gezien
„Toen wij den eersten keer met hem
overgingen, hadden we ook een dame
aan boord, een jonge, maar dia zoo
ingepakt was, dat ik baar gezicht niet
kon zien. Het was erg buiïg weer en
de dame werd door nat."
„Je zou haar dus niet weer her
kennen?"
„Neen, ze had een dikke volle voor
en scheen zich opzettelijk onherken
baar gemaakt te hebben."
De ontdekking van die geheime
route naar het vasteland verbaasde
Ashbey in booge mate. Een onderzoek,
dat h(j later te Londen instelde, leerde
hem, dat een vluchteling zich gemak
kelijk naar de Hollandsche of Bel
gische kust kan laten brengen. HJj
ontdekte zelfs, dat er een agentschap
bestond, wrnr men voor zulk een
heimelijke reis tegen vooruitbetaling
een plaats kon uemen aan boord van
een vlsscherssehult.
Ashbey praattj nog wat met den
visschersman, die hem heel wat ge
heimen vertelde betreffende de zaken
van zjjn patroon». Van Schiller wist
hi) echter niets, behalve dat hij op
het oogenblik aan den overkant was.
Ashbey had dus met goed succes
het spoor gevolgd van de geheim
zinnige brandkast, die het bewijs be
vatte van een laaghartige misdaad,
een bewijs, dat, helaas, nu voorgoed
verdwenen was.
Maar bad Smithson Inderdaad zjn
eigen bezit terug gekocht, ten einde
het in zee te laten werpen? Na lang
peinzen werd Ashbey overtuigd, dat
het zóó was. H{| wist, wat die brand
kast bsvatte, in weerwil van zjjn pro-
tosten en Ellen's verklaring.
„Kgk eens, Manby," zei hg, „ik zal
zorgen, dat je er goed bi) vaart, wan
neer je mjj wilt helpen. Ik zou heel
graag dien Schiller nog eens ont
moeten. Zie, dat je weer bU je patroons
terugkomt en als je naar den over
kant gaat, om hem te halen, zend me
dan een telegram, om me je vertrok
te berichten. Ik betaal je daar vjjt
pond voor."
De man scheen besluiteloos.
,Nn, meneer," zsi hU, na even na
gedacht te hebben, „sla u mg belooft,
niemand iets te zeggen van onze
reiBjes naar Holland, dan beloof ik n,
dat telegram te zenden."
„Goed. Sein alleen maar „wegge
gaan", dan weet ik wel, wat het be
teekent. Hier is het adres" on Ashbey
schreef met potlood Hope's adres op
een stukje papier.
„Bsst, meneer. Wg zullen drie of
vier dagen, nadat Ik u getelegrafeerd
heb, hier terug zgn en dan kunt u
hem toevallig ontmoeten. Niemand
mag ooit weten, dat ik u een wenk
gegeven heb."
Toen Ashbey daags daarna even
voor negenen weer in Hope's woning
terugkwam, vertelde de bediende, dat
zgn meester 's avonds te voren plotse
ling teruggekomen was, een klein
tasehje had Ingepakt en weer wegge
gaan was. Hg zei, dat hg zgn bodiende
schrgven zou.
Dit verbaasde Ashbey. Hg had ge
meend, dat Hope nog te Brighton was,
om dicht bg Harriet te zgii. Hadden
zg misschien gekibbeld, of was er een