N°. 65 1915, Zaterdag 5 Juni 102de jaargang. Bij dit no. behoort een Bijvoegsel 42 FEUILLETON. Warrige Draden. tydlg oordeel kan wekken. XXIII. Ue uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en'Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Prjs per kwartaal, In Goes B,ÏS, buiten Goes, franco f l,U, Afzonderlijke nommars S sent. inzending van advertontlön op Maandag, Woensdag en VRIJDAG vóór 19 uren. De prjs der gewone advertentiSn is van 1-6 regels 50 ct., elke regel meer 10 et. By directs opgaaf van driemaal paatsing dsrielfde advertentie wordt de prfls slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huweigk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbend» dankbetuigingen worden van 1—10 regels i 1,— boreksnd Sawjinumineri Sjeest; Telefoonnummer 33. öirestenr G. W. va» Babnbvbld. Uitgave van de Nwml. Veaaoutsslutp .Geeseke Gouraat". Hoofdredaetenr W. J. G. va» Sabthn iff* Zij, die zich met Ingang van 1 Juli a.z- op ons blad abon- neeren, ontvangen de tot dien datum verschonende nummers gratis. Socialistische voorstellingen De ai'deeliugZaandam van deS.D.A.P. heeft ceu merkwaardige motie aange nomen, de noodzakelijkheid uitsprekend, dat het I'artij-bestuur onverwijld maat regelen zal nemen, om, wanneer het aangekondigde wetsontwerp van den Minister van Oorlog verdere uitbrei ding van het leger mocht bedoelen, gereed te zijn, dit ontwerp met de meest krachtige middelen te bestrijden. De motie is even merkwaardig, als de houding der S. D. A. P. het altoos is geweest ten opzichte van het vraag stuk der defensie. Toen de Europeesche oorlog uitbrak en de overrompeling van België had plaats gehad, zat de sociaal-democratie ten onzent met de handen in het haar en achtte men zelfs het ingrijpen van Nederland een oogenblik noodzakelijk, wijl, na België, toch aan ons de beurt zou komen. Maar dat liep meede neutraliteit van Nederland bleef onge schonden. En dit feit alleen reeds had een verbazende uitwerking op de soci- aal-democralie. Het duurde niet lang, of zij ging de oude taktiek weder volgeu zooals een jongen, die, in het oogenblik van gevaar achter de rokken zijner moeder weggekropen, tot de oude wandaden vervalt, als hij de lucht weer voor zich zuiver waant, zoo begon de sociaal-democratie, haar de magogisch verleden getrouw, op alles de, pijlen van haar kritiek te richten, ook op de regeering, waarbij zij, toen het gevaar van zeer nabij dreigend was, een veilige toevlucht had gezocht. Grootsch is een dergelijke houding allerminst. De sociaal-democratie ten onzent kon echter moeilijk anders. De inter nationale was, bij het uitbreken van den Europeeschen oorlog, als een kaar tenhuis ineengestortin plaats dat het proletariaat van alle landen zich ver- eenigt, zooals het parool luidt, beeft het zich verdeeld tegen zich zelf. Daarbij kwam, dat liet in het eigen land alles behalve fortuinlijk ging. Een sterke oppositie sta'c het hoofd op; liet goedkeuren van militaire credieten werd gebrandmerkt als een on-socialis- tische daad. De moeilijkheden stapelden „Ik moet ook gaan," zei ze. „Mis achten sehr(jf ik je aan het adres van Sir John. Vaarwel 1" Robert kuste haar en zfln neef deed Jane uitgeleide. Een half unr later was Fletcher In zijn glimmenden rok bezig, zjjn rol als keiner te spelen in „Victoria." Het was er vol tegen lunchtijd, maar Robert herkende nie mand, eer de dikke dame, die hem den vorigen avond had aangesproken, binnenkwam. Robert bracht haar naar een tafeltje en zB praatte vriendeigk met hem in het Duitseh. „Jo ziet, dat ik vandaag alleen ben," merkte zij op. „Je moet goed voor mo zorgen. En ik heb honger ergon honger Fletcher bediende haar en dea ge- heelen tjjd praatte zij tegen hem. Z{j Bcheen onrustig te zijn, als hy niet bij haar was. „Mijn man is voor een paar dagen weggegaan," vertelde zij. „Ik gevoel m(j eenzaam, daarom eet ik meer! Waarom glimlach je, meneer Kooh? Je denkt, dat ik toch niet zoo erg eenzaam zal zijn? Misschien heb je geigk. Mijn goede man is veel ouder dan ik. Soms is hg erg vervelend.' Robert mompeldo iets. Op dat oogen blik kwam Perth de zaal binnen en ging al buigende en glimlachende naar het kantoortje de typische restau ranthouder. Madame nam hem soherp op. „Is dat uw osm, da nieuwe eige- zich op. Dit was voorde S. D. A. P. het sein, om een anderen weg in In-slaan, om de oude, bekende paden te gaan be wandelen. Tegen militaire autoriteiten werd stemming gemaakt,in de Kamer weerklonken, bij militaire voorstellen, de socialistische veto's protest-verga deringen tegen den „honger" werden belegd. En Het Volk, dat een poos lang vrij mak was geweest, sloeg op nieuw den ouden toon aan. Al had dan ook de partij-leiding op hel con gres te Arnhem gezegevierd, de sterke oppositie moest wel degelijk naai de oogeu worden gezien. Volkomen in deze lijn past de moti.- van de afdeeling Zaandam der S.D.A.I'. In de Kamer heeft de Minister van Oorlog medegedeeld, dat het ui zijn bedoeling ligt, te komen met een voorstel tot algemeenen oefenplichl. In Het Volk van 19 Mei j.l. werd daartegen, in een artikel „Voorspel", reeds te velde getrokken en het heette daarin „Maar dit staat reeds nu voor ons vasthet oogenblik om van leger- stelsel te veranderen, is eerst gekomen nu den oorlog. Indien de Nederland- sche militairisten reeds tijdens den oorlog van een gemakkelijk te kweeken stemming in de heerschende klasse misbruik willen maken, om de per soonlijke en linancieele lasleu voor bet leger zeer belangrijk te verzwaren en daarmede de toekomst voor de bezit- looze klassen nog somberder te maken, dan zullen zij op een feilen, bitteren en niet gemakkelijk te breken tegen stand onzerzijds moeten rekenen". fa een ander artikel „Het zijn maar reserves- Volk vr.n Mei j.l. wordt beweerd, dat, wanneer men tot algemeenen oefenplicht komt, het gevaar grooter wordt, dat Neder land in den oorlog zal worden betrok ken. De logica van deze bewering zal velen, mot ons, ontgaan. Allereerst moet de opmerking wor den gemaakt, dat het stelsel van al gemeenen oefenplicht heel wat anders is dan het stelsel van algemeenen dienstplicht. Onze regeering, die met den internationalen toestand natuurlijk lang zoo goed niet op de hoogte is als de redactie van liet Volk, meent, dat het gevaar voor Nederland, om ook in den oorlog te worden betrokken, nog steeds niet geweken is. Wanneer, wat voorzeker niemand wenseht, maar toch altoos als een mogelijkheid rnoet worden beschouwd, ook Nederland in den krijg wordt gesleept, wat zal dan j beter zijn een leger van .390.001) man, I naar?' vroeg zij. Robert knikte en verliet haar onder voorwendsel, te worden geroepen. Iets in Perth's blik had hem gezegd, dat hg hom moest spreken. Fletcher ging naar het kantoortje. „Weos voorzichtig met die vrouw," fluistarde hg Robert toe. ,zg is ge vaarlijk." „Zy is de vrouw van Schütz." „Daar gaat zg voor door, dat weet ik," antwoordde Perth. „Ik heb haar vroeger een paar maal ontmoet. Zjj is veel Behrnnderder. dan het schijnt en gevaarlijk. Io er nieuwe?" „Wij hebben een bondgonoote," zei Robert. „Ze gaat vanavond naar Parijs." „Juffrouw Parker?" riep Perth uit. „Ja!" „Ik wonseh haar geluk. Later zul len wg praten. Ga nu terug naar het restaurant." Robert gehoorzaamde en bijna on middellijk riep de Dnitscha dame hem. „Ik heb een bjodschap voor je," duisterde ze hem in het oor. Je moot om vier uur vanmiddag in do schiet baan van Arthur Flelschmann zgn." „In orde. Waar is dat vroeg Robert. „No. 18, Old Compton Street. Na afloop Zij aarzelde. Fletcher stond voor haar in een eerbiedige houding. „Wil jo dan een glas bier by me komen drinken Ik woon daar dicht by." Ze glimlachte Robert vriendelijk toe. Deze was verbaasd en aarzelde. „Kom gerust," fluisterde zy drin gend. „No. 36, boven den kleermakers- winkel. Je zal het gemakkeiyk vinden zonder reserve, of een leger, dal achter zich weet een C00.O00 geoefende mede burgers? Wat wil Hel Volk, als onze neutraliteit mocht geschonden worden trachten den vijand over onze grens te jagen, of, met de armen over elkander, zeggen gaat u je gang maar? Wenseht men bet eerste, Jan dient de weermacht zoo sterk mogelijk te zijn en dat niet eerst, wanneer de schending der neu traliteit een daad is geworden, doch daarvóór. Bepleit men het laatste, dan zal men, eerstens, bet gerechtvaardigd verwijt van lafheid niet kunnen ont gaan, maar zal, tweedens, de oorlog voerende partij, welke onze neutraliteit niet schond, in ons, en volkomen logisch, een vijand zien daarnaar handelen dus. Wanneer de Minister van Oorlog met zijn voorstel tot algemeenen oefen plicht komt, dan zal blijken, dat die plicht slechts een tijdelijke is, zooals het verband, bij den vrij willigen land storm aangegaan, als een tijdelijk moet worden beschouwd. Van verandering van legerstelsel is dus geen sprake. Dat moet Het Volk ook weten. Doch dit te weten en het niet te zeggen, is de weg welbewust openen voor een agitatie, welke misschien een tijdelijk succes kan bezorgen, maar dóór en dóór valsch is. Laten wij ten slotte uit het artikel ,/Het zijn maar reserves I» nog dit moois overnemen /Hadden wij een volksleger, waarin iedere geschikte jonge man was ingelijfd, dan had hier het Zwitsersche voorbeeld kunnen zijn ge volgd bij het luwen van het gevaar had een aanzienlijk deel der gemobi- liseerden verlof k- "nen krijgen. Nu bestaat dit „aanzienlijk deel" alleenlijk in de fantazie van liet Volk. Doch dat is minder. Waar wij op willen wijzen, is ditmei welk een schitterende kennis van zaken wordt hier een vergelijking getrokken tus- schen Zwitserland en Nederland het óéne rijk met zijn krachtige, natuurlijke versterkingen, welke het tot een schier onneembare vesting maken het andere rijk een laag land, dat aan alle zijden open ligt Met een varialie op het slot van het artikel „Het zijn maar reserves 1" mogen wij zeggen „De agitatoren te gen een zuo weerbaar mogelijk Neder land in deze dagen vermijden het zalig, met steekhoudende argumenten tot het publiek te komen." Later kom ik hier dineeren. Ja?" Robert bevond zich In groote ver legenheid. Al kon het aannemen van haar uitnoodiging hem in een lastige positie brengen, tcch was hg nieuws gierig naar de reden daarvoor. Zy boog zich wat meer naar hem toe. „Ik verwacht je," zei ze. „Je komt „Dank u zeer," boog Robert, „ik zal komen." Ze betsaldo haar rekening en ver trok. Fletcher liet haar uit en zU fluis terde hem iets in het oor, teen zjj nom voorhöging. Fritz, die nieuwsgierig naar hen had gezien, kwam oen oogen blik later by Robert. Je mag wel voorzichtig wezen," zei hy langzaam, ,'t Is niet geraden, Scbiitz een poots te spelen." Fletcher vertelde Perth wat er ge beurd was.Hg was het met Robert eens, dat het een lastige kwestie was, maar drong er op aan, dat hij zou gaan. „Je kan nooit weten," zei hy. „Zelfs de schranderste vrouwen hebben haar zwakheden. Doch ik denk, dat zy ditmaal iets meer in den zin heeft." Om vier stond Robert aan de deur van het adres, dat hem was opgegeven. Een slordige dienstbode wees hem een trap, waar een handwyzer naar be neden wees, waarop stond: „ARTHUR FLEISCHMANN's SCHIETBAAN." Fletcher ging de trap af en kwam ln een soort kelder met twee banen in één was een jonge man bezig te schieten. De heer Flelschmann stond langzaam van zgn stoel op en kwam naar Robert toe. „Max Koeh, nietwaar?" vroeg by. Robert knikte. Buitenland. De strijd In en buiten Europa. Nederland, h9t kleine, zelfstandige koninkryk, ligt als een oaso in de woastgn dar verschrikking. Hoe fel ook de volkerenstryd rond om onze grenzen mag woeden, wg zgn neutraal, wg hebben de vriend schapsbanden met de oorlogvoerende staten niet verbroken, wy bigven workclooze toeBohonwors bij het groote wereld-gebeuren,al staat ons leger, met het geweer aan den voet, aan de grenzen, om onze vrijheid en onaf- hankeiykheid tegen lederen vreemden indringer te verdedigen. Het feit, dat wy vriendschappeigke betrekkingen onderhouden met alle oorlogvoerende mogendheden, het feit, dat in onze staatscourant, by het be kend worden van elke nieuwo oorlogs verklaring, uitdrukkeigk vermeld is, dat Nederland zich in ieder opzicht onsydig zal houden, brengt voor onze regeering vele en ernstige verplioh- tingen mee. Goddank hebben wy een regeering, die in tal van moeiiyke oogenblikken, welke reeds achter ons liggen, gotoond heeft, haar taak volkomen te fcegrgpen. De Nederlandsche regeering heeft tot nu toe op al haar handelingen den stempel van volkomen onzgdigheid en onpartgdigheid gedrukt en zich daar door in het buitenland doen kennen als een kabinet, dat tot nu toe in geen enkel opzicht voor één dar strijdende partyen eenige voorkeur getoond heeft. Dat moet Nederlands positie sterk en krachtig maken, niet alleen nu, maar ook na het sluiten van den vrede, dat doet het buitenland vertrouwen winnen ln onze oeriykheid, en waarde toekennen aan ons onpartgdlg oordeel. Maar wil onze regeering de achting, welke zy tot nu toe van die van alle oorlogvoerende staten genoot, behou den, dan moet haar voorbeeld gevolgd worden door allen, wien het welzijn van Nederland ernstig ter harte gaat. Dan moet zy achter zich weten een volk en een pers, als uiting van de voiksmseniDg, die ln alle opzichten de onzijdigheid, welke ons land voor een rampspoodigen oorlog behoedt, in het oog honden, die zich steeds rekenschap geven van woorden en daden en bedenken, dat een onpar- tgdig Nederland een sterk Neder land Is. Niet, dat wg niet mogen uiten hos verschrikkelijk ons de aanblik Is van den wereldbrand, welker vlammen steeds verder en verder om zich heen grypen, niet, dat wg onzen afkeer van een dergeiyk schouwspel in de twin tigste eeuw dor beschaving behoeven te verbergen, maar vóór alles moeten wij bedenken, dat onze sympathieën en antipathieën niet tot uiting komen ln een vorm, welke bg detegenpartg een gerechten twijfel aan een onpar- „Men heeft me gezegd, dat ik hier om vier moest komen," zei hg. „Juist. Zeg my eens, wat dit is vroeg hy, van een stoel naast Robert een wapen nemend, gcigk aan dat, waarmee da jonge man schoot. „Het is een geweer, zooals men in het legnr gebrnikt." „Laat me eens zien, hoe je het laadt," beval hy, op oen doos met patronen wijzend. Robert gehoorzaamde zonder aar zelen. Daarop wees Flelschmann op do andere baan. „Schiet De baan was tameigk lang en het doelwit klein, maar Fletcher vuurde zes schoten af en trof het telkens. Flolschman maakte aanteekeningen in een zakboekje. „Heel goed," verklaarde hy. „Je komt in de eerste klas. Je zal vanavond je geweer en patronen hebben. Be waar ze op oen veilige plaats, en denk er aanl" Hy drong Robert een sigaar op en klopte hem op den rng. „Er komen hier lui van wie ik moei- ïyk kan golooven, dat «Ij ooit een geweer hebben gehanteerd. Met jou is het wat anders. Ja zal wel raak schieten. Een leven voor eiken ko ge), hè „Ik heb altgd veel van schieten ge- houden I" zei Robert. „Kom maar gauw weer terug, en wgs dien anderen eens, hoe een jonge Dnitscher moet schieten. Je hebt geen oefsning noodig!" Fletcher verliet de schietbaan met vliegendo vaandels. HU was niet zoo zeker van zUn volgend bezoek. En hier dreigt den laatsten tUd een gevaar, waartegen niet ernstig genoeg kan gewaarschuwd worden. Zien wjj buiten onze grenzen, dan zien wy twee groote en machtige mogendheden een vreeselyken stryd om het bestaan voeren. Van alle zyden besprongen, staan hun legermachten, in Oost, Zuid en West opgesteld, houden met reuzen kracht dn dichte ryen vijanden van allerlei kleur en nationaliteit huitan de grenzen of dringen hen terug op eigen grondgebied. Een combinatie van mogendheden van de meest nlteenloopende belangen en beschaving, heeft zich verbonden, de centrale mogendheden ten val te brengen. Met do uiterste verwoedheid wordt van hunne zyde de kryg ge voerd en, waar het na tfen maanden van inspanning niet gelukte, voldoende succes ta behalon, worden, in naam van beschaving en menscheiykheid, steedB meer volken en regeeringen aangespoord, zich aan te Bluiten, om gezameniyk den machtigen en invloed- rykea vyand voor goad ts verpletteren. Griekenland heeft op het pnnt ge staan, zich ln den stryd te werpen. Italië heeft den onbezonnen stap gedaan. Bulgarije en Roemenië worden nog dagelijks beïnvloed. Het middel, waarmede in al die staten gewerkt is, verschilt naar deu aard en de behoefien der bevolking. Ia de Balkanstaten speelden de voor uitzichten op geldeiyken steun een groote rol, in Italië werden beloften gedaan van belangrBke gebiedsaan- winst, waardoor in de toekomst een grooter Italië zou verryzen, waaraan da zoo zeer begeerde landstreken niet meer zouden ontbreken. Italië heeft zich, zonder voldoende waarborgen, vrUwiilig aan de ver- sohrikkingen van den meest moord dadige?. oorlog aller tyden blootge steld, de Balkanstaten, door ondervin ding voorzichtig geworden, wachten nog af, aan welke z£de de meeste kans op overwinniDg zal zgn. Hoe staat nu ons land tegenover de pogingen om ten voordeele van een dor oorlogvoerende combinaties in dezen stryd party te kiezen? Het Nederlandsche volk, dat nu nog met welgevallen op zUn bloeiende akkers en ongeschonden eigendom neerziet, weet, dat een noodeloos party kiezen in dazen stryd een mi3daad zou zyn, welke do risico met zich brengt, dat van ons rtke vaderland een ver woeste, verbrande en uitgemoorde landstreek zal overbiyven, als België was, na het doortrekken van het Dnitsohe leger. Wy zgn niet gevoelig voor buiten- landsch geld, wy begeeren niet een grooter gro dgebied ten koste van onze buren. Maar op andere wb'ze wordt een De dame ontving Robert met een vriendeiyken glimlach. Haar kamer was op de typisch Dultsche manier gemeubileerd. Er waren twee groote spiegels, een pluchen tafelkleed, stoe len met trüp en zware gordynen. „We zullen hier gaan zitten," zei ze, de sofa aanwUzend, „en over Enge land spreken. Maar eerst zal ik ons een glas bier Inschenkap." Terwijl ze dat deed, kreeg Robert plotseling oen goeden inval. „Wilt u mat my op iemands ge zondheid drinken?" vroeg hy, Zy hief haar glas op. Fletcher nam een sentimenteels houding aan. „Het is die van m(jn meisje in Koblenz 1" zei hy zuchtend. „Meine liebe Kathol Weldra hoop ik terug te keeren, om haar te trouwen I" „Op Kathe'3 gezondheid dual" her haalde zy en dronk haar glas in eens uit. „Zoo, zoo, je hebt dus een meisje in Koblenz?" „Ja, mevrouw," antwoordde Robert. Zyn gastvrouw dacht eenige oogen blikken na. Hy kon zich niet vlaien, dat er teleurstelling op haar gelaat lag. Ze schoen eerder de noodzakeiyk- hoid te overwegen, om haar planner, te wijzigen. Ia dien tusschentyd be merkte Robert een beweging in de gordynen aan het eind dor kamer, maar hy was echter wel zoo wy», daar niet over te spreken. „Je wilt met haar trouwen vroeg zy. „Zoodra ik geld genoeg heb over gespaard. Mgn oom biedt my nu een kans aan. Daarom ben ik uit Amerika teruggekomen." Zy knikte. (Wordf vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1915 | | pagina 1