ooit vermoedden, maar bet la absoluut
zeker, dat de noodzakelijke middelen
verschaft zullen worden, zelfs Indien
Engeland al zyn hulpbronnen zon
moeten opleveren.
De Obt.rver merkt op: Hoe langer
de oorlog duurt, des te vaster zal
onze organisatie worden. De ontwik
keling van Engeland tot een der
grootste militaire mogendheden der
wereld zal een van de belangrijkste
gevolgen van Dultschland's werkzaam
heden zijn.
Da Sunday Timet schrijftIn plaats,
dat de oorlog ons verzwakt en in de
war brengt, varsterkte hij ons rjjk
outzaglfik en loste hj voor ons pro
blemen op, welke zwaar op onze
staatkunde drukten. Nog nooit zjjn
de onderdanen van de Britsche kroon
zoo eensgezind geweest. Vóór dat
het einde daar is, zal de oorlog zware
offers van ons vragen, maar hoe hoog
de prijs moge zijn, de schadevergoe
ding zal boven elke verhouding uit
gaan.
De federatie van het Kijk, zoolang
gedroomd, is nu een zekerheid ge
worden, want een nieuwe band Is
gelegd tusBchen moederland en kolo
niën, een band, die niet meer ver
broken kan worden. De oorlog ont
hulde do tronw en loyaliteit van lndië.
Het rasprobleem ls voor eeuwig be
graven tusschen Brltsch en Hollandsch
Zuid Atrlka en de oude veete tusschen
Ëngelsch en Iersch behoort tot he
verleden.
Binnenland.
Onze neutraliteit.
In de Nineteenth Century and after
suhr$ft de heer Robertson Scott een
artikel over „Our nearest neutral
neighbour and the war*.
De heer Scott wijst erop, dat de
Nederlandsche regeering ten aanzien
van in- en uitvoer een strikte neutra
liteit handhaaft en dat het schandelijk
zon zijn, dat bij ai de smart en al het
ljjden door den oorlog veroorzaakt,
ook nog zonden komen gespannen
betrekkingen of erger tnsschen En-
gelsohen en Nederlanders, terwijl jnist
Engeland met geen ander Europee ach
volk in politieke en sociale ideeën zoo
verwant is als met Nederland. Hoe
meer Engeland dit land steunt om zijn
nentraliteit te handhaven, te eer is het
te verwachten dat, indien de Neder
landsche troepen ooit de grens over
zullen trekken, tjj zullen optrekken in
samenwerking met de bondgenooten.
Uit verschillende brieven van vrien
den in Nedeiland maakt de schrijver
op, dat de overgroote meerderheid
der Nederlanders met de bondgenooten
ls. In de tegenwoordige phase van den
oorlog is de Nederlandsche natie mede
gevoelend en neutraal. En als Engeland
verstandig handelt, zal Nederland zoo
meer waard zgn dan als zwak bond
genoot. In de elndphass van den oorlog
zullen de versche troepen vanNedor-
land en Denemarken van hooge waarde
z(!n.
De schrijver bewondert den arbeid
vac Minister London en den gezant
De Marees van Swinderen, die ervaren
en vriendschappelijk gezinde staats
lieden zijn, en hg eindigt, dat, dank
zij de bekwaamheid en ondernemings
geest van de Nederlandsche pers en
dank zjj het feit, dat de Nederlanders
Engelsohe, Fransche en Dultsche
boeken en tijdschriften lezen, geen
volk van ee:ig ander land beter in
gelicht is over den voortgang van de
krjgsverrichtiagen en over de ont
wikkeling van den politleken toestand
in Europa. De schrijver ls vast over
tuigd, dat Engeland de sympathieën
bezit van de meest invloedrijke krin
gen ln Nederland en dat het deze kan
behouden, indien het met wijsheid en
toegevendheid handelt, maar, zegt hjj,
dat .Indien* was nimmer van grooto
beteekenis.
De maritieme medewerker der Westm.
Oaz. behandelt, in het nnmmer van
Dinsdag 28 September, .some naval
questions.*
Hg verdedigt daarin zftn eigen opinie
over het verlies der krnlsers tegen
eenlge zee-officieren, die beweren, dat
de Dultsche dulkbooten de geheele
Engelsche vloot zullen vernielen, dat
men die vloot onmiddellijk moet thuis-
halen en in veilige havens opbergen,
dat geen schip zonder torpedojagers
veilig ls en dat en hiermede hebben
wij ons alleen te bemoeien de
Nederlanders een hoogst zonderlinge
opvatting hebben van het bewaren
banner onzgdigheld, want dat de
Nederlandsche kust vrfjeiyk door Dult
sche dulkbooten als basis wordt ge
bruikt.
Wat dit laatste punt betreft, merkt
deze deskundige op
Er varen heel wat visschersschnlten
van en naar Rotterdam en Vllssiogen.
Na ls bet mogelijk teekent da
Nieuwe Ct. hierbij aan dat een
duikboot zich verschuilt achter een
vlssoherBboot, die de Nederlandsche
vlag voert, doch niemand zal beweren,
dat daardoor ook maar een schijn van
bewijs geleverd wordt, dat het daarom
een Nederlandsche schnlt is.
Nu is het mogeigk, dat dulkbooten
ln de bnnrt van Hoek van-Holland
knnnen komen en zelfs zich verbergen.
Doch het is niet billijk te beweren,
dat, als zulk een duikboot zich ver
bergt achter een vlsechet ovaartuig met
de Nederlandsche vlag, dit schending
ls van de Nederlandsche nentraliteit.
Verre van dienmen kan volkomen
zeker wezen, dat de Nederlandsche
regeeriDg met 't grnwelflk voorbeeld
voor oogen alles zal doeD, om zelfs
den geriugsten schijn te vermgden
van de schending der nentraliteit,
en hierin zullen de Dnltschers onge
twijfeld de Nederlandsche regeering
ondersteunen, want niets vreezen zjj
zoo zeer als een Inval ln hnn land
door een vijand, die er door Noderland
intrekt.
De politieke vrijheid in het leger.
Op de vragen van het Kamerlid K.
ter Laan, betreffende het verbod tot
het lezen van ,Het Volk' door mili
tairen, het bezoeken door militairen
van gebouwen en vergaderingen van
eene politieke partij of vakvereeniglng,
en de uitzetting van da. De Jong nit
het door de derde divlBie bezette ge
bied, hoeft de Minister van Oorlog
geantwoord
1. Reeds vóór de vraag ter kennis
van don Minister kwam, was, Daar
aanleiding van ingekomen klachten,
aan do militaire autoriteiten mede
gedeeld, dat er geen enkele reden
bestaat, om onder de tegenwoordige
omstandigheden ton aanzien van deze
en andero bladen een andere gedrags
lijn te volgen dan ln normale tjjdan
geschiedt. Verder kan de Minister niet
gaande beslissing moet berusten bg
hem, die de toestanden en omstandig
heden In ieder bjzoudcr geval kent.
2. Het voorgaande ia ook van toe
passing op het bezoeken van gebou
wen en vergaderingen van een politieke
partg of van een vakvereenlging. Een
algemeenen regel kan de minister ook
ten deze niet stellen.
3. Op 27 Augustus werd door ds.
De Jong nit Veghel een rede gehou
den in hot vereeniglngslokaal van de
protostantsche jongemannen te Stra
tum, welk lokaal als militair tehuis
stond aangegeven en toenmaals dan
ook door vole militairen bezocht werd.
Afgescheiden van de vraag, of de
bedoelingen van ds. De Jong al of
niet verkeerd waren, staat het vast,
dat de Inhoud van zgn rede een niet
toelaatbaar karakter droegzoo werd,
zg het ln bedekte termen, dienstwei
gering aanbevolen. Terwgi werd na
gegaan, of de gehouden rede ook
aanleiding zou kunnen geven tot een
strafrechterigke vervolging, sprak ds.
De Jong op 2 September andermaal
een rede nit, van ongeveer geigke
strekking als de vorige. In die om
standigheden zag de dlvlsiecomman-
dant zich gedwongen, om maatregelen
te nemen, teneinde den toegang tot
de troepen aan ds. De Jong te ont-
zeggen.
ln betlag genomen.
Door de politie te 's Gravanhage
zgn, naar de „Tel.* meldt, in ver
schillende boekwinkels een groot
aantal exemplaren van het geïllu
streerde tijdschrift „Wereldwee" ln
beslag genomen, omdat daarin ver
schillende teekenlngen van den heer
Ramaekers voorkomen, die aan de
DcitscherB, Fransehen en Belgen aan
stoot knnnen geven.
Van een Inbeslagneming van de
Bchunnlge „Krlegsnnmmer* der „Lus
tige Blatter', die elk weldenkend
mensch aanstoot geven, hoort men
niets, teekent de .Telegraaf" hierbij
aan.
De ,Nieuwland" op een mijn geloopen.
Gisteravond is te IJmnlden binnen
gekomen de iogger Wllhelmlna 4,
KW. 148, met 17 man equipage van
het Nederlandsche stoomschip „Nleuw-
land", dat S mijl ten Noorden van
Onter Downsiug op een mfjii geloopen
en gezonken is.
Het stoomschip „Nienwland* is het
nieuwste schip van de Scheepvaart
en Steenkolen MaatschappC te Rotter
dam on was met een lading steenko
len bestemd van Goole naar Harlingen.
De „Nienwland* was Zaterdagmorgen
te ruim 8 uur vertrokken. De ramp
had plaats te 10.40
Het schip werd getroffen ln rnlm
één, dat openbarstte, waarna het stoom
schip eerst over stuurboord, later
over bakboord ging overhellen, om
binnen korten tfjd met den kop in
zee te zinken. Alle opvarenden had
den gelegenheid, zich in een van de
scheepsbooten te begeven, die door
den genoemden logger werd opgepikt,
zoodat alle opvarenden gered zijn.
Gezagvoerder is kapitein H. Drayer,
van Rotterdam. Tot de geredden
behoort onder meer Jan Noordergraaf,
van Rotterdam, die ook tot de ge
redden van de „Eontdgk" behoorde.
Aan boord van den logger werden
allen van kleeren voorzien. Tfjdens
de catastrophe had de 2de stuurman
Stegers nut een der matrozen de
wacht
Door de zorgen van het agentschap
werd de bemanning in het Koning
Wll' -mshuis een onderkomen ver
schaft.
Verspreid Oorlog-s-Mieuws.
Vuittche verliezen.
De Times-correspondent in Kopen
hagen verneemt nit Kenlen, dat daar
ongeveer 60.000 gewonde Duiteehers
aangekomen z'jnalle gebouwen lig
gen vol. Op de daken der hotel» en
op den Dom staan machinegeweren,
om een aanval van vliegtuigen of
ballons af to weren. Hot publiek
blijft onkundig van de Dultsche ne
derlagen, maar toch ls er oen panieg
in Kenlen. De stad lfjdt onder spion-
nenkoortsin een dag zfjn er 21
doodgeschoten. Alle verkeer is na
genoeg opgehouden, daar de trams
gebruikt worden voor het vervoer
van prikkeldraad en ander materiaal
voor de verdediging der stad.
Dezelfde correspondent deelt mee,
dat de tot nu toe verschenen Dnitsche
verlieslijsten, die sleebis tot begin
September Joopen, het aantal dooden,
gewonden en vermisten reedB tot
90.000 opvoeren, met Inbegrip van
1000 officieren, die gedood en 2000
die gewond zfjn. Hierbij komen nog
de Beiersche, Saksische en Wurtem-
bergsehe verliezen.
Historisch rekensommetje.
De Keizer van Duitschland
ls geboren 1848
1
8
4
8
Gehuwd 1869
1
8
6
9
Gekroond 1893
1
8
9
3
1914
Tusschen twee vuren,
Toen wj hedenochtend vroeg,
schrgft een correspondent nit Gent,
dd. 30 September, met eenlge collega's
weder op weg trokken, hoorden wy,
bnlten Gent, gekomen het donderen
van het kanon uit de richting Den
dermonde. Bij Sch.hooiden wij
dan ook, dat de DuitseherB bezig wa
ren de rnïnos, welke van het onge-
Inkklge stadje over waren gebleven,
plat te schieten. Hun artillerie was
opgesteld voor de dorpjes Nieze en
Gyseghem, van waaruit zfj hun op-
marsch naar Dendermonde aanvingen.
Het zon dus kunnen zijn, dat z? Sch.
Heten liggen, doch ln ieder geval was
de positie eene gevaarlijke.
Er lag daar een corps pontonniers
onder bevel van een luitenant, inge
nieur te Antwerpen, die by het begin
van den oorlog als vrg williger in
dienst was getreden. Y7fj hadden el
kaar al versohoidsne malen ontmoet en
steeds had lk den „étatd'esprlt* moe
ten bewonderen, waarmede hfj licht
over de grootste moeilijkheden heen-
gleed en zfjn manschappen courage
wist ln te boezemen. Ook nu weer.
„Bonjour", zelde hg tegen ons, „gaat
u mee met mij eten 7 De Duitschers
zullen wel gauw hier zfjn en ik hecht
er aan, dat ze mj met een volle maag
vinden. Dan kunnen ze tenminste geen
historietjes ln hun bladen zetten van
slecht gevoede militairen. Tronwens
ik kom ook liever de andere wereld
met een volle maeg binnen". In zfjn
hand hield hg twee paar schoenen.
„Dat zijn de schoenen van twee van
onze mannen, die gisteren zfjn geval
len. We hebben ze vanmorgen vroeg
begravenik heb nog een paar woor-
dengezegd, toen wfj ze ln den knil
neergelaten hadden; wil je wel ge-
looven.dat geen van de mannetj es droge
oogen had Nu wil geen van hen de
schoenen van hun gestorven kamera
den dragen. Ze verdraaien het gewoon,
maar lk bewaar ze toch, want schoe
nen werp je niet weg. Die hebben we
te veel noodig*.
We kwamen thans bij de brug over
de Schelde. Deze hadden de Belgen
bg een vorige gelegenheid laten sprin
gen en mat zijn corps had de luitenant
thans een hulpbrug daaroverheen ge
slagen. Het was een mooi stukje werk
en wg vertelden hem dat. „Ja, en het
mooiste ls,' zelde hij, „dat al dit werk
te vergeefsch ls geweest.*
Wg hebben don gehealen afgeloopen
nacht hard gewerkt om gereed to
komen en thans z5n wg weer bezig
om dynamiet onder de brng aan te
brengen om haar straks, zoo noodig
weer te laten springen. Enfijn, dat is
de oorlog. Opbouwen en weder ver
nielen." Het ging hem aan zgn hart,
dat het werk, waaraan hg zich zooveel
moeite had gegeven, voor niets waB
geweest.
Wg gingen thans terug naar Loke
ren en trachtten van daaruit achter
Dendermonde om te komen. Wg reden
met eon tlinke vaart vooruit en, hoe
wel wg duideigk het donderen van
het.;, kanon konden hooren, dachten
wy j toch geenszins hot tooneel van
den strijd zoo dicht genaderd te zgn,
toen plotseling bg oen kromming van
den weg de granaten over ons hoofd
vlogen. Zg kwamen na van achteren.
Eenlge seconden later hoorden wg
weer het bekende sissende gelald,
thans kwamen de projectielen weer
voor ons vandaanHet bleek dus,
dat wg tusschen twee vuren waren
terecht gekomen.
De Belgische artillerie, achter een
spoordijk opgesteld, bestreek den weg
naar Dendermonde, terwgi het vuur
van de Duitschers van uit Gyseghem
de Belgische kanonnen tot zwijgen
trachtte te brengen. Wg waren in
een leeJgk parket aangeland. Gingen
wg terug, dan hadden v,8 kans te
dicht bg de Belgische posities te ko
men en dus door het Dultsche vuur
te worden getroffen, terwgi verder
gaan al evenmin geraden was. Zoo
zaten wg er tusschen en konden
slechts tot de slotsom komen, dat het
nog het veiligst was er te bigven-
Thans gingen de granaten grooten-
deels over ons hoold heen en slechts
al en toe ontplofte een in onze on-
middeligkc nabijheid. En daar wg
toch bigven moesten en vreeaelijken
honger hadden gekregen, wisten wg
niets beters te doen dan maar onzen
lnncb, dion wg mede genomen had
den, te gaan verorberen.
Zelden heb ik onder znlks emotie
volle omstandigheden m8n tw&alt
uurtje gebrnlkt.
Zoo vond ons een afdeeling Bel
gische wielrijders, die van stelling
veranderend, over den weg kwam ge
reden. De soldaten keken eouigszins
verbaasd ons zoo kalm aan den weg
te zien zitten.
Tot driemaal toe ontplofte een gra
naat dicht ons. Een boerenwoning
werd er door beschadigd in den weg
sloegen gaten, de granaatsplinters
sloegen in de boomeu voor ons, doch
wg bleven er van vrg. lk kan niet
zeggen, dat wfj ons erg oponsgeicak
gevoelden, doch ik kan evenmin zeg
gen, dal de angst ons om het hart
sloeg. Wg waren er nn eenmaal in en
wg voelden, dat wg kalm moesten
afwachten tot het vaar zou vermin
deren.
Dit gebeardo eindelijk en met niet
woinig verlichting draaide onze chauf
feur zgn motor aan.
Het Iiutieche leger in Frankrijk aan
gekomen.
De Daily Mail bevat oen levendige
beschrgvlng van de aankomst der
Indische troepen to Marseille. De Fran-
schen waren verrukt over hot eeht,
martiaal niizien dezer troepen, die
een zeer voorspoedige zeereis hebben
gehad en bevreesd waren, dat intus-
schon de oorlog reeds zon beslist zgn,
voordat zg nog gelegenheid hadden
gehad hun moed te toonen.
Nooit heelt de haven te Marseille,
die toch gewoon is aan het verkeer
van alle natiën en aan de veelhlearige
kleeding der Afrikanen, als de ont
scheping van die duizenden en dnizen-
den OoBterltngen, door een warme
herfstzon verlicht. Van de stevige
kleine Goerkha's tot de rensachtige
zwartgebaarde Sikhs wat en het allen
typen van strgdlnstige soldaten en do
Fransche infanteristen achtten het een
ganot hun de hand te drnkken. Oudere
en jongere dames ontvingen hen met
bloemen en bevestigden die hier en
daar in de lange haren der Indische
strSders. De prinsen puachabis en
baloesjiB met huu tulbanden, rgk met
edelgesteenten versierd en op prach
tige paarden met het kostbaarste
harnassement, maakten een bonten,
onvergeteigken indrnk.
De geestdrift der Marseillaansche
bevolking Bteeg tot opgetogenheid,
toen een muziekkorps yandeGoerkha's
op huu eigenaardig klinkende calebas-
vormlge instrumenten de Marseillaise
speelde en uitstekend speelde.
Des 's avonds werden da troepen in
schilderachtige kampen ln di^ parken
ondergebracht, oen herinnering aan
de heuvels in hnn vaderland, dat zg
verlaten hadden, en in het maanlicht
stonden groepen Mareelllanen op de
wogen de vreemds Oostsrsche ge
bruiken van deze mensohen met be
langstelling gade te slaan.
Ben soldaat van 15 jaar.
Gustavo Chatin oen 15-jarige jongen,
ls reeds een militaire persoonigkheid.
Hfi ligt gewond in een hospitaal te
Pargs en zgn vurigste wensch is naar
zgn kameraden iu het front terng te
keersa.
Binnen 2 of 3 dagen, zegt hg
fier tot de bezoekers, ga Ik er weer
heen. 'Sa hebben mg noodig.
Chatain is een boerenjongen. Het
gerucht van den oorlog lokte hem
naar Senlis, waar hg Alpenjagers zag
en zich bij hen vo9gda. Eensklaps
werden d9 Alpenjagers ln een gevecht
gewikkeld; do jongen greep een ge
weer en mengde zich er in. Bij de
.Varno vocht hg later met znlk een
gver, dat hg niet eena merkte, dat hg
alleen was. Hg trok zich kalm terng,
maar kon zgn compagnie niet weer
vinden en voegde zich dus bij een
linie-regiment. Met hen maakte hg een
charge, een bos stroo als een schild
voor zich uitdragende.
In den slag bg de Marne stiet hg
op 7 Dmtaehers, die in een huls dicht
bij het slagveld sliepen.
Do jongen stak zgn bajonet op zgn
geweer en sommeerde hen zich over
te geven. De soldaten s'.aken hun
handen op en gaven zich gevangen,
biykbasr verheugd, dat »y niet langer
behoefden te vechten.
Van het eene avontuur kwam by
op het andere. Eens verkende hg eau
boerenhoeve met een patrouille, toen
een hevig geweervuur de geheele
patrouille doodde, op den sergeant sn
den jongen na. Hg verborg zich achter
een hoop steonen, maar toen hg zich
verwgderde, werd hU gewond. Jnist
toen hg wegsloop, zag hö, dat de
sergeant een Bchot in den voet had
gekregen en niet loopen kon. De
jongen nam den sergeant op den rng
en droog hem naar een veillgo plaats.
Bewonderaars van den moed van
dezen joagen hebben hem een geheele
militaire uitrusting gegeven en hot
militair bestuur van Pargs heoft den
jongen als soldaat bg hot Fransche
leger ingeigfd. Gustavo is er big moe.
Het li een groote, Btcrke jongen voor
zgn leeftgd en ziet er In zgn uniform
echt krggshaftlg uit.
't Is een dood goed ventje, zegt
zgn verpleegster.
Zoo verhaalt de oorlogscorrespon
dent van de Timet.
Bet slagveld aan de Marne.
De correspondent van de Times
heeft een bezoek gebracht aan hot
oorlogsveld ln de Marnestreek. Op
het terrein, waar een deel van den
slag werd geleverd, zgn de meeste
loopgraven nog intact. Voor het
grootste deel zSn de loopgraven niet
diepz§ werden blijkbaar slechts
haastig aangelegd, maar zg strekken
zich mgien ver nit en men treft er
nog munitie en nltrustingstnkken ln
aan. Deze relieken zgn nog niet alle
veizameld; zg zgn voor 't overgroote
deel door Dnitschere achtergelaten.
Op een plek, ongeveer 3 K. M. van
de loopgraven af, ligt een groote
mat sa Duitsch oorlogsmateriaal, dat
zoo spoedig mogeigk wordt bgeen-
gegaard. Wagenvracht na wagen
vracht wordt naar het nabg zgudc
station vervoerd. Hier z$n mensohen
aan het werk, die alles nitzoeken wat
nog bruikbaar is om de rest op een
hoop te werpen, die telkens ln brand
gestoken wordt, ln dit werk nemen
de kleine jongens van het stadje in
de bnurt een werkzaam aandeel, al
gaat dat bulten de autorisatie van
het legerbestuur om. Zg spelen met
de weggeworpen, vernielde geweren
maar zonder gevaar gaat dat ook
aitgd niet. De Times-correspondent
zag dan ook met genoegen, dat een
der jongens, die ten nog mot sokerp
geladen Dnitsch geweer afschoot, een
flink standje kreeg tan een onder
officier.
Op het slagveld.
In het militaire hospitaal van An-
gers ligt, herstellende van zware
wonden, de held van eon der wonder
baarlijkste verhalen van zelfopoffering
en moed, in dezen oorlog betoond.
Zgn naam is Jean Berger, van het
2e regiment Infanterie. Bij is eon
vrijwilliger, geboren in den Elzas, en
achttien jaren ond. Bgzelf wil niets
verhalen, maar zgn kameraden ver
tellen het volgende:
Tgder.e een der gevochten aan de
Mama stak Berger des nachtB het
slagveld over, toen hg zgn eigen
kolonel gewond vond liggen. Hy
maakte zich gereed, om hem naar de
achterhoede te dragen.
Een gewonde Britsche officier riep,
dat hy dorat had, en Berger beloofde
terug te znllon komen. Hg bracht zyn
chef in veiligheid, verschafte zich
voedsel en een flesch wjn en keerde
terng. Toen hg het hoofd van den
Engelschman oplichtte, ten einde hem
wat wyn te laten drinken, nam een
kogel drie van zUn vingers weg.
Berger bleef den offieier echter vast
houden en bracht de liesch aan diens
lippen, maar bij werd getroffen door
een tweeden kogel, die zju rug bin
nendrong en boven de lies uitkwam.
Beiden waren daar eenigen tgd
bigvsn liggen, toen zg dlchtbg de
zwakke, klagende stem hoorden van
een anderen man een Dnitsch sol
daat, die om drinken vroeg. Zy sleep
ten zich voort tot aan de zfde van
den Duitscher en Heten wat wyn en
water in zgn mond vloeien, maar
beiden verloren na die inspanning
bet bewu8tz8n. Toen zg weer bg-
kwarnen, was de Dnitsche soldaat
dood. Zg lagen op het dtasslgeveld
tot da dag aanbrak en het gevecht
opnieuw begon.
De Dulttchors rukten op en een
afdeeling nhlanen kwam aanrijden.
Berger riep den bevel voerenden ofli
uier en zelde hem, dat zy Iets te drin
ken moeston hebban. De officier be
merkte hot ïyk van zgn landgenoot,
mei de leege ilesoh er naast. Hg was
diep ontroerd, knielde bg do gewonde
mannen, gaf hun met eigen handen,
wat zy noodig hadden en groette hen,
toen hjj vertrok.
Byna den geheclsn dag lagen do
heide gekwetsten !n een moeras, ter-
w81 het gsvecht woedde. Zy zagen,
dat de Dultschrrs terugtrokken, maar
tegen dien tgd vertoonde de Engelsch
man verschijnselen van giende koorts.
Ondanks zgn eigen wonden, sleepte
en droeg Berger hem naar do licle
der bondgenooten. Een Roode Krnis-
patrouille vond hen, toen zU byna
hun doel bereikt hadden. Toen de
Britsche officier op een draagbaar
gelegd was, verzocht hy om bg den
jongen Franachman gebracht te wor
den. „Als ik in leven bigf,* zei hU,
„zal ik mgn best doen, n het V. C.
(Victoria-kruis) te bezorgen. Als
iemand dat ooit verdiende, dan zljt
gB het.*
Een ander slagveld-verhaal ls dat
van een Britschen militairen wielrij
der. De Fransche oo Dullsche troepen
hadden voeling met elkaar, en in het
boseh aan den Franschen rechter
vleugel had een sterke afdeeling Brit
sche troepen postgevat. Men vermoed
de, dat in het bosch bg de Dnitsche
loopgraven een afdeeling Dnitsche
infanterie met machine-geweren en
veldgeschut verborgen was. Overeen
weg, die daar langs heen liep, kwa
men Fransche versterkingen aan, en
indien zg niet gewaarschuwd werden,
zouden zg hnn aïgeheelen ondergang
tegemoet gaan.
Wie moest hen waarschuwen Henri
Roget, van hst 5e Infanterle-reglmont,
vertel het volgende:
Plotseling kwam tusschen de hoo
rnen, waar de En gelachen verborgen
lagen, een gestalte In khaki en op