N°. 148 im Dinsdag 16 December, i005te jaargang, De Dubbelganger. Bij dit bo» behoort een Bijvoegsel. Uit een ander Vaatje,, tiuitenland. Ue uitgave dezer Courant geschiedt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond uitgezonderd op feestdagen. Frtjs par kwartaal, in Goes jT $3,75, buiten Goes, franco f 3,565, Afzonderlijke nommern 5 cent. inzending van advertentïën op Maandag en Woensdag vóór 2 uren, op VRIJDAG t óór 13 uren. De prijs der gewone advertentiSn is van 1-5 regels 50 et., elke regel meer 10 et Bg directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs sleohta tweemaal berekend. Geboorte-, huwelijk- en doodsberichten en do daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—10 regelt k f 1,— berekend. BewSsnummert 5 cent, S'elefooimwniner 38. Directeur Of. W. van Bakneveld. Uitgava vaa de |Nwunl. Vennootschap „Goesche Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santhn. Zij, die zich met ingang van 1 Januari a- s- P ons biad abanneeren, ontvangen da tot dien datum verschijnende num mers gratis. Een iiantal sociaal-democraten, ver- legeu met het droevige figuur, dat huu partij op het buitengewoon congres te Zwolle heeft geslagen, en verlangend, van de „eer" te redden, wat er van die ,/eer" nog te redden valt, hebben naar de pen gegrepen en gepoogd, de weige ring van de ministerieele portefeuilles goed te praten. Dat zij daarbij slechts kronkel-paden konden zoeken, wielt zal het verwonderen Een slechte zaak is nu eenmaal niet jjoed te praten, ook niet, al beschikt men over de onmoge lijkste uitvluchten, waarin bijzonderlijk de sociaal-democraten sterk zijn. En zoo hebben wij dan gekregen een brochure van den heer Schaper, die, dit mag men uit zijn geschrift op maken, alle eigenschappen bezit, noodig voor een politiek slangemnenscheen brochure van den heer De Roode, redacteur van Het Volkeen brochure van den heer Duys, die van dikke woor den leeft en mitsdien zijn pennevrucht tot titel gaf,/Het Portefeuille-spel der vrijzinnigen." Ilij dacht zóó als dat niet bij de roode broederen pakt, dan pakt niemendal En vergeten was hij, onder het schrijven, natuurlijk gansch en al, dat hij in zijn Zaandamsche Voorpost eenmaal had verkondigd als wij, so-ciaal-democraten, de aangeboden portefeuilles niet aanvaarden, dan kun nen wij in het'parlement de rol ver vullen van opzitten en pootjes-geven. Wij nemen dit den heer Duysganschelijk niet kwalijk. Vergeten, wat men eenmaal gezegd heeft, en verdraaien van de waarheid, als dit toevalligerwijze voor deel geven kan voor de partij, zijn van huis uit specifieke eigenschappen van de sociaal-democraten. Nog steeds tijgen de roode broederen het land door, om een dikken boom op te zetten over de „val", huu gesteld door de vrijzinnigen, toen de drie por tefeuilles aan de S. D. A. P. door dr. Bos, namens de Koningin, werden aan geboden. Of het geweten den sociaal- 9 "FEUILLETON. Hot bleef son poos stil in do ge lagkamer. De veldwachter bad zich gehaast, den dokter te halen, en d-zen gelukte het aldra, den ouden Mejjer weder b§ te brengen. Een oogenblik keek hf| versuft om zich heenlang. zamerhand kwam de herinnering in hem terug en met zwakke stem vroeg hjj aan Hanri: „Was hij uw broer „Wie „Die hier is geweest, om een brief te schrijven, en dien ik later in uw gezelschap terugzag, toen hfl gewond was b{j hat automobiel-ODgeluk „Op het eerste gedeelte van uw vraag kan ik moeilijk antwoorden", zei Henri, ofschoon hij, voor zich, meende beter te weten. „Wat het tweede gedeelte betreft, ja, dat iB waar. Ik was op de kamer van mjjn broer, toen u hem kwam vragen, of hp ook iets wist van de plotselinge verdwijning van uw dochter Anna". „Dus dan is h? toch.. De oude man durfde blijkbaar het woord riet uitspraken, maar hfj rilde even. Henri begreep hem tan volle; hfj had voor Meijer best den afgebroken zin zonder eenige moeite kunnen aanvullen. „Waarde heer", sprak Henri op gemoedelijken toon, „zeg niets meer, dan je verantwoorden kunt. Dat is de beste raad, dier, ik je kan geven." „Maar hjj kende Anna toch!" „Misschien, maar misschien ook niet. H{j heeft me, op mijn woord van eer, nooit in zijn vertrouwen ge nomen. En dat zal hfl dezen keer democraten ook knaagtZij spreken van vrijzinnig bedrog, van verraad aan de democratie, van de kenuelijke bedoelin gen der concentratie, om de socialistische Ministers, zoo het aanbod van dr. Bos ware aangenomen, als „gijzelaars" ge vangen te houden. En zij spelen de voor de socialisten in Amsterdam III mis lukte verkiezing uit,om „aan te toonen", met de lieflijke termen, waarover een Duys beschikt, dat de concentratie een bende is van coupon-knippers, conser vatieven en minderwaardige individuen, als anarchisten, die in de goot liggen en op de S. D. A. P. spuwen. Wij weten niet, of de heeren Schaper, Troelstra, De Roode, Duys e tutti quanti tijd genoeg over hebben, om ook kennis te nemen van den inhoud der Sozialts- lische Monatsheftebijzonderlijk, als hun partijgenoot Vliegen daarin schrijft. PI t genoemde maandschrift is er geen van de bourgeois, dus een verdoemd het is waarachtig zoo rood als scharlaken. Iu de Sozialistische Monatshefte van November j.l. het is dus geen oude plunje I schrijft de heer Vliegen, sociaal-democratisch Kamerlid voor Amsterdam IX, over de crisis en ook over de jongste nederlaag der socialisten in Amsterdam III, waarbij Oudegeest viel en de unie-liberaal Otto gekozen werd. De heer Vliegen weerlegt het trouwens gemakkelijk te weerleggen smoesje, als zou de concentratie de over winning aan de hulp der anarchisten te danken hebben, en schrijft dan „In Holland verliest ieder, die zijn directe belastingen niet tijdig betaald heeft, het stemrecht. En daar de kleine bedragen, welke de arbeiders gewoonlijk moeten opbrengeu, niet gerechtelijk geïnd worden, zijn er in Amsterdam ongeveer elf duizend belasting-plichti- gen, die hun belasting niet betalen, en daardoor hun kiesrecht verliezen. Onder dezen moeten zeer zeker de anarchistische arbeiders gezocht worden. Bovendien telt juist Amsterdam III weinig anarchisten onder zijn arbeiders. Daarbij komt ^og, dat dezelfde partij genoot Oudegeest den 4en Juli 1913 in hetzelfde district met 5993 van de 9980" uitgebrachte stemmen in den Gemeenteraad herkozen was. „De eigenlijke oorzaak van deze geweldige nederlaag der partij moet op ander gebied gezocht worden namelijk in de portefeuille-kwestie. „De weigering der partij, om aan de regeering deel te nemen, en de gewich tige hervormingen, welke de hoofdrol speelden in den verkiezings-strijd tegen natuurlijk ook niet doen." Do oude man zweeg can oogenblik. „Al wae hij duizend maal uw broer, mfinheer", zfjn stem klonk vaster nu „als bij schuld heeft aan den dood van mijn dochter Anna, de eenige, die me is overgebleven dan een Seven voor ecu ieven. Dat zeg ik u en dat meen ik, zoo waar als God leeft." strompelde de gelagkamer nit, zonder zijn logeergast te groeten. Henri keek op zijn horlogehp moest zich haasten, wilde hïl den trein nog halen. Daarom gaf hfl Willem, den knecht van Meiier, bevel in te span nen, zoo gauw mogelijk. Den volgenden morgen wachtte Henri met ongeduld cp de komst van Hubreehtsen. H(j was naiaweigks zfjn kamer binnen, of Henrf vroeg „En....?" „Ja briefkaart heb ik ontvangen, mijn waarde," antwoordde Hubreeht sen kalm, terwfil hg ging zitten en een sigaar opstak. „Maar luister naar mijn raad en doe zulke confidenties nooit op een briefkaart, man 1 Waag er vgf centen aan, een velletje post papier en een envelloppe- Dat is vei liger". „Alsof je direet overal aan kara den kan I Maar heb je gedaan, wat ik je vroeg „Ja „En heb je ook resultaten „Ten deele. Ik ben, zooals je ma opdroeg, naar Noordwyï; gswaaat son beroerd eind van Amsterdam alt, zeg, als zulke dringende zaken je hier houden 1 en ik ben te weten ge- komen, dat je broer ir.derdaad een week in pension is goweeist b8 zekeren Buyser. Een vrij verdacht typ», tus- BChen twee haakjes. Ds man dot it zien reusachtig vroom voor, maar hij heeft de clericale overheersehing, mede te helpen verwezenlijken, heeft een vreemd soortig licht geworpen op de politiek der sociaal-democratie, dat haar on vruchtbaar f1) en schadelijk voor de zaak der democratie ff) doet schijnen. „Logisch-denkende arbeiders begrij pen een politiek niet, welke eerst be paalde hervormingen on den voorgrond brengt en door de propaganda er voor duizenden en nog eens duizenden stemmen in het volk voor zich wint, om dan de gelegenheid, ze in werke lijkheid om te zetten, te ontwijken, en daarbij nog de liberalen, als het meest geschikt om deze hervormingen te ver wezenlijken, naar voren te schuiven. Tijdens de Juni-verkiezingen hebben wij het in lederen toonaard van alle daken geschreeuwd „geeft uw stem niet aan de vrijzinnigen niet zij, maar wij, sociaal-democraten, zijn de ware strijders voor die hervormingen Eu na de verkiezingen heette het niet wij, doch de liberalen zijn in staat, onze eisehen in vervulling te doen gaan „Het gezonde menschen-verstand zal dan erkennen als dit zoo is, dan is het toch beter, op de vrijzinnigen te stemmen. En het oude verwijt der vrijzinnigen vindt opnieuw gehoor de sociaal-democratie kan wel een grooten mond opzetten, maar zij blijft echter in gebreke, als het op daden aankomt". Aldus de heer Vliegen in de Sozia listische Monatshefte. Wij hebben er niets aan toe te voegen. Wat de heer Vliegen heeft geschreven, is de waarheid en niets dan de waarheid. Moet er nu oek, heet van den naald, een brochure tegen dezen afgevaardigde geschreven worden en hem het partij- vertrouwen opgezegd Of leggen de grootmeesters Troelstra en Duys hem binnens-kamers even over de knie Cursiveering van ons. Dus de arbeiders, die deze politiek wèl volgen, hebooren, volgens den heer V., niet tot de „logisch-denkenden". De Gioconda voor Frankrijk behouden. Weinig baroemde schilderstukken s|ju in de laatste jaren zoo besproken als de Gioconda, het meesterwerk van den Italiaan Da Vinei, dat in Maart 1911 nit het Parijsshe museum het Louvre op onbegrijpelijke wjze is verdwenen. Niet alleen werd de verdwijning ze achter de mouw. Hy beweerde, dat zjjn kamers alleen open stonden voor menaehen, die burgerlijk pius kerke- ijk getrouwd z|jn. Je broer herkende h(j direct op het portret, dat je me Indertijd gegeven hebt. Van het meisja kon ik natuurlijk niet moar dan een vage beschrijving geven en het leek me, alsof hij zieh toen van den domme hield". „Dat zal dan wel anders worden", antwoordde Henr!. „Zooals ja weet, heb ik by Meijer gelogeerd. Het spreekt van zelf, dat ik er een bijbedoeling b|j had. Om je de waarheid te zeggen ik heb mijn tijd goed besteed. In de kamer, waar ik ontbeet, stond een portret op den schoorsteen -mantel. Ik vroeg de meid, die me de thee bracht, of' dat de vermiste dochter was. Z» antwoordde bevestigend. Toen heb ik er natuurlek wel voor gezorgd, het portrot in mijn jas-zak te laten ver dwijnen. Ze zien me daar toeh nooit meer terug. Hier is het". Hubreehtsen beschouwde het portret met aandacht. „Een knappe meid, zeg 1" i „Ja, ja, mijn lieve broertje heeft smaak!" lachte Henri. „H|j kan'tbe- talen 1 Maar nu zonder gekheidwe moeten aan don arbeid". „Zag maar wat je plan is." „Natuurlijk gaan we naar Noord- w|jk. We hebben nu het portret van Anna Me{jer". „In Godsnaam 1" zuchtte Hubreeht sen. „Dan kan je ook eens kennis maken met dien femelaar." In Noordw?k gekomen, hadden se al gauw het hula van Buyser b reikt. Hij was vroeger in Schiedam onder wfjzer geweest, doch plotseling had bij z|jn carrière er aan gegeven, was, met de noodige schuld achter te laten, 1 vertrokken en had zich in Noordwljk van da Mona Lisa, de raadselachtig glimlachende madonna, in Frankrijk als een nationale ramp beschouwd, maar de omstandigheden, waaronder het doek verdween en de machteloos held van da politie en van particu lieren cm, ondanks zeer hoogo uit geloofde premiën, den dader van dezen diefstal te ontdekken, hebben weken en maanden lang de belangstelling van do gaheele beschaafde wereld beziggehouden. Nu, op een oogenblik, dat de buiten- landsehe politiek weinig verrassingen biedt, komt uit Florence, de stad van de schoone kunsten en de vaderstad van Da Vinei, plotseling de tijding, dat de Gioconda, het thans voor altijd onsterfelijk geworden doek van den Itallaanschen meester, terug gevonden is en dat de dief, een eenvoudige Italiaansche werkman, gevangen is genomen. Is het wonder, dat. gehoel Frankrijk zich verheugt over de ontdekking van het kunstwerk en er zijn voldoening over uitspreekt, dat de Italiaansche autoriteiten aanstonds maatregelen namen, het meesterstuk van Da Vinei, zoo spoedig mogelijk, ongeschonden in het Louvre te doen terugkeeren Lees; men de bijzonder heden, die tbsns over den diefstal bekend worden, dan dringt zich onwillekeurig de vraag op, hoe iemand, die Bteelt uit zucht, zich ie verrijken, op de gedachte kan komen, een meesterwerk te ver duisteren, dat, al bleef het gedurende den tijd van aen menachenleven verboraen.onmiddelliik, bij oen poging tot verkoop, herkend zou worden en tot arrestatie van den dader zon leiden. Zou Vineenzo Barugia, de nu gevatte dief, dit 'begrepen hebben, toen hij zich voornam, z{jn daad tot een vaderlands lievende te maken,door mede te deelen, dat hy, zij 't dan ook togen een groote belooning, Italië willen teruggeven, wat Napoleon daaruit had medege nomen Ui', zgn verklaringen bli'kt, hoe de tot nu toe nooit opgehelderde ver dwijning van de Gioconda eenvoudig In haar werk is gegaan. Als oud-werkman van het Louvre, had Barugia meermalen opgemerkt, dat het schilderij heel gemakkelijk los te maken was. H|j sloot zich in Maart 1911 hfl aen groep arbeiders aan, die in het Lonvre werkzaam waren, op uren, waarin hot museum niet voor hut publiek was open gestald. Toen gelukte het hem, het schilderij ongezien ai te nemen, uit de Hjst te halen en onder zijn werkkiel te verbergen. Ruim twee jaar lang, terwijl geheel Europa zich voor de raadselachtige verdwijning van het kunstwerk interesseerde, hield Barugia het op zijn kamer ver borgen en trachtte eerst dezer dagen gevestigd. Iu de zomer-maauden ver huurde h?j, tegen zeer eivialen prijs, kamershoe hij 's winters zijn koat ophaalde, was ieder een raadsel. Ver moedelijk cou Bnyser alleen op dia vraag het antwoord kunnen geven, Er waren evenwel redenen, dia hem het zwfigen wei zoo verstandig deden voorkomen. „Aha", begroette hij Hubreehtsen, „komt meneer weer eens terug? Neemt u me niet kwaljjk, maar nu moet ik toeh wel gelooven, dat maneer van de politie is". „Ik heb je gistsran gezegd van neen," antwoordde Hubreehtsen kor zelig, „en vandaag herhaal ik van neen. Ie je dat nog niet voldoends?" „En die meneer daar dan vroeg Buyser wantrouwend. „Is een vrieDd van me." „Die meneer zegt de waarheid," viel Henri zfin vriend bij „We kom en hier met de beste bedoelingenje heeft je heelemaal niet ongerust te maken. Hot is ons alleen om ean paar inlich tingen te doon „Welaan; als ik den heeren van dienst kan zijn..." „Kijk eens,Buyser", zei Hubreehtsen, „ik ben gisteren bij je geweest met een portret. Je hebt daaruit een heor herkend, dia dezen zomer een week b|j je in pension was. Hfl had een dame bfj zieh. Maar uit mijn beschrij ving kon je je van die dame geen duidelijke voorstelling maken." „Juist, meneer. Onze kamers zijn j niet duur, 't was een mooie zomer, I en zoodoende krggen we hier veel i lui ir peneion. De één blijft wat langer, j de ander wat korter. begrijpt ma wol j „Maar als je het portret zag, zou je toch zoker de dame wel herkennen „Misschien, meneer." 1 zich er van te ontdoen. Hij schreef' aan eon Italiaanschen kuustkooper, wien hjj de Gioconda ts koop bood. Deze stelde zich in ver binding mot den directeur van het museum te Florence, die Barugia liet overkomen. In een koffer met dubbelen bodem gelukte het dezen, hat meesterwerk ongedeerd in Itailë te brengen, waar hy het der. musunm-direetanr toonde, die het onmiddellijk als eeht herkende en don dief liet gevangen nemen. Het eenige, wat pleit voor de be wering van Barugia, dat hy Italië een dienst wilde bewijzen, is, dat hy niet inging op het aanbod van 50 000 f re., dia h?t Parysche blad VIllustration, na het ontdekken van den diefstal, voor het terugbrengen van het kunst werk heett aangeboden, met de belofte, den dief niet te zullen verraden. Ba rugia toont zich '.har s ten hoogste verbaasd over de behandeling, hem aangedaan, waar hS meende, zijn va derland een ousehatbaren dienst te bewijzen. Natuurlijk zv.n er thans nog zeer velen, die twijfelen, of deze Gioconda wel hot echte meesterstuk van Da Vinci is an daaronder behoort de oud-directeur van het Louvre, die aan dan diefstal van het stuk zijn ver plaatsing te danken had. De Italiaansche autoriteiten staan echter mst beslistheid voor de eehtheid van het stuk in en de Italiaansche regeering zal zich gelukkig aehten, do Fransche net stuk te kunnen terug geven. De Fransche gezant te Rome be tuigde daarvoor den Itallaanschen minister van onderwijs den dank zfjner rogsering. In een ministerraad, Zaterdagmorgen 'te Parijs gehouden, deed de Fransche minist r van onderwys van de ont dekking der Gioconda modedeeling en vertelde, dat do directeur en de conservator van het Lonvre naar Florence zullen vertrekken, om het meesterwerk aan een nauwkeurig onderzoek te onderwerpen Waarschljr.iyk zal Frankryk het biliyk verzoek van de Italiaansche regeering inwilligen om de Gicconda, slvorenB deze voorgoed naar het Lonvre terugkeert, eenige dagen te Florence en te Rome tentoon te stellen. Itailë kun Barngio dankbaar zyn. Zonder hem zou Florence al is het dan ook voor slechts enkele dagen nooit het meesterwerk van haren be roemden Btadgenoot teruggezien heb ben. Binnenland Kamerverkiezing Rotterdam III. De minister van binnenlandsche „Welnu, bekijk dit dan eens goed." En Hubreehtsen gat hem de fotografie van Anna Meyer. Een paar seconden tuurde Buyser er op. „Hm... heelemaal onbekend komt me dia dame niet voor. Maar... of ze nu precies met dien meneer is geweest, naar wien u zoekt..Om er een eed op ïa dosu..." En hg hoestte. „Friseh je geheugen reus op, beste man," zei Henri, en bjj haalde een tientje uit zijn portefeuille.„Die meneer is esn goeie vriend van ons, en we zouden hem zoo graag uit den brand halpen. H'j was wel met een dame, nietwaar? Dat kan je bezweren?" „Hfl was met een dame, meneer." „Heette ze ook bijgeval Anna?" „Dien naam heb ik hem dikwijls hooren noemen, meneer. Maar het huwelijk leek me niet erg gelukkig, meneer. Ze kibbelden dikwijls." Hcnri lachte. „Ze waren ook niet getrouwd, beste man 1" „Wat zegt u?" Buyser deed, slBof I hy vreesBlfjk verontwaardigd was. „Heb ik in myn huis, dat ik altoos zoo kuisch mogelijk houd, manschen geherbergd, die als man en vrouw leefden, en toeh niet getrouwd wa ren O, Heere, o, Hoera 1 „Het was jouw schuld immers niet I kalmeerde Henri. „Maar hoe zit het... berkoE je die dame, ja of neon „Hoe langer ik op het portret kjjk, i hor meer ik gelooi, dat ze het wol Is." „Dan weten wc genoeg, Buyser", i zei Henri, en gaf hem het tientje, j „Neen, neen, beste man, je zult er niet den minsten laBt van hebban. We j zullen den zondaar wel weer op het j rechte pad brenger. Nu, adieu I" Met aen handdruk scheidden ze. (Worctt vervólgd,)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1913 | | pagina 1