N°. 90 im Zaterdag 2 Augustus. i00'te jaargang, Bij dit no. behoort een Onze Premie. Door den Franschen Tijd naar Oranje. Liefde's Loon. Ü0ESCHE De uitgave dezer Courant geschiedt .Maandag-, Woensdag- en'Vrydagavond uitgezonderd op feestdagen. PrQs per kwartaal, in Goes 0,75, bulten Goes, franco f 1,25. AfzondorUjke nommers 5 eent. inzending van advertentlën op Maandag en Woensdag vóór 2 uren, op VRIJDAG vdór 12 uren. COURANT. De prfls der gewone advertentlën la van 1-5 regels 50 et., elke regel meer 10 et f!5 directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs Bleehts tweemaal berekend. Geboorte-, huweiyk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—10 regels h f 1,— berekend Bewijsnummers j8_cont, Telefoonnummer 23. Directeur G. W. van Barneveld. Uitgave van de Naaml.Veauootsckap „Goesche Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santen. Het is een gelukkige gedachte van de administratie van ons blad geweest om onze premie, getiteld voor den geringen prijs van slechts vijf en twintig cents afgehaald aan ons bureau en dertig cents franco per post voor onze lezers verkrijgbaar te stellen. Daardoor hebben velen van hen zich reeds voor eenj luttel bedrag dit werk van 107 bladzijden druks, op boeiende wijze door den bekenden historie schrijver Joh. H. Been geschreven en voorzien van meer dan veertig illustra ties en portretten kunnen aanschaffen. In een kort bestek, op aangename wijze verteld, krijgt men hierin een overzicht van de beteekenis van het onafhankelijkheidsjaar 1918 en waar in zoo talrijke gemeenten op Koord en Zuid-Beveland onze 100-jarig onaf hankelijkheid in welgeslaagde feesten herdacht wordt, heeft onze premie voor de bewoners aan deze gemeenten nog meer dan gewone beteekenis. Wie feest viert wil ook wel weten waarom hij dat doet en hierop geeft het werkje van Joh. H. Been het meest volledige antwoord. Ouders en onderwijzers, die hun kinderen op duidelijke en boeiende wijze met de gebeurtenissen van 1813 op de hoogte willen stellen, vragen in het bijzonder spoedig deze premie bij onze administratie aan. Reeds is een groot deel van onzen voorraad verkocht en, om teleurstelling voor velen te voorkomen, raden wij dringend aan, met de bestelling van dit hoogst populaire boek niet lang meer te wachten. De Kabinets-crisis. De kogel is door de kerk de ver gadering van Kamerleden der vrijzin nige concentratie heeft besloten, af te zien van de vorming van een concen tratie-Kabinet, daar het aanbod van steun der sociaal-democratische Kamer fractie haar geen voldoende waarborg was voor de verwezenlijking van het concentratie-program. Eenstemmig betreurde de vergadering de weigering der sociaal-democraten, 1 FEUILLETON .T Een ratelende donderslag deed hem zwijgen. Belde dieren gingen tegelijk achteruit. De moedige koetsier, die hen bleef vasthouden, werd opgelicht en met geweld tegen den dissel gewor pen. Hij moest loslaten, en viel achter over. Er was een gekraak van ijzer en hout en een der achterwielen van het rijtuig sloeg tegen het trottoir. Er kwam een gil uit het rijtuig. Over tuigd, dat hetonmiddellvjkzou omslaan, sloeg de man, die was uitgestapt, het portier toe en sprong op zij. Daarby struikelde hfl over den courantenjon gen en viel met een hevigen slag op het trottoir neer. De jongen, die vlug ger bad gezien, dat het breken van den dissel een oogenbllkkeiyk uitstel had gegeven, vloog de straat op, het kostbare broodje en de nog kostbaar verzameling couranten wegwerpend, wrong het andere portier open en riep .Hierheen, mevrouw! Vlug!" .Mevrouw" was vlug. Zy sprong in zijn armen en bleek een meisje van ongeveer twaalf jaar te zijn, in het wit gekleed, met een kostbaren man tel om. Met een vreesel(jk gekraak viel het rijtuig om. Het was den koetsier ge lukt, weer op de been te komen, fly had de teugels gegrepen en de zweep vastgeklemd, en ranselde nu in z{n woede onbarmhartig op de steigerende paarden Iob, zoodat hij ze bedwong om zitting te nemen in het Ministerie, dat een voldoende meerderheid zou gehad hebben in de Tweede Kamer, om den strijd voor algemeen kiesrecht en de ouderdoms-pensionneering met goed gevolg teneinde te brengen. De vergadering was van oordeel, dat de voorwaarden, welke mr. Troelstra ten aanzien van den steun, door de sociaal-democraten aan het concentratie- kabinet te verleenen, heeft medege deeld, geen waarborgen bieden voor de mogelijkheid, dit program uit te voeren en dat het nutteloos werk, liggend beneden de waardigheid der concentratie, zou zijn, om nader met de sociaal-democraten te onderhande len over een dergelijke voorwaarde van steun. Algemeen wensehte de vergade ring dan ook in de verdere beschou wingen met de voorwaarden der sociaal democraten geen rekening te houden. Een belangrijk aantal leden meende, dat ook de concentratie op zich zelf met kans op welslagen zou kunnen pogen, het programma tot uitvoering te brengen. Daar evenwel van verschil lende zijden met kracht de tegenover gestelde meening werd verdedigd, was de vergadering eenstemmig van oor deel, dat daarvan moest worden afge zien zoo ooit, dan nu, zou kans van welgeslagen geheel buitengesloten zijn bij meeningsverschil. Wat nu Onwillekeurig moeten wij denken aan deze woorden uit den eersten brief van mr. P. J. Troelstra aan dr. Bos„Het door u ontwikkelde program is wer kelijk te beschouwen als de zakelijke grondslag voor elk ministerie, dat thans wil regeeren, zooals die door den afloop zelf der verkiezingen is gelegd. Gij liadt echter, naar het mij voorkomt, moeten aantoonen, dat en waarom dit program alleen kan worden uitgevoerd door een „ministerie van de geheele linkerzijde". Van ons te eischen een tijdelijke samenwerking in de regeering, in de Kamer en „in het land", als Uw schrijven voorstelt, zonder voor dit abnormale feit de absolute noodzake lijkheid aan te geven, komt mij voor een groote leemte in Uw voorstel te zijn, die alsnog moet worden aangevuld, zal ernstige overweging van dat voorstel mogelijk zijn." Het wil ons voorkomen, dat de abso lute noodzakelijkheid voor dit abnor male feit nu is aangetoond. Koestereu de sociaal-democraten iu- derdaad liefde voor algemeen kiesrecht en Staatspensioen, dan weten zij den weg, waarlangs een en ander te ver- krijgeu is. en tot staan braeht. De jongen en het meisje Btonden op het trottoir dicht bfl het gebroken rijtuig. Je hebt mjjn leven geredzei het meisje vriendeiyk en zonder eenlg spoor van zenuwachtigheid, zooals men natuurlijk zou verwachten na zoo ternauwernood aan een ernstig ongeluk te zyn ontsnapt. De jongen merkte op, dat haar oogen groot en blanw waren, dat ztj een schitterend sieraad in haar droeg en dat z(J wat vreemd was gekleed, ofschoon de dikke mantel de bijzon derheden verborg. Da deur van het buiB werd geopend en bedienden kwamen naar bniten snellen. Plotseling kreeg de jongen een hevigen slag tegen zijn hoofd. .Voor den duivel I' schreeuwde de man, die op het trottoir was gevallen, .waarom ging je niet uit den weg, toen ik het je beval?" De jongen, ontzet over zulk een belooning voor zijn tijdige hulp, ga f geen antwoord, maar het meisje protesteerde hevig. ,0, oom," riep zij, .waarom hebt u hem geslagen? Hij hielp mij uit het rijtuig, juist vóór het omviel. "Werke lijk I" Nu drong een politie agent met offi- cieele gewichtigheid door de groep verschrikte bedienden, nog vergroot door een paar voetgangers. „Wat is er gebeurd?" vroeg hy. .Is er iemand gekwetst?" De man antwoordde: „Mijn paarden werden schichtig door den storm. Ik sprong nit het Zonder een deel der regeerings-ver- antwoordelijkheid te aanvaarden, gelukt dit niet. Het woord is thans aan de S.D.A.P. Buitenland. De toestand op dan Balkan. Er waren eens vier opgeschoten jongens, die dicht bij elkaar woonden en vrienden geworden waren. ZQ gin gen lederen dag met elkaar om en sloten een verbond, waarin bepaald werd,dat steeds de drie anderen zouden bijspringen, als een van de vier gevaar liep een flink pak slaag op te loopen. Want ze woonden in een heel eigen aardige buurt, waar dichtbij allerlei onbetrouwbare elementen hulsden. Eén vooral was er, die ze geen van allen vertronwden, een rnwe onbe schaafde kerel, die zich niet ontzag om ben telkens weer lastig te vallen en hen te dwingen, aan zijn wenschen zooveel mogelijk te gehoorzamen. Dit verdroot hen dermate, dat zij hem op een goeden dag gezamenlijk opwachtten en hem zoo'n geweldig pak slaag toedienden, dat hjj weken en maanden lang niet meer te voor schijn dnrtde te komen. De grootere en meer ernstige men- schen, die in de bnurt woonden, had den die kloppartij met genoegen gade geslagen. Zfj hielden evenmin van den hrntalen indringer en gaven hem te kennen, dat hy zleh nn voortaan rustig te houden had en er zeer verstandig aan zou doen, zich vooreerst niet meer in het openbaar en bulten een door hen afgebakend gebied te ver- toonen. Dat ging een langen t{jd goed, maar toen gebenrde er iets, waar eigenlijk niemand op gerekend had. De vrienden, wier kameraadschap zoo hecht en zoo sterk scheen, kregen onderling twist. De een verweet den ander, meer dan hemrechtens toekwam van de gezamenlijke bnitgemaakte bezittingen van den laBtigen vreemde ling te willen behonden en de oneenig- heid werd ten slotte zoo sterk, dat ze binnen enkele dagen tot handtaste- ljjkheden over gingen en drie van hen den vierde, die het grootste deel van den buit vasthield, gezamenlijk zoo afrosten, dat een verdere koppige bonding hem voortaan onmogelijk zou gemaakt worden. Dat gaf weer een heele opschudding in de buurt en de ernstige en ondere menschen, die blQ waren, dat de rust weer hersteld was, protesteerden ten krachtigste tegen deze nlenwe en onverwachte vechtpartijen. Een die waren dan ook niet van korten duur. Dag in dag uit werd er gevochten, want de aangevallene was sterk en wist de anderen met zijn stevige vuisten langen t{jd van zich af te houden. Maar deze kregen een onverwsch- ten bondgenoot. De vreemde indrin- rijtuig en trachtte m$n nichtje er uit te verlossen, toen die lamme jongen me plotseling voor de voeten liep." .Oom," protesteerde het meiBje, ,u sloot het portier voor my, en de jongen .Zwljg I" snauwde hij. ,Ga in hnis Maar z(jn nichtje had minstens één karaktertrek met hem gemeen. Zy had ook den familieaard. ,Ik wil niet weggaan en n dingen laten zeggen, die onwaar zijn. Luister naar mij, meneer de agent. MJjn oom sloot het portier wél, omdat hij dacht, dat het rytuig over hem heen zou vallen. Om de een of andere reden gebeurde dit niet terstond en de jongen vloog naar den anderen kant en hielp m(j er juist bytjds uit." .Die vervloekte jongen 1 Ik denk, dat hij de oorzaak van alles was. Waarom verschool h(j zich op m(n stoep De man werd nog boozer, nu het meisje haar bevrijder hardnekkig ver dedigde en zijn laf gedrag deed uit komen. .Ik verschool mü niet, ik zocht een schuilplaats voor den storm. Ik trachtte D te helpen, omdat de koetsier met de paarden bezig was. Ik vraag geen belooning voor eenvoudig een portier geopend en een jonge dame met uit stappen geholpen te hebben, mkar ik heb daarbij mijn broodje en mijn conranten verloren." Allen luisterden verwonderd naar de beschaafde taai van den jongen. De agent was verlegen. Hfl begreep alles, maar dorfde een deftig heer niet tegenspreken. ger, die zich langen tijd rustig had ge houden, zag zijn vroegere vijanden onderling vechter. HU wist, waar de aangevallene een groot deel van den buit had verstopt en hU wist ook, dat deze niet bfl machte was, dit tegen een kraehtlgen overval behoorlek te verdedigen. Onverwachts, toen niemand nit de buurt meer op hem lette, sloop hy zgn huls uit en maakte zich meester van datgene, waarvan hj by de vorige klopparty maar al te ongaarne had afstand gedaan. De aanvallers waren op die onver wachte hulp maar heel weinig gesteld. Zy hadden getoond, dat zU het werk zelf wel afkonden en bovendien, zy vertoonden zich liever niet in het openbaar met iemand, die pas voor zün brutaliteit zoo ongemakkeiyk onder handen was genomen. Maar vooral de omwonenden waren woedend. Z(j hadden zooveel moeite gedaan, den brutalen vreemdeling de eerste beginselen van plicht en fatsoen In te prenten en dat deze zich daaraan totaal niet bleek te storen en zelfs zoo onbescheiden was, zyn oorspronkelijk eigendom ongevraagd en ongeweigerd weer in bezit te nemen was meer dan zü konden verdragen. Dus kwamen zy herhaaldeiyk by elkaar en bespraken de beBte midde len om de rust in de buurt weer te verzekeren en bovenal den lastigen vreemdeling te bewegen,weer kalmpjes in zyn eigen hnis terug te keeren. Maar z(j konden het niet eeDS wor den, de een stelde dit voor en een ander weer wat anders en het slot van de geschiedenis was, dat de brntale onruststoker, ziende, dat de bnren niet tot overeenstemming kwamen, hen eenvondig uitlaohte en op hoogen toon te kennen gat, dat hy niet van plan was, ook maar het kleinste stnkje terug te geven van datgene, wat hy als zyn rechtmatig en onvervreemd baar eigendom beschouwde. Hy had bovendien nog de brutali teit, de drie aanvallers, die juist op het punt stonden, de geschillen weer by te leggen, voor te stellen, ook tegenwoordig te mogen zijn by de besprekingen over een algemeene verzoening, maar deze lieten hem, op een enkele na, op dnideiyke wyze biyken, dat ze noeh van zyn hulp, noch van zyn raad byzonder gediend waren en dat zy evenals de omwonenden van meening waren, dat hy het allerver standigste zon doen, zoo spoedig moge- Rjk weer naar hnis toe te gaan en zich voortaan niet meer met de zaken van fatsoeniyke en achtenswaardige menschen te bemoeien. Bulgarye ziet heel goed in, dat het moeiiyk zal zyn, de Turken weer uit Adrianopel te krijgen en is daarom niet ongenegen, eenlge concessies te doen. Reeds heeft het aangeboden, Adriano pel te neutraliBeeren, de vesting te Gelnkkig had deze genoeg van het tooneel, greep zyn nicht by den arm en bracht haar, ondanks haar protest, In huis. De agent zag de conranten verspreid liggen over den weg en daarnaast het aangebeten broodje. Hy stak de hand in zyn zak en haalde er een stuiver uit. .Hier," zei hy tot den jongen. „Koop een ander broodje en ga heen." De jongen weigerde het aangeboden geldstnk, draalde zich om en ging heen. De agent zag hem verbaasd Da. „Vreemde jongen," dacht hy. „Spreekt als een heertje en verkoopt kranten. Arme venti Hy heeft wel voor een gulden verleren en heeft er weinig dank voor gekregen." Wouter Hoytsema ging met opge heven hoofd en de vuisten gebald in zyn zakken snel verder. Hy was nat en had honger. En toch, ofschoon hy nog zeven en-een halve cent bezat, zyn geheele verdienste van dien avond, ging hU vele winkels voorby, waar hy brood had kannen koopen. Hy liep blindelings voort en werd op den Binnenweg byna overreden en ontving een zweepslag van eennydi- gen koetBier. Hy huiverde, maar keek zelfs niet om. Ook op de Blaak liep hy nog herhaaldeiyk gevaar, over reden te worden. Eindeiyk bereikte hU de Boompjes en staarde een ooganblik in het water van de Maas. „Niet hier," mompelde hy, „ik moet dichter bjj moeder zyn lieve, lieve moeder! Zy is daar, zy wacht op my." Hy ging verder en bereikte eindeiyk ontmantelen en aan de daarin aan wezige Mohammedanen byzondere voorrechten toe te staan, Het is echter te vreezon, dat Tur- kye zleh daardoor niet in de luren zal laten leggen en de Turksche kroon prins, die dezer dagen naar Adria nopel is vertrokken, heeft aan een correspondent van de Matin verklaard, de weder in bezitneming van de Btad als een rechtvaardigheid des hemels te besehouwen. Zyn de berichten uit Adrianopel vertrouwbaar, dan moeten de inwo ners met den terugkeer der Turken zeer ingenomen zyn, en in een mee ting, waaraan 30 000 personen deel namen, spraken Grieksche, Arme nische en Israëlitische redenaars er dan ook hun vrengd over nit, dat de vlag met de halve maan weer op de wallen van de stad wappert. Van het oorlogsterrein zelf komt weinig nieuws. Hardnekkig stryden de Bulgaren nog dag aan dag om tenminste nog op eenlge overwinning bp do vredesconferentie te kunnen wyzon, echter zonder resultaat. Stel selmatig worden zy door Grieken en Serviërs teruggeslagen. In de laatste dagen is er by de te Boeeharest gevoerde onderhandelin gen meer toenadering tusschen de verbondenen en Bnlgarye te bespeu ren. Reeds werd in beginsel tot een wapenstilstand voor den tyd van vyf dagen besloten. De ergste vyand van het Bulgaarsche ryk is dan op het oogenblik ook niet meer het Balkan verbond, maar wel TnrkU'e, dat zich aan niets en niemand storende, van den tegen woordigen ver warden toestand zooveel mogeiyk voordeel tracht te trekken. Binnenland. De Statenverkiezing te Rotterdam. De uitslag van de Woensdag in het district Rotterdam I gehouden her stemming voor de Provinciale Staten is, dat uitgebracht werden op den heer Jae. van Vessem (ehr. hist.) 4440 en op den heer Stolle (S. D. A. P.) 3950 stemmen, zoodat gekozen is de h6er Jae. van Vessem. De rechterzyde wint alzoo een zetel op de sociaal democraten. Eet Vaderland teekent by dezen nitslag aan: Naar allen schyn is deze tegenvaller de eerste wrange vrucht, die de wei gering der sociaal-democraten,om hun aandeel in de verantwoordeiykheid voor den afloop der verkiezingen te aanvaarden, voor hen afwerpt. Uit de cyfers biykt, dat do reehtsche partyen, hoewei zy al haar krachten hebben ingespannen, toch nog een weinig beneden het getal bleven, dat de heer Gerretson op 25 Juni behaalde by de herstemming voor de Tweede Kamer (waarby over het algemeen drukker gestemd werd dan voor de den Schiedamschen Dyk weer na een heelen omweg. Daar bleef hy staan by een winkel, waarvan hy den eigenaar, een ouden matroos, eenigs- zins kende. „Goeden avond, meneer Dirksen," zei hy. „Kunt n my ook aan een stuk touw van drie 4 vier meter helpen Ik heb maar zeven-en-een-halve cent." „Ik weet het niet. Als ik 't heb, kan je 't voor niemendal krygen." Wouter's geschiedenis was in de buurt bekend en de gewezen matroos hield van den jongen, ,'t Is een kraan" zei hy, als anderen Wonter trotsch en verwaand vonden, Dirksen zocht in het winkeltje en vond eindeiyk een Btuk waschiyn. „Is dat goed vroeg hy. Wouter onderzocht het, door het stevig over zyn knio te trekken. „Uitmuntend", zeide hy. „Laat my u er voor betalen." „Loop heen, jongen. Maar wat ben je koud. Wil je een kopje thee heb ben—". „Ik ben u zeer verplicht, maar Ik heb haast." „Zoo, heb je werk gekregen?" „Dat denk Ik. En het zal wel voor vast zyn. Goeden avond." „Goeden avond en veel geluk. De jongen ziet er wonderiykuit,voegde hy er in gedachten aan toe. „Het verdriet over den dood van zijn moeder heeft hem heelemaal van streek ge bracht." Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1913 | | pagina 1