N°. I T 1913 Zaterdag 8 Februari, 100ste jaargang, De beste voor den prijs. Vooral voor kinderen zeer aan te bevelen. Uit een Kilogram van 1.50 maakt men 200 koppen. Bij dit no. behooren 2 Bijvoegsels. 24 FEUILLETON. De Vrouw in 'tSpei. Uitstekende, gezonde, dagelijksche drank. Verre te verkiezen boven koffie en thee. Opwekkend en zenuwsterkend. OÈSCII Oo uitgave dezer Courant geschiedt,Maandag-, Woensdag- an'Vrijdagavond nitgezonderd op feestdagen. Prfls per kwartaal, in Goes f 0|75, buiten Goes, franco 1,85. Afzonderlijke nommers 5 cent. Inzending van advertentlön op Maandag en Woensdag vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren. Telefoonnummer 23. Directeur A. F. A. van Seteks. Uitgave COURANT. De prijs der gewone advertentiSn is van 1-5 regels 50 ct., elke regel meer 10 ot Bfi direete opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Geboorte-, huwelflk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende dankbetuigingen worden van 1—10 regels i 1,— berekend. Bewijsnummers 5 cent, van de Naaml.Vennootschap ,Goes*ha Courant". Hoofdredacteur W. J. C. van Santen. De eenige kans. Meer en meer bljjkt voor ieder, die een aandeel neemt in den poiitieken strijd, dat, bfl een zeer groot deel van het kiezers-volk, de Staatspension- neering verkozen wordt boven het algemeen stemrecht. Meer dan een maal hebben w{j als onze overtu'ging uitgesproken, dat het dien kant zou uitgaan. Wfl verheugen ons daarover. Niet gaarne zouden wij het gewicht van het algemeen stemrecht willen ontkennen, doch een voorziening in den nood der ouden van dagen lijkt ons meer urgent. De lechterzjjde streeft naar een oplossing van dit zeer belangrijke vraagstuk, doch die oplossing zal een avereehtsche zijn. Langs don weg der gedwongen verzekering, met premie betaling van zestien jaar tot zeventig jaar, komt men er niet. Wjj behoeven de onbillflkheden van het door Minister T&lrna aangeprezen stelsel naar Prui sisch model niet meer uiteen te zetten we zouden slechts in herhalingen treden. Maar nu men van rechts wederom de onde dooddoeners doet hooren, als zou Staatepecsionneering in strijd zfln met Gods Woord, onzedelijk, ver nederend voor den ontvanger, energie verzwakkend, de zorgeloosheid aan- kweekend en weten wü ai meer, nu meenen wfl goed te doan, den kleinen luyden eens in herinnering te brengen, hoedr Kuyper zieh vroeger, in zijn democratische dagen, over dit vraagstuk heeit uitgelaten. In z(jn werk .Proeve van Pensioen regeling voor werklieden en hnns ge lijken" lezen wfl op blz. 57 „We pleiten daarom voor het ver strekken aan de ouden van dagen van een vast weekgeld, waarvoor ze bij bun kindaren inwonen, zonder aan dezen tot last te zflu en wel voor een vast weekgeld, dat niet het karakter van oen aalmoes draagt, maar van nabetaald loon. „Door dit karakter van het pensioen is dan tevens bepaald, hoever da pensionneering zich moet uitstrekken. „Natuurlijk volstrekt niot tot al'e personen, maar uitsluitend tot hen, die in de vaag huns levons voor een zóó karig loon gewerkt hebben, dat het sparen voor don oud8n dag hun onmogelijk was. Men zou het dan ook zoo kunnen uitdrukkenaan hen, die in de vaag huns levens wél gewerkt, maar minder, dan hun rechtens toe kwam, aan loon ontvangen hebben. ,Dlt nu brengt vanzelf met zich, dat het niet aangaat, hier een onder scheid te maken tusschen man en vrouw." Da mannen der Staatspensionneering hebben er altoos zoo over gedacht, en nu is het wel merkwaardig, dat zij thans bestreden worden op do felste en hoogst ignobele wijze door hen, die zich dr. Kuyper's volgelingen heeten Een crimineels Koman uit hooge kringen. XII. Lize stapte in het rijtuig. „Zegden koetsier", zei ze tegen Prince, „dat hjj naar de kamers van Sytze op de Weesperzijde rijdt". „Waarom?" vroeg hjj verbaasd. „En ook, dat hij langszjjn soeieteit gaat, want ik moet daar even zijn". „Wat duivel is zij toch van plan mompelde Prinoe en gaf den koetsier zijn orders. „En nu", vroeg hjj, ,wat zjjt ge van plan te doen?" Zij wierp haar sluier terug en hij was verbaasd, de plotselinge verande ring te zien, welke over haar ge komen was. Er waren nu geen tranen, haar oogen waren hard en glinsterend, terwijl haar mond vast gesloten was. Ze zag er uit als een vrouw, die be sloten was, iets te doen en het zou uitvoeren, wat het ook kosten mocht. „Ik zal Sytze redden, tegen zijn wil in", zei ze zeer beslist. „Maar hoe „Als u denkt, dat ik niets kan doen, omdat ik een vrouw ben", zei ze bitter, „vergist u zich. U zult het zien." „Neem m(j niet kwalijk", zei Prince, „mijn opinie over uw Bexe is altijd en precies doen alsof dr. Kuyper deze woorden niet neergeschreven heeft in den tijd, waarin de demoeratie in hem een krachtig strijder vond. Toch valt dit niet te ontkennen dat de idee der Staatspensionaeering doorwerkt, hoe langer zoo meer, bij de kleine lnyden van rechts. In de hoogste mate zal dit vraagstuk dan ook den aanstaanden stembus strijd beheer- sehen. Waar de omstandigheden aldus zijn, dringt zieh de vraag op den voor grond: hoe zal, binnen den kortBt mogeljjken tijd, de idee der Staats pensionneering het best verwezenlijkt worden Het antwoord daarop lijkt ons niet twijfelachtig. Natuurlijk komt men niet tot Staats pensionneering, door de eandidaten der rechterzijde te steunen. Zfl allen verklaren zich tegen dit uitnemend en alierreehtvaardigst stelsel. Blijft de meerderheid rechts bestendigd, dan zal ons volk, tegen de overtuiging der groote meerderheid in, een ver plichte verzekering, met 54 jaar pre mie-betaling, opgedrongen worden. Da sociaal democraten verklaren zieh voorstanders der Staatspension neering. Zfl beschikken in de Tweede Kamer der Staten-Generaal over zeven zetels, en wfl gelooven niet, dat dit aantal in Juni aanstaande aanmerke lijk stijgen zal. Maar hoe de uitslag van de komende stembus zfl, vast staat, dat zjj het niet brengen tot 51 zetels, tot een meerderheid dus. Zulks zal binnen afzlenbaren tijd niet ge schieden, en het is niet te veel gezegd, wanneer wij beweren, dat de sociaal- demoeraten in de eerste honderd jaar ons volk de zoo begeerde Staatspen sionneering niet znllen brengen. En de vrijzinnige concentratie Wanneer zfl minderheid blijft, bijv. de beschikking over 43 zetels krijgt, aanvaardt zij het bewind niet, ftarazfl het bewind niet aanvaarden en óns niet de Staatspensionneering brengen, welke zij op haar program heeft. Met negen sociaai-democraten zon zeer zeker een meerderheid voor Staats pensioen aanwezig zijn, doch dezen weigeren met de grootste beslistheid een ministerieels portefeuille. Mr. Troelstra heeft zelf erkend, dat het zijn politieke dood wezen zou, zoo hjj zitting nam in een Kabinet der linker zijde. En zeggen nu de sociaal-demo craten gij, vrijzinnigen, kunt met een minderheid gerust een Ministerie vor men, want wjj zullen u steunen bij uw voorstellen in zake Staatspensioen, dan antwoorden wijdaarvoor moeten feestelijk bedanken, want van 1905 tot 1907 hebben we leeren inzien, wat den vrijzinnigen van der sociaal-de mocraten steun te wachten staat. De eenige kans dus, om zoo spoedig mogeljjk Staatspensionneering inge voerd te krijgen, is, dat de vrijzinnige concentratie kan beschikken over 51 zetels. In die richting moeten alle voorstandera van genoemd stelsel straks werkzaam zfln. Doet men dit een uitstekende geweest, zooals van iederen advocaat. In negen van de tien gevallen is er een vrouw in 't spol'. „De oude geschiedenis i" „Maar daarom waar", antwoordde Prinee. „Van den tijd van vader Adam af is het bekend, dat vrouwen meer invloed hebben uitgeoefend, hetzij ten goede of ten kwade, dan mannen. Maar dat is de kwestie niet. Wat bent u van plan, te doen „Eenvoudig dit", antwoordde zfl. „In de eerste plaats, moet ik zeggen, dat IkSytze's bewering niet begrijp, dat hij zwijgen moet ter wille van mij. Er zjjn geen geheimen in mijn leven, die dat rechtvaardigen, maar de zaak is eenvoudig dezeSytze ver liet dien avond ons huls om elf uur. Hfl zei, dat hij naar zijn soeietelt zou gaan, om te zien, of er brieven voor hem waren en dan regelrecht naar hnis". j „Maar hij heeft dat misschien zoo maar gezegd." Lize schudde het hoofd. „Neen, dat geloof ik niet, Ik heb hem nooit ge- vraagd, waar hij naar toe ging en hfl vertelde het mfl heel toevallig. Ik ken Sytze's karakter en hij zou niet opzettelijk een leugen vertellen, vooral niet, als er geen reden voor was. Ik ben beslist overtuigd, dat hfl van plan was te doeD, wat hjj zei en regelrecht naar huis wilde. Toen hij op de soos kwam, vond hij een brief, die hem noodzaakte, zijn plan te veranderen." niet, dan is, zeer ten schade van de behoeftige ouden-van-dagen, de Staats pensionneering weer voor jaren van de baan. Grondwetsherziening-. Een wetsontwerp is ingediend tot het in overweging geven van verschillende voorstellen van verandering in de Grondwet. Aan de desbetreffende alge- meene beschouwingen ontleenen wij het volgende: De regeering is van meening, dat de Grondwet zelve de grondslagen voor het kiesrecht heeft te leggen, dat die grondslagen niet worden aangetroffen in de vage formuleering, welke artikel 80 thans behelst. Vermits het gezin is de kern der maatschappij, moet in de eerste plaats aan de hoofden van ge zinnen het kiesrecht worden toege kend. De leden van het gezin ver- keeren als regel in zoodanige afhan kelijke positie, dat zij da maatschappe lijke zelfstandigheid missen, welke voor de toekenning van het kiesrecht noodzakelijk is. Wie echter, ofschoon lid van een gezin, of, geheel staande buiten elk gezinsverband, in de maat schappij een zelfstandige plaats inneemt, behoort, in denzelfden ge- dachtengang, ook tot het kiesrecht te worden geroepen. Bfl een en ander heeft de regeering alleen mannen, géén vrouwen, op het oog. Ook in de Staatscommissie was geen meerderheid voor vrouwenkies recht te vinden. De kring der verkiesbaren voor de Eerste Kamer is aanmerkelijk uitge breid. Voor de Eerste Kamer zullen daarom verkiesbaar zijn te verklaren dezelfde personen als voor het lidmaat schap van de Tweede Kamer in aan merking kunnen komen. Het denkbeeld om aan de Eerste Kamer een recht van regres toe te kennen in den door de Staatscommis sie voorgestelden vorm, heeft instem ming gevonden bij de regeering. Na ampele en herhaalde overweging kan de regeering bet voorstel van de Staatscommissie inzake uitbreiding van art. 171 initkeeringen nit 'sKijks kas aan kerkgenootschappen) niet volgen. Het grondwettelijk voorschrift, waar in het onderwijs regeling vindt, is, wat de hoofdstrekking aangaat, niet meer van dezen tijd. Aan het bizonder onderwijs dient, volgens de regeering, de plaats toe gewezen te worden, welke daaraan, ook krachtens de macht der ieiten toekomt. Slechts vaar zoover het bizon der onderwijs te kort schiet, trede do overheid op. De waarborg, dat overal, waar de behoefte daaraan zieh open baart, gelegenheid zal bestaan voor het genieten van van overheidswege gegeven, lager onderwijs wordt daar mede niet prijs gegeven. Voorts moet de Grondwet, ten einde aan den eisch der billijkheid te voldoen, aan scholen, door particulieren opgericht, gelijke aanspraken tegenover de overheid „Maar van wie ontving hij den brief „Kunt u dat niet raden? Van de persoon, man of vrouw, die hem ont moeten moest en het geheim omtrent mg zou ontsluieren, wat het ook moeht z®n Hjj kreeg den brief op de soeieteit en ging onmiddellijk heen, om met den schrijver een onderhoud te heb ben. Bij die gelegenheid vond hij den dronken BnrgesB; hij liet hem aan z{jn lot over en wandelde weer verder, om do afspraak niet mis te loopen." „U gelooft dus niet, dat hfl terug kwam „Ik ben zeker, dat hjj het niet deed, want zooals Sytze u zei, er zjjn een groot aantal jongelui, die zoo'n jas en hoed dragen. Wie de tweede man was, die in het rjjtuig stapte, weet ik niet, maar 't was beslist Sytze niet.' „En nu wilt u dien brief gaan zoeken?" „Ja, op de kamers van Sytze". „Hjj zal hem misschien verbrand hebben „Dat denk ik niet, hjj is slordig en zal hem in zjjn zak gestoken of ergens weggegooid hebben, zonder er verder aan te denken". „Maar hjj sehjjnt dat nu toch wel gedaan te hebben." „Ja, hjj dacht wel aan het onder houd, dat hjj met den schrjjver had, maar niet aan den brief zelf. Reken er maar op, dat wij den brief in zjjn bureau zullen vinden, of in een van de zakken van de kleeren, die hjj dien verzekeren als aan openbare scholen. Als voornaamste punten van het ontwerp noemen we nog de volgende De volgorde van erfopvolging wordt aangevuld, het koninkljjk inkomen wordt verhoogd, evenalB de uitgaven voor het onderhoud van de koninkljjke zomer- en winterverblijven. Verder wordt voorgesteld, aan de dochter des konings, die de vermoedelijke troon opvolgster is, een geljjk inkomen te verzekeren als aan den Prins van Oranje. Dit inkomen wordt ook be houden, wannesr later nog een Prins van Oranje mocht worden geboren. Zie vervólg bijvoegsel. avond droeg." „Er is nog iets anders", zei Prinee peinzend. „De brief kan hem gegeven zjjn, toen hjj op weg was naar zjjn soeieteit". „Dat kunnen wjj gauw te weten komen" antwoordde Lize, „want Rol- danus was bjj hem". „Dat was hfl", antwoordde Prinee, „en Roldanus komt daar juist aan wjj kunnen het hem dadeljjk vragen". Wat Prinee dadeljjk opviel, was de schitterende verschijning van Rolda nus. Hfl zag er uit, om door een ringetje te halen. Prinee sprong uit het rjjtuig en Lize leunde achterover, met haar voile voor haar gezicht. Ze wilde niet door Roldanus herkend worden, daar ze wist, dat het nieuwtje dan de geheels stad zou rondgaan. „Roldanus" vroeg Prinee, „herinnert je je, dat je den nacht van den moord op Burgess, Eduma ontmoet hebt „Ja", verbeterde Roldanus. „En je bent met hem op de soos geweest „Zeker en daar verliet Ik hem*. „Heb je ook bemerkt, oi hfl een boodschap kreeg, toen hjj in je ge zelschap was?" „Een boodschap herhaalde Rol danus. „Neen, niet dat ik weet. Wjj waren den heelen tfld samen en hjj heeit met niemand anders gesproken". „Was hfl goed gehumeurd „Uitstekend. Hjj heeit mfl tranen doen lachen. Maar waarom al die vragen „O, 't ia niets', zei Prinee en stapte weer in het rjituig. „Ik had maar een kleine inlichting van je noodig en ik zal je dat den volgenden keer, als wjj elkaar zien, wel uitleggen. Bonjour 1" „ik heb nog nooit znlke rare men- schen gezien, als advocaten", mom pelde Roldanus. „Prinee is waarachtig net een wervelwind". Intnsschen sprak Prince met Lize. „U hebt geljjk", zei hjj, „er moeteen boodschap op de soos voor hem zgn geweest, want hjj ontving niets, nadat hjj uw huis verliet. En wat zullen wjj nu doen?" „Onderzoeken, of er 's avonds een brief voor hem op de soeieteit was." PriDce vernam, dat er voor Ednma geen brief met de post was gekomen, maar dien avond had er wel Iemand een brief voor hem gebracht. „Hoe laat was dat vroeg hjj. „Even voor twaalf, mijnheer", ant woordde de kellner, die hem te woord stond. „Wie bracht hem „Een jonge vron-v, mflnheer. Een brutaal ding. Ik heb haar nog met de politie gedreigd. Dat behoefde ik niet te doen, zei ze. „Je moet hem alleen dat maar geven", zei ze, en gaf mfl een brief. „Aan wien dan?" vroeg ik. Dat weet ik niet, antwoordde zfl. Het adres staat er op en ik kan niet lezen. Geel hem dadeljjk af. En toen was zjj weg". Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1913 | | pagina 1