N°. 4 1913,
Donderdag 9 Januari,
1008te jaargang
a FEUILLETON.
De Vrouw in 't Spel.
tiOESCHE
COURANT.
Telefoonnummer 33. Directeur A. P. A. van Setbes. Uitgave van de Naaml.Vennootschap „öoesche Courant". Hoofdredacteur W. J. c. van Santen.
De uitgave dezer Courant geschiedt'Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond
uitgezonderd op feestdagen.
Prgs per kwartaal, in Goes f 0,75, buiten Goes, franco f 1,SS.
Afzonderlijke nommers 3 cent.
inzending van advertentiSn op Maandag en Woensdag
vóór 2 uren, op VRIJDAG vóór 12 uren.
De prjs der gewone ad vertentiën ia van 1-5 regels50 ct., eikeregel meer lOct.
By directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt
de prijs slechts tweemaal berekend.
Geboorte-, huwelgk- en doodsberichten en de daarop betrekking hebbende
dankbetuigingen worden van 110 regels h 1,berekend.
Bewijsnummers 6 cent.
Hoe het Kiezersvolk wordt
voorgelicht.
In de Limbnrgsehe en Noord-Bra-
bantsche bladen kan men in den
iaatsten tijd artikelen lazen, naar aan
leiding van de Tariefwet-Kolkman.
De aard en de inhoud dier artike
len kan reeds worden opgemaakt nit
de opschriften, die zij dragen: Geen
brood meer in eigen hnis I De nood
aan den man. Ongewapend tegenover
onze naburen. Overgeleverd aan den
buitenlander. Weerloos tegenover den
vreemdeling. Waar gaan wii heen 1
Tot waar zgn wjj gekomen? Waar
heen bracht men onst
Wat de schrijvers willen, is niets
meer of minder dan de goêgemeente
wgs maken, dat onze nijverheid kwgnt,
dat onze handel noodlijdend is, dat
onze arbeiders binnen onze grenzen
geen werk meer kunnen vinden, kort
om dat Nederland op den rand van
den afgrond 1b gebracht altemaal
door den Vrijhandel, die volgens de
heeren „steenen voor brood" geeft!
De bedoeling van deze „voorlich
ters" van het Kiezersvolk is nogal
doorzichtig; zij is alleen maar het
zoeken van een gelegenheid om als
haar onfeilbaar geneesmiddel tegen
onze maatschappelijke nooden aan te
prijzende Tariefwet-Kolkman. Deze
zal ons algemeens welvaart brengen,
de koopkracht vermeerderen, de
werkeloosheid doen verdwijnen en
nog veel meer enfin het oude
liedje, dat ons uit zekeren hoek altjjd
maar weer wordt voorgezongen.
O, die partij-politiek 1
Nu is De Bredasche Courant laat
ons het maar gerust zeggen zoo
naïef geweest, een van de bovenge
noemde epistels te gaan bestrijden.
Zij heeft voornamelijk met behulp van
de gegevens, verstrekt door hot mi
nisterie van Landbouw, Ny verheid en
en Handel, dus door de RegeeriDg
zelf. de dwaze beweringen, in het
bovengenoemde artikel te lezen, weer
legd wat nn juist niet zoo heel
moeiljjk was.
De Bredasche Ct. eindigde haar
crltiek met de verklaring, dat zjj
nieuwsgierig was, hoe de redactie van
het Dbld van NoordBrabant, he: blad
waarin het artikel voorkwam, zich er
uit zou redden
„Of zal zij zoo vroeg de Bred.
Crt. zich zooals gewoonlijk, als
haar lastige vragen worden gesteld,
stilletjes zwijgen, denkende: „mijn
lezers krijgen toch de Bredasche Cou
rant niet onder de oogen en slikken
alles wat ik ze voorzet als zoete
koek
Als de Bredasche Courant zich nog
illnsies had gemaakt omtrent de uit
werking van haar bestrijding, is zij
daarvan nn in ieder geval genezen.
Althans wij lezen in dit blad bet
volgende stokje onder bet opschrift:
„Eerlijkheid!! I"
„Onlangs had het DgUd. v. N.-B.
een artikel over de tariefwet onder
het opseh Ift: „Waar gaan w$ heen
Aan de hand van de telten toonden
Een crimineele Roman nit
hooge kringen.
Er was dien dag een diner bjj Van
Straelen. Aan tafel had hij zfjn beste
kennissen genoodigdEdnma, Frits
Roldanns, een jong letterkundige,
Prince, de beroemde advocaat, de
dames Wesseling en nog eenige ande
ren. De heeren bleven, toen de dames
van tafel waren opgestaan, nog wat
zitten onder een glas wijn. Als van
zelf kwam het gesprek op het onder
werp van den dag: den geheimzin-
nigen moord in het hnnrrytuig. Ednma
alleen nam geen deel daaraan, doeh
■taarde peinzend voor zich uit.
„Wat ik niet begrijpen kan', zei
Boldanus, terwlil hij een noot kraakte,
„is, dat ze niet eerder hebben uitge
vonden, wie hjj was
„Dat is gemakkelijk te verklaren",
meende Van Straelen en schonk zich
een glas in. „Daar hij nog maar zoo
kort geleden nit Engeland kwam, was
h$ hier betrekkelijk weinig bekend.
Ik geloof, dat dit het eenige hnis was,
dat hij bezocht."
„Hoor eens, Roldanus", zei advocaat
Prince, die naast hem zit, „als men
In oen rjjtuig het lijk vindt van een
yf.n, gekleed als negen van de tien
wij aan, dat vele beweringen in dat
artikel volkomen gelogen waren.
Het Dbld. trachtte niet eens onze
beschouwing te wederleggen. De
leugens zouden haar invloed wel doen
gelden onder de mensehen, wien het
eenvoudig verboden wordt, andere
bladen te lezen, dan die, welke den
vrijhandel op de meest oneerlijke wijze
bestrijden.
Nu vinden we juist hetzelfde artikel,
als het Dbld. v. N.-B. bevatte, in een
ander roomsch orgaan, n.l. de Til-
burgsche Courant.
Vragestaat een zaak sterk, die voor
haar verdediging de grofste feitenver
draaiing en onwaarheid noodig heeft?"
Bnitenland.
De onderhandelingen geschorst.
In ons vorig nnmmer hebben we
nog onder laatste berichten meege
deeld, dat de algemeene opinie te
Londen was, dat, ingevolge raadge
vingen van de groote mogendheden,
de vredesonderhandelingen niet afge
broken zouden worden, hoewel er in
de inzichten betreffende Adrianopel
geen verandering was gekomen. Maan
dagavond kwam uit Londen evenwel
de verrassende tjjding, dat tegen den
avond de onderhandelingen officieel
waren gestaakt. Dit beteekent echter
geenszins, dat ze niet meer hervat
zullen worden. Uit het verloop, dat de
besprekingen dien dag namen, blykt
duideijjk, dat het meer de bedoeling
is geweest, de onderhandelingen te
schorsen, dan ze voor goed af te breken.
Langzamerhand hebben de verbonden
Balkanstaten genoeg gekregen van
de taktiek der Turksche gedelegeer
den, wier eenig doel het scheen, de
onderhandelingen tot in den treure
te rekken. Wat de bedoeling van de
Turksche regeering daarmee Is ge
weest, valt moelljjk uit te maken.
Wellicht hoopte zij op de tusschen-
komst der mogendheden, op een zwak
oogenblik van de tegenstanders of op
den val van Adrianopel, welke vesting
niet aan den vijand kan overgegeven
worden, zonder dat groote binnenland-
sche moeilijkheden te wachten zjjn.
Maandagmiddag, in de laatst gehou
den zitting dus, deden de Turken
nieuwe voorstellen. Resjid pasja deelde
mee, dat Turkije bereid was, nog eenig
grondgebied af te staan ten Noorden
van Adrianopel, hoewel van afstand
der vesting zelve geen sprake kon zijn.
Wel wilde Tnrkge afstand doen van
Kreta, onder voorwaarde echter, dat
de afstand van geen enkel ander
eiland zon worden geëischt.
Na deze voorstellen overgelegd te
hebben, verlieten de Tnrksche gevol
machtigden de zaal, waarna de afge
zanten der Balkanstaten achterbleven,
om er over te beraadslagen. Zij kwa
men daarna tot de conclusie, dat het
nocdig was, de conferentie te schor
sen, daar de Turksche voorstellen niet
beantwoordden aan de formeele
eischen, welke in de vorige zitting
gesteld waren. Hiertegen protesteer
den de Tnrken nadrukkelijk, waarbij
heeren, die 's avonds uitgaan, met
geen kaartjes in zijn zak en onge
merkt linnengoed, dan is het, vind
ik, een verdienste van de politie, dat
zij zoo snel zijn naam heeft uitge
vonden. Intusschen denk ik, dat ze
heel wat meer moeite zal hebben om
den man te vinden, die de misdaad
beging. Het moet een verduiveld
handige kerel zijn.'
„Dus denkt u, dat hij niet gevonden
zal worden I" vroeg Eduma, die zich
onttrok aan zijn gepeins.
„Zoover ga ik niet", antwoordde
Prince, „maar hij heeft toch in ieder
geval geen spoor nagelaten. Wees er
zeker van, dat de man, die Burgess
vermoordde, geen gewone misdadiger
is. De plaats, waar h{j zijn daad be
ging, waB zoo'n veilige*.
„Vindt u dat?" vroeg Roldanns. Ik
zon denken, dat een huurrijtuig op de
publ'eke straat al een heel onveilige
plaats is".
„Dat maakt het juist veiliger. Lees
de honderd verslagen over moorden
en ge zult zien, dat, hoe meer pnbliek
op de plaats is,des te minder het gevaar
om te norden aangehouden. Er was
niets in den heer met de lichte jas,
die Burgess vermoordde, dat argwaan
by Verbeek kon opwekken. Hy stapte
in het rijtuig met Burgess, geen ge
luid of iets, wat de aandacht kon
trekken, werd geboord en daarna
stapte hy uit. Zeer natuurlijk, dat
Verbeek naar den Wlllemsparkwcg
zy verklaarden, dat de president het
reeht niet had, de zitting op te heffen.
Men deelde daarna den Turkschen
afgezanten mede, dat het niet In de
bedoeling der verbondenen lag, een
afbreken der onderhandelingen uit te
lokken, doeh dat nog altijd op het
door hen gestelde ultimatnm geen
bevredigend antwoord was ontvangen,
waarom men het beter vond, den tfld
niet met noodeiooze besprekingen te
vermorsen en te wachten, tot een be-
hooriyk antwoord van Tnrksche zyde
zou zijn ingekomen. Nog deelde
Resjid-pasja mede, dat hij van plan
was geweest, te spreken over de pro
viandeering van Adrianopel, waarop
de afgezanten der Balkanstaten te
kennen gaven, dat dit volkomen doel
loos was, aangezien de kwestie reeds
in een vorige zitting ter sprake was
gekomen en toen reeds uitgemaakt
was, dat de vredesconferentie met de
bepalingen van den wapenstilstand
niets te maken had.
De gezantenconierentie wordt in
middels kalm voortgezet. Dinsdag
middag hebben de gezanten hun be
sprekingen vervolgd, om over den
toestand te beraadslagen, die door het
schorBen van de onderhandelingen
ontstaan is.
De eenige, die zich noch aan den
naderenden vrede, noch aan den wapen
stilstand stoort, is de commandant van
het nog altyd belegerde Skoetari.
Deze dappere krijgsman zet onafge
broken de uitvallen op de belegeraars
voort en brengt hun zoo nu en dan
belangrijke verliezen toe.Dezen hebben
hem thans afgezanten gezonden,die een
samenkomst hadden met afgevaardig
den van de Turken. Den Iaatsten werd
gevraagd, of hun commandant dan
niet wiBt, dat er een wapenstilstand
was gesloten en wanneer hy dat wel
wist, waarom hy ;er dan geen reke
ning mee hield. Maar de Turken ver
klaarden, dat zy van een wapenstil
stand niets afwisten, omdat zy van
de Turksche regeering daarvan geen
officieele mededeeling hadden gekre
gen en aan de verzekering van vijan
dige zyde geen geloof hechtten.
Men verzocht daarna den Servischen
afgezanten, zoo spoedig mogeiyk weer
te vertrekken. Zou het, waar het
dappere garnizoen den vijand Boms
handen vol werk geeft, geen politieke
streek van de Turksche regeering zyn,
den commandant van de belegerde
vesting van den wapenstilstand geen
officieele kennisgeving te doen toe
komen
De Preaidenl-verkiezing In
Frankrijk-
In den Dinsdag gehouden minister
raad heeft president Paliières het
besluit geteekend, waarby Senaat en
Kamer, tegen 17 Januari, in vereenigde
vergadering, zjjn by eengeroepen, om
een nieuwen president van de repu
bliek te kiezen.
Binnenland.
De aanstaande Kamerverkiezingen.
De concentratie candidaten voor
reed en er in de verste verte geen
vermoeden van had, dat Bnrgess dood
was, tot hy naar binnen keek en hem
aanraakte. Wat den man in de lichte
jas betreft, hy woont niet In Water
graafsmeer'.
„Waarom niet?" vroeg Van Straelen.
„Omdat hy niet zoo gek geweest
zal zijn, een Bpoor na te laten tot aan
zyn eigen deur. Hy deed, wat de
vossen dikwjjls doen, hy verdubbelde
het. Zonder twyfel is hy zoo snel
mogeiyk weer naar de stad terug
gewandeld. Op dat uur was er niemand
op en hy kon ongemerkt zyn huis,
kamers of bótel bereiken. Natnuriyk
kan myn theorie verkeerd zyn, maar
op grond van het inzicht in de men-
seheiyke natuur, dat de beoefening
van myn vak m(j heeft gegeven, denk
ik, dat myn meening juist iB*.
Alle aanwezigen stemden daarmee
in, bet was werkelijk het meest na
tunriyke ding, dat gedaan zou worden
door een man, die zich aan vervolging
wenschte te onttrekken.
„Wil ik je eens wat zeggen", zei
Roldanus tot Eduma, toen ze naar
den salon gingen, „als de kerel, die
den moord heeft begaan, wordt ge
vonden, dan moet hy Prince nemen,
om hem te verdedigen".
VII.
Toen de heeren den salon binnen
kwamen, mishandelde een jongedame
op waarljk ontzettende wjjze een
's Gravenhage zyn: in district I de
heer E. Deen, (vrjjz.-dem.), lid van den
Raad en van de Provinciale Staten,
voor de vacature-Ter Laan (soc.-dem.)
in district II mr. W. Dolk (unie-lib.)
in district III de heer J. C. Jansen
(unie-lib.), beiden aftredend.
Men meldt onsNaar wjj nit goede
bron vernemen, zyn de drie vryzin-
nige partyen te Amsterdam het eens
geworden over een verdeeling der te
veroveren distrieten II, III, VII, VIII
en IX. In II en III wordt een unie
liberaal gesteld, in VILT en IX een
vrjjzinnig-democraat, in VII een vry-
liberaal.
De districten, welke in handen zyn
der vryzinnigen, zyn aldus verdeeld:
in I en IV een unie-liberaal, in V
een vry'zinaig-democraat, in VI een
vry-liberaal.
V
Naar De Nederl. verneemt, wenscht
de heer H. Pollema, lid der Tweede
Kamer voor het district Gorinchem,
by de aanstaande verkiezingen geen
zetel meer in onze volksvertegen
woordiging.
Zooals men zich herinneren zal,
hebben wy vóór eenigen tyd reeds
dit besluit des heeren Pollema mede
gedeeld.
Minister Begout.
Uit Nizza wordt gemeld, dat de toe
stand van den minister van justitie,
mr. E. R. H. Ragout, verontrustend
is. De geneesheeren vreezen vooreen
hersengezwel. Vandaag zal er een
consult plaats hebben om te beslissen,
ot de zieke naar Holland terugge
voerd kan worden.
Departement van justitie.
By Kon. besluit van 7 dezer is, met
ingang van dien dag, de minister van
binnenlandsche zaken belast met de
waarneming van bet beheer van het
departement van justitie, tydens de
ongesteldheid van den minister van
justitie.
Sta ten-tie ne raai.
TWEEDE KAMER.
De Tweede Kamer besloot gister-
namiddag, heden aan te vangen met
deOorlogsbegrooting en bybehoorende
wetsontwerpen (dag- en avondverga
deringen). Daarna komt aan de orde
Binnenlandsche Zaken; Koloniën zal
In avondvergaderingen worden be
handeld.
Voor de afdoening der verschillende
begrootingBhoofdstukken zal de Kamer
de komende weken ook des Dinsdags-
en Donderdagsavonds vergaderen.
Omtrent de verdere behandeling der
invaliditeitsverzekering werd nog gee
nerlei voorstel gedaan.
«port.
Naar aanleiding van den
voetbalwedstrijd QOES—W. I. K.
Voetbal is zonder twyfel een mooie
sport, wanneer ze wordt beoefend,
piano. Ze speelde met kracht in de
baBnoten, met gebrnik van het zware
pedaal.
,'t Is of er een hagelstorm in den
tnin valt!" mompelde Roldanns,maar
hy ging naar de piano, want by zag,
dat de speelBter Dora Wesseling was,
een erfgename, wie hg toen zyn at
tenties bewees, in de hoop, dat ze eens
den naam Roldanns zou aannemen,
met den tegenwoordigen bezitter van
dien naam daarby. Nadat de seboone
Dora haar gehoor byna de trommel
vliezen had doen harsten door de
finale, pntte Roldanus zich uit in
loftuitingen.
„Wat een talent, juffrouw Wesse
ling!" zei hy en dacht er over na,
of er door dien Iaatsten slag misschien
ook snaren waren gesprongen. „U legt
er uw hart in."
,'t Is niets dan oefening", ant
woordde juffrouw WeBSeliog met een
blos. „Ik zit iederen dag vier uren
aan de piano."
„Hemel 1" dacht Roldanus, „hoe
houdt de familie dat uit 1" Maar hy
hield zyn opmerking voor zich en
lispelde: „Gelukkige piano."
Juffrouw Wesseling. die hierop geen
antwoord wist te bedenken, sloeg de
oogen neer en bloosde opnieuw.
Lize en Eduma waren in een hoek
van de kamer en spraken over den
dood van Bnrgess.
„Ik heb nooit van hem gehouden",
iel ze, „maar het is venehrikkelyk
zooals zy beoefent behoort te worden.
Maar er schynen lieden te zijn
wanneer men ze hoort, noemen zy
zich zelfs enthousiaste voetballers
die al het mogeiyke in het werk willen
stellen, om deze sport in diserediet te
brengen.
Wy moeten, waariyk niet tot ons
genoegen, even terugkomen op den
wedstryd, welke hier Zondag is ge
speeld tusschen de vereenigingen
GOES en W.I.K., de laatste uit Vlis-
singen.
De wedstryd had plaats op een
terrein, dat geen dag langer meer
voor voetbalspel moest mogen gebruikt
worden. Een breede greppel over het
speelveld is met koolasch dicht ge
gooid; een tweede greppel maakt het
terrein, dat alle eigenschappen van een
henvelachtig landschap vertoont, nog
ellendiger. In het midden waren meer
tjes listigiyk door lagen zaagsel aan
het oog onttrokken; opspringen kon
de hal niet; de hoogste vuurpyi, die
het pabliek een moment in extaze
bracht, plofte met een dof geluid neer;
de bal bleef liggen, waar hjj terecht
kwam.
Op zulk een veld is het spelen niet
ontmoedigend alleen voor de bezoe
kende party de leden van GOES
kunnen er wonder-wel mee overweg
doeh in hooge mate gevaarlyk.
Dit is niet onze eenige grief.
Wy gewaagden zoo juist van ge
vaarlyk. Welnn; niet alleen het ter
rein is gevaarlyk; ook het spel van
sommige leden van GOES. Het doet
ons leed, te moeten verklaren, dat
leden van een vereeniging, welke onze
sympathie altoos heeft gehad, niet het
minste denkbeeld van fair, behooriyk
spel hebben en de zachtmoedigste
scheidsrechter had minstens twee
spelers van GOES hst veld behooren
uit te zetten voor hun schandelijk
optreden jegens de tegenparty, die
een forsch spel vertoonde, zonder ooit
in ruwheid ja, het harde woord
moet er uit: in opzetteiyke gemeen
heid te vervallen.
Kan de Nederlandsehe Voetbalbond
hier niet eens ingrijpen, vóór het zoo
mooie spel nog meerderer sympathie
verliezen gaat? O zeker, wy weten
hetde Bond heeft al last genoeg van
de Zeeuwsehe Competitie. Maar wy
zyn van ooideel: beter géén compe
titie onder de auspiciën van den
N. V. B. ook zijn naam staat er
by op het speldan zulk één,
waarin den spelers gelegenheid ge
boden wordt, in plaats van te voet
ballen te boksen.
Zonder twyfel: voor een niet gering
deel heeft de leider van den wedstryd
daaraan schuld. Wy zyn het met het
bestuur van den N. V. B. eens, dat
de bladen zich van kritiek op scheids
rechters behooren te onthouden. Maar
in sommige gevallen is zwygen on-
doeniyk. Zoo ook ten aa-zien der
leiding van Zondag. Een scheidsrech
ter behoort waariyk niet tot de on-
feilbaren, maar dat hy met de meest
elementaire regelen van het voetbal
spel niet op de hoogte is, dit vinden
wy, hoe clement we willen oordeelen,
te denken, dat hy op zulk een manier
aan zyn eind is gekomen'.
„Ik weet het niet", antwoordde
Eduma, „maar, naar alles wat ik hoor,
Is chloroform een zeer gemakkeiyke
dood".
„De dood kan nooit gemakkeiyk
zyn", meende Lize, „vooral niet voor
een zoo volkomen gezond man als
Burgess was".
„Ik geloof, dat het je spjjt, dat hy
dood is", zei Eduma in een opwelling
van jaloezie.
„Doet het dat jou dan niet?" vroeg
ze verbaasd.
„Over de dooden niets dan goed",
antwoordde Sytze Eduma, „maar daar
ik hem in zyn leven haatte, kan je
van mjj niet verwachten, dat ik zyn
uiteinde betreur".
Lize gaf hem geen antwoord, maar
keek naar zjjn gelaat tn voor het
eerst trof het baar, dat hjj er slecht
uitzag. „Wat scheelt je, lieve vroeg
ze en legde haar hand op zyn arm.
„Je ziet er niet goed uit".
„Niets... niets 1" zei hy gehaaBt.
„Ik heb laatst een beetje moeiiykheden
in zaken gehad, maar laat ons een
oogenblik naar buiten gaan, want ik
zie, dat je vader dat meisje met die
Btem als een stoomfluit heeft uitge-
noodigd om te zingen".
Wordt vervolgd)